 |
|
 |
|
|
 |
31-07-2023 |
Ogen. |
Ik vergiste me gisteren van dag – het was geen einde maand – én van maand. Het is de eerste maal dat dit gebeurt, een streep door mijn rekening dus want ik schreef ondertussen ook reeds mijn blog voor 1 augustus, ook een dag te vroeg.
Wel wist ik dat de zomer een stuk gevorderd was zodat ik niet helemaal verkeerd was. Jullie moeten dus de dag van 30 juli :maar zien als deze van 31 en alles is opgelost. Ik ga er geen nieuwe schrijven en 31 juli gaat zo aan mij voorbijgaan al ruikt hij reeds naar het begin van de herfst, ook omdat ik niets afweet de stand van de oogst van granen en fruit.
Ik ben uiterst arm op dit gebied, ik heb enkel de tuin om erover te oordelen en die zegt me wel iets maar niet wat ik weten wil.
Wat ik nu schrijf zie ik niet als volwaardig, ik zal dus in alle ernst één dag overgeslagen hebben. Al dus nimmer weten wat ik in normale omstandigheden zou geschreven hebben, misschien iets over de regen, of iets over Jankélévitch me herhalend misschien, maar zeker noch over zijn gefilosofeer over ‘l’ennui’ noch over ‘le sérieux’.
Iets is zeker het zou niet geweest zijn over Pfeijffers ‘Alkibiades‘ deze bleef al die tijd ongeopend. Het wordt dus nodig dat ik hier iets aan doe en verder lees over dezes exploten.
Echter moet ik bekennen dat het lezen me niet zo goed afgaat als het schrijven het voorbeeld is het supplement DSL bjj ‘De Standaard’, het blijft ongelezen liggen, het hoopt zich op. Ik word dus, om maar iets te zeggen, wat het lezen betreft, een lui man.
Is het luiheid of is het te wijten aan de minder goede staat van mijn ogen?
.
31-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
30-07-2023 |
Einde maand. |
Ik groet het einde van de maand juli, de kalender zegt het me en ook ik kan het ongeveer raden aan de stand van de morgenzon dat we half zomer zijn en neigen naar de herfst, neigen naar het equinox-punt.
Ik zie het gebeuren omdat ik elke morgen de gordijnen openschuif op de dageraad en de verschuiving van de zon aan de horizon soms dag aan dag volgen kan, niet bij overtrokken luchten weliswaar maar als de zon er is zie ik het als een schittering van licht, als een wonder gebeuren dat ik bewust beleef.
Ik open dus heel dikwijls mijn dag met een ingesteldheid die in een zekere zin kosmisch is , het helpt me bij het bedenken van wat ik schrijven zal omdat ik aldus vertrek van uit een gezichtshoek die het gewone overstijgt en me binnen leidt in een sfeerwereld de ik normaal misschien niet hebben zou. In elk geval het is hoe ik erover denk als ik mijn verbeelding bewogen weet door een fractie dageraad die ik meeneem hoe minimaal ook in mijn schrijven van elke dag.
Laat ik het zo zeggen: ik word er onbewust door geïnspireerd, het beeld van mijn dageraad heeft iets, draagt onvermijdelijk bij tot wat ik schrijf en dan ook tot hoe ik het schrijf, zelfs al blijkt het niet dat het zo gebeurt, ik denk dat het niet anders kan dan dat ik er door beïnvloed wordt.
In feite, het weinige dat er nog gebeurt in mijn leven heeft een begin in de natuur, en wat van de natuur is is van de Kosmos en de Kosmos is van iets enorm dat niet te bepalen is dat ons, als we er diep over nadenken overstijgt van het alfa tot het omega.
In mijn schrijven onderga ik dit gevoel, het is om deze reden dat ik schrijf wat ik schrijf, er is er geen andere.
30-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
29-07-2023 |
Vertrouwen. |
Ik dacht eraan toen ik begon dat dit wel eens de laatste blog zou kunnen zijn die ik schrijf, is het niet vandaag het kan morgen zijn of overmorgen, wanneer ook, maar eens komt die er. Toch blijf ik bezig alsof er nimmer een laatste komen zal en het is best zo, doen alsof dat ogenblik niet komen zal.
Ik schrijf dus nooit alsof het een afscheid zou kunnen zijn maar ik houd het in gedachten,, het zit hem in elk letterteken dat ik zet, het zit hem in mijn komma’s en punten in elke zin die geschreven wordt, af of niet af.
Dit is de realiteit van elke morgen en elke dag en elke avond of nacht, het is geen sensatie, het is geen opschepperij, het is van de dingen die me omringen en van de dingen buiten mij, het is van de tijd die afkomt op mij, vlug en gestadig, zijn boek open op het getekende uur.
Maar ik ben er niet op wachtende, wel, wetende wat me wacht, ben ik inniger dan ooit van het zijn en het schrijven, van het zien en het horen, van het spreken en het luisteren, ben ik doordrongen van de grootheid van elk ogenblik dat ik vul met de volheid van mijn bestaan als kind, als knaap, als man met vooruitzichten, al waren het maar mijn geschriften van elke dag die ik hoog in mijn vaandel draag, mijn wapperende vaan van wie ik was , van wie ik ben en van wie ik worden zal.
En niets houdt me tegen, integendeel alles waait in de gepaste richting naar de eeuwigheid toe, een andere toekomst ken ik niet.
Gespaard gebleven van de leegheid van het bestaan, kijk ik uit met vertrouwen.
Ook Max Bruch in het adagio van zijn vioolconcerto kende dit vertrouwen, anders zou hij het niet geschreven hebben. Zo meen ik toch.
En jullie, wat is jullie mening over het vertrouwen in wat IS?
29-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
28-07-2023 |
De zomer en de dingen die voorbij zijn. |
De zomer en wat is van de zomer gaat aan mij voorbij: het rijpend koren, de zwaluwen scherend over het water, de koelte van de bossen, de avondschemering. Ik onderga de leegte wat mijn binding met de natuur aangaat, het plaatst me op een eiland, het plaatst me in mijn stukje tuin met de veldbloemen, met de druivelaar en de vijgenboom maken ze mijn zomer vol. En, alles samengenomen volstaat het me, ik vermenigvuldig het met wat ik houd aan herinneringen en kan ermee verder wat rest van de zomer in, zelfs tot de herfst komt en de winter nog.
Zo veel beweging, zo veel variatie hoef ik niet meer. Ik heb de kamer om me heen de meubels en de boeken, mijn oneindigheid aan dingen die waren en die er nog zijn op een andere wijze, minder tastbaar, de realiteit van het erzijn ontvlucht, maar als ik ze roep zijn ze er alsof ze nimmer zijn weg geweest.
Zo weet ik heel wat van de bomen in het bos, van de varens en de lelietjes-van-dalen, van de mossen, van de zwammen op de stammen van verdorrende beuken, van de geur van heide en erica in de zomer en van de eksters krijsend in de hoge bomen, weet ik alles van de weiden die vol bloemen stonden toen ik knaap nog was en van Maria die ik kuste toen, weet ik van het heldere water in de gracht op het einde van de boomgaard waar we papieren bootjes uitzetten naar Maria toe, zoals, zoals Aloïsius en Elias het deden in het boek van Gilliams.
Zo ook weet ik nog heel wat van Jules Verne en wat hij schreef over ‘Het mysterieuze eiland’ en over ‘Twintig duizend mijlen onder zee’; weet ik van Gulbranssen en de ‘eeuwig zingende bossen’.
En nog heel wat meer weet ik van vroeger en van nu, ontzaglijk veel.
Zo, de zomer, vergeleken bij het vele andere is eigenlijk niet zó betekenisvol.
28-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
27-07-2023 |
Pluk de dag. |
Ik raak niet uitgepraat over mezelf, over wat ik doe en niet doe, over wat ik hoor en niet hoor, over wat ik lees en denk, ik schrijf dit allemaal neer behalve wat ik voor mezelf houd en niet het geschreven licht zal zien.
