 |
|
 |
28-04-2024 |
Afscheid |
Dankbaar voor wat van het leven is voor wat van de woorden is die ik geschreven heb, dankbaar voor de tekeningen die ik maken kon, én voor de liefde die ik ontving, ben ik heengegaan, als sprankel van het Woord dat in den beginne was.
Karel Mortier 26/04/2024 +
28-04-2024, 14:16 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
17-04-2024 |
Opgenomen. |
Ik ben opgenomen in het ziekenhuis, hoping to stay alive. Er zal dus geen blog zijn vandaag of morgen, of? Ik zal zo al zorgen genoeg hebben.
Genegen groet,
Karel
17-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
16-04-2024 |
Hoe ik er sta, vandaag? |
Hoe ik me voel vandaag?
Lamlendig, noch min noch meer, met een piepende adem, beweegloos uitgestrekt op het bed in de kamer, redenen genoeg om ‘geen’ blog te schrijven.
Maar als ik het eenmaal doe, ik het nog zal doen en dan zit in een straatje zonder einde. Ik doe een poging dus en ik antwoord aan wie me de vraag stelde dat de handelingen van de mensen hier op aarde, geen zorg zijn voor waar ik nog altijd geen naam voor heb, namelijk diegene die regeert over de Kosmos die Hij is.
Zijn domein is de geest van de mens en het is via deze geest dat hij de handelingen van de mens ombuigen zal tot wat hij wilt dat deze ooit worden zullen, een ooit, dat veraf kan liggen.
Dit is nog maar eens ‘arm’ menselijk bedacht en geschreven om te blijven binnen het paradigma waar ik nu al enkele dagen mee te koop loop en dat ik, ziek, gezond of het sterven nabij aanhalen blijf.
Maar zeg me, hoe kunnen wij, simpele geesten met weinig diepgang, spreken in dagelijkse woorden over wat de Kosmos is, hoe hij er is en vooral waarom hij er is, opdat we beter zouden weten waarom wij er zijn, zoals ik denk, gekroond en op een ‘piédestal’ geplaatst.
Ik schrijf dit nogmaals, maar ik zeg je ook de wereld is me plots vreemd geworden, ik voel me moe, te moe om verder te schrijven vandaag. Ik houd het dus bij deze portie woorden, voldoende geladen opdat ik ze zou laten gaan zoals ze er staan
Altijd maar eindigend: hopende. Eens zal dit laatste woord ook niet meer geschreven worden.
16-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
15-04-2024 |
Waar ben ik mee bezig? |
Als ik, zoals gisteren, slapen ga dan heb ik het gevoel, al heb ik het nooit gedaan, op strooptocht te zijn geweest, wat zeggen wil dat mijn dag op een vreemde wijze verlopen is en dat ik in feite dit zou kunnen vermelden telkens ik aan het schrijven sla, op een strooptocht naar woorden, beelden, zinnen.
Op dergelijke momenten vindt er een metamorfose plaats, ben ik iemand anders, iemand die ik begin te kennen, een zoeker, iemand die denkt dat hij de geheimen van het Universum blootleggen moet, dat dit de opdracht is die hij nog te vervullen heeft alvorens te vertrekken en hij bekent dat hij meer en meer het gevoel heeft dat dit vertrek nakend is.
Zo denkt die man in mij dat er vóór de tijd er was een onmetelijke massa oneindig kleine deeltjes moeten geweest zijn die het Zijnde uit maakten; zo denk die man in mij dat die massa die er was, maar of ze er was of niet het maakte geen verschil, zich veruiterlijken wou opdat ze gezien zou worden, gezien door iemand die er zou zijn en weten dat het Zijnde er was.
En het Zijnde is eraan begonnen met een Big Bang, om 13.5 miljard jaren uit te komen bij het begin van wat ze zich had voorgesteld te bereiken
Ik herlees dit, dit is een mooi verhaal door een mens gezien, maar hoe ziet het verhaal eruit door het Zijnde gezien, het Zijnde dat een totaliteit moet zijn van op elkaar inwerkende Higgs en andere deeltjes.
Mijn God wat zet er me aan hier altijd te willen over schrijven, is dit eigen aan allen die op het punt van hun stoel zitten klaar om op te stijgen?
Het foute is dat het geschreven is vertrekkende van uit een vooropgestelde idee die zich herhaalt om een zekerheid op te bouwen namelijk dat de mens er gekomen is omdat hij nodig was er te zijn wat maakt dat de opbouw van de structuur van het Universum bijkomstig is.
