Wat lk gisteren schreef in een moment van onwezenlijkheid trok een spoor dat nog enkele tijd blijven zal. Blijven zal tot het bedekt zal zijn met te vroeg afgevallen bladeren. In elk geval belangrijk was dat ik het gesignaleerd heb voor mezelf en ook voor haar, al leest ze me niet het staat er, zo goed mogelijk gecamoufleerd voor de wereld.
In feite wist ikzelf niet goed hoe het te vermelden omdat het iets totaal nieuw was dat me overviel. Ik had er wel ooit aan gedacht dat zo iets gebeuren kon maar zeker niet op de wijze zoals het zich heeft voorgedaan.
Wellicht is het iets zoals de ‘ajada violetta’ van Borges – het verwelkt viooltje - bewaard tussen de bladen van een boek om iets niet te vergeten en dan toch vergeten.
Of zit het dieper dan ik vermoeden kan, een laatste strohalm om me er in gedachten aan vast te houden en dan tot het einde van mijn dagen. Want hoe bestaan we, eens geraakt door de pijl.
Of het nu waar is of niet, het staat er geschreven als een voorval in het reële, maar het kan evengoed een spitsvondigheid zijn om te misleiden, een poging om te stellen dat het zo is geweest, en dan heb je als lezer er een dubbel gevoel bij en zit je gevangen zoals ik. Ik die twijfel tussen inbeelding of realiteit en jij die niet anders kunt dan me hierin volgen.
Uiteindelijk moet het verbeelding zijn, mijn gedachten die op hol sloegen bij het horen van haar stem en het onverwachte van haar bezorgdheid, normaal om die te hebben voor een oud man.
Zo laat ons besluiten, dat zo lang ik haar niet gesproken heb alles berust op een groot misverstand van mijnentwege.
En sluit ik hier alles af, leg ik er een gordijn over die misschien ooit zal worden weggeschoven of toegedekt blijven voor altijd. Maar jullie zullen het nooit weten, omdat het een zaak is van het hart.
Hoewel ik niet nalaten kon het toch een kans te geven.
|