Niet dat ik zoveel geheimen te verbergen zou hebben maar er is geen reden om de meer intieme, deze van het hart meer dan deze van de geest bloot te geven; wat het hart betreft zwijgt ik liever, al durf ik me nog wel afvragen of ik nog op mijn leeftijd verliefd zou kunnen worden.
Ik aarzel om hierop te antwoorden en ook als het nog gebeuren zou dan moet het gebeuren in a hurry want veel momenten tijd heb ik niet meer. En dan nog ik gebruik die momenten niet om het te worden, wel zou het kunnen dat ik het al ben, maar dit verklap ik nu niet en morgen evenmin.
Een zaak is zeker, ik beleef mijn momenten intens. Ik beleef ze zoals Jankélévitch het me oplegt want iemand die weet dat zijn momenten schaarser en schaarser worden beleeft deze dubbel:
Hij schrijft[1]: ‘Hora, c’est l’heure. C’est ici et maintenant et pas demain et nulle part ailleurs. On ne peut pas fuir, c’est à saisir, il faut être plus rapide que le temps, car le temps file irréversiblement’
Het ogenblik grijpen met beide handen, het even houden in een groot bewustzijn van het oneindig vluchtige ervan, ik betracht het in de mate van het mogelijke en het redelijke
‘C’est cet héritage essentiel de Bergson qui infuse toute la pensée de Jankélévitch’ schrijft Cynthia Fleury, wat ikzelf wel niet opgemerkt heb. Maar is het zo, laat het zo, dan beweeg ook ik me in het zog van Bergson.
Vooral dan als ik neerzit om te schrijven en mezelf oppeppend, me tegoed doe aan de woorden die komen, onvermijdelijk en soms, lijk nu, onstuitbaar.
Hoef ik verder te gaan vandaag, is het niet de essentie van de dagen die ik heb geafficheerd: ‘leef bewust elk ogenblik’. Je kunt het een filosofie noemen.In feite is het een normaal iets, niet gaan zwerven noch in het verleden noch in de toekomst maar leven in het ogenblik dat zich aanbiedt.
Hoewel dit wellicht eigen is aan een dier, ons is het niet gegeven, voor ons is het voortdurend a struggle maar des te voller het ogenblik leven als je erin slaagt.
[1] Fleury Cynthia: ‘Un été avec Jankélévitch’Equateurs-Humensis / France inter, 2023
27-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
26-07-2023 |
Homo sapiens. |
En dan in de morgen, een druk op de knop en er is de muziek van KLARA die de kamer vult als een windvlaag in het veld bloemen in de tuin: de aria die je kent, het concerto, de symfonie die je kent, die je in je vele dagen al honderd maal hoorde en die je zonder het te bemerken mee neuriet alsof het je levensadem was; want je bent ervan doordrongen, je kent elke noot, elke beweging ervan, je neemt de klanken ze zijn een deel van je eigenheid, deel van je vele herinneren, je bent de klanken die je hoort, zonder deze, samen met de boeken die je las, zou je maar voor de helft bestaan of misschien hier rondlopen als een leeg vat.
Is het kennis die je hebt opgedaan, levenswijsheid of simpelweg opgestaan als homo sapiens, de muziek en de letteren als deel ervan.
Onze hang naar wat van de geest is is enorm, is ons levensdoel, het is pas via de geest dat we homo sapiens geworden zijn en als dusdanig bestaan.
Poetin, om hem bij naam te noemen is geen homo sapiens, hij gebruikt zijn wereldse, maar voorbijgaande macht om te zijn wie hij is en vergeet de geest die hij hebben moet - hoop ik toch voor hem – zijn plaats te geven. Ook Netanyahu, de Israëliet, is zo een machtsgeile man. De plaats die ze beiden bekleden in de maatschappij totaal onwaardig.
We gaan aan hen voorbij, machteloos, maar we tekenen ze voor altijd, we lichten ze uit de grote familie van de homo sapiens’ers.
Het is het enige denk ik dat we vermogen te doen.
Dit terwijl je luistert, bij momenten heel intens denkend aan Gershwin, naar het pianoconcerto van Maurice Ravel met Martha Argerich. Je stopt alles bij het Andantino.
26-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
25-07-2023 |
Het heengaan. |
Witte rookwolken boven de heuvels: alles OK - 0 Klled – ook ik durf zeggen en schrijven dat alles OK is met mij ondanks de vele dingen die het niet zijn, maar globaal, alles op de keper beschouwd – eigenlijk weet ik niet wat dit betekent - mijn God, het gaat goed, ik aanvaard met een goed gevoel mijn dag die zich opent al is het nog vroeg.
Ik wacht op de ‘hulp’ van elke dag. Ik weet watik haar ga vertellen als ze me vraagt hoe ik het stel,.Goed zalik zeggen alweet ik dat het niet zo goed is, maar gezien de omstandigheden, is mijn toestandaanvaardbaar want stel dat ik nog in mijn bed zou liggen en niet zoals nu, gewassen en geschoren én schrijvende, wat zou ik nog meerwillen, het ontbijt is voor straks na haar vertrek.Ann is haar naam,een grote jonge vrouw meteen ‘vriend’, en ik ben een van de dertig ouderlingen die ze vandaag bezoeken en helpen moet.
Dit is van de zaken die gebeuren omheen mij. Al is er vandaag en was er gisteren de muziek van Samuel Barber, was er het overlijden van Martine Tanghe op een voor mij jonge leeftijd van 67 jaar. Ik houd haar beeld even, haar innemende glimlach, en hoe ze is weggegaan van het scherm van de VRT.
Het beeld van de dood is van een andere orde, is voor velen een duister gebied, dor, kleurloos en verlaten, ze gaan er node heen maar het wordt hen niet gevraagd, ze worden bij de hand genomen en er naar toe geleid zonder al te veel omwegen. Voor hen is het een dramatische verliespost maar voor anderen, voor anderen is het een veilige haven waar ze verlost worden van een lichaam om, glorierijk op te stijgen naar het nieuwe leven dat hen wacht.
Voor hen is de dood een her-geboren worden.
Zo zie ik het, zo wil ik het zien.
25-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
24-07-2023 |
Sprookje. |
Ik slaap omdat ik slapen moet, ik eet omdat ik eten moet en zo maar verder tot, ik schrijf omdat ik voor mijn zielsrust schrijven moet.
Het is de eenvoud zelve, niets te weinig, niets te veel, alleen dat het schrijven het werk is van de geest in mij die me elke dag aan het werk zet.
Hij wil zelfs dat ik er mee begin soms vóór het licht er is zoals vanmorgen en wie ben ik dan met de slaap nog in de ogen, niet veel.
Nu, het begint telkens met niet veel, hoogstens met de resten van een droom, of een uitschieter van de vorige dag of dagen terwijl ik telkens liefst iets totaal nieuw wil brengen, iets dat ik in de voorbij twaalf jaar nog niet zou geschreven hebben. Mijn kansen zijn dus klein en ik weet het, beperking is mijn deel geworden, ik hoef geen uitvluchten te zoeken.
Iets houdt me hierbij bezig, waarom blijven jullie me lezen is het omdat het een gewoonte geworden is, of is het uit belangstelling voor wat ik zou kunnen geschreven hebben, iets ongewoon, iets totaal onverwacht, iets dat jullie zal bijblijven de ganse dag?
Weet dat ik ervan droom iets te vertellen dat jullie dag kleuren zal, niet zoals VTM, maar om er te staan, welke ook jullie levensomstandigheden mogen zijn, met een ogenblik innigheid naar het leven gericht om de dag te beginnen en vooral wijsheid om de dag door te brengen, zodat jullie hem eindigen kunnen in alle rust en met nieuwe vooruitzichten.
Het is aan die vooruitzichten dat ik nood heb als de nacht invalt, ik heb dan iets om in te slapen, een soort sprookje dat goed eindigt, gewoonlijk.
24-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
23-07-2023 |
KLARA |
De muziek van KLARA hoor ik een ganse dag maar ik luister er niet naar een ganse dag, ze maakt eigenlijk voor een groot part van de tijd deel uit van het meubilair, van de schilderijen en boeken die me omgeven.
