 |
|
 |
|
|
 |
22-01-2023 |
Droom. |
Hij werd wakker in het donkerste van de nacht. Hij droomde ze lag naast hem in bed, maar hij moest dringend. Toen hij terugkeerde was ze weg. Hij legde zich terug neer maar droomde niet verder. Hij herinnerde zich dat hij bij zijn avondeten de indruk had gehad dat ze heel die tijd dat hij aan het eten was ze bij hem aan tafel zat, zwijgend en het was pas als hij opstond en de tafel opruimde dat hij wist dat hij het zich had ingebeeld. Er waren immers nog ogenblikken geweest, dagen ervoor, dat hij dacht haar bezig ge horen in de keuken of dat ze binnenkwam waar hij zat, een flits maar, een plots gevoel dat even vlug verdwenen was.
Hij dacht ik ga dit straks optekenen in mijn blog, maar die gedachte bleef komen zodat hij niet anders kon dan op te staan en te schrijven wat hij dacht te schrijven zoniet was het verloren, was er niets geweten over zijn droom terwijl als hij het schreef het geacteerd zou staan als een belangrijk gebeuren, dat hij optekende alleen om het zich later nog te herinneren dat er in zijn droom iets stond te gebeuren maar niet gebeurde omdat hij dringend moest.
En opdat jullie weten zouden hoe authentiek mijn woorden kunnen zijn zeg ik dat ze geschreven werden in het midden van de nacht en ik er ben voor opgestaan – het wis 03.55 uur – een gekheid natuurlijk, een reactie van een dwaas man die meent dat alles moet geschreven staan wat nog van haar is, het kleinste detail uitvergroot zoals dit nu het geval is.
Ik weet het wel hoe miniem het is wat ik hier heb nagelaten, maar het is ook om, indien ze hier nog zou rond zwerven, indien ze? Ze weten zou dat ik het weet dat ze hier nog altijd aanwezig is op een of andere wijze. Wat misschien nog gekker is om neer te schrijven en dan nog in het midden van de nacht.
Misschien ook moet ik, nu dit er staat, naar bed terug opdat mijn droom van daar zo-even verder lopen zou en wie weet in welke richting of in welke gemoedstoestand?
Ik keer straks terug om het jullie te melden.
En, ik ben nu terug vóór het eerste licht en ik dacht dat ik ‘gedroomd’ had dat ik in de nacht iets geschreven had, maar ik ontdekte vlug en tot mijn verbazing dat het geen droom was, dat het verhaal, als het een verhaal zou geweest zijn, wel degelijk geschreven stond klaar en duidelijk.
Of nogmaals hoe dwaas een man op hoge leeftijd bestaan kan om zich bezig te houden met dromen die gedachten zijn of met gedachten die dromen zijn.
Hiermede is alles gezegd en ook niets, maar ik heb verteld wat ik vertellen wou. Belangrijk is het niet voor jullie maar voor mij was het een kwestie van gevoelens die opkomen nu en dan, minder dan vroeger maar des te opmerkelijk omdat ze blijven komen alsof ik het verlangen zou dat ze nu en dan terug opduiken om niet te vergeten hoe het vroeger was en hoe ik er nu uit tevoorschijn ben gekomen.
Gelouterd.
22-01-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
21-01-2023 |
Alles is ons gegeven. |
Als een vriend die ik niet noemen zal, maar hij weet het, geluisterd heeft naar ‘Klara’ de avond van donderdag 19 januari dan heeft hij aan mij gedacht zoals ik aan hem heb gedacht want ‘Klara’ bracht – voor mij die aan het schrijven was, totaal onverwacht - de Kamermuziekversie gemaakt door Arnold Schönberg van ‘Lieder eines fahrenden Gesellen’ van Gustav Mahler.
