Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    15-01-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De lunch

     

    Voor hij slapen ging had hij de tafel vrijgemaakt, verlengd en gedekt met  een wit laken en de mooiste borden, witte servetten, het zilveren bestek, kristallen glazen en in het midden van de tafel een kandelaar met witte kaarsen. Alles zoals het vroeger gebeurde toen zij er nog was. Hij wou er een feest van maken maar als alles, naar hij dacht klaar stond, wist hij, o zo goed dat er iemand ontbreken zou. Al wat nodig was, was er, maar hij wist een donker punt in zijn hart dat lange tijd afwezig was geweest en dacht dat het een moeilijke dag ging worden. Hij ging liggen op de sofa voor de haard, de vlammen die aan het doven waren. Op de radio een sonate voor cello en piano van César Frank, de eerste aanslagen van de piano en dan de cello die inviel, de melodie die hij kende die hem aan greep, die hem neerhaalde. Hij lag er lang. Hij wist dat hij niet denken mocht, noch aan vroeger, noch aan het komende. Nu was nu, er was niets anders dan de vlammen en het nu van het nu en, zijn boeken nog, de enige die wisten. 

    De morgen was van een grote klaarte. Hij had de haard aangestoken en voldoende hout klaargelegd, uit de kelder had dat hij de twee laatste flessen Volnay gehaald die hij naast de haard had gezet, misschien ware een Bordeaux wijn of zelfs een witte wijn beter geweest, maar de Volnay zou het wel doen. Hij vond dat het ontvangen van de kinderen, op een zonnige zondag zoals deze, een gebeuren was dat hij in detail vermelden mocht; dat het een van die ‘petites choses’ was ‘qui donnent la paix’, zoals een collega van ‘le curé de campagne’, sprekend over de kleine dingen van het leven, het wist te formuleren. En in elk geval hij voelde zich licht euforisch, de nacht had hem goed gedaan, en wat ook het hem aan moeite had gekost, hij dit meer zou moeten doen, hij kende nog wel andere schotels die hij gemakkelijk klaar kon maken.

    Hij besloot niet de oven te gebruiken en had, toen het tijd werd,  de kom met stukken gemarineerde kip die klaar stond, op het vuur gezet, had een cd met pianomuziek van John Field opgelegd en hij kon nu, met een gerust hart, wachten op hun komst. Dan stopte de eerste wagen en hoorde hij de stemmen van de kinderen die roepend naar elkaar naar de voordeur liepen en aanbelden. Hij ontving hen met open armen en het was pappie – ze noemden hem allemaal pappie – van hier en van daar.

    Daarna kwamen de andere dochters met hun gezin en van dan af was het huis een weelde van stemmen, voelde hij, en het huis met hem, hoe goed het was nu ze allen samen waren terug. Hij zag het licht als een laag tederheid over hen  en over de gedekte tafel met de brandende kaarsen, en er was een glas champagne en alle dranken voor de kinderen. Hij zag dat er vreugde was en hij voelde zich sterk en hernieuwd tot grote dingen in staat. Ze wilden hem helpen in de keuken, maar hij zegde dat wat hij had klaar gemaakt een verrassing was, die een verrassing blijven moest en hij duldde niet hun tegenwoordigheid in de keuken.

    Hij was alleen toen hij de rijst strooide over de stukken kip, en, toen deed hij iets ongewoons, hij opende een blik ananas, sneed de schijfjes in kleine stukken en voegde die toe aan de kip, vooraleer er de kippenfond over uit te gieten. Dit was iets nieuw, dit was, dacht hij, zijn handteken als kok en als vader.

    De maaltijd was wat ze helemaal niet verwacht hadden. Hij hoorde dat ze er enthousiast over waren, dat ze zich vragen stelden bij wat er wel en wat er niet in de schotel was, maar hij roerde niet, hij liet het bij de vragen en de maaltijd verliep heel gezellig. Al het nieuws dat er was in de familie werd verteld in geuren en in kleuren Er werd afgeruimd en, uitzonderlijk, een iemand werd niet vernoemd, dit tot aan de koffie met taart die een van hen had meegebracht.

    De kleinkinderen hadden al de tafel verlaten en waren aan het spelen in het huis, van kamer tot kamer en plots stonden ze voor hem elk met een kadertje met gedroogde bloemen en stukjes van planten onder glas, kadertjes die zij had gemaakt en verspreid lagen over de tafel in de kamer waar ze regelmatig creatief bezig was met kleine dingen. Natuurlijk mochten ze die hebben, een voor elk en ze mochten kiezen. Maar de sfeer in het huis was omgeslagen, er vielen lange stiltes tussen de gesprekken in, en ongemerkt kwam de avond. Er werd afgeruimd het bestek werd in de vaatwasser gestoken en allen maakten zich klaar om te vertrekken. 

    Daarna, hij lag languit, in een deken gewikkeld, op de sofa voor de haard. Het huis, zijn gezel, bewoog over hem. Hij luisterde naar de wind in de schouw, er was de laatste vlam, het laatste vuur dat stilaan doofde. Er was nog steeds John Field in sourdine. Hij wou opstaan om de muziek te wijzigen, maar bleef half wakker, half slapend liggen. De stemmen hingen nog altijd in de kamer, ook wat er gezegd werd kwam in flarden terug. Het was een lange, vermoeiende dag geweest. Sliep hij? 

