Ik heb gisteren geen aandacht geschonken aan de Vlaamse feestdag. Heb er wel aan gedacht maar niet als een dag om feest te vieren, voor mij was het zoals elke dag een dag van bezinning, want ik zag niet in wat er heden ten dage te vieren is, iets te schrijven ja, iets te doen dat je wat kost om de realiteit van de dag anders te beleven. Hoe heeft geen belang, maar anders.
Mijn dochter, Patricia heeft weken geleden een vlinderboom geplant in de tuin, deze staat in bloem vanmorgen en we wachten samen op de eerste vlinder die gaat komen, tenminste zo er nog vlinders zijn.
Dit wachten op, is voor mij iets anders, het is wachten op een bericht uit de Kosmos, het is het gewoon dagelijkse te verruimen en uit te kijken op wat de natuur me in het bijzonder te bieden heeft, a l was het maar de komst van een vlinder die opduikt uit het niets, zo maar omdat ik het verlang.
Dit is dan een van de dingen waar ik mee begaan was de dag van 11 juli 2023 meer dan met wat de geschiedenis ons vertelt over de dag van 11 juli van 1302. Ik zat buiten in de schaduw met het boek van Ilja Pfeijffer voor mij, met twee ogen op het boek en een half op de eventuele verschijning van een vlinder die uiteindelijk niet gekomen is, wellicht de ganse dag niet, en eigenlijk niet nodig want Alkibiades had me meer te vertellen, pagina’s vol om niet licht te vergeten waar hij het heeft over de reis van de Perzische koning en zijn gevolg, naar een van zijn satrapen.
Het is een echte volksverhuizing die plaatsvindt en een Ilja Pfeijffer die zwaar, maar met een onovertrefbare schittering van zinnen, overdrijft als hij de tent van de koning beschrijft - pagina’s 403 tot 406 - badend in een enorme luxe van details waarbij de schrijver vergeet, als ik de afmetingen en de meubilering ervan geloven moet, dat die elke dag moet worden opgebouwd en terug afgebroken.
Dit is wat bijzonders was aan mijn dag van 11 juli
|