Ik genoot van die Mahler omdat ik wist dat hij ook misschien luisterde en ik aldus een band had met hem na maanden stilte tussen ons, of hoe we ingesteld zijn op kleine als op grote momenten in ons leven, en die Mahler was een groot moment, is altijd een groot moment, wat er ook gespeeld wordt van hem en, hij weet het van mij wat ik denk van Mahler dat hij de ingesteldheid heeft van een Bach, maar niet als een gelovige van de Kerk maar als een gelovige in al wat van de Kosmos is.
Anderzijds heb ik een andere vriend, een liefhebber van sonates, maar die als hij Mahler hoort ook aan mij denkt. Trouwens alle vrienden die ik heb associëren me met Mahler en velen onder hen ook met Dante en anderen, maar dit is een volledig andere geschiedenis, met Velikovsky. Dit is en ik weet het, hoe ik in de wereld sta na al die jaren, en er zijn vele jaren, soms denk ik hoe is het mogelijk.
Maar de dag is pas begonnen en ik vraag me af hoe hij zich ontrollen zal, in welke van de vele plannen die ik heb, ik vooruitgang zal kennen. Ik heb nog vele uren voor mij vooraleer de nieuwe nacht vallen zal. Ik weet wat ik te doen heb, wat ik nog te schrijven heb om dichter te komen, dichter tot waar ik wens aan te komen, al zullen het maar enkele stappen zijn, maar tevens ook dichter tot het einde van het einde.
Echter de hoop blijft dat het, nu ik eraan begonnen ben, een vruchtbare dag wordt qua gedachten en vooral qua geschriften, de Muze helpe me hierbij. En ik heb ondervonden dat ze me wel degelijk bijstaat in mijn ontdekking van w at het leven is en vooral niet is.
En wat het niet is voor mij is doelloosheid, is niet weten wat je wilt, en of je nog iets wilt; of je nog dit bereiken wilt of dat, die reis maken of een andere of, die vriend bezoeken of een andere, of thuis blijven gezeten in de zetel met een boek of het dagblad, het kruiswoordraadsel het belangrijkste deel ervan.
Ik zou hier willen stoppen vandaag, ik heb nog andere taken te vervullen en ben al een tijdje bezig, tijd die ik gewonnen heb op mijn slaap. Ik denk nog altijd dat het een winstpunt is maar ik weet niet wat mijn hart, wat mijn lichaam ervan denkt?
Hopelijk niets negatiefs. Ik denk nu aan Bernanos en aan de laatste woorden van zijn ‘Jounal d’un curé de campagne’: ‘Toute est grâce.’
Zo iets als ‘alles is ons gegeven’.
21-01-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
20-01-2023 |
Het slapen gaan en het wakker worden in de nacht. |
En toch vertel ik jullie niet alles, dit is de indruk die ik heb en blijf hebben, al weet ikzelf niet wat ik verzwijg toch weet ik dat er iets is dat ikzelf verzwijg voor mezelf, zo weinig schijn ik me te kennen. Ah, ik weet het, ik wou jullie zeggen hoe goed ik me voel, in de avond als ik slapen ga en weet dat na een tijdje alles in mij gaat stilvallen en dat ik de nacht kan ingaan in alle rust, in alle vrede; weten dat alle gedachten zich zullen stollen zelfs deze die gaan over wat ik de volgende morgen schrijven zal.
Is het belangrijk dit te weten? Neen, maar wat is er dan wel belangrijk als ik dit niet zou mogen vermelden, want het drukt mijn gemoedstoestand uit waarmede ik rondloop in huis, altijd in een zekere spanning om bezig te zijn met om het even wat, als ik er mijn geest maar bij betrekken kan, dit wil zeggen, dat ik bewust weet dat ik het ben die handelt en niet de lege man in mij.
Zo is mijn slapen gaan een bewust iets, betekent het een verlossing van tal van zaken, iets dat me overvalt zelfs in volle dag als ik de behoefte voel me even neer te leggen en de ogen te sluiten alsof ik enkel een lichaam was dat daar neerligt, ademend nog wel maar totaal gedachteloos, inslapend.