Meer is de muziek niet, ik ken ze ik hoorde ze al te veel en te dikwijls, echter nu en dan is er iets dat ik niet ken of nog niet zo dikwijls heb gehoord en dan luister ik intens, dan is het een pagina in een boek dat ik lees, is het een gedicht zonder woorden of een landschap dat ik me inbeeld, en betekent de muziek heel veel vergeet ik me en vergeet ik waar ik ben dan toch de ogenblikken dat ik luister en alles wat is en wat kan zijn wazig wordt.
Dit betekent dan KLARA voor mij, een gezel die me gezelschap houd van bij het ontwaken tot het slapen gaan, soms zelf bij het TV kijken, want TV is er maar in de avond;
Alles gebeurt dus met de muziek op de achtergrond zelfs als ik schrijf, zelfs als ik lees, zelfs als ik, wat niet zo dikwijls gebeurt, vrienden ontvang in het huis.
Ik ken dus geen stil huis meer omdat ik de stilte van het huis vrees, de stilte niet aankan omdat het een met woorden en handelingen geladen stilte was en op een vreemde wijze gebleven is. En het is het bevreemdende dat me bij momenten nog altijd overhoop halen kan.
Om deze reden ook zoek ik mijn heil bij KLARA en zal dit nog lang blijven zo, ik weet het tot in mijn lenden.
23-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
22-07-2023 |
Uitzonderlijk. |
Wat ik schrijf vandaag is uitzonderlijk, heeft in feite niets te maken met de blogs die ik dagelijks aflever; maar de gegevens van nu schijnen me uiterst belangrijk toe. Deze komen uit het jaarverslag 2022 van het ‘AZ Maria Middelares’, Gent.
Ik licht uit het verslag van de vele die er zijn, een paar opmerkelijke innovatieve behandelingstechnieken:
Een eerste betreft de ‘implantatie van de kleinste draadloze pacemaker ter wereld’.
'Het toestel zorgt voor stimulatie van het hart vanuit de rechterkamer, zodat noch draden noch onderhuidse batterij nodig zijn; Dit systeem is dan ook minder gevoelig voor beschadiging van buitenaf. De aangepaste implantatie omzeilt ook de moeilijkheden van vasculaire toegang – ik weet er van mee te spreken - vergeleken met de standaard procedure.’
En een tweede dat ik belangrijk vind betreft de nieuwe behandeling van alvleesklierkanker.
Hierbij wordt een radioactief medisch hulpmiddel in de alvleeskliertumor geïmplanteerd. ‘Dat gebeurt tijdens een echo-endoscopie waarbij een flexibele slang via de mond door de slokdarm tot dichtbij de alvleesklier wordt geleid. De arts kan via de slang de alvleesklier bekijken en de OncosilTM deeltjes via een fijne naald in de tumor implanteren. OncosilTM geeft de radioactieve stof rechtstreeks af aan de tumor met als doel de kankercellen te vernietigen. Deze techniek maakt het mogelijk een hoge dosis radioactieve stof tot bij de kankercellen te brengen en de nevenwerkingen in de omliggende weefsels te beperken.’
Ik dacht deze berichten het vermelden waard; weet dat ‘Newsweek’ het Algemeen Ziekenhuis Maria Middelares beschouwt als een van de tien beste in 27 landen.
22-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
21-07-2023 |
Het leven dat we leven. |
Hoe het staat met het boek van 70.000 woorden dat ik aan het schrijven was toen ik geopereerd werd lijdend aan het carpaltunnel syndroom? Eigenlijk, niet zo goed, het is stil gevallen, een stille dood wel niet, er roert nog iets, maar geen schrijfwerk meer terwijl het altijd al schrijvend is geweest dat de woorden kwamen.
Of het me nog ooit lukt weet ik niet, het kan dat wat er al staat er onvoltooid blijven zal, ik voel dat ik meer en meer rust nodig heb, geestelijke rust en die is voor mij op het ogenblik moeilijk te vinden.
Maar waarom vertel ik dit allemaal als het niet aan mezelf zou zijn om te weten waar ik stond een bepaalde dag in juli van het jaar 2023. Want bij alles dat we doen, dat we willen doen of dat we niet doen, denken we altijd aan een later. En wee je als er aan geen later wordt gedacht.
Een ‘later’ dat ons herinnert aan wat was of niet was of , en dit vooral, aan wat had kunnen geweest zijn.
Altijd denken we dat ons leven anders had kunnen verlopen indien we dit of dat hadden gedaan of niet gedaan, daar niet waren geweest maar ergens anders met al de gevolgen van dien, gevolgen die anders hadden kunnen geweest zijn indien…
In feite hangt ons leven lange tijd in het nog luchtledige tot zich iets voordoet dat bepalend is voor het leven erna. Zo denken we, zo lopen we rond, maar we vergissen ons schromelijk, we hebben het leven dat voor ons ‘gebakken’ lag in de omstandigheden, precies dit dat we geleefd hebben en geen ander. Het was niet voorzien op voorhand, maar de omstandigheden hebben ertoe geleid.
Als het dus opgeschreven stond in het boek van psalm 139 dan waren het de omstandigheden die opgetekend stonden, de put waarin we vallen zouden of de hoogtes die we bereiken zouden of het kleine doodgewone leven dat we leiden zouden, alles afhankelijk van de omstandigheden, én - en hier begint het, wordt het persoonsgebonden - de wijze waarop deze omstandigheden door ons werden aangenomen en verwerkt. En wie we zijn wordt bepaald door de levensomstandigheden waar we op de wereld gekomen zijn én, en hierin geloof ik ten stelligste, onder welk gesternte.
Ik mag er alle andere argumenten, als er nog andere zouden zijn, bij halen we hebben het leven dat we leven of geleefd hebben, er was er geen ander mogelijk, geen ander tot en met vandaag.
21-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
20-07-2023 |
Terug. |
Ik heb gisteren met mijn gebuur Stefan, zijn echtgenote Wendy en hun dochter Zoë, een uitstap gemaakt naar mijn roots, naar de dorpen van mijn jeugd: Oordegem waar alles begonnen is in het gehucht de Klinkaert: het ouderlijk huis met de hoeve aan de overkant, de muur waartegen we zaten op lange zomeravonden kijkend naar het verschuiven van de sterren; de weg die ik ging om naar school of om naar de kerk te gaan, de stand die er was na de tien-uren-mis met een man of vrouw die ‘Vlaamse Filmke’s’ verkocht of ‘Ivanovs’ als ik het me correct herinner aan 0,25 Frank het boekje. Ik herinner me nog altijd dat ik er mijn eerste boekjes heb gekocht, ‘Een kleine Pick-pocket’ en ‘Pater Damiaan De Veuster’. Ik herinner me het huis van mijn oom en tante rechtover de kerk dat nu verdwenen is een lege met onkruid begroeide plek geworden, het huis van ouderdom op een morgen ineengezakt.
En dan, na de oorlog, mijn ouders die verhuisd zijn naar Serskamp toen ik zeventien was, omwille van een betere verbinding met Aalst en Brussel via het station van Schellebelle.
Heb in Serskamp het graf van mijn ouders bezocht, het was er nog maar op het punt eerstdaags te verdwijnen, met enkel de mooiste grafzerken die overblijven. Het is nu een plaats geworden, een tentoonstellingsruimte voor mooie, volumineuze donkere graven verspreid over een onderhouden grasperk, alle minder mooie graven zijn verdwenen
Stefan heeft me ook gebracht naar de bank aan de ingang van de dreef een bank waar ik dikwijls heb neergezeten met een boek in de hand, vijfenzeventig en meer nog jaren geleden.
Er was toen ook een kleine rechthoekige vijver met lisdodden en irissen en kikkerdril in de lente.
Wat heb ik nog aan deze herinneringen, hoe neem ik ze op , hoe verwerk ik ze?
Hoe bewegen ze me opdat ik dit nu in woorden, nu ik zo schromelijk oud geworden ben en dat er van de jonge man die ik was weinig of niets meer is overgebleven, noch innerlijk, noch zeker niet uiterlijk, buiten die paar banken die zijn gebleven aan de ingang van een dreef naar een hoeve de resten van een kasteel van vroeger.