Maar dat ik dit blijf herhalen als een soort zwanenzang, dat weet je al. Je herkent er misschien in de dwaas dit ik ben dit durven te verkondigen en het werk van al de Hawkings die er geweest zijn sedert eeuwen, als bijkomstig te zien.
Er wacht ons een andere zoektocht.
15-04-2024, 04:28 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
14-04-2024 |
Gesprek op zondag. |
There are moments, waking up in the night, enjoying the fact that I am still alive, alive to defend my strange, but for me, solid idea that a universum was needed to produce the homo sapiens, and not the opposite, that a universe was made/created in order to ‘produce’ the homo sapiens.
Is there a difference? Of course there is, but I am not trying to explain what kind of difference there is, for it would bring me in the highest spheres of heavens, far beyond Spinoza, and that is too high, for how could I ever attain that kind of philosophical religious way of thinking? How could I ever feel me at ease beyond Spinoza, reaching a level never encountered in my live, a level reflecting. God?
I should have to explain that men has to grow to a kind of god himself and at that level I am not used tot feel me at ease.
Om verder te gaan en mijn idee te volgen moet ik uitstijgen tot boven Spinoza en tot hier toe hebben dit weinigen, om niet te zeggen niemand bereikt.
Ik zal dus de toekomst ingaan - insukkelen - met die ene zin geschreven: wat ‘gemaakt’/’gecreëerd moest geworden is de mens, hiervoor was het nodig een universum te ‘maken’/te creëren.
Met dit kan ik het best laten en er verder over zwijgen want ik ben hiermede verder gegaan dan Spinoza in zijn ontboezemingen.
Ik geloof ook niet dit ooit al eens gelezen te hebben, maar ben er zeker van dat het al gedacht/geschreven werd.
Het is een stelling die verwacht ik verloren zal gaan in en met mijn blogs die eenzelfde weg beschoren zijn.
Misschien is het maar best ook want welke discussies/twistgesprekken zouden hierover niet kunnen ontstaan? Echter ik heb dit nu geschreven ik zal het geschreven laten
Maar kan het dat ik erover zwijg in de toekomst, kan het, me kennende?
Ik schreef dit op zaterdag 13 april om 04.45 pm.
Men zegge het voort of, men zwijge het voort
14-04-2024, 05:05 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
13-04-2024 |
Hoe zal ik ze noemen? |
De kracht van de geest om op mijn leeftijd, nog te verlangen naar een plaats die omwille van haar ligging voor mij ontoegankelijk geworden is, en dan, in het bijzonder, op een namiddag zoals deze, en ik, totaal verward, wegdroom, de ogen gesloten, half ingeslapen?
Een onwezenlijke droom op een bergtop te zijn, zoals er zovele toppen zijn waar ik was op een dag in augustus. Ik denk, nu ik er verder overschrijf, dat het een ziekelijk verlangen is, het niet te stelpen is, dat het lijk een wonde is, diep geslagen.
Hoe heb ik er geleefd al die dagen, doorgebracht in de Valais, jaar na jaar in de maand augustus; wat bezielde me toen terug te keren naar die zelfde plaatsen die ik zo goed kende en waar ik me totaal ontspannen voelde, ondanks de regen soms, de mist, de inspanning die het me telkens kostte uren wandelend, de hoogtes op te zoeken om dan, met pijn in de knieën, af te dalen naar het dorp terug?
Het kon vooral denk ik omdat er de vrienden waren die ik er kende en dat het eerder naar hen was dat ik keerde dan naar het dorp en de bergen, naar de bossen en de meren, naar de meest eenzame plaatsen ter wereld, om ergens terecht te komen, op een rots gezeten, met de hemel als een koepel over mij.
Het was inderdaad een roep waar ik niet kon aan weerstaan; een periode in mijn leven die van groot belang is geweest, en nog is.
Het is pas nu dat ik me er rekenschap van geef, dat ik weet wat de Valais en de bergen betekend hebben.
Het is me duidelijk, als ik me laat gaan, dat ik terug de eerste stappen zet, over de rotsen om, zoals het de dag van de Sasseneire ooit gebeurde aan niemand – behalve aan jullie! - te zeggen dat ik er heen zou gaan en indien er iets gebeuren zou, niemand me zou gevonden hebben en ik er gelegen zou hebben als voedsel voor de chouca’s, de raven.
Hoe zal ik ze noemen die dagen?
13-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
12-04-2024 |
Moment van Ontgoocheling |
Ik heb een ontgoochelende dag gekend. Vraag me niet waarom, ik houd het voor mij: een misverstand, een hoop die ineens verdween en me enigszins ‘verweesd’ en geledigd achterliet.