Of kennen jullie dit gevoel niet van gedachteloosheid, dat heerlijk gevoel van het erzijn leeg aan woord en handeling? Wel ik heb er nood aan en het me instellen op het slapen gaan is een hoogtepunt. Ik zeg het maar opdat jullie het weten zouden, ik weet het al lang maar zegde het nog niet.
Meer heb ik vandaag niet te vertellen over mezelf al kan het dat er nog andere verborgen dingen schuilen in mij, misschien wel wat men noemt grensoverschrijdende in om het even welke richting.
Ik begon hieraan in het midden van de nacht bij een eerste ontwaken, heb het neergeschreven en voldaan heb ik terug, met een nog beter goed gevoel, de gedachteloosheid opgezocht onder de lakens en bijna onmiddellijk terug ingeslapen. Wat kan ik meer verwachten van de nacht die zich uitstrekt tot in mijn leden en veel verder tot in mijn geest?
En de morgen is gekomen, de nieuwe dag die ik beginnen kan zoals ik hem gisteren begonnen ben en eergisteren. En de uren zijn voorbij gegaan, woorden die zich hebben neergezet, of was ik het die het heeft gedaan op hun verzoek, het kan allemaal.
Het kan zelfs dat ik de roep meen gehoord te hebben van een overleden verre vriend, Robert de Telder, de man van ‘De Tijd der Tijden’ om iets te doen voor hem, een onschuldige mail aan een even onschuldige dame onder een even onschuldige vorm, het resultaat ervan misschien niet zo onschuldig, maar het loopt uit op het me toesturen van werkdocumenten van hem.
Omstandigheden gecreëerd door de geest die aanleiding zijn tot andere omstandigheden die er onmogelijk konden geweest zijn ware ik niet open geweest voor een roep die ‘meende’ gehoord te hebben.
Of hoe het soms draait en keert in die gedachtewereld van ons en de materiële gevolgen ervan die terug leiden zullen tot nieuwe omstandigheden met andere gevolgen en zo verder de oneindigheid binnen, uiteindelijk veroorzaakt door een gemende roep die er was of helemaal niet was.
Of over het uitlopen van gevoelens, reële of ingebeelde als je even wakker wordt in de nacht.
20-01-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
19-01-2023 |
Te zijn wie men nog niet was. |
Vandaag heb ik zoals elke ‘vandaag’, vóór het ochtendgloren, wat niet altijd veel is in deze dagen, 500 woorden klaargezet om morgen te verschijnen vóór het ochtendgloren als ik schrijven zal aan mijn blog voor de daaropvolgende morgen. Je zult er niets over zeggen omdat er niets over te zeggen valt, omdat het maar normaal is dat ik het zo doe, er anders geen uitweg zijnde die me zekerheid biedt, een zekerheid die ook deze van jou is.
Het is een moment in mijn dag waaraan ik mijn beste zorgen wijd alsof het het enige is dat ik te doen heb: op te staan, te schrijven en terug gaan slapen. Wat niet het geval is, maar het lijkt er op want van alle overige momenten weet je hoegenaamd niets en nochtans er zijn er heel wat nog. Het schrijven zelf vergt maar een korte tijdspanne en het staat klaar.
Meestal is er niets aan voorafgegaan, is het maar een kwestie van een eerste zin om te beginnen en de rest volgt vanzelf. Echter zo gaat het niet, zo gaat het helemaal niet, het kost me, geloof me, maar het moet en hoe meer het me kost des te groter mijn vreugde achteraf, want het is altijd achteraf dat er rust komt in mij, de rust van een gedane taak, van een afgelegde weg, van een nieuw ontstaan geschrift dat niet moet onderdoen voor al hetgeen al geschreven staat waar ook en wanneer ook.
Vernieuwend moet het in elk geval, dit is mijn eerste betrachten, vernieuwend en verhelderend wat was of wat kon zijn geweest. Pogingen die elkaar opvolgen, een krans van pogingen, een paternoster, waar niemand nog over spreekt, van pogingen.