    Ze was in de tuin bloemen en bladeren en kleine stukjes ervan, meeldraden, stampers gaan halen en kwam binnen met de bodem van de mand bedekt. Ze zat neer bij de tafel met de delen van de in leder gebonden oude Dictionnaire théologique bij haar. Hij zat voor haar en zag hoe ze een voor een de bloemen nam en plat streek alvorens deze zo goed mogelijk op te sluiten tussen de oude vergeelde bladeren van het boek in haar hand. Hij zag de zorg die ze eraan besteedde, alsof het schatten waren die ze wegborg,

    Er zijn geen bijen meer, had ze gezegd, terwijl de ziekte aan haar knaagde. Vorig jaar gonsde het van bijen en waren er vlinders en libellen, nu zie ik nog enkel wat vliegen en één enkele hommel in de hele tuin. Hij zag hoe de jeugd haar houding verlaten had en hoe stil ze geworden was in het greintje leven dat ze nog hield, een ietsje meer dan het leven in de bloemen die ze drogen wilde.

    ‘Kan ik je helpen?’, vroeg hij,

    ‘ja graag, leg de bloemen en bladeren tussen de bladen zoals ik het heb gedaan, ik ga me wat neer leggen boven, ik kan er mijn gedachten niet bij houden, trouwens wat nut heeft het nog.’

    Het heeft nut wou hij antwoorden en hij dacht aan de talloze kadertjes in de kamers die ze gemaakt had, de gedroogde bloemen en stukjes plant eigenzinnig geschikt en gekleefd op een wit blad papier, en minuscuul haar naam eronder, Diana, meer niet.

    Haar boeken ook. Een boek dat ze elk jaar mee nam naar de Valais. En hij vond haar soms op de bank voor de chalet uitkijkend naar het dorp onder haar, met het boek gesloten in haar handen. Ze opende het op om het even welke bladzijde om het verder te lezen. Ze had hem herhaaldelijk gevraagd het boek te lezen, maar hij was er nooit aan begonnen, Dokter Zhivago van Boris Pasternak dat ze las in Engelse vertaling. Het boek leest zoals de Bijbel had ze hem eens gezegd. Ik mag het openen waar ook, ik weet wat eraan voorafgaat en wat er komen gaat.

    Eén passage ervan trof haar diep, had ze hem verteld, deze waar Zhivago opgebaard lag onder massa’s bloemen en Lara hem een laatste groet bracht. Ze vertelde het alsof het zijn lichaam was, bedolven onder de witte bloemen en zij hem groeten kwam. Zo beleefde hij het toch als ze er over sprak, maar het kon ook precies omgekeerd, dat hij haar bezoeken kwam waar ze opgebaard neerlag. Niet eenmaal, vertelde ze het, maar bijna elk jaar in de vakantie, op die ene plaats die ze haar plaats noemde, in het dorp waar ze begraven wilde worden. Weinig scheelde het of haar wens was werkelijkheid geworden.

     

    15-01-2017, 07:29 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    14-01-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.November

     

    Hij heeft het kerkhof bezocht. Heeft gezien dat de sierspar voor de grafzerk hoog is opgegroeid en nu haar naam bedekt, de wortels zullen dieper en dieper doorgeschoven zijn en moeten haar thans raken in wat nog rest van haar gebeente. Hij zal de sierspar moeten verwijderen en vervangen.

    November is een pijn en een verlatenheid, het is de maand dat alle leven stopt, de maand des doods. Maar niet alleen in de natuur, ook in hem is er de stilte, is er de verzadiging, Hij schrijft heel weinig nog, amper een paar korte zinnen die hij later zal uitwerken. Maar later komt en er gebeurt niets, de furie die hij gekend heeft, is totaal wegge-ebt.

    De telefoon zwijgt, de kinderen hoort hij niet, de wereld heeft zich gesloten op zijn eenzaamheid. Ook de luchten blijven grijs en effen. Als hij buiten komt ligt de binnenplaats vol afgevallen bladeren, de eerste vorst heeft ze verzilverd en als hij zich waagt tot het ovenhuisje, waar nu een deel van zijn reserve water en andere dranken staat, mengt het schuiven van zijn stappen zich met het geruis van de wind in de bomen, en de dofheid blijft.

    Op een nacht herneemt hij zich. Het kan niet dat hij lamlendig blijft rondlopen. In de namiddag neemt hij spade en hakmes, en rijdt hij naar het kerkhof. Met heel wat moeite slaagt hij erin de spar om te hakken en te verwijderen, een deel van de wortels laat hij over in de aarde boven haar. Dit, dacht hij, zal mij niet overkomen. Ik wens geen graf over mij, ik wens dat mijn as uitgestrooid wordt op een of andere plaats, in het bos bijvoorbeeld, op de plaats waar ik zat te schrijven of, omheen het ovenhuisje, het volstaat dat er een plaats overblijft die getekend wordt met de rest van mijn ingewanden, hopelijk echter heb ik nog wat tijd om hierover te beslissen.

    En na wat van de dood was kwam het leven terug, in de wagen op weg naar huis terug, het adagio uit het pianoconcerto van Ravel. Hij herinnerde zich dat hij het eens gehoord had toen hij zijn vriend, Jan V. had weggebracht naar het station, en dat deze maar bleef verder spreken over de Bank. Hij had toen verbaasd geweest dat Jan zelfs de muziek niet  opmerkte en maar bleef babbelen over de Bank.