Heb lang op mijn bed gelegen, geslapen en niet geslapen. Ik dacht eraan dat alles ineens kan omslaan in de dag, zelfs in het leven, een hoop met vele mogelijkheden in potentie eraan verbonden die verkeerd uitvalt en een soort verslagenheid die erop volgt en hangen blijft.
Voorbij wat ik gisteren schreef over de hamvraag: de rol die de mens hier meegekregen heeft. Wat ben ik ermee, wie zal er ooit naar mij luisteren en me volgen, wie denkt eraan, wie maakt zich zorgen over zijn aanwezigheid hier op dit micropunt in de Kosmos?
En wat zet er me aan er altijd maar op terug te vallen alsof er niets anders meer zou zijn in mijn leven, zo dat ik me vragen stel over wie ik eigenlijk wel ben, en hoe jullie, mijn lezers van elke dag opkijken naar mij, naar deze zonderling die meent dat hij geroepen is om elke dag een geschrift na te laten, een bundel schamele woorden, zoals het vandaag het geval is.
De avond valt, ik verschiet, het is al 19.48, de tijd, de dag ging zo voorbij, ik liggend op mijn bed om er straks opnieuw naar toe te ggan voor een lange nacht.
En nu, waarom schrijf ik dit allemaal, als ik eerst dacht er niets over te zeggen. Is het omdat ik een ogenblik gedacht heb aan de top van het ‘holy isle, Iona’ waar ik was met Guy en Jean-François, en een andere dag met Pierre. Twee van hen overleden, de overblijvende, een taaie, waar ik nog weinig over hoor – wie weet misschien leest hij me? - en bij wie ik me zeer schuldig voel.
Begrijp me als ik nu denk aan Robert Burns en aan wat hij in een opwelling wellicht uitriep: ‘My heart’s in the Highlands, my heart is not here.’
12-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
11-04-2024 |
Na tien jaar. |
Tien jaar geleden schreef ik:
Het gebeurde ooit, lang geleden, dat de schrijver van het Boek ‘Genesis’, in een goede dag zijnde, in onuitwisbare inkt zijn drie eerste woorden neerzette: bereshit bara elohim. Waarmee hij op een duidelijke wijze stelde dat het Elohim was die alles geschapen had.
Hij formuleerde dit in wondere conventionele tekens die door ingewijden konden begrepen worden en in andere talen en tekens omgezet. Zo werd bereshit bara elohim omschreven als ‘in den beginne schiep God’. Wat Hij schiep werd het Universum, het zichtbare, Hijzelf was en bleef onzichtbaar in het zichtbare.
Een andere schrijver, een oosterse filosoof, denk ik, ging een stap verder en hij schreef: ‘in den beginne was het Woord.’ Maar wat of wie het Woord was werd niet gepreciseerd, wel wat het Woord werd.
De tijd, ce grand sculpteur[1] van dingen en van gedachten, schoof andere ideeën binnen, meer precieze formuleringen, namelijk dat het beginnend Universum bestond uit minimale deeltjes die de bouwstenen waren waaruit dit Universum is tot stand gekomen. Maar de vraag of deze minimale deeltjes er waren in den beginne of er niet waren in den beginne blijft nog steeds onbeantwoord.
Ondertussen ben ik tien jaar verder en ben ik geneigd andere vragen te stellen. Het kan me nog weinig schelen hoe het er gekomen is omdat ik nu weet met zekerheid dat het er is , opdat de mens er zou kunnen zijn en dan spitst mijn vraag zich toe, en ik ken half het antwoord, welke is de rol die de mens heeft meegekregen;
Dit is nu de hamvraag.
[1] Marguerite Yourcenaer
11-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
10-04-2024 |
Totale zonsverduistering. |
Ik hoorde en weet nu heel wat over het fenomenale, het sensationele evenement van gisteren 8 april dat zichtbaar was in Mexico en in Texas en gedurende ruim een uur in beeld werd gebracht door de BBC.
De toeschouwers die het ter plaatse ‘live’ meemaakten waren in alle staten van vervoering en ik begrijp hen als het ineens in volle dag nacht wordt, maar ik die het mocht meemaken op het scherm was er evenzeer door gefascineerd en de omstandigheden hebben gewild dat ik op het juiste ogenblik overgeschakeld ben naar de BBC, ik had het echt niet bete r kunnen beleven.