Of ik me herhaal? Dat zal wel, ik ben niet onuitputtelijk, ik ben zoals ik ben, zoals ik me open elke morgen voor jou, denkend aan jou, je tegemoetkomend in die dag van jou, als een vriend die je kent of nog niet kent maar kennen wilt want ik schrijf ook voor jou, de illustere onbekende en het zou ook mij verheugen je beter te kennen.
Laat ons stellen dat het wenselijk is, maar ik wacht er niet op, ik ga gewoon verder, zelfs als ik niets specifieks te zeggen heb blijf ik doorgaan tot mijn eigen heil en dat van jou en jou.
De gemeenschap die we aldus vormen is mijn vreugde en breekt mijn eenzaam zijn in het huis dat ik praktisch niet meer verlaat. Ik leef er vandaag in de voormiddag exceptioneel met Johan Sebastian Bach, de grootste onder de grote en het is goed hem te horen en hem mee te nemen bij alle kleine dingen des levens die alle niet-schrijvende momenten van mij opvullen en omkransen met laurier en marentak, met wierook en mirre en met de geur van brandende kaarsen in een schemerige Romaanse kerk ergens in een verlaten dorp in Auvergne; omkransen met een gevoel van sacraliteit, het benaderen van iets dat als een laag van het bovenmaatse aardse erin over gestrooid ligt.
We zeggen het zo, maar we hadden het anders ook kunnen zeggen maar het hoeft niet, bij Bach hoeft er niets in meer gezegd, alleen geluisterd om te zijn wie men nog niet was.
19-01-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
18-01-2023 |
Een omweg om te komen tot Paul Davies. |
Ik heb Beethoven om me heen, ik ben van kop tot teen omsingeld door zijn Vijfde Symfonie, ik heb de boeken in hun rekken voor me, ik heb doeken aan de muren, wat wens ik meer dan mijn gevoelens te laten gaan en te denken aan al wat spreekt in deze woning en de diepe rust die er van uitgaat.
Onvergankelijke ogenblikken die ik ken en overgaan in droombeelden naar wat vroeger was. Een stem die spreekt tot mij, komende zowel van wat dichtbij is als wat is van ver afgelegen in de tijd: het eerste, eerder late licht in de morgen of van plaatsen waar ik ooit was, op de hoogte van Kawkaban (Yemen), als op de top van de Besso in Zinal (Valais).
Ik ben in deze ogenblikken, waar ik zijn wil: een rijkdom die ik ken, en die jullie allen kennen, een ogenblik weg te zijn van de plaats waar je lichaam is, een tijdloosheid lang.
Beseffen we wel wat het betekent in gedachten te kunnen zijn op de plaatsen waar je vroeger waart? Ik, op de rotsen van San Juan aan zee, hoog in de wind, met het dagblad in de hand, de wind die met de bladen speelt en de woorden die je leest maar je hebt voor jou en in jou, tot aan de horizon de zee, met de weidsheid van de luchten erboven, en je weet de sterren al zie je ze niet, en dichterbij, diep onder jou, de witte lijn, de breuklijn van de golven tegen de rotsen. Je bezit dit allemaal gezeten voor je klavier met Beethoven en je boeken en, eraan vastgehecht, zonder er te zijn, je herinneringen en de vele mogelijkheden die ons gegeven zijn?
De aftakeling van mijn lichaam, die ik onderga, is een feit. Ik schrijf er nu en dan over. Het heeft ook weinig zin want als ik vandaag schrijf wat ik voel, hoe interpreteer ik het, later, als ik er eventueel op terugvallen zou. Zo vind ik regelmatig plaatsen terug in mijn dagboeken van vroeger dat ik dit had of dat voelde, wat ik me vandaag niet meer kan inbeelden hoe het was. Wel ken ik nog de vreugde als ik val op een mooie, gave zin die ik ooit schreef.
Lichaam en geest, het ene stof zijnde, het andere deel van de eeuwigheid.