Eigenlijk weet ik, buiten enkele details weinig nog over datgene dat geweest is , dit geldt ook voor de bootjes op het Donkmeer waar we naar de middag toe iets zijn gaan eten op een terras voor het meer dat nu veel minder uitgestrekt scheen dan dit uit mijn jeugd.
Een zaak is zeker, je gaat zomaar niet ongestraft, ‘ongepijnigd’ terug naar de plaatsen van vroeger.
(Geschreven de morgen en de avond van 19 juli.)
20-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
19-07-2023 |
Vladimir Jankélévitch (1903-1985) |
Dankbaar dat ik er nog ben, dankbaar dat ik neerzitten kan om te schrijven, zelfs, zelfs met een nog steeds ‘manke’ hand. Gelukkig, je geraakt je er aan gewend al kost het je moeite, je vergeet het een deel van de tijd en een deel niet, maar woorden produceren is je ingegeven, het liefst vroeg in de morgen of bij het naderen van de nacht, het is je wel om het even als je begint.
De dag van gisteren was een ‘nuldag’, hoe het kwam weet ik maar ik maar al te goed, gebrek aan slaap wat ik te allen prijze mijden moet om normaal naar mijn maatstaven te functioneren. Dit wil zeggen totale vrijheid in wat ik doe, met enkele beperkingen de ik opgetekend weet dagen op voorhand maar behoed me voor het onverwachte.
Een vriend schonk me een klein precieus boekje[1] gedachten omheen de Franse filosoof Jankélévitch, de filosoof van het ‘nu-moment, van, schrijft Cynthia Fleury: ’ici et maintenant et pas demain et nulle part ailleurs.
Het is voedsel voor de komende dagen, weken, maanden misschien, het zal liggen naast het enorme boek van Pfeijffer en om de beurt zullen ze hun zeg krijgen, hoewel totaal, maar dan ook totaal verschillend wat de ondergrond ervan betreft.
Ik meen echter nu al te weten dat Jankélévitch een man is met wie ik het goed zal kunnen stellen, de man van de eerste lentedag gebruik de lente zo goed mogelijk, draag die dag in je hart bij al wat je doet, maak er je levensregel van want erna komt de zomer, komt de herfst ruikend naar de dood, vlugger dan je denken kunt.
[1] Fleury Cynthia: ‘ Un été avec Jankélévitch’, Equateurs France Inter, 2023.
19-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
18-07-2023 |
Een dag om te vergeten. |
Hoe lang nog houd ik het vol te schrijven wat ik schrijf, ook wat ik niet schrijf maar zou willen schrijven. Een vraag zonder antwoord zoals er zovele zijn die we ons nu en dan stellen. Het is maar dat ik een verwarde dag heb meegemaakt, te vroeg moeten opstaan om verzorgd te worden door Caroline die elke dag langs komt om mijn voeten en benen in te wikkelen om het zwellen te voorkomen. Dit gebeurt sedert een paar dagen en het breekt met mijn vorig ritme. Het heeft zijn weerslag op het nemen van mijn ontbijt en vooral het schrijven van mijn blog.
IK was er door de ganse dag in de war, want er was ook Sofie de pédicure die langs kwam en de kuisvrouw, Inge.
Het was een dag van grote verwarring want ik ben sterk onderhevig aan bezoekers die het normaal verloop van de dag in de weg staan.
Dit is dan een blog van niets, er zijn er nog niet zoveel geweest, waar ik niets te vertellen had, toch zijn die er geweest maar ik heb altijd de leegheid van mijn dag kunnen verdoezelen. Vandaag ging het niet, heb ik niet de moed een poging te doen de leegheid te overstijgen.
Vergeef het me, zoals ik het mezelf vergeven moet, morgen is misschien een andere dag, een meer gevulde.
Het ziet er in elk gaval naar uit, waarom het zo is? Een voorgevoel.
18-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
17-07-2023 |
Herinnering |
Was gisteren ver weg in de tijd, alles nog zo duidelijk getekend op wegen die ik regelmatig bewandel in mijn eenzaam zijn.
Vele kleine details uit vele hoeken duiken op. Ik houd ze even, ik laat ze dan gaan. Ze zijn van mij, ze zijn van hen, van de vrienden van mij.
Maar ik moet ze laten waar ze zijn ze niet meer beroeren, niet meer herbeleven wat van hen en van vroeger was. Alles laten waar het is in de geronnen stilte van het voorbije opdat ik me terugvinden zou, intens zijnde van het ogenblik, het geheimzinnige van het ‘nu: waarin het voorbije bewegend iis in het wordende.
Niet altijd is het zo. Soms het huis in al zijn geledingen een massaal aangrijpend voorbijzijn; bij momenten, soms ik eraan ten onder ga, sprakeloos uitgestrekt voor uren, de tijd, de tijd niet wetende, niet kennende, niet horende de muziek van Klara maar weggezonken in de koelte van de meren des doods: een man geveld door wat is geweest. En dan.
Soms, soms ik eruit opsta gelouterd, verrast ineens zoveel ruimte te hebben voor mij alleen, ik erop inga als nieuw, als mezelf herontdekkende.
De dag een grote klaarte, ik me omwikkel met het licht om in dergelijke ogenblikken weinig meer te zijn dan van het zijnde, zelfs niet van het wordende, al weet ik dat het leven langzaam wegzinkt in mij terwijl het dralen blijft over mij.
Nochtans zo wil ik het nog lang houden, omhuld met wat van vroeger was en, van dichterbij,.
Ik, groot ademend in het landschap van de geest.
17-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
16-07-2023 |
Kweeperenboom |
Ik wil altijd beginnen met iets of iemand anders dan mezelf maar slaag er zelden in. Het is altijd een kijken binnen in mij om te zien wat er te wachten ligt of wat ik wakker schudden kan en ik ontmoet toch altijd iets, hoe weinig ook dat ik het vermelden waard acht.
Het is vandaag de kweeperenboom in de wijngaard van Gustave en Germaine op de flanken van de Rhônevallei in de Valais.
Ik ben een eerste maal naar die wijngaard geweest met vader om te helpen bij het oogsten van de druiven. Het jaar erna was het met Paul en Guy, en zo is het gebleven jaren lang, soms was er ook Pierre, soms Georges, mijn broer. De feiten zijn vandaag dat van de zeven alleen Paul en ik er nog zijn, de vijf anderen zochten de eeuwigheid op. Hoe schrijf ik erover nu zij er niet meer zijn, hoe vertel ik aan Paul, mijn vriend en wijnoogstgezel en aan jullie allen over die dagen van laat oktober die we er uitzonderlijk intens beleefden als deel van de grootste momenten in ons leven?
Hoe kan ik de beelden terug oproepen van de morgens terwijl de sterren doofden.
We verbleven in de chalet hoog in de bossen, van Aristide en Georgette, ook beiden opgelost in het eeuwige, in een chalet zonder elektriciteit maar met lopend water uit een kristalheldere bron. Een klein paradijs eigenlijk, totaal afgelegen met in de nacht een sterrenhemel die we niet meer kenden en Venus in de morgen, een klaarte als een stem die ons wenkte.
En de wijngaard zelf, gelegen op de flank van de Rhônevallei, met aan de einder de bes neeuwde toppen van de bergen daar, de Weiszhorn, de ZinalRothorn, la Dent Blanche en andere teveel om te noemen. Maar wat een landschap dat trilde in ons als we even opkeken met de druiventrossen die we knipten vochtig van de dauw in ons handen. Wij staande tussen de ranken, jong, gelukkig daar te zijn om te vergeten wat van de wereld was.
dan een vuist boven mij, onuitwisbaar in mij gegrift, zoals ‘Les dix heures’ om even te stoppen voor een homp brood met wat kaas en dan knippen tot de middag en na het maal, ik even ging neerliggen in het gras onder de kweeperenboom, in de geur van de kweeperen groter het knippen van de druiven, het dragen van de kisten, het laden en het vervoeren van de oogst naar de wijnproducent in Sion.