Achteraf heb ik me afgevraagd of het ook bij de toeschouwers bijzondere gevoelens had losgewrikt, of er onder hen waren die nagedacht hadden over de structuur van ons Universum, hoe het kon dat we erdoor op een dergelijke wijze door geroerd worden, erdoor zelfs in ontroering gebracht?
Hebben ze zich, eens terug tot normale gevoelens, afgevraagd welk wonder dit Universum wel is en welk geluk mee gemaakt te hebben wat het Universum hen heeft voorgeschoteld; hebben ze geweten dat bij momenten we overspoeld worden door het Universum.
Ik wil ditmaal niet verder gaan. Het gebeuren was verwondering, was een lichte slag om de oren, niet om erover verder te mediteren.
Ik ook ga er niet verder over uitweiden, ik had vandaag andere geschriften te verzorgen zodat ik te laat begonnen ben aan deze blog, soms hebben andere zaken voorrang
Laat me dus toe afscheid te nemen. Ik weet dat mijn goede vriend Paul onvermijdelijk zal gedacht hebben aan Hergé en aan de zonsverduistering die hem toeliet Tintin op een zeer ongewone wijze te vrijwaren van de dood. Alleen het génie van een Hergé kon aan de mogelijkheid denken geboden door een zonsverduistering in het Land van de Inca’s, of welk volk ook.
10-04-2024, 07:39 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
09-04-2024 |
De Tocht. |
Ik verlaat Dante, ik verlaat de interpretatie die ik gaf aan enkele versregels van hem, wat niet betekent dat ik mijn interpretatie intrek, integendeel, ik verstevig ze met erover te zwijgen. .
Maar ik verlaat de kamer en het huis en ik verlaat mijn leeftijd voor een korte tijd. Ik ben nu veertig of vijftig of zestig zelfs, en gelaarsd en gespoord stap ik over de ‘Barrage de Moiry’ om mijn beklimming te beginnen.
Er wacht me een lange wandeling van een paar uren over de alp, in het spoor van de grazende koeien, voorbij de hoeve en de stallingen, een gestage klim in de grote openheid van luchten, in het machtige van de toppen om me heen, tussen de meest wonderlijke bosjes flora naar de Col voor jou, 2919 meters hoog, de passage naar de andere vallei.
Ik kan het nog, ik ken het nog, ik weet het nog zo goed, even neer te liggen in het gras tussen de alpenbloemen aan het bergmeer ‘les Autannes’ voor de top: een zaligheid van geuren, van luchten, van licht en jij weinig meer dan een bundel cellen, badend in al wat van de Kosmos is omheen jou.
Van hier af wordt de klim steiler, maar het duidelijk getrokken pad biedt geen andere moeilijkheid. Hoe dikwijls en in welke weersomstandigheden was ik hier, met ademhalingsmoeilijkheden naar de Col toe die ik bereik en waar ik de anderebezoekers begroet, zoals zo dikwijls gehoord, met een ‘à Dieu’. Van hier uit heb ik zicht op de overzijde, zicht op de Val d’Hérence en Evolène.
Ik ben er nu bijna lijfelijk terug, ik tracht me in te beelden hoe ik er was de rugzak aan mijn voeten, de rug bezweet, de drinkbus met thee in de hand, een appel of een peer misschien maar zal er niet lang blijven, een paar woorden met de andere bezoekers - je bent er zelden alleen - en dan de rugzak terug en de bergkam volgend naar rechts een eerste moeilijke, steile passage, met losliggende stukken rots met plaatsen begroeid met welige struikjes génépi en edelweiss en allerlei soorten mossen. Je past op voor de los liggende stenen en je bent op het pad dat doorloopt tot de top van de Sasseneire
Velen moeten me hier zijn voorgegaan naar het ijzeren kruis op de top. Zo maar, zonder duidelijke reden, alleen omwille van de drang in hen omdat het een top was die bereikt moest worden om zichzelf te overtuigen.
Hij was er alleen, alleen met dat lichaam van hem dat kreunde, dat hijgde, dat zocht naar adem, dat zich neerzetten wou, al was het maar heel even, maar zijn wil, de kracht van de geest in hem zette door, zoals het uiteindelijk altijd is geweest, ook nu.
Hij kwam er, hij legde zijn hand op het met mos begroeide ijzer van het kruis. Hij dacht nog, na mij, zal de berg even eenzaam zijn, alleen met het gekrijs van de ‘chouca’ s’, de regen en de sneeuw en de zucht van de wind erover, met het licht van de dag en van de sterren in de nacht.
Hij, in zijn kamer, ver weg nu, dromend dat hij in de bergen was, op meer dan 3000 m hoogte, aan de voet van een kruis, denkend aan Dante, denkend dat hij hier dichter gekomen was tot het Idee God, in hem.