Handel ik er naar? Denk ik van tijd tot tijd aan de zes laatste woorden van het boek van Paul Davies[1]: ‘We are truly meant to be here’?
Denk ik eraan dat hij 232 pagina’s nodig heeft gehad, om te komen tot deze zes woorden; denk ik eraan dat het Universum miljarden jaren nodig heeft gehad opdat er ooit een Paul Davies komen zou die deze zes woorden zou optekenen; en dat ik, een twintigtal jaren nodig heb gehad, om te herhalen wat Davies geschreven heeft?
Zo ligt alles onherroepelijk in alles verweven, kun je er geen spie uit weg nemen die los zou staan van de rest, neen, de spie fungeert als hologram van het geheel, van al wat is, als van wat nog komen zal. Maar ‘We are truly meant to be here’!
De Kosmos is er opdat wij er zouden kunnen zijn!
[1] Davies Paul: ‘The mind of God’, Simon &Schuster, 1992
18-01-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
17-01-2023 |
Willen om te kunnen |
Wat ik gisteren geschreven heb over ‘Le Sacre’ kon beter, maar als ik terugblik op wat ik ooit vijf of tien jaar geleden geschreven heb en vaststel hoe stuntelig het er soms werd achtergelaten, kan alles altijd beter. Nochtans ben ik zeker dat ik het toen perfect vond, maar de tijd – en je weet hoe Yourcenar hem noemt, ce grand sculpteur – doet zijn werk en wijzigt je inzichten en zelfs misschien, al merk je het niet op, je wijze van schrijven.
Dit is zeker toepasselijk op het boek dat ik schreef, het had beter gekund, veel beter maar ik heb niet de moed en zie er trouwens niet het nut van in, om het te herwerken en het in een vorm te gieten die een vereenvoudiging zou kunnen in houden.
Beter is echter het te laten zoals het is en opnieuw te beginnen in een andere omgeving en een andere wijze van het ‘erzijn’, als ik dit nog zou kunnen.
Proberen zou al voldoende zijn, het zou me bezig houden en me sterken in mijn ‘ouder worden’ waar ik soms met vrees naar opkijk. Zo was deze nacht, ik schrijf het om me het later te herinneren, mijn rechterhand volledig verstijfd en gevoelloos. Stel je voor dat ik zelfs niet meer zou heersen over het klavier voor mij, het zou meer dan een ramp zijn het zou mijn geestelijke dood betekenen en wat rest er me dan nog.
Zo God behoede me er voor want wie zou ik anders kunnen aanspreken, Hij is en blijft, of Hij er is of niet, onze enige toevlucht. We hebben het zo geleerd en het zit in het bloed dat door onze aderen vloeit, heen en weer naar het hart toe. Het is geen gebed, het is eerder een vertrouwen dat alles goed zal blijven gaan dan toch wat mijn rechter- en ook mijn linkerhand betreft.
Vertrouwen is alles, ook wat een nieuw boek betreft is vertrouwen noodzakelijk, zonder vertrouwen, zou ik of zal ik, de moed niet opbrengen om er constant aan te werken – ik ‘sidder’ nu al als ik er aan denk - en ik hoop in mij voldoende de ‘wil’ en de krachten die nodig zijn om door te gaan tot de laatste zin ervan.
Igor Strawinski, toen hij zijn ‘Sacre’ aan het componeren was moet hier ook aan gedacht hebben, gevochten hebben met zichzelf om verder te gaan, altijd maar verder tot de laatst noot er stond. Hij moet een voorbeeld zijn om te slagen, hem niet vergeten in moeilijke momenten is de boodschap; deze idee alleen, en niet God, kan me redden. Al weet ik het toch niet met absolute zekerheid er blijft nog altijd een greintje hoop over dat Hij ook er iets mee te maken heeft, echter een ‘greintje’ is bijna niets.