    En terug thuis belde hij, in een golf van leven in hem, naar de kinderen om hen de komende zondagmiddag uit te nodigen op een lunch. En hij mocht hen allen verwachten. Hij wist wat hij bereiden zou, ‘kip op zijn Spaans’, een schotel die ze kenden van vroeger, hij moest dit aan kunnen. En hij kwam los, hij hoefde nog niet te schrijven, hoefde nog niet na te denken over wat hij in meer vertellen kon. Hij had enkel te denken aan de lunch die hij klaar te maken had en het was een opluchting voor hem, het was eens iets totaal anders. In de winkel van het dorp had hij twee kippen besteld, en gehoord van de dame die hem met veel woorden bediende dat het scharrelkippen waren van, en ze noemde het hof waar de kippen gekweekt werden.

    Hij begon met de voorbereiding in de late namiddag – hoe vroeg het licht dooft in deze dagen – hij had de kippen in kleine stukken gesneden met zout en peper erover en opgebakken in de boter tot de stukken mooi bruin waren. Hij had twee grote uien versnipperd, thymus en laurier uit de tuin gehaald en twee blaadjes salie, hoewel hij niet wist of dit nodig was. Had er een paar blikken stukjes tomaat aan toegevoegd samen met een, na de zaadjes te hebben verwijderd, fijn gesneden rode peper en ruim voldoende groene, ontpitte olijven en daarna nog gedroogde pilipili met mostaardzaadjes en gelyofiliseerde rode besjes, geplet in een vijzel. Had alles over de stukken aangebakken kip gelegd en overgoten met een fles witte wijn. Dit was zijn voorbereiding, morgen zou hij dit laten gaar worden, misschien in de oven of op een matig vuur en er, een kwartier voor het opdienen de kippenfond en de rijst aan toevoegen. en terwijl hij bezig was ontdekte hij plots hoe verschillend dit werk was als hij het vergeleek met het schrijven. Hoe gemakkelijk en hoe licht zijn handelingen waren, terwijl het schrijven een zoeken was een tasten naar woorden. Wat nu de evidentie zelf was, was niet de evidentie van het schrijven.

    .../...

     

    14-01-2017, 07:51 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.November

    14 januari

    Hij heeft het kerkhof bezocht. Heeft gezien dat de kleine sierspar voor de grafzerk gegroeid is en nu haar naam bedekt, dat de spar zijn wortels dieper en dieper heeft doorgeschoven en haar thans raken moet in wat nog rest van haar gebeente. Hij zal de sierspar moeten verwijderen en vervangen.

    November is een pijn en een verlatenheid, het is de maand dat alle leven stopt, de maand des doods. Maar niet alleen in de natuur, ook in hem is er de stilte, de verzadiging, komen de woorden niet meer. Er zijn dagen die zo voorbijschuiven en andere die zich rekken alsof de uren niet dezelfde zouden zijn. Hij schrijft heel weinig nog, amper een paar korte zinnen die hij later zal uitwerken. Maar later komt en er gebeurt niets, de furie die hij gekend heeft, is totaal wegge-ebt.

    De telefoon zwijgt, de kinderen hoort hij niet, de wereld heeft zich gesloten op zijn eenzaamheid. Ook de luchten blijven grijs en effen. Als hij buitenkomt ligt de binnenplaats vol afgevallen bladeren, de eerste vorst heeft ze vertind en als hij zich waagt tot het ovenhuisje, waar nu een deel van zijn reserve water en andere dranken staat, mengt het geluid van zijn stappen zich met het geruis van de wind in de bomen, en de dofheid blijft.

    In de nacht herneemt hij zich. Het kan niet dat hij lamlendig blijft rondlopen. In de namiddag neemt hij spade en hakmes, en rijdt hij naar het kerkhof. Met heel wat moeite slaagt hij erin de spar om te hakken en te verwijderen, een deel van de wortels laat hij over in de aarde boven haar. Dit dacht hij, zal mij niet overkomen. Ik wens geen graf over mij, ik wens dat mijn as uitgestrooid wordt op een of andere plaats, in het bos bijvoorbeeld, op de plaats waar ik zat te schrijven of, omheen het ovenhuisje, het volstaat dat er plaats overblijft die getekend wordt met de rest van mijn ingewanden. Maar hopelijk heb ik nog wat tijd om hierover te beslissen.

    En met de dood kwam ook, het leven terug, hij voelde het, op de radio in de wagen het adagio uit het pianoconcerto van Ravel. Hij herinnerde zich dat hij het eens gehoord had in de wagen toen hij zijn vriend, Jan V. had weggebracht naar het station, en dat deze maar bleef verder spreken over de Bank en wat er gebeuren moest. Hij had toen verbaasd geweest dat Jan zelfs de muziek niet  opmerkte en maar bleef babbelen over de Bank.

    En, toen hij terug was, belde hij naar de kinderen om hen de komende zondagmiddag uit te nodigen op een lunch. Allen hadden beloofd te komen. Hij wist wat hij bereiden zou, ‘kip op zijn Spaans’, een schotel die ze kenden van vroeger, hij moest dit aan kunnen. En hij kwam los, hij leefde terug, hij hoefde niet te schrijven, hoefde niet na te denken over wat hij nog vertellen kon. Hij had enkel te denken aan de lunch die hij klaar te maken had.