Misschien was het enkel dit dat hij optekenen wou, de tocht naar de Sasseneire een voorwendsel.
09-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
08-04-2024 |
Niets minder. |
Wat ik hier schrijf moet ik eens schrijven aan Alighieri, hem zeggen in welke toestand één regel uit zijn Paradiso me gebracht heeft want die regel bezit me en houdt me bezig in mijn dromen die eerder filosofisch gegoochel van gedachten zijn.
Ik tracht verder te kijken maar er is een rem in de ontwikkeling ervan er is het gevoel dat ik volledig verkeerd zit, dat er iets is dat ik over het oog zie en dat alles gaat neerkomen op een koude douche en toch meen ik nog altijd dat de impact van de Kosmos op de mens niets te maken heeft met zijn normale handelingen, noch met zijn studie over de atomen en elektronen, over de structuur van het universum, maar dat de impact zich situeert op wat de mens denkt over die God die alles zou geschapen hebben om een gezel te hebben in de mens.
Ik heb er nu al genoeg over geschreven, ben er tot vervelens toe op terug gekomen, heb gezegd dat het hier gaat om het bewerken door de Kosmos van wat de mens denkt over de Maker ervan en dat er wat al het overige betreft de mens de volledige vrijheid van handelen heeft, ook, het voeren van een oorlog.
Dit alles zijn zaken van de mens, zijn verhouding tot God daarentegen zijn zaken van God/zaken van de Kosmos.
Ik weet niet of ik duidelijk genoeg ben geweest en ik weet niet of ik niet verkeerd ben op een bepaalde plaats, maar hier moet ik er mee stoppen, ik kan me niet blijven herhalen, het heeft al lang genoeg geduurd.
Echter, ik ken maar het idee dat we bewerkt worden van uit de Kosmos opdat we uiteindelijk weten zouden/een beeld hebben van wie alles , wat de Kosmos en de mens betreft geregeld heeft, bezielt me.
Ik ontcijfer wat ik deze nacht geschreven heb, ik neem het letterlijk over: We hebben nog een heel lange weg te gaan want Hij wil dat Hij gekend is door de mens zoals Hij is. Niets minder.
En dit is heel wat tijd.
08-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
07-04-2024 |
Kosmische allures. |
Het zijn inderdaad, hij is er zich van bewust, ongewone zaken die hij schrijft.
Hij alleen schrijft die en toch blijft men hem lezen, waarom? Wat is er dan zo boeiend aan wat hij vertelt, in de eerste plaats aan zichzelf. Hij denkt aan wat hij gisteren schreef, gedompeld, zoals altijd, in de muziek van Klara die hij hoort zonder ernaar te luisteren, hij luistert enkel naar de woorden in hem.
Maar, en dit is wat hij te vertellen heeft, dit is waar hij, sedert vier uur in de nacht van 6 april, hoogzwanger van is: geestelijk – ook stoffelijk niet – zijn we geen bewoners van de aarde, we zijn bewoners van de Kosmos, wat een enorm verschil uitmaakt.
Ik weet het dankzij de uitwerking op mij van die ene regel 15 uit Canto XXIX van het Paradiso van Dante: de mens is er opdat, en ik wik mijn woorden, geweten zou dat HIJ of ZIJ of HET er is.
Wie die zijn en hoe die er zijn weten we nog niet, maar we hebben in onze genen al een sterk vermoeden – die van Stonehenge wisten al ervan - en wij zullen het weten op het einde van de weg die we aan het afleggen zijn; wij, homo sapiens.
Het is een kosmische opdracht die we meegekregen hebben bij onze geboorte en waar we niet aan ontkomen want het is een beweging die uitgaat van de Kosmos, van de geest erin.
De Kosmos is een bron voor ons, met Stonehenge en tal van andere dergelijke bouwplaatsen waren we duidelijk op weg, maar de door de mens geschreven religies hebben ons afgeleid en hebben het voor het zeggen gehad, de Verlichting echter heeft dit bezworen zodat het kosmische terug de kop kan opsteken.
Ik ging heel ver vannacht. Het staat neergeschreven in mijn kladboek, het komt er nu op aan te ontcijferen wat mijn half ‘lamme’ rechterhand heeft geschreven.
Morgen misschien, vandaag is het genoeg geweest. In elk geval de opdracht die we meegekregen hebben heeft kosmische allures.