Zeg ik dat mijn blog, eens geschreven, een kwestie van ‘willen’ is geweest meer dan van ‘kunnen’. Zo gaat het nu eenmaal.
17-01-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
16-01-2023 |
Le Sacre du Printemps. |
Ik kan niet nalaten, onmogelijk, hier niet te vermelden dat ik de uitvoering, op tv, heb meegemaakt en vooral ondergaan – mijn geest nu beneveld – van ‘Le Sacre du Printemps’ van Igor Strawinski, met als dirigent de ongelooflijke, niet te beschrijven leiding van Bernard Haitink.
Ik kende Le Sacre, het volgde me mijn leven lang, ik kende het goed, zelfs door en door en Béjart hielp me erbij, maar ik kende het niet visueel, omdat ik niet zag hoe het orkest het bezat, in golven zoals ebbe en vloed en hoe de uitvoering verliep in een enorme verscheidenheid van instrumenten, klanken en ritmeveranderingen.
Ontstellend, verrassend nu ik uitgevoerd zag in al zijn verscheidenheid door strijkers, blazers en het overheersend slagwerk. En dan het einde ervan, zoals bij Hamlet: ‘The rest is silence’, want alles is gedacht, gezegd, gehoord en gedaan, niets kan er nog aan toegevoegd en niets eruit verwijderd. Zoals het er is, is het de perfectie van de perfectie: ‘Le Sacre du Printemps’, een baanbrekend hoogtepunt, één van de grootste werken van de vroege twintigste eeuw, Ik droom ervan, weinig andere werken hebben me ooit beroerd zoals ‘Le Sacre’. Ik beken het, ik herhaal het. Een meesterwerk van klankenkleuren en ritmes.
Dit is geen gewone blog, dit is een bekentenis, dit is een gebeuren op het scherm - gewoonlijk meer armoede dan rijkdom tonend - dat getekend staat als een stevig hoogtepunt in mijn late dagen.
Ik schrijf erover omdat het een must is, iets dat ik niet achterwege kan laten zonder het zo uitvoerig mogelijk te benaderen, ook omdat het tekenend is voor de mens die ik ben. Ik zeg dit niet van de andere muziek van Strawinski, van zijn ‘Psalmensymfonie’ bijvoorbeeld of zijn ‘Pulcinella’ of zijn ‘Geschiedenis van de soldaat’ of nog andere muziek van hem, maar ’Le Sacre’ is en blijft een waagstuk. De eerste uitvoering ervan als ballet in 1913 in Parijs, waren parels voor enkelen, maar afkeer voor anderen en die lieten het blijken. Vandaag brengt het de muziekliefhebber in vervoering.
Of hoe alles keren kan, hoe de mens is geëvolueerd. Tekenend was het dat Disney het opnam in zijn ‘Fantasia’ samen met de ‘Pastorale’ van Beethoven en een ‘Toccata en Fuga’ van Bach.
Vóór ‘Fantasia’ bestond mijn klassieke muziek hoogstens uit ‘Eine kleine Nachtmusic’ van Mozart dat ik op vroege leeftijd leerde kennen op kamp met de toenmalige KSA, maar de film van Walt Disney betekende een omwenteling in mijn leven, ik was toen begin in de twintig. Daarna is Mahler gekomen met zijn eerste symfonieën en vooral zijn Lieder.
Of, hoe het gegroeid is en hoe de muziek me gevormd heeft, zodat ik nu niet zwijgen kan of wil, over een uitvoering van ‘Le Sacre du Printemps’, alsof het de enige muziek is die ik aanprijzen wil.
Aanprijzen opdat jullie niet zouden vergaan van onwetendheid wat het werk van Igor Strawinski betreft, wat helemaal niet zeggen wil dat er niet heel wat lezers zijn die hem kennen zoals ik hem ken.
Maar men zegge het voort.
16-01-2023, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
|
 |
E-mail mij |
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
|
E-mail mij |
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
|
Gastenboek |
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
|
E-mail mij |
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
|
|
|
 |