    In de winkel van het dorp had hij twee kippen besteld, en gehoord van de dame die hem met veel woorden bediende dat het goede, degelijke scharrelkippen waren van, en ze noemde het hof waar de kippen gekweekt werden. In de late namiddag – hoe vroeg het licht dooft in deze dagen – had hij de kippen in kleine stukken gesneden en met  zout en peper erover, opgebakken in de boter tot de stukken mooi bruin waren. Hij had twee grote uien versnipperd, thymus en laurier uit de tuin gehaald en twee blaadjes salie, hoewel hij niet wist of dit nodig was. Had er een paar blikken stukjes tomaat aan toegevoegd samen met een, na de zaadjes te hebben verwijderd, fijn gesneden rode peper en ruim voldoende groene, ontpitte olijven en daarna nog gedroogde pilipili met mostaardzaadjes en gelyofiliseerde rode besjes, geplet in een vijzel. Had alles over de stukken aangebakken kip gelegd en overgoten met een fles witte wijn.

    Dit was zijn voorbereiding, morgen zou hij dit laten gaar worden, misschien in de oven of op een matig vuur en er, een kwartier voor het opdienen de kippenfond en de rijst aan toevoegen. en terwijl hij bezig was ontdekte hij plots hoe verschillend dit werk was als hij het vergeleek met het schrijven. Hoe gemakkelijk en hoe licht zijn handelingen waren, terwijl het schrijven een zoeken was een tasten naar woorden. Wat nu de evidentie zelf was, was niet de evidentie van het schrijven.

    .../...

     

     

    14-01-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    13-01-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het stukje hologram dat hij is.

     

    Hij heeft herlezen wat hij in een eerste fase al heeft vastgelegd. Hij heeft het gedaan zoals hij dacht dat het hoorde. Zijn conversatie met Raoul had hij misschien wat ronder kunnen afwerken, maar hij kende hem slechts heel vaag en er was nooit met hem een samenhorigheid geweest zoals er wel een was met J.P. Korbee, die hij zag als een vriend. De woorden die gesproken werden en die hij – enkele aarzelingen uitgezonderd - bijna letterlijk had overgenomen, beantwoordden aan de omstandigheden: Raoul geconfronteerd met iemand die hij wist te hebben ontmoet in Gent en Deinze en er aandacht had aan geschonken, en Ugo die amper kennis had van zijn bestaan, wel van de blonde dame, die in Gent een boekenwinkel openhield waar hij regelmatig kwam.

    Alles in blok genomen weet hij echter dat wat hij bracht, integraal deel is van het hologram dat het Universum is en dat het, als minuscuul deel ervan, toereikend is om - en dat leerde hem Ithzak Bentov - het hologram in zijn geheel te benaderen. Hij is de graankorrel die heel wat weet over het korenveld en leeuwerik en luchten erboven, en zijn betrachten is, zoals het altijd is geweest, het stukje hologram dat hij is, om te zetten in klanken en woorden, in beelden. Aldus wordt wat hij schrijft de ouverture van een symfonische opera die zich geleidelijk voltooien zal. Hierbij worden thema’s aangekondigd, hernomen, verwerkt en uitgediept, en worden klemtonen gelegd.

    Naar de waarschuwing van de Ecclesiasticus: ‘Zoek niet wat te moeilijk is voor u en vors niet na wat uw krachten te boven gaat. Tob u niet af met dingen die niet tot uw taak behoren want er is u toch al meer getoond dan mensen begrijpen kunnen.’ luistert hij dus helemaal niet. Want er is ons inderdaad al heel wat getoond van het oneindig kleine tot het oneindig grote, maar nog niet, wat er binnenin, als essentie, als stootkracht, aanwezig is. En het is dit dat hij zoeken wil en bloot leggen in al zijn schakeringen; het labyrint in Chartres, Amiens, Saint-Quentin en in zovele andere plaatsen, en de betekenis ervan staat er symbool voor. Hij weet dus dat hij zich begeeft op vreemde paden als hij leest, dat sommige geleerden van oordeel zijn dat niet meer verder gezocht moet worden omdat al wat nog kan gevonden worden niet meer wetenschappelijk is maar zich situeren zal in het domein van de metafysica. Ugo daarentegen denkt dat het precies daar is dat moet gezocht worden.

    Aldus, in plaats te luisteren naar de Ecclesiasticus, is het wenselijker de evangelist Lucas te volgen die leert dat: ‘er niets verborgen is, dat niet openbaar mag gemaakt worden, niets geheim dat niet aan het licht zal komen’. Een zin die hij ooit eens ingekaderd zag in de ‘kunstenaars’-woning van Yves Rhayez, overleden, een groot mens, een van de vele, nu miskende – en om welke reden? - kunstenaars van bij ons.

    Trouwens wat men denkt stabiel te zijn, waarheid te zijn, is een anachronisme. Er is immers, altijd een schildpad in meer die op een andere rust, zoals Fred Hoyle ooit vertelde over die oude dame die het wist voor een publiek van wetenschappers. 

    PS.

    Er worden regelmatig namen vernoemd en zinnen aangehaald die vragen kunnen oproepen. De bedoeling is – vandaag toch – deze onder vorm van nota, gerelateerd aan de pagina, te verzamelen in een bijlage op het einde van het manuscript. Tenminste zo het ooit tot een einde komt.

     

    13-01-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    12-01-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het labyrint

     

    En het gebeurt dan, zoals zovele zaken gebeuren, dat hij uitgenodigd wordt door een groep vrienden uit Ieper - waar hij een paar jaren verbleef - die een clubverjaardag te vieren hebben, en op een mistige morgen, begin november, reist hij mee in een ruime bus om de champagnekelders van Reims te bezoeken hoewel hij eerder denkt aan de kathedraal en de blauwe glasramen van Chagall. Als de bus stopt in het centrum van Saint-Quentin volgt hij een ingeving en in plaats van met de groep koffie te gaan drinken in een café, loopt hij de mist in van de wandelstraat, om op het einde ervan de donkere massa te ontmoeten van de Collegiale, onverwacht tot hem gekomen.