07-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
06-04-2024 |
Overtuiging. |
Als ik overloop wat er van mij al geschreven staat dan vind ik er heel wat zinnen in die wijzen op mijn geloof in de eeuwigheid, eigenlijk niet mijn geloof in mijn voortbestaan, ergens, als Carolus Ludovicus - mijn naam als gedoopte - maar terug genomen als geest in de oneindigheid van geest die van het Universum is, maar dan geïndividualiseerd en niet zo maar verspreid over de massa wolken geest.
Om, misschien, terug te komen geënt op de geest van een kind in wording, en waarom niet, de Bhagavad Gita claimt dit.
De vordering die ik zal gemaakt hebben in mijn leven in de richting van het godsbestaan – zelf weet ik niet waar ik sta op deze weg, maar ik ben op weg het te weten – want daar komt het op neer, gaat aldus niet verloren.
Nu ik weet dat de Kosmos deze richting naar meer kennis van God (gemakshalve) op het oog heeft, 'het-beter-kennen' van ‘God’ in handen houdt, is er die grotere geruststelling wat het uiteindelijk afscheid betreft, het enige waarover ik me nog zorgen hoef te maken.
Vergis ik me dan toch, wat kan, dan wil ik daar niet aan denken, ik wil sluiten met de gedachte: dit is niet het einde, dit is een nieuw beginnen, ergens. Ergens zal er iemand opstaan die denken zal zoals ik en veder gaan op de weg, voor hem als mens, als homo sapiens uitgestippeld.
En het is geen zelfbegoocheling, het is een geloof, even sterk als mijn geloof dat wat ik zie, niet de realiteit is, dat – en het feit dat ik schrijf is er het bewijs van - het wel mijn lichaam is, mijn handen die schrijven, maar er achter zit een geest die dicteert wat moet geschreven en het is naar die geest dat mijn eeuwigheid verwijst.
Dit is iets dat IS, of ik het zeg of schrijf, het wijzigt niets aan een toestand. Ik denk en ik schrijf het in gotiek: er zal op deze aarde na mij altijd iemand rondlopen die denken zal in de verlenging van mij, mijn leven - hopelijk het leven van ons allen - zal niet nutteloos geweest zijn.
Die overtuiging stuur ik de wereld in.
06-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
05-04-2024 |
Dante in zijn 'Paradiso'. |
Wat ik gisteren schreef houdt me meer dan nodig bezig. Maar ik heb een blog te schrijven en ik dacht aan de wijze Dante die zich ook afgevraagd heeft waarom de mens er was.
Beatrice in Paradiso, canto XXIX: 13-15 geeft hem het antwoord op de vraag die ze voorzag dat hij ging stellen:
Non per avere a sé di bene acquisto, ch’esser non puó ma perché suo splendore potesso, risplendendo dir « subsisto ».
Niet opdat hij nog iets meer zou hebben, want dit kan niet maar opdat zijn schittering, weerspiegelend zou kunnen zeggen ‘Ik besta’.
Ik twijfel aan ‘Subsisto’ als eerste persoon omdat hij een rijm nodig had op ‘acquisto’. Ik denk dat hij zeggen wou: opdat geweten zou dat ik besta, want Hijzelf weet al van zichzelf dat Hij er is .
Dante wist het dus: God heeft de mens er gewild opdat zou geweten zijn dat God bestaat en aanwezig is in zijn Universum. En alles – als mijn redenering correct is - moet mettertijd evolueren in deze richting
Volgens Dante was de mens het doel van God, niet hemel en aarde. De mens moest er zijn om te zien hoe het Universum er was en wist dat het enkel van een God komen kon.
Als we zien hoe het er is – en ik denk aan wat Feynman ervan denkt in een vorige blog – dan is dit een besluit dat we mettertijd logisch nemen moeten en gemakshalve heb ik de naam ‘God’ gelaten, al weten jullie dat ik een andere naam verkies.
En ik herhaal, God heeft een Universum nodig gehad dat 13.5 miljard jaren heeft gewrocht om zijn doel, de mens te bereiken, de mens die ‘weten’ zou dat Hij er is en hoe Hij er is. Want zonder de mens had noch God, noch zijn Universum zin gehad er te zijn. De Mens staat centraal in het Universum.
Zo ver loopt onze kennis nog niet maar onder de wetenschappers zijn er al velen die weten wat hen vroeg of laat te wachten staat dat ze, om te beginnen, zullen moeten bekennen dat effectief die God er moet zijn.
Dit is een kwestie van tijd, de tijd die voor God niet bestaat, Hij IS.