En dit alles met e Rhône vloeiend onder ons en de rust van de besneeuwde bergen aan de einder. En nog veel meer dat ik niet vernoemen wil om geen ‘hartepijn’ op te wekken, bij jou, Paul, en bij mij, al was het maar de muscatwijn van Travaletti, al was het maar het avondmaal bij Marie-Claude en Jacky – die er nog zijn - de avond van de dag dat Sadat werd vermoord in Egypte.
Herinneringen en hoe we die beleven als, zoals gisteren de kweeperenboom van mijn vriend in West-Vlaanderen oprijst uit de vele dagen die voorbij zijn.
l
16-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
15-07-2023 |
Mispels en kweeperen. |
Verder de zomer, verder het jaar in, maar het specifieke van de tijd heeft voor mij nog weinig betekenis, wat telt is het eindpunt dat akelig dichtbij gekomen is.
Ik schrijf dit hier voor de zoveelste maal, maar word er niet door bevangen, niet door beangstigd Het deert me niet omdat het onvermijdelijke ervan me heel duidelijk is maar onzeker qua ogenblik. Zo maakte ik gisteren nog een afspraak met vrienden voor mei 2024, en waarom zou ik niet, ofwel ben ik er nog in een consumeerbare vorm ofwel als wat as uitgestrooid in de bergen in welk geval er bijeen zal gekomen worden met ikzelf erbij in hun gedachten.
Ondertussen openen zich elke morgen de dagen en kom ik in het licht te staan met mijn woorden bij vrienden en kennissen de ik ken en die mij kennen. Van sommigen hoor ik, bijvoorbeeld van mijn dochter Cathy, dat ze me lezen, van anderen weet ik het met zekerheid omdat ze nu en dan reageren, en dan zijn er wellicht, zo hoop ik toch, van wie ik het niet weet. Maar allen die me lezen, zelfs die me lezen nu en dan, beschouw ik als mijn vrienden. Ze lezen mijn gedachten en ik kom binnen in hen waar ik een tijd verblijven zal. Hoe ruimer ik schrijf des te langer ik in hen aanwezig zal blijven. Ik ben dus een persoon die zich vermenigvuldigt elke dag en zo wil ik het houden. Me bewegend naar buiten en naar binnen.
En als ik niet onmiddellijk reageer op wat je me stuurt: de foto van een beeld of een fotoreportage of een gedicht dat kreunt van weemoed om wat voorbij is, of een dat sprankelt van geest, weet dat ik er mee bezig ben en dat ik je dankbaar ben me binnen te hebben gelaten in die gedachten van jou, waar ik op mijn beurt ogenblikken heb mogen vertoeven. Zo ook bij de vriend uit West-Vlaanderen die me vertelde dat hij in zijn tuin een mispel- en een kweeperenboom heeft staan. Hij weet nu dat hij er mij mee raakte omdat het de fruitbomen zijn die ik verkies, vooral dan de kweeperen goudkleurig in een schaal geplaatst op de tafel en de geur ervan in de kamer
15-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
14-07-2023 |
Waar ik aan denk. |
Jullie weten niet hoe ik me voel als ik ga neerzitten om te schrijven wat ik nog niet weet. Ik wacht dan, zoals jullie wachten op de komst van, ja van wat, op het verschijnen van mijn blog?
Vanmorgen dacht ik een ogenblik mijn hand genezen, maar het is het nog niet, verre van, eerder het tegendeel, weinig bemoedigend om een gedicht te schrijven of een sprookje voor grote mensen en toch ontkom ik er niet aan, zou ik niet willen ook want dan zou ik een dag niet geleefd hebben en dit kan ik me nu niet meer permitteren. Ik vraag me af of Milan Kundera die van mijn jaar 1927 was, ook zo dacht als hij de dag inging, zelfs als hij het wist dat het zijn allerlaatste was? José Saramago wist het want hij schreef in zijn laatste blog dat hij de aarde niet wou verlaten, dat hij niet wou opstijgen naar de luchten boven hem, en ze hebben zijn as bewaard onder een olijfboom die ze zijn gaan halen in zijn geboortedorp en verplant hebben voor het stadhuis van Lissabon.
We hebben allen zo een idee waar ze ons as uitstrooien of bewaren mogen. Ik vermoed dat ook Kundera er zal aan gedacht hebben en niet zoals Saramago, want ik geloof niet dat Kundera atheïst was, hij geloofde in de eeuwigheid van de geest en hij zou nooit geschreven hebben wat Saramago schreef.
Ikzelf heb gevraagd aan de kinderen om mijn as uit te strooien op een plaats hoog boven Grimentz ln de Valais
aan de voet van de Moirygletsjer of wat er nog zal van overblijven. In elk geval ze kennen de plaats: een stuk alpenweide tussen edelweiss en gentiaan, arnica en génépi en zilverdistel, mos en lichen en al die andere die ik ten gepaste tijde met wat er nog rest van mij tekenen wil
Ik heb er vertrouwen in dat het zo gebeuren zal.
14-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
13-07-2023 |
Auvergne. |
Zijn het de morgenluchten die bepalend zijn voor wat ik schrijven ga of de stille winden om het huis, of de regen tegen het raam, of misschien zoals vandaag het felle zonlicht op mijn handen of, is dit alles van de wereld en heeft wat van de wereld is geen vat op mij?
Ronduit gezegd ik weet het niet vanwaar het komt ik neem het en denkt dat het goed is of zelfs vraag ik het me niet af hoe het is.
Een vriend, bewogen door de renners van de Ronde van Frankrijk in hun rit door Auvergne, stuurde me een fotoreportage (https://youtu.be/XeozanaxU9 U) van de reis die hij er gemaakt heeft in 2013: een niet voor te stellen rijkdom aan romaanse kerken in onvergetelijke landschappen.
Ik ben er herhaaldelijk geweest op de plaatsen waar hij was. Ik herinner me de Christus van Vézelay, de ingekleurde kapitelen van Issoire, de Zwarte Maagd van Orcival zoals deze van Marsat.
We zouden kunnen spreken van de ‘Heilige Grond’ van Auvergne op basis van de romaanse kerken die we vinden in elk dorp. Er moet in Auvergne een school van bouwers en architecten aan het werk zijn geweest van in het begin van de XIde eeuw en zeker ook van beeldhouwers die de meest schitterende werken (naamloos) hebben nagelaten.
Ik citeerde maar drie plaatsen, ik had er dertig kunnen noemen en mijn vriend die de reportage maakte heeft de meest romaanse eruit belicht. Ikzelf heb geen foto’s gemaakt maar heb erover geschreven in mijn dagboeken Ik zocht in het bijzonder naar tekenen die verwezen naar de Keltische traditie van de bouwers en beeldhouwers en heb er gevonden, zeker in ‘La Madeleine’ van Vézelay.
Als ik iets nog zou willen doen in mijn leven dan is het een pelgrimstocht naar de kerken en kerkjes van Auvergne. Maar de tijd zal me ontbreken.
13-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
12-07-2023 |
Hoe 11 juli verliep |
Ik heb gisteren geen aandacht geschonken aan de Vlaamse feestdag. Heb er wel aan gedacht maar niet als een dag om feest te vieren, voor mij was het zoals elke dag een dag van bezinning, want ik zag niet in wat er heden ten dage te vieren is, iets te schrijven ja, iets te doen dat je wat kost om de realiteit van de dag anders te beleven. Hoe heeft geen belang, maar anders.
Mijn dochter, Patricia heeft weken geleden een vlinderboom geplant in de tuin, deze staat in bloem vanmorgen en we wachten samen op de eerste vlinder die gaat komen, tenminste zo er nog vlinders zijn.
Dit wachten op, is voor mij iets anders, het is wachten op een bericht uit de Kosmos, het is het gewoon dagelijkse te verruimen en uit te kijken op wat de natuur me in het bijzonder te bieden heeft, a l was het maar de komst van een vlinder die opduikt uit het niets, zo maar omdat ik het verlang.