    Een bedelaar aan de ingang steekt zijn hand uit en hij is terug in de middeleeuwen. Hij komt binnen in de sombere, trillende, hem opzuigende ruimte en er is een gebed in hem dat geen gebed is maar een rust en een aanwezigheid. Hij wist een labyrint in Chartres en in Amiens en hier wordt hij onmiddellijk geconfronteerd met de tegel-tekening van een labyrint in de vloer van de middenbeuk. Hij loopt er over en hij denkt, waarom dit labyrint? Hij gaat staan in het centrum ervan en heeft het gevoel dat hij staat in het centrale punt in zijn leven: de dagen die nog komen even talrijk als de dagen die voorbij zijn, niet in aantal, maar wel in intensiteit. Daarna is hij buiten, zijn hand neemt een muntstuk, de waarde van een glas wijn, en legt het in de hand van de man aan de deur. Weer is de mist over hem en keert hij naar de vrienden in het café.

    Maar de vraag neemt hij mee: waarom dit labyrint? Hij is in de bus en spreekt erover met een vriend uit het gezelschap, die zoals hij zegde, ook de kerk was binnengegaan, maar het labyrint niet had opgemerkt en nochtans was de middenbeuk stoelenvrij. En de vraag blijft.

    Later pas, jaren later zal hij op een dag, dankzij Ouspensky de binding maken met het labyrint. Hij heeft dan al heel wat gelezen over Vézelay, over Suger en de eerste gotiek van Saint-Denis; heel wat gelezen over de eerste gotische kathedralen en dan vooral deze begonnen en gebouwd vóór de dood van de Grootmeester van de Tempeliers op de brandstapel, voor die gelegenheid met groen hout gestookt.

    Hij wil nog verder schrijven over dit labyrint, maar andere gedachten  staan te drummen om opgetekend te worden, alsof al wat hij ooit gelezen heeft of gedacht, en al wat hij ooit geweest is of droomde te zijn, in blok opduikt zodat er een spanning groeit die niet meer te houden is. Hij denkt, wie is het die me belaagt om verder te gaan of wie is het die ik betoveren wil met woorden, is het een andere persoon in mij die me er toe aanzet of zijn het, zoals hij schreef over Elihoe, de woorden zelf die willen genomen worden en neergezet in een vaste vorm? 

     

    12-01-2017, 07:17 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    11-01-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dante het koppelteken

     

    Zelfs, indien Raoul – nu als de vriend van een vriend – ondanks de belofte gedaan aan John, niets meer van hem zou laten horen, dan nog zou hij hem blijven zien als een nieuwe, dringende gezant die hem waarschuwde dat zijn tijd om te beginnen gekomen was. Zo iets als in het verhaal over de dood - al zag hij niet onmiddellijk het verband er mee – die de tuinman dan toch ontmoette daar waar hij hem ontmoeten moest, in Isfahan.

    En als hij eraan terugdacht, had hij spijt niet langer gesproken te hebben met Raoul. Hij rechtstaande, de pen in de hand en de pijn in de lenden en een rechter voet die voor een deel gevoelloos geworden was, en de man voor hem, nonchalant, glimlachend, zelfverzekerd, zijn stok op de tafel naast zijn dagboek, hem vragen stellend in het geruis van de bomen. Bomen en nog eens bomen die mee luisterden, mee spraken met hen: Dante er tussenin. Dante waarover Raoul precies beginnen moest opdat hij hem treffen zou en hen, in een klap, dichter tot elkaar zou brengen, of Dante als koppelteken tussen Raoul en Ugo. En dit, om op te tekenen, een dag in oktober, voor de eeuwigheid dacht hij en hij deed het. 

    Hij zal echter aan Raoul wellicht nimmer vertellen welke herinneringen er voor hem verbonden waren aan het erf met het aanpalende park dat eerder een stuk bos was dan een park, dat hij altijd heeft aanzien als een plaats om van te dromen. Als hij er vandaag aan terugdenkt, is hij de knaap van tien, twaalf, veertien jaar. Hij heeft geen globaal beeld meer van die knaap van toen, maar hij weet wel dat het uitzicht van het landgoed totaal verwilderd was, de gracht er omheen dichtgegroeid met els en struikgewas, met varens en mossen, met waterplanten en salomonszegel en bosjes uitgebloeide druifhyacint, terwijl verdorde takken en omgewaaide bomen het nog verder in de tijd duwden. Er hing toen een sfeer van geheimzinnigheid over erf en bos en het leek alsof het geheel gestold lag als een eiland in de omringende velden en weiden en de geest van de geslachten die er geleefd hadden nog tussen de bomen hing.

    Als knaap werd hij er als het ware naar toe gezogen en op een namiddag was de roep ervan zo groot dat hij het gewaagd had, over de uitgedroogde gracht die rook naar modder en rottende bladeren, die rook naar de kamperfoelie aan zijn mond, het park binnen te dringen tot de witgekalkte muren van een prieeltje, achteraan in het park. Hij had binnengekeken door het raam om een fractie lang te staren in de wijd open ogen van een halfnaakte vrouw met donkere haren in slierten over haar bezweet gezicht, en over haar gebogen de rug van een man.