05-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
04-04-2024 |
Kind van de Moeder. |
Ik ben vanmorgen 3 april wakker geworden met het idee dat wat in het begin van alle beginnen het geweten was dat het de homo sapiens was die nodig was te ontstaan en dat de enige weg ernaar toe het Universum was.
Dit betekent een revolutie in de gedachtewereld: het Universum totaal bijkomstig zijnde, de mens geconfronteerd met zijn oorsprong en niet met het Universum, geen uitvloeisel ervan zijnde, maar het doel ervan.
Het plaatst ons naast wat er in den beginne was, want er was IETS voor ons waaruit we zijn ontstaan, een Tao, een Zijnde, een moeder waarvan we de kinderen zijn. Als ik dan iemand hoor zeggen dat hij atheïst is dat heb ik onbegrip voor hem, hij ziet zich als een wees, wat hij niet is.
De ene vraag die er nu nog is, is de waaromvraag. En om deze te beantwoorden hebben we een gans leven voor, nu we weten dat wat er was voor de Big Bang eenzaam was en nood had gekend te zijn, zich weerspiegeld te zien.
Dit heeft niets te maken met een materiële toestand dit is een innerlijk spiegelbeeld waar nood aan was. Wij, als homo sapiens zijn dit spiegelbeeld.
We zijn geplaatst op het hoogste niveau, het spirituele, het niveau waar geen naam voor is, op een voet van gelijkheid met het IETS, op weg er naar toe.
Het is dit op weg zijn dat bovenaan staat. We hebben hiervoor niets te doen, we gaan er onvermijdelijk naar toe, het zit verweven in ons, in onze genen. Het is zo geweest van af de eerste ogenblikken en het zal zo blijven tot de laatste, we worden er naartoe geleid, wat we ook doen hier op aarde, het is van voorbijgaande aard, het raakt niet de beweging inherent aan wat kosmisch is.
Eens zullen we het weten, we zullen dan sapiens, sapiens zijn of nog een sapiens er boven op, wanneer dit gebeuren zal, weten we niet maar als het Universum er is omdat wij er nodig waren te zijn, dan is het zo, is het niet anders.
Ik weet niet welke taal ik gesproken heb nu, laat me toe te zeggen dat het de taal is van mijne 'Moeder'.
04-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
03-04-2024 |
Stil Geluk. |
Is het niet zo: telkens ik neer zit, wacht ik dan niet op de woorden die me voor eens en altijd onsterfelijk zouden maken, zoals de poëzie van deze Yuan Mei uit de XVIIIe eeuw; zoals de klanken van Frédérick Chopin, zoals de woorden van Multatuli?
Ik leef nog om te schrijven, ik leef nog om gezelschap te zijn voor zij die me lezen.
Ik ga nog niet, maar ik wens ook niet te blijven tot een einde dat te ondraaglijk worden zou – ik denk aan Hugo Claus, ik denk aan vele anderen, een Guy, een Jean-Pierre, een Jean-Louis, vrienden die ik heb weten gaan – ik hen op hun wijze zou moeten volgen.
Er is, na donkere dagen, de hoop die de lente is. De kerselaar, de appelaar staan in bloei, het perkje wilde bloemen staat hoog, wat of wie kan me deren, zelfs de griep niet, als ik dit alles overschouw en ik dit schrijven kan alsof ik, in plaats van te vergrijzen, als dit nog zou kunnen, en te verrimpelen, wat nog altijd kan, dit geen impact heeft of kan hebben op de kracht die mijn geest is?
Een Chinese poëet, een broeder in de geest, heeft me hierbij geholpen. Hij zal het wel geweten hebben dat zijn woorden de tijd zouden overleven; hij zal het wel geweten hebben dat wat hij schreef een echo dragen zou die over de daken en de landerijen, over de valleien en de bergen, over de zeeën en de oceanen nazinderen zouden. En wist hij het niet, hij hoopte het in alle stilte, in de stilte van het zijn, het hoofd op de armen, ingeslapen op zijn boek, de wind, de warme wind, in zijn haren.
Hij droomde bedekt te worden door de bloesems, hij droomde aldus in te slapen en niet meer wakker te worden, terwijl een lichte hand, een feeënhand zijn verzen schreef.
Hij gelukkig was.
In de stilte van het erzijn.
03-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
02-04-2024 |
Poëzie en Kosmogonie. |
Ik volg de dagen op de voet. Ik zie hoe ze schuiven van 1 tot 30/31, hoeveel tijd er wel is tussen elk getal en hoe strak het verloop ervan wordt geregeld. Ik doe best van dit stramien niet af te wijken, wil ik voor geen verrassingen staan; ik doe best te zorgen dat mijn voormiddag voorbehouden blijft voor mijn blogs en voor weinig anders.