Dit is dan een van de dingen waar ik mee begaan was de dag van 11 juli 2023 meer dan met wat de geschiedenis ons vertelt over de dag van 11 juli van 1302. Ik zat buiten in de schaduw met het boek van Ilja Pfeijffer voor mij, met twee ogen op het boek en een half op de eventuele verschijning van een vlinder die uiteindelijk niet gekomen is, wellicht de ganse dag niet, en eigenlijk niet nodig want Alkibiades had me meer te vertellen, pagina’s vol om niet licht te vergeten waar hij het heeft over de reis van de Perzische koning en zijn gevolg, naar een van zijn satrapen.
Het is een echte volksverhuizing die plaatsvindt en een Ilja Pfeijffer die zwaar, maar met een onovertrefbare schittering van zinnen, overdrijft als hij de tent van de koning beschrijft - pagina’s 403 tot 406 - badend in een enorme luxe van details waarbij de schrijver vergeet, als ik de afmetingen en de meubilering ervan geloven moet, dat die elke dag moet worden opgebouwd en terug afgebroken.
Dit is wat bijzonders was aan mijn dag van 11 juli
12-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
11-07-2023 |
Wat me te binnen valt. |
Wat me te binnen valt teken ik op, aldus gaat niets verloren van het moment dat ik me actief ga vertonen, of het nu belangrijk schijnt of niet ik neem wat ik krijg alsof het een gift was komende van nowhere, komende van nergens.
Dit is het fenomenale van het schrijven, het opvangen van woorden die zich aanbieden, soms overvloedig, soms stug en aarzelend en je hebt weet van beide, het is een kwestie van openheid, eigenlijk van jeugdige overmoed, en dan verloopt het vlot, of van wachten op gezangen in je hoofd die je om te zetten hebt in woorden en dan is er inspanning nodig, dan wordt het schrijven een last, een trage trein die over een lege vlakte bolt.
Je ondervindt de laatste dagen/weken dat het spontane van het woord gebroken js, dat je, ondanks je pogen, het ritme niet meer haalt van vroeger. Je onderwerpen liggen uitgezaaid maar komen niet aan de oppervlakte, je schrijven wordt afgeremd en wat doe je eraan? Weinig, als de inspiratie op zich wachten laat.
En toch, toch moet ik verder en liefst boven de oppervlakte in het domein dat me lief is dat van de geest, waar ik alle vrijheid heb om te zeggen wat ik zeggen wil. En, iets moet me van het hart – ik zegde het reeds wellicht – maar ik dank de vriend die me aanraadde Pfeijffer verder te lezen, want het is een meer dan merkwaardig boek, het boeit, het ligt open in een boekenhouder of -standaard op de tafel en het houdt me meer dan gezelschap, het intrigeert me, ikbegrijpniet hoe hijwegwijs kan én in de namen van de hoofdpersonen, én in de eilanden en baaien, én in de plaatsnamen.
Het moeteenkolossaalwerk geweest zijn alles bij te houden.
Gemakkelijkheidshalve volg ik hem niet op de bijgevoegde landkaart, het zou me teveel tijd vergen maar ik veronderstel dat hij duidelijk weet wat hij schrijft over de de plaatsen waar hij langs komt en over de tradities eigen aan die plaatsen.
In elk geval Alkibiades is een uiterst sluw man, een gewiekste diplomaat die weet wat hij wil en Pfeijffer schetst hem meesterlijk.
Het boek heeft alles zelfs op plaatsen langdradigheid, wat ik Pfeijffer graag vergeef.
11-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
10-07-2023 |
Hoe ik in het leven sta. |
In feite is mijn leven van nu, in de eerste plaats, bijna uitsluitend gericht op het schrijven van mijn blogs. Ik leef als geest en als lichaam, dus 100% als mens, gebruikmakend van wie ik ben en wat ik ben met een blik in de toekomst gericht, een toekomst die dag na dag inkrimpt om op een bepaald ogenblik een einde te kennen, een einde dat er plots zal zijn, totaal onverwacht misschien.
Ik weet het, het hangt boven mijn hoofd en toch ga ik verder alsof er geen einde zou zijn. Ik moet het neerschrijven om er bewust van te zijn, wel niet ten volle elk ogenblik, dat zou niet houdbaar zijn maar dan toch in de omstandigheden te verkeren die me in staat stellen erover na te denken en erover te schrijven met open vizier.
Zo wil ik deze geschriften zien als een voorbereiding op mijn laatste ogenblikken. Zelfs al houden deze geschriften niet veel in, zelfs al zijn ze maar de overname elke dag van enkele momenten bewust leven en zijn ze nog niet één honderdste van wat er is, toch aanzie ik ze als een voorbereiding van wat er ineens zal staan als een dief in de nacht.
Dag aan dag ga ik dus verder al is het geen sinecuur, drie vingers van mijn rechterhand zijn nog steeds gevoelloos gebleven en het typen vergt veel tijd . Ik weet niet meer wanneer de gevoelloosheid begonnen is maar zeker al vier maanden dat ik ermee sukkel en toch ga ik verder.
Maar er is en er blijft een reden waarom ik volhard in het schrijven, waarom ik me elke dag blijf uitdagen om desondanks te schrijven alsof mijn leven ervan afhangt, omdat ik anders een geestelijk dode man zou zijn, nog juist goed genoeg om zijn dagen te slijten voor zijn televisiescherm.
Ik wil nog altijd volwaardig in het leven staan en dan als iemand die schrijft.
10-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
09-07-2023 |
Dingen die voorbijgaan. |
Als je me voor tien vanmorgen heb bezocht ontbrak er een stuk tekst waarin ik me bloot gaf om jullie te zeggen - er was meer dat onbelangrijk was - dat er, op het ogenblik van het schrijven, drie gedachten waren die me bezig hielden: onvermijdelijk het beeld van mijn bloemenveld, het boek van Pfeijffer, open op de tafel, en de mail die ik ontving van Stefan Hertmans van uit Monieux in de Vaucluse. Hij schrijft me onder meer:
‘Nu ik het hier weer, in dit rustige bergdorpje, heb opengeslagen, lees ik je prachtige bladzijden over de gelijkenis tussen Akhnaton en Oidipoes - bijzonder intrigerend en geschreven vanuit een organische eruditie van een intens lezer die doorgeeft wat hem treft en bezighoudt. Dank daarvoor.’
Ik kan er mee leven, weten dat iemand als Hertmans mijn boek las en er iets over schreef, neem ik mee in mijn dag als even belangrijk als het overige.
Het gebeuren op 8 juli was veel ruimer, maar ik weerhield enkel wat waard was afzonderlijk te vermelden op de dag van 9 juli.
Het zijn dingen die voorbijgaan, onopgemerkt indien ze niet zouden geschreven staan. Kleine onopvallende dingen die echter een grote weergalm krijgen omdat ze tekenend zijn voor de persoon die ik ben. Later, veel of, nimmer, zal dit gelezen worden als niet veel, zeker niet de waarde die het nu heeft.
Het is om deze reden dat ik het geschreven heb.
09-07-2023, 06:59 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
08-07-2023 |
Gebeeldhouwd. |
Even tikken op de foto om me rechtop te plaatsen.
Op enkele maanden tijd is mijn leven volledig omgeslagen, wat vertel ik erover, wat over zoals ik daar sta, oud zeker, wijs misschien. Zeggen we in elk geval voor een deel uitgeblust, herleid tot de essentie van het ‘erzijn’, evenwel nog altijd getekend door de wilskracht van de geest.
Vergeef het me als ik dit herhalen blijf.
Hoewel ik er sta als gebeeldhouwd door de jaren is er nog steeds groot leven in mij, al zou er twijfel over kunnen ontstaan, het zit nog altijd in mij aandacht te hebben voor het kleine meer dan voor het grote.
Waar ik sta, sta ik voor het gedicht dat ik schreef zonder woorden waarin ik de goddelijkheid van de natuur in al haar glorie op het voorplan breng om aan te geven hoe vergroeid ik ben met het schone dat me begeestert, de wereld om mij vergetend voor een ogenblik, getroffen als ik ben door wat ik zie waar ik sta en zal blijven staan voor een lange tijd.
De foto is een klankbeeld van de aarde in volle bloei, ik ben ermee vertrouwd tot in het diepste van mijn cellen vanaf ik, om zo te zeggen, de ogen van de geest geopend heb en het beeld van een veld bloemen – de bloemenweiden uit mijn jeugd - zich terug heeft vastgehecht in mij. Ik draag het in deze dagen mee met mij als een simpel wonder iets, het heeft zich als een laken neergelegd over mijn gedachten en over deze woorden hier.
Veel is het niet, juist genoeg om even te verbazen
08-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
07-07-2023 |
Het stillen. |
Het uur één in de morgen, is een goed uur om te gaan slapen. Ik ben dan voldoende vermoeid om in te slapen zonder dat ik lig te piekeren over het een of het ander: mijn blog is ingelogd en ik heb nog enkele pagina’s gelezen in mijn Pfeijffer-boek.
Ik ben stilaan gewoon geraakt aan zijn uitgerekte zinnen die niet alleen bedoeld zijn om alles grondig te verklaren, maar ook om de mogelijk reacties erop onder ogen te nemen en in detail te beschrijven. Er wordt dus meer geredeneerd in zijn boek dan gehandeld. Wat eerder ongewoon overkomt, maar schrijven kan hij en zijn woordenschat is verrassend ruim. Hij boeit me, hij zet me aan om verder te lezen - ben ongeveer halfweg - en wat het slapen betreft, vorige nacht sliep ik in een stuk van één tot zes uur dertig. Ik denk niet dat ik wakker geweest ben, in elk geval ik herinner me het niet. Ik ben dus ondanks de stijfheid in mijn wijsvinger, middenvinger en duim tot een zekere rust gekomen, een rust die ik in lang niet meer gekend heb.
Ik heb me ontlast van verleden en toekomst, ontlast van de grote dingen in het leven en vooral van het schrijven van een nieuw en beter boek, al was ik er al aan begonnen en durf ik er nog mee begaan zijn om te weten hoe het verder zou kunnen. Maar mijn gedachten overstijgen niet de gewone gang van zaken in een leven en mijn bedoeling was er ver van af te wijken om uit te komen in het totaal nieuwe, het totaal onverwachte en te schitteren als auteur.
Maar ik heb dit nu ver op de achtergrond geschoven, er is geen jacht meer, geen hopen op enige erkenning, neen, ik blijf bij mijn dagelijks optreden als blogschrijven en het volstaat me. Zo, wat me mijn ganse leven heeft beziggehouden is afgezwakt, is geen doel meer, elk verwachten is stil gevallen, is uitgedoofd met hoogstens nog wat rook.
Ik voel me er goed bij, geen al te grote verwachtingen meer te hebben, dan toch niet wat het schrijven aangaat.
07-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
06-07-2023 |
Waarom zijn we hier? |
Ik heb gemeend de Bhagavad Gita te mogen volgen en te zeggen dat het deeltje geest dat we bij onze geboorte in leen ontvangen hebben, na ons sterven overgaat naar een kind dat geboren wordt.
Günter die me tweemaal per week als hulp bezoekt, merkte op dat er meer kinderen bij komen dan dat er personen sterven en dat mijn theorie niet opgaat. Ik moet hem gelijk geven, het kan niet zo eenvoudig zijn als ik het heb voorgesteld.
Ik dacht hieraan toen ik een poging deed in de tuin om zonder rolator te wandelen - strompelen is het juiste woord – en na vijf minuten moest gaan neerzitten. Ik heb nu nog een week om terug op een deftige wijze te leren lopen wil ik terug onder de mensen kunnen komen.
Mijn theorie of liever deze van de Hindoes wankelt zoals mijn wandelen/lopen. Ik zal hiervoor een andere uitweg moeten zoeken. Ik heb wel de zekerheid dat de geest in ons niets gemeen heeft met de stof van het lichaam; dat de geest zich enkel bedient van het lichaam om te functioneren. Eens het lichaam weg blijft de geest die we gebruikten over.
We zijn hier in elk geval niet om iets te wijzigen aan de natuur, daar ligt onze opdracht niet – hoewel er toch geprutst wordt aan onze DNA - deze kan enkel liggen in het domein van de geest.
Over hoe deze overblijft als entiteit of opgenomen in de geest van de Kosmos heb ik geen oordeel, ik kan enkel gissen maar dit brengt me geen stap verder.
Logischerwijze moet ik ertoe bijgedragen hebben het niveau van de geest op aarde beïnvloed te hebben en wel in de goede, in de positieve zin; Was dit dan de opdracht die ik meegekregen heb bij mijn geboorte, het volume geest en vooral de kwaliteit ervan te doen toenemen?
Wie zegt het me of dit niet het begin is van ons zoeken naar een meer passend antwoord. Ik herhaal het we zijn hier in geen geval niet om iets te wijzigen aan de natuur, daar ligt onze opdracht niet, deze kan enkel liggen in het domein van de geest.
Ik zal en wil er verder over nadenken in de dagen die me nog voorbestemd zijn. Hopelijk helpt het me om tezelfdertijd ook mijn strompelgang in een goede lijn te brengen.
06-07-2023, 07:21 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
05-07-2023 |
Een zaak van het hart. |
Wat lk gisteren schreef in een moment van onwezenlijkheid trok een spoor dat nog enkele tijd blijven zal. Blijven zal tot het bedekt zal zijn met te vroeg afgevallen bladeren. In elk geval belangrijk was dat ik het gesignaleerd heb voor mezelf en ook voor haar, al leest ze me niet het staat er, zo goed mogelijk gecamoufleerd voor de wereld.
In feite wist ikzelf niet goed hoe het te vermelden omdat het iets totaal nieuw was dat me overviel. Ik had er wel ooit aan gedacht dat zo iets gebeuren kon maar zeker niet op de wijze zoals het zich heeft voorgedaan.
Wellicht is het iets zoals de ‘ajada violetta’ van Borges – het verwelkt viooltje - bewaard tussen de bladen van een boek om iets niet te vergeten en dan toch vergeten.
Of zit het dieper dan ik vermoeden kan, een laatste strohalm om me er in gedachten aan vast te houden en dan tot het einde van mijn dagen. Want hoe bestaan we, eens geraakt door de pijl.
Of het nu waar is of niet, het staat er geschreven als een voorval in het reële, maar het kan evengoed een spitsvondigheid zijn om te misleiden, een poging om te stellen dat het zo is geweest, en dan heb je als lezer er een dubbel gevoel bij en zit je gevangen zoals ik. Ik die twijfel tussen inbeelding of realiteit en jij die niet anders kunt dan me hierin volgen.
Uiteindelijk moet het verbeelding zijn, mijn gedachten die op hol sloegen bij het horen van haar stem en het onverwachte van haar bezorgdheid, normaal om die te hebben voor een oud man.
Zo laat ons besluiten, dat zo lang ik haar niet gesproken heb alles berust op een groot misverstand van mijnentwege.
En sluit ik hier alles af, leg ik er een gordijn over die misschien ooit zal worden weggeschoven of toegedekt blijven voor altijd. Maar jullie zullen het nooit weten, omdat het een zaak is van het hart.
Hoewel ik niet nalaten kon het toch een kans te geven.
05-07-2023, 08:51 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
04-07-2023 |
Hopen op het irreële. |
Elke morgen vraag ik me af welke woorden ik er nog heb aan toe te voegen om een geheel te vormen met wat er al staat. Dit, opdat alles zijn tijd zou krijgen zo in de morgen als in de avond.
Ik kijk dus voortdurend neer op wat ik denk om op te tekenen wat me past, denkend aan wat ik gisteren schreef en de dagen ervoor als ik het me nog herinneren zou.
Het gevoel dat overheerst is dat ik een eiland ben en als eiland fungeer dat ik, wat mijn schrijven betreft ik ben omgeven met een leegte die ik zie als een ‘schrijf-en-kijk-niet-om’ gebied’. Ik sta alleen in mijn geschriften. Eigenlijk heb ik alle contact verloren met de wereld om me heen, ik ben een wereld op mijn eigen geworden en ik begin het stilaan te realiseren hoe vereenzaamd ik wel ben, geconfronteerd met de ongemakken van vingers en lichaam en met wat ik schrijf en wat ik niet schrijf vooral dit laatste, de diepste geheimen van het hart die ik voor me zelf houden wil.
Waar stevende ik op af deze morgen, waar zou ik uitgekomen zijn ware er niet een telefoon geweest van een (grote) dame die zich bekommert over mij.
Hoe en in hoever ze zich bekommert weet ik niet, ik kan het enkel vermoeden, of beter, hopen dat er meer dan gewone gevoelens mee gemoeid zijn, meer dan deze van een broer of een zuster. En, in feite, het te weten met zekerheid ware me voldoende om het verder mee te dragen in mijn dagen.
Je schrijft dit, het wordt je gedicteerd door resten van vroegere gevoelens die je nog gebleven zijn en nu en dan, in je grootste eenzaamheid, de kop opsteken om te verdwalen in het irreële van een diep in jou gedoken rijkdom. met gevoelens die eerder irreëel zijn dan reëel. Maar zelfs al is het irreëel het is een droomlandschap dat je o zo graag betreedt met het irreële van haar aanwezigheid.
En je weet hoe indringend dergelijke gevoelens zijn en hoe ze soms opstijgen in jou en mogelijks openbloeien zullen, buiten mate.
Zo wat is er van een telefoon in de morgen die je niet meer durfde verwachten.
04-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
03-07-2023 |
Op het einde van de dag. |
Ik zelf zie, op ditzelfde ogenblik dat ik schrijf, niet in waarom ik 2024, en in een goede bui, zelfs 2025 niet zou kunnen halen, maar dit is dan ook het verste dat ik durf gaan. Na 2025 zijn er geen jaartallen meer die ik neer durf schrijven, heb er ook geen nood aan, de marge die ik neem is me voldoende om nog het een en het ander te voltrekken, al weet ik nu nog niet wat.
Ik ga dus niet beweren dat mijn leven af is, wel dat ik het nog af te maken heb, niet met deze geschriften, deze zijn inbegrepen in mijn dagelijkse handelingen, hoewel het geen handeling is, maar eerder een geestelijk proces dat dagelijks optreedt en me bezig houdt tot ik denk dat ik ver genoeg ben gegaan.
Wat ik hierbij telkens betracht is in afzondering te gaan met de muziek van ‘Klara’ en vandaag met het beeld nog aanwezig van het bloemenperk dat ik zo-even bezocht, beide als meubelende elementen in mijn gedachten, om me hals over kop te storten in de ogenblikken van het ‘erzijn’, het erzijn in een totale totaliteit van het leven in mij, dit van wie ik ben, van wie ik was en van wie ik nog worden wil, alles samen en in elkaar lijk in een bol deeg onder een doek die aan het zwellen gaat.
Zo voel ik me als ik in een dergelijke toestand aan het schrijven ga, zwellend en opstijgend in een wolk van woorden die een tuil zijn van rozen die zich openen zullen.
Het duurt maar de duur van enkele ogenblikken die je intensifieert door deze voluit op te nemen in de woorden die je achterlaten zult als je reeds veel verder zult zijn, luisterend naar de zang van de merel en naar de muziek van Bartók misschien, al is dit zonder belang voor het nu van nu.
Zo wat is er van het schrijven van woorden die opborrelen komende van ergens dat een nergens is want we weten niet van waar, weten evenmin hoe ze zich vormen. Om volwaardig op te treden kregen ze alle macht om te verschijnen zonder het te vragen en te voorschijn te komen als woord in een zin, zo maar, gewild of niet, om te blijven waar ze zich plaatsten.
Achteraf, in de avond of de nacht nagekeken om te zien of ze blijven mogen, te laat om er nog iets aan te wijzigen.
03-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
02-07-2023 |
Onwankelbaar |
Ik ben gisteren los gekomen uit mijn inertie maar heb ik de lijnen van mijn geestelijk landschap, mijn bewustzijn deel van het bewustzijn van de Kosmos, zuiver en correct getrokken?
Of, zoals ik me zag, ik ademend via de navelstreng die me verbindt met de Kosmos.
In de dagelijksheid houden we er geen rekening mee, het komt niet in ons op die navelstreng te voelen, het is maar als het leven zich terugtrekt uit het lichaam dat de realiteit van ons verbonden zijn zich opdringt en de vraag zich stelt wie of wat we nog zijn eens de dood is opgetreden. Het is eens te meer, bij leven, een herhaling, een voortdurend aftasten wat van het sterven is, het lichaam dat stof wordt maar wat van de geest die het lichaam bewoonde en het gebruikte om te zijn wat verwacht wordt dat de geest zou kunnen zijn.
We hebben er geen duidelijk antwoord op zoals we geen antwoord hebben op de vraag of de geest een stoffelijke vorm zou kunnen hebben.
We gissen dat hij er geen heeft en dat hij dus niets te maken heeft met de dood van het lichaam; dat de geest van het Zijnde is en terugkeert naar het Zijnde dat is van de Kosmos. Wat we maar al te graag geloven willen, waar we ons aan vastankeren, waar we ons in vastbijten om de zekerheid te verwerven dat de dood, is het geen nieuw beginnen, het is een terugkeer naar waaruit we zijn opgestaan.
Wat ook het enige dat telt, de dood is niet het einde. Maar vraag me niet, als het niet het einde is, wat is het dan?
Misschien komt het er enkel op aan onwankelbaar te geloven dat het niet het einde is.
02-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
01-07-2023 |
De roos en het woord. |
Het vuur in de rozen is gedoofd, is brak geworden op een brakke grond, er blijft zelfs geen herinneren meer, zoals ik ook niet meer weet welke, even brakke woorden ik gisteren geschreven heb en heb laten gaan, alsof het dode bladeren waren, te vroeg neergedwarreld zoals bladeren in de herfst.
Niet veel zaaks meer de rozen, niet veel zaaks de woorden. En wat ze gemeen hebben is niet zo duidelijk, staat nergens vermeld, maar ze hebben eenzelfde beginnen: de oerknal, waarvan men beweert dat hij nog te horen is, te horen wat hun beginnen was.
Roos en woord lagen toen heel dicht bij en in elkaar, samen in de kracht die alles in beweging bracht en van dan af zijn hun wegen uit elkaar gegaan: de ene kracht is roos geworden, de andere kracht heeft een andere weg afgelegd. Waar het voor de roos de weg naar buiten was, was het voor het woord de weg naar binnen. Zo heeft de roos niets te vertellen over het woord heeft het woord heel wat te vertellen over de roos.
Deze vergelijking brengt me niet ver, het ene is, schijnbaar althans, van de materie, het andere is van de geest. In die voorstelling vullen ze elkander aan. Maar er is geest in de roos, in de stam, in de wortel van de roos, die weet hoe te botten, hoe de botten te openen tot roos, en dit weten is van het bevreemdende dat de Kosmos is. Een, in al zijn geledingen, zo de zichtbare als de onzichtbare, levend massaal ‘Iets’ dat weet hoe er te zijn en hoe er te leven, zonder het ‘zelf’ te beseffen dat het weet.
Dit is - althans zoals ik het meen te zien deze morgen - de reden waarom het woord er is. Het woord weet wat van de Kosmos is, nog niet heel veel, maar het komt eraan. Geleidelijk begint het woord meer en meer binnen te dringen in het massale en te begrijpen dankzij het fenomeen homo sapiens dat de mens is.
We zien het: de homo sapiens deel zijnde van de Kosmos, als zijn diepere integratie in wat de Kosmos is; hij is geen afzonderlijk deel ervan, hij IS het zelfbewustzijn van de Kosmos. En het is, noch in min, noch meer als het zelfbewustzijn van de Kosmos dat hij fungeert.
Laat ons stellen dat dit een deel van de waarheid is: het zelfbewustzijn van de Homo sapiens is niet alleen bepalend voor, maar is gelinkt aan het zelfbewustzijn van de Kosmos, beide zijn een en het zelfde bewustzijn.
We aarzelen het te geloven, maar we zijn Kosmos.
01-07-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
|
 |
E-mail mij |
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
|
E-mail mij |
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
|
Gastenboek |
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
|
E-mail mij |
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
|
|
|
 |