    Wat hij nog wist, dat hij toen hals over kop was weggerend, de handen voor zich uit, zijn adem schreeuwend in zijn borst en dat hij was blijven lopen tot de eerste huizen van het dorp, om dan in een brede zwaai, langs een veldweg terug te keren over de boomgaard naar het ouderhuis. Moeder dacht dat hij gevochten had toen ze de klonter bloed zag op zijn wang, maar hij vertelde dat het van de bramen was. Van het koppel repte hij met geen woord en zeker niet wie hij gemeend had te herkennen.

    Nu vraagt hij zich af of dit voorval geen inbeelding is geweest, of tal van feiten die hij zich herinnert uit zijn jeugd wel werkelijk hebben plaatsgevonden; of het wel zo is geweest dat er, toen ze op een avond aan het spelen waren op de weide, een man voorbijkwam op de fiets, die hen toeriep dat drie mannen verdronken waren in een waterput die ze wilden reinigen; of het wel echt was dat hij op een dag aan de rand van het bos een vuursalamander had gedood - er werd verteld dat een beet ervan giftig was - en dat hij daarna de moed had gehad zijn vinger te plaatsen op het roerloze, koude, geel gevlekte, zwarte vel.

    Maar werkelijkheid of niet, deze beelden of waren het dromen, en vele andere blijven hem bezoeken, krijgen een nieuwe omkleding, een lossere inhoud en vervagen en van de vrouw en de man die de liefde bedreven in het prieel gaat nu geen verwarring meer uit zoals dit voorheen, heel lang het geval was geweest. Want, ook hij heeft liefgehad op vele plaatsen: in het rijpend koren, waar hij ooit Jules Verne las en Knut Hamsun; tussen de bloeiende brem die woekerde rond dolmen en menhirs en, op zovele andere plaatsen, getuigen van het leven dat opspringt, onhoudbaar; herdacht en herschreven wellicht, in zijn dagboeken.

    Alles verstrengeld in alles, of de knaap en de man die hij geweest was, een ogenblik samengebald in die ene, zich steeds hernieuwende herinneringen, nu eens deze, nu eens die andere. En als hij een beeld aanraakt daagt een ander beeld op, wordt het een snoer van herinneringen die elk hun beurt willen krijgen. Echter hoe komt het dat er gebeurtenissen zijn die zich dieper in hem hebben vastgehecht en andere die vervaagden en zich oplosten.

    Is het een kwestie van wat Ouspensky noemt bij het stellen van een handeling, weten dat jij het bent die de handeling stelt en niet die machine in jou?

     

    11-01-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    10-01-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het omen

     

    Hij had het bijhouden van zijn dagboek steeds gezien als een lange voorbereiding op de dag dat hij effectief zou beginnen aan het grote werk dat hij ooit ‘eens’ volbrengen zou. Dit ‘grote werk’ - nu zijn manuscript - was zijn droom geweest. Er over bewoog de realiteit van elke dag: zijn werk in de Bank dat hem totaal opslorpte en geen openingen liet naar een of ander doorlopend schrijfwerk. Aldus wist hij hoe groot het reële leven vat had op hem, hoe hij wegzonk in het dagelijkse van opstaan, Bank, familie en slapengaan, maar geestelijk was er de leegte, enkel opgevuld met wat hij las en wat hij neerschreef tijdens de twintig à vijfentwintig minuten die hij nodig had om zijn dagboek bij te houden.

    Dit was lange tijd zijn leven geweest, tot de kinderen een na een huwden en het huis verlieten, zijn echtgenote onverwacht sterven zou en hij zich, eens de Bank weg uit zijn leven, had teruggetrokken in die oude woning met die wijd open haard, het enige, samen met het ovenhuisje, merkwaardige dat er was aan het huis met stalling en boomgaard.

    Hij had een sterke band met het huis. Hij sprak er mee, het deelde zijn eenzaamheid. Maar soms was het, naar de avond toe tot in zijn slaap, een holte om hem. Hij vroeg zich af in welke mate hij nog aanwezig kon zijn in de gedachtewereld van vrienden of kennissen, in hun gesprekken, in hun dromen zelfs? En, als hij in hen nog aanwezig was, of het levend of latent was, of zijn aanwezigheid nog gevoed werd of op sterven na dood was?

    Hoeveel levens we aldus leiden is ons vreemd, zo denkt hij nog regelmatig aan die dame, die zeemansvrouw, die er een blog op nahield waarin ze haar echtgenoot volgde die de hoge zeeën bevoer tot haar blogrecital ineens werd afgebroken en ze, zonder enig spoor na te laten, verdwenen was en dit terwijl ze vroeger sporadisch, via e-mail contact hadden met elkaar. Denkt zij nog terug aan die tijd van toen - veel was het wel niet - met hem?

    Vanmorgen, het is ver oktober al, zijn geest is ruim en levend: een telefoon, en uit de nevelen van de tijd, een stem die opduikt, die hij eerst raden moet maar die dan, in zijn rijzige gestalte hem plots voor de geest komt: John Storms, een vriend, met wie hij, jaar na jaar in de maand augustus, tochten had gemaakt in de bergen van de Valais. Hij belde, zegde John, met de groeten van Raoul, die een jeugdvriend was van hem, bij wie hij regelmatig aan huis kwam en nu, zoals hij hoorde, in het zelfde dorp van hem woonde. Raoul had hem verteld dat hij, toevallig, in het bos een interessant iemand had ontmoet die er zat te schrijven, en toen hij me je naam zegde, viel ik omver. Maar ik ken die man, heb ik hem gezegd, ik ken die Ugo d’Oorde. Ik weet van zijn schrijven in zijn rood dagboek, ik ken dat boek en ik ken hem nog beter. Man, je had indruk gemaakt op Raoul en, nu hij hoorde dat wij ook vrienden waren, wilde hij ons samen bij hem uitnodigen. Verwacht je er dus aan.