Na al die tijd is het een vorm van leven geworden, wat echter niet belet, en wellicht weet je dit al, dat wat ik schrijf als blog, een doorlopend aftasten is van woorden en gedachten. Het is geen vooruitzien meer naar welk gebeuren ook, het is naar mijn blog toe dat alles gericht is. Het is zelfs een gerichtheid geworden, strenger dan deze die ik, beroepshalve, voorheen heb gekend.
Ik heb nu de voormiddag van vroeg april twee zaken in het hoofd: een eerste is lijk een bloem die open komt, een gedicht van een Chinese poëet[1]:
Reading in the heat of noon I grow sleepy, put my head on my arms and fall asleep. I forget to close the window and the warm air blows in and covers my body with petals.
Hoe dikwijls niet voel ik me als deze poëet, terug getrokken in de kamer met het venster open, wachtende op de woorden die me bedekken zouden lijk de bloesems van de kerselaar.
En een tweede, een meer dan poëtische gedachte, eigenlijk een gedachte, die al enkele maanden speelt of beter werkt in mijn hoofd: het Universum is geen doel op zijn eigen of, het was niet de bedoeling een Universum te doen ontstaan, de bedoeling was de mens te doen ontstaan en hiervoor was een Universum vereist.
Hoe deze verder evolueren zal weet ik niet, of het is niet aan mij om het te weten. Wel is het aan mij te weten dat er 13.5 miljard jaar aan mij werd gewerkt opdat ik er zou zijn. Ik heb dus een enorme band met Hij of Het of Zij die de idee heeft gehad me te scheppen als homo sapiens, als iemand die weet dat hij geroepen werd om er te zijn. Nu komt het er op aan te weten waarom de homo sapiens, waarom ik er moest zijn.
Alle andere vragen over hoe het Universum geconstrueerd is zijn bijkomstig.
Dit noem ik dan een revolutionaire gedachte.
PS De schrijfwijze van Poëzie is deze van de PC die mijn correct geschreven woord overnam!
[1] Kenneth Rexroth: ‘Love and the turning Year – one hundred and more poems from the Chinese – New Directions publishing Corporation, New York, 1970
02-04-2024, 05:11 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
01-04-2024 |
Paaszondag: 'Who moved the stone. |
Johannes : ch. 20:
- THE first day of the week cometh Maria Magdalena early, when it was yet dark, unto the sepulchre, and seeth the stone taken away from the sepulchre.
- Then she runneth to Simon Peter and to the other disciple whom Jesus loved and said unto them ‘They have taken away the LORD out of the sepulchre, and we know not where they have laid him.
‘Who moved the stone? Frank Morison schreef er een boek over, een boek over iets dat niet nodig was geweten te zijn. Als Maria Magdalena aan het graf kwam stond het open en was het graf leeg. Nadat ze Simon Peter had verwittigd is ze teruggegaan en stond Jezus voor haar die ze eerst niet herkende maar toen zag ze dat Hij het was.
Belangrijk is in dit verhaal het feit dat het graf leeg was en dat Jezus, zoals het verhaal er staat, uit de doden was opgestaan. Morison was aan zijn boek begonnen als ongelovige en eindigde als gelovige na een grondig onderzoek van de geschriften. En ik beken dat als ik het Evangelie van Johannes voor authentiek aanzie, ik tot eenzelfde besluit komen moet.
16: Jesus said unto her: ‘Mary’. She turned herself and saith unto him: Rabboni, which is to say Master.
17: Jesus saith unto her . Touch me not for I am not yet ascended to my Father but go to my brethern and say unto them I ascend unto my Father and your Father and to my God and your God.
We lezen dit voor de zoveelste maal in ons leven en staan een ogenblik sprakeloos. Al kan het dat Jezus een schijndood gestorven is, het gemakkelijkste voor mij is me ervan af te maken met te besluiten dat het evangelie hier fictie is. Maar is het fictie?
Een bekentenis wil ik doen hoe meer ik het hoofdstuk 20 lees, hoe groter de neiging geloof te hechten aan het ongelovige.
Het probleem is dus niet te weten wie de steen wegschoof, het probleem is was het Jezus die daar voor Maria Magdalena stond of was het en al wat erop volgt, verbeelding?
Op Paaszondag geschreven en er lang over nagedacht.
01-04-2024, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
|
 |
E-mail mij |
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
|
E-mail mij |
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
|
Gastenboek |
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
|
E-mail mij |
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
|
|
|
 |