    Hij was gelukkig geweest John te horen, Ze hadden heerlijke bergtochten gedaan en diepgaande gesprekken gehad, samen met een andere vriend uit de bergen, Jacques Deck, een Parijzenaar. Aldus, hij hoefde zich geen zorgen te maken, hij leefde ook in de wereld van anderen, zijn eenzaamheid was geen verlatenheid, integendeel, ze werd gevoed door anderen met hun leven en hij voelde er zich in die morgen zeer goed bij.

    Zijn aanzet, en nu geculmineerd in de telefoon van John, zag hij, onvermijdelijk als elementen voor zijn manuscript, het omen dat hij verder schrijven moest, dat hij geen dag, geen uur meer te verliezen had; dat in feite, de man die zich Raoul noemde, zich had aangemeld als gezonden voor mensen die met grote regelmaat schrijven of veel schrijven zoals hij.

     

    10-01-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    09-01-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat hij schreef in het bos

     

    Hij zit neer in de woonkamer met naast hem, als een aanwezigheid, de zware Luikse bollenkast en de rekken boeken tegen de muur. Hij heeft de haard aangestoken en met de hoog oplaaiende vlammen voor zich en de warmte ervan op zijn handen, wil hij de essentie van wat hij op de middag geschreven heeft overnemen in zijn manuscript, dat nog niet veel meer is dan een bijna begin. Het is echter hier, en nergens anders, in deze oude woning, waar vele geslachten hun leven zijn begonnen en het hebben zien uitdoven dat hij, Ugo d’Oorde, veel verder dan halverwege, een geschrift wil nalaten van de mens die hij was, wilde en hoopte te zijn onder de mensen. En het is uit de vortex van vele gedachten dat deze morgen, laat september, de grote drang is ontstaan toen in een droom, vader woorden sprak tot hem die verloren waaiden, hoewel hij duidelijk wist wat hij zeggen wilde.

    Die drang in hem is er geweest van toen hij voor het eerst het licht zag en hij erin opgenomen werd. Dat het pas nu is dat hij weet dat hij deze drang beantwoorden moet is te wijten aan de omstandigheden: deze van vandaag, deze van gisteren, als deze van alle vorige omstandigheden in zijn leven, alle hebben ze bijgedragen opdat het, op dagen zoals deze, gebeuren zou.

    Hij neemt zich voor hierbij een holle weg te nemen, de bermen ervan begroeid met gebeurtenissen uit zijn leven, die alle, hoe groot of hoe klein ook, hun impact hebben gehad en zullen blijven hebben tot in het punt waar hij ooit aankomen zal, een laatste punt dat zich, gelukkig, duidelijker aan het aftekenen is in zijn lichaam dan in zijn geest.

    Alles op de keper beschouwd, zijn het gedachten en gevoelens geweest die al heel lang zelfs, leefden in hem. En nu klaar en duidelijk getekend staan in de kruinen van de bomen, onder het paarlemoer van de luchten; hij kan deze nu, overmoedig, uitdragen als het basiselement van zijn passage op aarde.

    En, als lezer van de Bijbel en van het Boek van Job voelt hij zich nu als Elihoe die vindt dat hij al te lang heeft gewacht met spreken. Wel, ook hij, Ugo, is overvol met woorden en argumenten, ook hij wordt opgehitst door wat hem beroert en dat gistend is als jonge wijn die nieuwe zakken dreigt te scheuren.

    Het zijn deze woorden, aanwezig lijk het watermerk in het wit Schoellerblad, die hij aan de oppervlakte brengen wil, gevoed door de geheime krachten van hemel en aarde, van bossen en velden, zeeën en stranden, bergen en stromen; krachten die de adem van zijn dagen zijn, geconvergeerd in één enkele hoofdzin, dat de materie is ontstaan uit de geest die in den beginne was. 

    Het is het verhaal, van wat zich, uit de roerselen van het voorbije naar de oppervlakte wrikt, waarin tijd, oorzaak en gevolg, geen bepalende factor kunnen zijn. Het is zijn ultieme mogelijkheid geworden, om in de laatste heldere momenten van zijn dagen, de totaliteit van wie hij was en is, wou zijn en niet werd, te verlengen, over de dood heen, naar de eeuwigheid toe.

    Zo heeft hij altijd, met een grote zekerheid geweten dat hij ooit eens ontwaken zou uit wat hij noemen wilt, zijn al te lang durende geestelijke inertie; weet hij dat het nu is dat hij de persoon, die hij was en niet was, maar die hij had kunnen zijn, zal aankleden met woorden. Met voor zich het beeld van de grote Ovidius die hem, regelmatig bezoekt. Ovidius die, dankzij zijn Metamorfosen, overtuigd was van zijn onsterfelijkheid, want wat er ook gebeuren mocht, zij zouden voor eeuwig zijn naam meenemen in de tijd. Waarvan hier akte.

    Wat in een zekere mate de middag heeft losgehaakt wordt krachtiger dan ooit voorheen, gedragen door de woorden van Dante – hij gaat deze opzoeken - ‘dat het, noch neergezeten op het dons, noch onder de dekens gelegen, dat je roem verwerft en dat hij die zijn leven aldus doorbrengt evenveel sporen nalaat als rook in de lucht en schuim op het water’.

    Zo is het ook ‘zijn’ wil, meer te zijn dan rook in de lucht en schuim op het water en zal van nu af, al het creatieve dat in hem aanwezig is, gericht zijn op het nalaten van een blijvende getuigenis die van hem is, en alleen van hem ‘kan’ zijn, de tijd in, tot die uiteindelijk, maar hopelijk ver erna, vergaan zal, zoals alles vergaat, tot de letters van een naam in een overgebleven register. Het is vandaag denkt hij, mijn huwelijk met de geest in mij, de eenzame die ik ben, bezeten door het schrijven, zoals Hokusaï bezeten was door het tekenen.

     

    09-01-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat hij schreef in het bos

     

    Hij zit neer in de woonkamer met naast hem, als een aanwezigheid, de zware Luikse bollenkast en de rekken boeken tegen de muur. Hij heeft de haard aangestoken en met de hoog oplaaiende vlammen voor zich en de warmte ervan op zijn handen, wil hij de essentie van wat hij op de middag geschreven heeft overnemen in zijn manuscript, dat nog niet veel meer is dan een bijna begin. Het is echter hier, en nergens anders, in deze oude woning, waar vele geslachten hun leven zijn begonnen en het hebben zien uitdoven dat hij, Ugo d’Oorde, veel verder dan halverwege, een geschrift wil nalaten van de mens die hij was, wilde en hoopte te zijn onder de mensen. En het is uit de vortex van vele gedachten dat deze morgen, laat september, de grote drang is ontstaan toen in een droom, vader woorden sprak tot hem die verloren waaiden, hoewel hij duidelijk wist wat hij zeggen wilde.

    Die drang in hem is er geweest van toen hij voor het eerst het licht zag en hij erin opgenomen werd. Dat het pas nu is dat hij weet dat hij deze drang beantwoorden moet is te wijten aan de omstandigheden: deze van vandaag, deze van gisteren, als deze van alle vorige omstandigheden in zijn leven, alle hebben ze bijgedragen opdat het, op dagen zoals deze, gebeuren zou.

    Hij neemt zich voor hierbij een holle weg te nemen, de bermen ervan begroeid met gebeurtenissen uit zijn leven, die alle, hoe groot of hoe klein ook, hun impact hebben gehad en zullen blijven hebben tot in het punt waar hij ooit aankomen zal, een laatste punt dat zich, gelukkig, duidelijker aan het aftekenen is in zijn lichaam dan in zijn geest.

    Alles op de keper beschouwd, zijn het gedachten en gevoelens geweest die al heel lang zelfs, leefden in hem. En nu klaar en duidelijk getekend staan in de kruinen van de bomen, onder het paarlemoer van de luchten; hij kan deze nu, overmoedig, uitdragen als het basiselement van zijn passage op aarde.

    En, als lezer van de Bijbel en van het Boek van Job voelt hij zich nu als Elihoe die vindt dat hij al te lang heeft gewacht met spreken. Wel, ook hij, Ugo, is overvol met woorden en argumenten, ook hij wordt opgehitst door wat hem beroert en dat gistend is als jonge wijn die nieuwe zakken dreigt te scheuren.

    Het zijn deze woorden, aanwezig lijk het watermerk in het wit Schoellerblad, die hij aan de oppervlakte brengen wil, gevoed door de geheime krachten van hemel en aarde, van bossen en velden, zeeën en stranden, bergen en stromen; krachten die de adem van zijn dagen zijn, geconvergeerd in één enkele hoofdzin, dat de materie is ontstaan uit de geest die in den beginne was. 

    Het is het verhaal, van wat zich, uit de roerselen van het voorbije naar de oppervlakte wrikt, waarin tijd, oorzaak en gevolg, geen bepalende factor kunnen zijn. Het is zijn ultieme mogelijkheid geworden, om in de laatste heldere momenten van zijn dagen, de totaliteit van wie hij was en is, wou zijn en niet werd, te verlengen, over de dood heen, naar de eeuwigheid toe.

    Zo heeft hij altijd, met een grote zekerheid geweten dat hij ooit eens ontwaken zou uit wat hij noemen wilt, zijn al te lang durende geestelijke inertie; weet hij dat het nu is dat hij de persoon, die hij was en niet was, maar die hij had kunnen zijn, zal aankleden met woorden. Met voor zich het beeld van de grote Ovidius die hem, regelmatig bezoekt. Ovidius die, dankzij zijn Metamorfosen, overtuigd was van zijn onsterfelijkheid, want wat er ook gebeuren mocht, zij zouden voor eeuwig zijn naam meenemen in de tijd. Waarvan hier akte.

    Wat in een zekere mate de middag heeft losgehaakt wordt krachtiger dan ooit voorheen, gedragen door de woorden van Dante – hij gaat deze opzoeken - ‘dat het, noch neergezeten op het dons, noch onder de dekens gelegen, dat je roem verwerft en dat hij die zijn leven aldus doorbrengt evenveel sporen nalaat als rook in de lucht en schuim op het water’.

    Zo is het ook ‘zijn’ wil, meer te zijn dan rook in de lucht en schuim op het water en zal van nu af, al het creatieve dat in hem aanwezig is, gericht zijn op het nalaten van een blijvende getuigenis die van hem is, en alleen van hem ‘kan’ zijn, de tijd in, tot die uiteindelijk, maar hopelijk ver erna, vergaan zal, zoals alles vergaat, tot de letters van een naam in een overgebleven register. Het is vandaag denkt hij, mijn huwelijk met de geest in mij, de eenzame die ik ben, bezeten door het schrijven, zoals Hokusaï bezeten was door het tekenen.

     

    09-01-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs