Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    24-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat van mijn beginnen is



    Onder elke blog verschijnt de melding ‘Geschreven door Ugo d’Oorde’, het is de fout van de beginner die ik was en die ik meedraag sedert ik met een blog begonnen ben. Echter geloof me, er zijn meer teksten geschreven door Karel Mortier dan door Ugo d’Oorde, hoewel de lijn tussen beide soms moeilijk te trekken valt want altijd hebben ze wel iets gemeen.


    Zo zijn we beiden nu begaan met een blog over het laatste schilderij van Vincent Van Gogh, een schilderij waarin we Van Goghs afscheid van het leven menen te lezen. Een van de komende dagen/weken geef ik hiervoor het woord aan Ugo en kan hij zich uitleven.


    Ondertussen begin ik me zorgen te maken over wat ik begonnen ben. Een blog die ontstond in antwoord op één zin van José Saramago die ik negen jaar geleden las in Le Monde, in verband met het verschijnen ven dezes ‘Cahier’ of ‘Cuaderno’- een verzameling van zijn blogs - waarin hij op de dag van zijn 86ste verjaardag schreef: ‘Ik omhels de woorden die ik schreef, ik wens ze een groot leven toe en herbegin mijn schrijven daar waar ik het gelaten heb’. Ik was toen, de dag van 18 mei 2010, zo dwaas te schrijven:


    ‘Ik ook omhels vandaag de woorden die ik schreef, wens ze een lang en groot leven toe en ik begin nu, omdat ik niet kan stoppen met schrijven, mijn schrift, mijn cuaderno, dat doorlopen zal, zo hoop ik toch, tot het einde van mijn dagen.


    Vandaag is mijn wandeltocht met het woord als gezel nog altijd gaande. Is het veeleer niet, omdat ik me wil laten opmerken als schrijver, als iemand die iets te zeggen heeft wat nog niet werd gezegd, en dit op een eigenzinnige wijze, een Einzelgänger in de literatuur, zoals elke schrijver er denkt een te zijn?


    Ik mis mijn broer Daniël die veel te vroeg is weggegaan. Hij was mijn mentor, hij zou me al lang gewezen hebben op mijn fouten, al lang gezegd hebben: ‘Man, stop ermee, je schrijft ouderwets over ouderwetse zaken die nog pasten ten tijde v   an de Verlichting en dan nog op een wijze die niemand nog interesseert. Je schrijft zoals een zondagsschilder die zijn doek vult met fotografische koeien en bomen, met een kerktoren middenin, zonder voldoende background. Misschien met een vleugje Gilliams, een vleugje T.S.Eliot, maar meer niet. De rest komt uit je kleinburgerlijk zelf, en het ergste is, wat je schrijft is niet te begrijpen voor de mens van vandaag, zoals het evenmin te begrijpen was voor de mens van gisteren. Destijds, in je zelfgeborgenheid schreef je zonder argwaan, schreef je omdat je hand stond naar het schrijven. Vandaag met dat fameuze blog van jou, schrijf je vanuit je wereld naar je eigen wereld. Je schrijft als vastgeketend op de contouren van een cirkel, langs je lezers heen, je raakt hun klederen, maar heb je, je ooit al afgevraagd - en nu met je ‘statement’ van gisteren en van de dagen ervoor - of je binnendringt langs de poriën van hun geest, de poriën van hun hart?


    Ik denk dat hij ongeveer dit, ware hij er nog geweest, me zou gezegd hebben. En dan die andere broer, de jongste van ons drie, Georges, deze zwijgt. Wat zou die kunnen zeggen: ‘Man maak dat ik in jou nog mijn broer herken?


    24-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    23-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.A Statement


    Ik ga zelden met lege handen naar de vijver, noch met een leeg hoofd. Wat ik gisteren gewaagd heb te schrijven, dat er een Universum nodig was opdat de mens, de geest in de mens, zou kunnen bestaan, zindert nog na in mij. Het zijn meer dan boude woorden, gedragen en gevoed door de eerste zin van het Evangelie van Johannes: ‘In den beginne was het Woord, en ik gisteren schreef dat het Woord zich heeft veruiterlijkt in een Universum dat levend is, dat bewegend is, dat groeiend is opdat hieruit de mens zou kunnen ontstaan, en in de mens, de geest van de mens die het Woord is.


    Dit is zoals ik het zag gisteren, dit is waar ik de klemtoon heb gelegd. Meer was er niet maar ook niets minder. En dan nog dit: de beweging die van het Universum is, is ook deze van het Woord, deze van de Geest in de mens.


    Ik moet deze gedachte, nu ze neergeschreven staat, vergeten en verlaten omdat ik me, als denkend mens, opgenomen voel in een draaikolk waar ik, naar de essentie van mezelf toe, niet meer uitkom.


    Ulrich Libbrecht zou me een Taoist genoemd hebben, en ik denk dat hij gelijk heeft, dat je van het ogenblik dat je begint te denken dat in den beginne het Woord was, je ook denken kunt dat in den beginne Tao was, en je verloren bent voor het westen, dat je een oosterling wordt, een volgeling van Lao Tseu, een volgeling van de oosterse Jezus.


    Ik nam deze namiddag, wetende wat ik schrijven ging, een boek van Titus Burckhardt mee naar de vijver. Mijn vrienden waren aan het vissen, ik zat op het terras in de zon. Ik wist dat om me heen de sappen aan het stijgen waren, dat de botten aan het zwellen waren, op het punt open te barsten. Ik dacht dat wat ik geschreven had het gevolg was van de lente, dat ook mijn geest was open gebarsten en dat ik nu zwijgen kon en alles op zijn beloop laten voor  een lange tijd.


       Maar er was een reden waarom ik een klein boekje heb meegenomen. De oosterse herkomst van die eerste zin van Johannes wordt versterkt door het feit dat de beschrijving van het Hemelse Jerusalem uit de Apocalyps, een afspiegeling is van de mandala van het Paradijs van Vaikuntha, de hemelse woning van Vishnu, zoals het beschreven staat in de Skanda Purâna.


      Het parallellisme van deze mandala en de voorstelling van het Hemelse Jerusalem is te frappant en het is het nog meer als beide teksten vergeleken worden. Dit weet ik nu omdat ik het lees bij Titus Burckhardt[1] wiens boek ik ontdekte in ‘ la chambre des preux’ van die oude chalet in Grimentz, en later heb gekocht.


       Dan ook, de eerste zin van Johannes is eigen aan het oosten, Ulrich Libbrecht zou dit zeker bevestigen. Het is ‘a statement’ waarmede elk boek zou kunnen/moeten beginnen. 



    [1] Titus Burckhardt : ‘Symboles, Recueil d’Essais’, Arche, Milano 1980, p.29.  ‘Le parallélisme avec notre image de la Jérusalem céleste est frappant;  il est encore plus explicite lorsqu’on compare les textes sacrés correspondants’.

     


    23-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    22-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het uiterste van het denken


    De zon vanmorgen in de mist weinig meer dan een lichtende schijf in de hoogste kruinen van de bomen: de tekening van mijn geest in de mist. Ik denk, zodra de mist optrekt, zodra de zon er is in volle glorie zal ik klaar staan om er ook te zijn, misschien dan niet glorierijk maar dan toch presentabel, in gedachten een nog jonge man.

    Ik wacht nu nog zoals de herder van Dante die zijn schapen niet kan buiten laten omdat de weide met rijm is bedekt en hij geen voer meer heeft - Dante wist niet hoe hij verder moest met zijn straffen die hij te bedenken had - en de herder wacht op de zon tot de rijm verdwenen is. En wat de herder ondervond, ondervind ik.  Ik ook wacht elke morgen tot de rijm is opgelost, tot mijn geest is uitgeklaard en ik buiten kan met mijn gedachten als er die er zouden zijn. Vanmorgen stel ik me een eerder vreemde vraag, hoe de dingen aan de vijver zijn als ik er niet ben. Ik vraag me dit, wel wetende dat de dingen zijn zoals ze zijn of ik er nu ben of niet.


    En toch niet. Als ik er ben, worden ze bekeken, ondergaan ze mijn aanwezigheid. Ik kan ze betasten, ruiken, beluisteren, ze zijn meer. Er is iemand die ze ziet en die weet dat ze er zijn; terwijl de dingen zelf het niet weten dat ze er zijn. Ik ben aldus in zekere mate het ego van de dingen die ik zie. Via mij weten ze dat ze er zijn, zonder mij weten ze het niet. Ik vul ze aan.

    Hieruit vloeit een andere vraag voort, een belangrijke vraag met even belangrijke gevolgtrekkingen - en dan val ik terug op wat ik al zo dikwijls vermeld heb - welk is het belang van al die dingen, welk is het belang van een Universum, als noch hier noch op het even welke plaats in de Kosmos, er niet iemand is om toe te zien en zich vragen te stellen over wat hij ziet?

    En hier op ingaande waag ik voorop te stellen dat de mens, de denkende mens, noodzakelijk is, centraal staat in het kosmisch gebeuren in en omheen het zichtbare en onzichtbare dat van het Universum is. We zijn niet het ‘nada’, we zijn de aanvulling opdat het Universum een geheel zou zijn van materie en geest. Of duidelijker nog, zonder de mens, is het Universum een onwezenlijke leegte, het Universum zou er zijn, en dit is al. Maar het zou niet geweten zijn dat het er is. Kunnen we dan zeggen dat de dingen er zijn omdat de mens er is?.

    Er zijn nu oneindig vele zonnen met planeten omdat het bewezen is, en we het dus weten. Ze waren er ten tijde van Dante en toch waren ze er niet omdat niet geweten was dat ze er waren. Zo denken we dat de denkende mens hier is opdat geweten zou zijn dat de dingen bestaan. Dat hij hier is om te getuigen dat het Universum IS.

    En als dit Universum er nog is als een (ten dele) onbegrepen geheel, dan is de mens er om verder te zoeken, met een steeds groeiende behoefte om te weten hoe het er is. Hierbij treedt hij op, als een zeer interessant deel van het Universum, treedt hij op in naam van het Universum.

    En als hij optreedt in naam van het universum, waag ik het te besluiten dat het Universum er is omdat de mens de ‘denkende’, ‘zoekende’ mens er zijn moest

    Vergeef me als ik te ver ben gegaan, het was sterker dan mezelf. Weet echter als ik spreek over de mens, dat het niet is over zijn handelingen dit is het materiële aspect, wel, over de mens die zoekende is om beter te begrijpen wat van het Universum is en van al wat er verband mee houdt. 


    22-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    21-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het vergeten


    Een fractie van tijd, even maar de dag even lang als de nacht, een ‘even’ dat voorbij wentelt in een oogwenk, en berekend tot op een seconde na, genoteerd staat[1]: de aarde precies in het exacte oosten een  overgang zijnde, een moment dat ook - zo zie ik het toch,  maar je hoeft me niet te volgen - getekend staat in onze genen.

     

    We gaan er aan voorbij, omdat het van de kosmos is, van het gewone doen van de aarde is, en er geen verbazen meer is om wat de stand van de aarde in haar gang omheen de zon aangaat. Het gaat ook allemaal zo vlug, we hebben amper de tijd nog om er over na te denken, laat het ons dan maar vergeten. We hebben andere zorgen om het hoofd.


    Vergeten omdat het een gewone zaak is, iets dat er altijd is waaraan niet hoeft gedacht te worden. Maar er  is ook het vergeten wat je niet vergeten wilt, wat een andere zaak is. Ik vergat de naam van een Russische componist en bleef hem vergeten. Zelfs nu, ik las hem zo-even nog en toch moet ik er terug naar zoeken.

     

    Op een nacht dat de slaap niet kwam, een vioolconcert, op Klara. Ik wist onmiddellijk van welke componist het concerto was, een Russische. Ik was er zeker van. Ik kende het concerto maar al te goed. Ik ging de naam uitspreken maar de naam kwam niet. Een week lang heb ik er naar gezocht binnen in mij, maar niet gevonden. Ik heb een lijst gemaakt van alle Russische componisten die ik kende van Katchatoerian tot Shostakovich, een tiental vond ik er, maar niet de naam die ik vinden wou. Op een morgen hield ik het niet meer uit, ik heb Google opgezocht en vond de naam Prokofief, mijn grote vriend Prokofief, de schitterende man van zijn vioolconcerto en zijn even schitterend, sprankelend piano concerto.

    Begrijpelijk dat ik me zorgen begin te maken, want het doet zich meer en meer voor, dat ik zoek naar een naam als ik schrijf en hem in mijn tekst moet vervangen door drie punten (…) omdat ik er op reken dat ik hem later terugvinden  zal. Gewoonlijk duikt hij op voor het einde van mijn tekst, maar hier, Prokofief, bleef halsstarrig weg, nochtans is hij een van mijn favoriete componisten.

    Tekenen van mijn leeftijd wellicht, een zekere angst ook dat het verder zou uitlopen En mijn vergeten wijzen zou ik de richting van wat elk van ons bevreesd als de jaren er zijn.

    Ik blijf dus best een uitdager van mezelf te zijn. Mijn geest in gang te houden want ik vermoed niet dat mijn vergetelheid gebonden zou zijn aan één naam, Prokofief. Ooit, weigerde mijn klavier de naam ‘Saramago’. Ik typte Saramago en ogenblikken erna versprong hij op ‘Schraag’. Wat nu, zie ik, niet meer het geval is. Maar dit was technisch, dit was geen vergeten.

    Ik weet, mijn lichaam verstijft, verliest elke soepelheid, mijn gang is moeilijk, mijn bewegen vertoont een stroefheid die ik bewust ervan zijnde, onderga. Ik zet dus alles op alles opdat dit niet gebeuren zou met wat ik mijn geestesvermogen noem. De naam Prokofief was een eerste verwittiging, misschien ook niet, maar ik hield er toch aan dit gebeuren een datum mee te geven.

    Eventueel voor later.



    [1] ‘20 maart: 22.58, de astronomische lente begint. Het middelpunt van de zonneschijf bereikt het lentepunt (ecliptische lengte 0°00’00”) en trekt van zuid naar noord door het vlak van de evenaar. Dit moment heet de equinox. Theoretisch duurt de dag vandaag even lang als de nacht en dit voor alle plaatsen op het aardoppervlak.’ Voor meer hierover: de Sterrengids 2019, Stip.media:


    21-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    20-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het licht dat van de geest is



     

       Een morgen die van het wezen van het licht is. Een morgen die bezinning is, een vage terugblik naar wat me in mijn jeugd werd bijgebracht en ik, met de jaren voor een groot deel verworpen heb. Vervangen heb door het geloof in een alles omvattend ‘Zijn’, aanwezig in de minimaalste particules, als aanwezig in alle geledingen van wat is, en er is het Al.


       Een levend iets, een eenheid, waarin alles met alles gelinkt is. Het ganse universum, één levend wezen van materie en geest ineen verweven, het ene niet bestaande zonder het andere.


       Gelovend dat dit een spiritueel gegeven is dat ons omhult en ons vormt, dat ons levend houdt, niet alleen als deel ervan, maar als functioneel deel ervan. We zijn de ogen van het Universum, we zien wat het is, wie het is en hoe het is. En als dusdanig zijn we, elk afzonderlijk, een zelfbewust mini-universum op ons eigen. Ik bedoel hiermee dat het Universum er niet zou zijn waren wij, de mens, er niet. 


       We zijn er opdat het Universum via ons 'weten' zou dat het er is. Zeg dus nooit, zoals Jacques Monod, dat we er toevallig zijn. De denkende mens is er omdat het noodzakelijk is dat hij er is.


       En de mens, hij is er - en dan bedoel ik in de eerste plaats het denkend vermogen - of kan er zijn, op elke plaats in het Universum, op elke plaats waar de mogelijkheid is dat hij er zou zijn, de aarde een van de n-plaatsen zijnde. Ik denk dus niet dat we in het Universum de uitverkorenen zijn of blijven zullen.


       Dit is waar ik vandaag, uitzonderlijk, geïnspireerd door het licht van een namiddag, ben aangekomen. Het punt in mijn levenslange bezinning: mijn hunker, ’die Sehnsucht nach dem ganz Anderen’, zoals Max Horkheimer het formuleerde.


       Nochtans, vrienden, want dat zijn jullie, daartegenover, hoe gemakkelijk is het niet alle vragen, al het zijnde, opzij te zetten, de pauselijke Veritatis Splendor van jaren terug te herlezen en te aanvaarden. Aldus te leven zoals het ons gevraagd wordt, blindelings vertrouwend - en er zijn er velen die dit doen in deze wereld - in wat de Geschriften voorhouden of: geloven om te begrijpen zoals Bernardus het wist en niet zoals Abelard, begrijpen om te kunnen geloven.


    Ik dacht vanmorgen dat dit het eindpunt kon zijn, een soort inventaris in enkele schamele woorden gebundeld, de uitkomst van alle gesprekken die ik gehouden heb, al die tijd, en met mezelf en met de boeken - een Multatuli tot de hoofden van Lebak - gegevens naast elkaar en over elkaar gelegd, in elkaar geschoven, openingen naar andere structuren van het weten, die naar ik meende de waarheid dichter benaderden, al wist ik niet wat die waarheid wel was of zijn kon.

    Een zaak echter is zeker.  Ik las over de New Physics en ik vond dit een nieuwe Bijbel, ditmaal geschreven in data en niet in woorden die vertaald dienden te worden. Ik las over bepaalde gebeurtenissen dat die van de hand Gods waren, waaraan ik geen boodschap had omdat de God van mij, in de dingen zelf, in al wat is en wat nog komen zal,  verweven zijn, en zijn verwevenheid, zijn ego is.


    En alles wat ik las of dacht bleef, zoals deeg in de trog, gistend in de geest. En zo gebeurt dagelijks dat al wat is van de gebeurtenissen in mijn leven, door de dwingende krachten van de geest in mij, worden overgebracht naar mijn hand en mijn vingers en over het papier als ik schrijf.


    Ik ben de man en zijn dans van woorden, alsof ik adem in woorden en woorden in osmose over mijn witte bladen worden uitgestrooid en dit, mijn leven was en is, de adem van mijn dagen.

     

    * 


    Ik schreef dit met op de achtergrond - er is er altijd een als ik schrijf - Anne-Marie Mutter in het derde vioolconcerto van Mozart. Een absoluut hoogtepunt. Ik luister dan, zonder te luisteren, gefocust op wat ik schrijf, maar omhuld met Mozart en Mutter: beide staan daar de viool in de hand, de verlenging van hun geest die ik onderga in mijn woorden.


    20-03-2019, 07:04 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    19-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Leermeesters




    Ik heb niet de keuze, laten of niet laten. Ik kan niet de blogs van het eerste uur zo maar achterwege laten in de handen van de tijd waar ze vergaan zullen tot stof. Ik wil de meest sprekende eruit een nieuwe kans geven en, evenwel herwerkt en aangepast, binnen brengen in de tijden van nu, omdat ik denk dat ze het waard zijn, omdat ik er het beste van mezelf in aantref.


    Ik had er op zondag 17 maart, een blog - een hoogmis - over geschreven. Ik was er een ganse dag van vroeg in de morgen al, voortdurend mee bezig geweest. Had er zelfs, omdat ik mijn bloggeschiedenis zag als een pelgrimstocht naar Istafan, de verzen van Rainer Maria Rilke in verwerkt die beginnen met: 

     

    In diesem Dorfe steht das letzte Haus

    so einsam wie das letzte Haus der Welt

     

    en eindigde bij:

     

    Und die das Dorf verlassen wandern lang

    und viele sterben wielleicht unterwegs.

     

    Maar, weet je wat het is een tekst van 500 woorden bij elkaar te schrijven in de loop van de dag en bij avond, als alles klaar is om ingelogd te worden voor de volgende dag, hem te verliezen door een onachtzaamheid. Truly, I’m getting old, I’m getting awkward in dealing with my pc, mijn pc overstijgt me,


    Het is niet de eerste maal dat dit voorvalt, de vorige keer waren het zes maanden blogs die verloren gingen. Gelukkig, deze zijn op groene achtergrond overgebleven op de centrale computer, waar ik ze mettertijd terug kan gaan halen. Maar hier wacht ik en blijf ik wachten tot het te laat zal zijn.


    Ik vertel dit omdat het verlies van een tekst, een gebeuren is dat zwaar doorweegt, en vandaag nog steeds. De tekst had me heel wat moeite gekost en ik had niet meer de moed noch de kracht om er even over na te denken en trachten te herschrijven wat ik geschreven had. Ook vanmorgen had ik die kracht niet. Ik weet wel hoe het gebeurde, hoe ik het had kunnen herstellen maar, in lichte paniek, heb ik verkeerd gehandeld. Ik moet het me vergeven.


    Ik heb dus jullie, mijn lezers van het eerste uur op 18 maart een gedicht gestuurd dat ik in 2012 al had opgenomen als blog. Evenwel heb ik alles her-ingekleed, mijn enige verdienste. Ik vond dat wat ik toen gedicht heb, het beste was dat ik ooit geschreven had en ook het meest passende in de poëzie van vandaag. Echter dit dankzij Samuel Beckett en Stefan Hertmans, zonder hen had ik het nimmer geschreven. We hebben altijd leermeesters nodig.


    Als ik teruggrijp naar wat van zeven jaar en meer geleden is - en ik zal  het nog doen - dan grijp ik terug naar de leermeester die ikzelf toen was. Hier is, meen ik, niets verkeerd aan.

     


    19-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    18-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Salmuel Beckett: 'Neither'



     

    Neither

     

    to and fro in shadow from inner to

    outer shadow

     

    from impenetrable self to imprene-

    trable unself by way of neither

    as between two lit refuges whose

    doors once neared gently close, once

    turned

    away from gently part again

    beckoned back and forth and turned

    away

     

    heedless of the way, intent on

    the one

    gleam or the other

     

    unheard footfalls only sounds

     

    till at last held for good, absent for

    good from self and other

     

    then no sound

     

    then gently light unfading on that

    unheeded neither

     

    unspeakable home

     

     

     

     


    De tekst en de vertaling van, en een essay over dit gedicht van Samuel Beckett, kan je vinden in dat warm en soepel in de hand liggend, schitterend geconcipieerd en even schitterend geschreven boek van Stefan Hertmans: ‘Het putje van Milete’, een bundel essays uitgegeven door  Meulenhoff, Amsterdam, 2002. Hertmans schrijft hier over het ontstaan van het gedicht, de moeilijkheid bij het vertalen - hoe vertalen we neither en dan liefst in één woord?


    De wijze waarop Hertmans, Becketts woorden overbrengt is gewoon  een poëma op zichzelf. Maar wat ook en hoe ook,  het is een boek dat ik koester, des te meer er ook een essay in voorkomt over Maurice Gilliams, die mijn literair leven in een zekere zin op hol bracht; over de ‘Gentians’ van D.H. Lawrence, die ik zo zie groeien in de bergen; over Jorge Luis Borges, die me veroverde met zijn ‘Nueve Ensayos dantescos’.


    Ik moet bekennen dat ik het gedicht van Beckett gezien heb als een abstracte schilderij in woorden, met oninterpreteerbare vormen en kleuren. Het is, gedragen door deze idee dat mijn ‘neither-gedicht’ is ontstaan. Het is geen vertaling - behoudens het italiek gedrukte - maar een eigen versie van ‘Neither’.


     

    Noch                  

                               

    We zullen wel nooit

    een neither-gedicht schrijven

    zoals Beckett

    het onverwoorde te verwoorden wist,

    niet te begrijpen

    omwille van zo alles zeggend

    in niets-betekenende zinnen

    alsof het Universum erin verscholen lag

    en toch ook maar niet, weergalmend,

     

    de dood

     

    een abstract

    in woorden schilderij

    waar  kleur en vormen weggelaten

    om even maar wie we waren. 

     

    We zullen wel nooit

    een neither-gedicht schrijven,

    al wilden we om het ontzaglijke

    van dit leven dat ons omkneld hier houdt

    en toch bewegen

    laat in een eigen eigenzinnigheid,

     

    zo denken we

     

    maar geen gedicht om op te vallen

    om er naar uit te kijken,

    om er slapen mee te gaan,

    onverlet, onverlaten, on-overeenstemmend

     

    van het zijn toch zoekend

    naar de zin van sterren en sterrenstelsels,

    beangstigend oneindig

    oneindig alles is,

     

    en wij, innerlijk enorm

    omdat we alles beluisteren, bekijken kunnen,

    opentrekken, verzegelen en dichter brengen

    tot ons binnen, en begrijpen niet

    te begrijpen kunnen,

    al wilden we,

     

    dan

    o zo teder, zo losjes

    het licht wegdeemsterend

    dat achteloos evenmin

     

    niet uit te spreken

    thuis

        

    Maar een neither-gedicht

    zullen we wel

    nooit schrijven, al wilden we

    opstijgen kunnen

    om ons te verliezen

    een nimmer te vergeten ogenblik

     

    van het zijn.

     

     


    18-03-2019, 07:07 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    17-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gedicht uit vorige eeuw.


     

    Gedicht uit vorige eeuw.


    Zullen we

    nimmer vooraf weten wat de hand

    zal schrijven als de roep er is

    van oude Bijbels op de tafel

    en van  stenen die we raapten,

    gebeeldhouwd door de regen,

     

    nu we,

    heel wat meer dan halverwege,  

    het donkere woud betreden

    in ’t gewemel

    daar

    van licht en schemer

    vele zaden liggen om te schieten

    waar ze neder vielen;

    tenminste zo de kiem ervan

    hoog gistend bleef,

    lijk jonge wijn bij Elihoe[1],

    die nieuwe zakken dreigt te scheuren.

     

    Zo liggen vele zinnen

    in het rijk van ons bezinnen

    klaar

    om uit te dragen

    wat als baken ons werd meegegeven,

     

    bij het ontwaken, soms

    als het eerste licht

    de kamer binnenvalt of ’s avonds

    in het ruisen van de bomen

    of het gefluister van de vogels in de hagen,

    of van de regen in het raam geslagen,

     

    Uit te dragen:

     

    het d’Almachtige was

    die ons het werelds leven schonk

    en het ook ons zal ontnemen.

     

    Al weten we

    niets met zekerheid, hierover toch

    wat poëzie bedreven,

    een klonter Kosmos, zo, uit ons gegleden,

     

    Zelfs

    al zullen er niet velen zijn om het te lezen,

    omdat van alle zaken

    het hen de minste zorg zal wezen

    hoe lijk stuifmeel door de wind gedreven

    hier ons woord zal wezen.

     

    Kap dan weg

    zoals je netels kapt, het stupide vers,


    je bent uit stof en tot stof keer je terug,

    uit Genesis weg, 


    het hoefde niet, voldoende is geweten

    dat dit lichaam sterven zal.

     

    Ook,

    als er gelezen moet, zo leerden ons

    Nothomb en Fabre d'Olivet:

     

    je bent uit geest en tot geest keer je terug.

     

    Het enige wat zinnig is,

    in wat van deze wereld is.

     

    Het dan ook de toonaard is,

    van al wat hier geschreven

    en, van al wat hier niet geschreven

    staat.



    [1] Uit het Boek van Job: 32.19


    17-03-2019, 06:59 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    16-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waar de verwondering?



     

          Als ik hoor dat een kind van vijf, vóór het eerste schooljaar al leert wat de zwaartekracht is, dan zal het enkele jaren verder, geen nood meer hebben de plaats te kennen van de aarde en de planeten ten overstaan van de zon, het zal, eens tien jaar, al gehoord hebben van de formule van Einstein, zal alles weten over de snelheid van het licht en vertrouwd zijn met het bestaan van atomen, elektronen en andere deeltjes. Het kind zal zich in een wereld weten waarvan ik op mijn achttiende nog niet het minste benul had, wel wist ik heel wat te vertellen over Jules Verne en zijn ‘Twintig duizend mijlen onder zee’. Vandaag echter realiseer ik me de mogelijkheden geboden door iets zoals mijn gsm, zelfs als ik over het mechanisme ervan niets afweet, het volstaat er enkele essentiële begrippen over te hebben en ik kan er niet alleen mee communiceren, gesproken of geschreven, met iemand aan de andere zijde van de wereld, maar hij dient ook als een Wereldbibliotheek. Zelfs al ken er al de mogelijkheden niet van ik weet dat deze oneindig zijn. En ziende hoe vlug alles evolueert vraag ik me af waar de wetenschappelijke en technologische wereld zal staan, als Amaury, de oudste achterkleinzoon, tien jaar zal zijn, dus vijf jaar verder.


          Zeker is dat voor Amaury, de wereld van nu er altijd is geweest, hij is ermee geboren. Hij kent niet een tijd dat er niet was wat nu is. Het is zijn vertrekpunt, het is van hier uit dat hij de wereld gaat verkennen. Het is voor hem de gewoonste zaak van zijn wereld. Zullen er voor hem op het gebied van techniciteit nog ooit zaken komen, waarover wij, en dan zeker ik, keer op keer zijn verwonderd geweest?


          Een wereld met zelfrijdende auto’s, zelfvliegende vliegtuigen, zelfmaaiende grasmaaiers, wat kun je nog meer verwachten? Als ik de trucage mogelijkheden zie van de filmhuizen, als ik zie dat de hemel zelfs de limiet niet meer is; als ik zie dat ze zelfs geen echte personen meer nodig hebben om een film te maken. Alles kan, alles is mogelijk, het toestel waar ik om vroeg in mijn blog van gisteren is achterhaald, is voorbijgestreefd. Je moet er maar aan denken en het staat er, de computer lost het op voor jou, lost alles op voor jou.


          Ik keek gisteren naar een ‘you tube’ film die toonde hoe de stalen ronde kogeltjes in de as van een fietswiel, gemaakt worden, ontstellend  te zien hoe deze met de grootste perfectie uit een staaldraad worden geknipt en tot mooie glanzende bollen worden omgetoverd, enkel op het  allerlaatste moment komt er  iemand tussen.


          Neen, de verwondering zal uit de wereld zijn. Een schilderij zoals het Lam Gods van Van Eyck, een fresco zoals het Laatste Avondmaal van Da Vinci zullen bekeken worden zonder oog te hebben voor het kunstenaars-schap van de schilder. Ze moeten zich zelfs niet meer te verplaatsen, ze kunnen het bestuderen, thuis, van uit hun zetel[1]. Ze kunnen er zelfs verbeteringen op aanbrengen, of stukken er uit wegnemen en verplaatsen waar ze ook willen.


          Ik weet echter niet hoe ze staan tegenover een symfonie van Beethoven, van Mahler of van Shostakovich; hoe ze staan tegenover een schilderij van Renoir, van Turner, van Mönch, tegenover de poëzie van Guido Gezelle, van T.S. Eliot, van Rainer Maria Rilke. ik weet niet wat ze er van denken zullen als ik nu al zie waar de schilderkunst, Koons en Hirst, de muziek, John Cage, de literatuur, Houellebecq, de poëzie, het gedicht ‘Oote’ van Jan Hanlo,  zich vandaag bevinden.


          Waar zal hier hun verwondering liggen en hoe, als die er zou zijn, zal die door hen uitgeschreven worden?  



          [1] Ik lees in de krant: ‘zetel’ is geen Nederlands woord, het is een bank of een fauteuil; ‘in vogelvlucht’ is niet gekend, zij spreken van ‘hemelsbreed’. (‘Nederlanders weten niet dat Vlamingen de zelfde taal spreken’, Els Snick, vertaalster, in De Standaard van 1 maart.)

     


    16-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    15-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen..Wat misschien te wensen ware.

     

        

     

          Traag maar o zo zeker schuift de aarde naar haar equinoxpunt toe. Denken we er soms aan, aan het punt waarop de dag even lang is als de nacht?


          Een vriend van en aan de vijver, wel, hij dacht er aan. Hij vertelde me hoe belangrijk en even noodzakelijk het niet zou zijn als we dagelijks zouden geconfronteerd worden niet alleen met uur en datum, maar ook met de plaats van de aarde en van de andere met het blote oog zichtbare planeten in hun baan om de zon.


          Belangrijk misschien, noodzakelijk minder, maar er elke dag een blik op werpen zou niet misstaan. Er zou over gesproken kunnen worden in het café van het dorp, bijvoorbeeld, tussen pot en pint of, zoals het nu is geëvolueerd tussen Orval en Trappist, voor minder doen we het niet meer. Zeker is, zoals ik het zie, de drank zou er toe bijdragen om de gesprekken warm te houden, de ene er wat meer over wetend dan de andere.


          Ik denk niet dat dit nog veraf ligt, ik denk zelfs dat het in de sterren van vandaag te lezen staat dat er een of andere vinnige man of vrouw er achter zal komen en een poging zal doen. En verwacht je aan iemand uit het verre oosten, om een dergelijk mechanisme - als het nog niet zou bestaan - met trompetgeschal op de markt te brengen.


          In elk geval wat we er ook moge over denken, het zou een verdieping zijn van de gesprekken, iets anders dan deze over voetbal of wielrennen, iets anders dan over het weer. En ook, we zouden beter weten waar we staan en vooral waar we rondlopen in deze kosmos van ons.


          Misschien, maar niemand weet dit met zekerheid, is er nu in een andere kosmos, de weergalm van de onze, een ander iemand daar op het zelfde gedacht gekomen en is hij het op zijn manier aan het verkondigen. Het kan zelfs dat we het van elkander afgekeken hebben.


          Het beeld van de evolutie van de mens in de kosmos zou er mee gediend zijn; het ecologisch gedachtengoed zou er door gesteund worden; we zouden even losgewrikt worden uit onze dagelijkse noden en weten dat er andere noden zijn die door ons moeten opgelost worden.


          Het zou tevens een boost geven aan de aarde als planeet onder de planeten; ons aantonen waar we staan, wie we zijn en hoe we er zijn: onze alledaagse omgeving duidelijk zichtbaar in hare kosmische context. Een boost die doordringen zou tot het inzicht van de mens in zijn reëel bestaan hier op aarde.


          Het zou hem een nieuw en duidelijker zicht geven op zijn plaats in de wereld, een wereld waarvoor hij tot hier toe te weinig aandacht heeft gehad. Het zou hem binnenleiden in een nieuw bestaan, een dieper bewustzijn van wat is.


          In elk geval, het zou ons raker aantonen, wat er boven ons hoofd aan het gebeuren is terwijl we hier onze kleine zaken aan het afhandelen zijn. Want we hebben nood aan een ruimer perspectief. De tijd dringt.


     


    15-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    14-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het aroma



         

          Vooraf, vraag me hoe ik mijn dagen vul en ik zal het je zeggen: ik herlees mijn gedicht, ik schrijf mijn blog, ik werk, grondig  aan mijn manuscript - nog altijd - en tussendoor tracht ik mijn verloren blogs van 2018, wellicht ook door een onvaste hand, terug te halen van mijn olijfgroen ‘Blogveld’, en je weet het hoe ik op sta in de morgen en, hoe mijn dag er uit ziet.


          On-uithoudbaar, in het licht van die donkere wolk die me volgen blijft, steven ik af op iets wat ik nog niet kende. Je hoeft het me dus niet te vragen. Wat ik schrijf is mijn dagboek, het is geen verzinsel, het is getekend door de realiteit van het zijn en het worden.


          En, pas nu dringt het door tot mij wat Dyson bedoelde met zijn ‘infinite in all directions’. Hij bedoelde niet alleen het oneindige van het uitgestrekt zijn van de Kosmos, maar hij had ook zijn blik gericht, op het oneindige van het naar binnen gekeerd zijn, het oneindige van de geest binnen de Kosmos.


          Als ik het hier over heb, is het mijn blog die me bezig houdt, het helpt me niet wat de rest aangaat, helemaal niet, integendeel het houdt me verwijderd van het overige dat verschoven wordt naar later.


          Waar sta ik dan te trampelen, wat verschil maakt het uit, of ik er in slaag te doen wat ik ‘meen’ te doen te hebben, of het niet te doen, geen zier. Het is maar wat inbeelding, een verzameling van droombeelden die niet au sérieux moeten genomen worden. Dit gaat allemaal wel voorbij als ik anticipeer op wat nog komen kan, anticipeer op dingen waarmee ik jullie nog denk te verrassen, hopelijk morgen, ten laatste overmorgen of de dag er na. En, heb je, als je dit leest, ook het gevoel hoe dicht we tot elkaar gekomen zijn in deze dagen van hoge winden, van regen en van donkergrijze wolken. Ik heb het in elk geval, dit gevoel, dat een rijkdom is, dat van het verwijderen is van de stop op de fles zodat de Aladin er in, die ik ben, op stijgen kan, zich vermengen kan met al wat is, dit houden kan en je ermee bezoeken kan elke dag van jullie leven.


          Vergeet wat ik gisteren schreef, vergeet wat ik de vorige dagen op jullie liet afkomen, het was ik het niet die dat schreef, het was iemand in mij die ik zo vlug mogelijk vergeten wil, opsluiten wil. Wat ik dus wel wil is vertoeven, in mijn wijze volle uren, in wat is van het binnenste dat van de Kosmos is. Ik ben wel niet zo zeker dat Dyson, al schreef ik het, er wel aan gedacht zou hebben. In elk geval ik denk er aan voor hem.


          Akhnaton, die mijn vriend geworden is - hij weet het al - noemde dit het aroma van het leven, het is het ook voor wat er na zal komen en geen naam hoeft.


          Consider this words as mij morning prayer. 


    14-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    13-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'Ah, qui donc m'aimera?'

    1

     

          Al wat ik schrijf, dacht hij, is doordrenkt van poëzie, ‘ah, qui donc m’aimera?’, de klacht van Maurice Gilliams als inleiding tot zijn ‘Elias’, die hij gaan halen is bij de poëet, Francis Jammes of, wie zal er van mijn geschriften houden, later als ik er niet meer zal zijn, wie zal zich nog herinneren de man die elke dag een blog schreef omdat hij - en zo is het wellicht - omdat hij nog niet wou dood gaan, terwijl hij al gestorven is wat de mogelijkheden tot het zich verplaatsen naar andere, ongekende of zelfs gekende oorden betreft; wie?


          Hij is vechtende tegen de tijd, een strijd die hij verliezen zal en hij zal niet verrijzen uit zijn as in de geschriften die hij achterlaat op plaatsen die niet meer te bereiken zullen zijn. Hij weet het want hij voelt, zijn krachten nemen af, hij vergaat letterlijk in wat geschreven staat op de olijfgroengekleurde pagina’s van zijn ‘blogvelden’. Andere velden heeft hij niet. Verkeerd, totaal verkeerd geleefd, als hij het zeggen mag, verkeerd gegokt.


          Als hij terugblikt op de vele mooie, uitzonderlijke dagen die er waren, kent het einde ervan een bitterheid, die hij te aanvaarden heeft: het gevoel dat het een verloren zaak geworden is, dat zijn leven geen succesverhaal is geweest omdat hij niet geweten heeft - het zat niet in zijn genen - om er tegen aan te gaan.


          Wat hij nu schrijft is het effect van de donkere wolk van gisteren, ze heeft zich vastgezet in zijn aderen, in zijn bloed en hij ziet geen lichtpunt meer, verdwaasd als hij schijnt te zijn door de dagen die voor hem liggen uitgespreid, hoeveel er ook nog moge zijn, de ondergrond ervan neigt naar de diepte die een soort van afgrond is.


          Komt hij dit nog te boven, deze donkere wolk lost ze zich nog op? Hij weet het niet. Het gedicht, dat geschreven staat is van een gans andere geladenheid, is niet passend bij zijn woorden hier waar hij handelt over het tijdelijke, terwijl het gedicht spreekt over het eeuwige. Het Tijdelijke dat van de dood is, het Eeuwige dat is van de geest. Er is geen ontkomen aan.


          Wie hij was staat opgetekend in zijn blogs, wie hij wordt biedt geen zekerheid, het kan dat hij volledig stil valt, dat er geen laatste woord komen zal, dat waar hij vandaag eindigt het laatste woord zal zijn of het voorlaatste. De beslissing is al genomen staat al opgetekend ergens tussen de bomen, tussen de dagen die nog komen ingeschoven. Gisteren gebeurde het dat door de onvaste hand die een eigenschap dreigt te worden, ineens een ganse tekst verdween van het scherm. Het was een goede tekst, een enige tekst, een stevige tekst, hij hield ervan, en plots was hij weg alsof ik hem minuten ervoor niet had vastgelegd. Was het een inbeelding geweest, is het zo dat ik niet alleen zoeken moet naar een naam - gisteren naar de naam van Vivaldi - maar dat ik me nu al zinnen inbeelden zou als geschreven staande? Tekenen wellicht, die zich herhalen zullen in wat er nog overblijft aan toekomst.


          Zo, dit is het landschap waar ik deze morgen heb vertoefd. Ditmaal ben ik zeker, het staat geacteerd, er kan niet meer aan getwijfeld. Mijn hoop is het vlug te verlaten.


          PS.

          Het citaat is onvolledig, er gaat een belangrijke regel aan vooraf: La poésie que j’ai rêvée, gâta toute ma vie, ah, qui donc m’aimera?

     




    13-03-2019, 06:42 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    12-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De donkere wolk.

       


     

          Kwam er vanmorgen, van uit het oosten een donkere wolk aan; vroeg ik me af of het een[KLM1]  voorteken was, een minder goed dan van andere dagen toen het oosten een gloed van vuur was. Maar ik had er geen antwoord op, ik kon enkel afwachten wat de uren me brengen zouden en dan, wat ik hoopte, meer aan woorden dan aan daden of gebeurtenissen. Al weet je toch maar nooit.


          De dag heeft zich geopend, ik heb mijn mails gelezen en heb gekeken naar de lijnen in mijn hand. Heb alles correct gevonden, behoudens de dreiging van die wolk, ze hing er nog, ik vroeg me af hoe ze zich oplossen zou, in kleine of in grote dingen, in rustige onbewogenheid of in stille begeestering.


          En de donkerte ervan, het aanzwellen ervan, drong door tot diep in mijn gedachten. Het toch een teken kon zijn van iets dat nakend was. Van vele zaken heb ik al geschreven, blijft er toch altijd nog iets dat nog komen kan, iets dat ik met mijn lezers nog niet besproken heb, evenmin als met me zelf?


          Schijnbaar denk ik, is er nu voor mij een tijd op komst die totaal   tegengesteld zal zijn aan de tijd die van de lente is, aan de tijd die is van het uitlopen van de levenssappen, maar dit maal, niet meer tot  in mijn woorden. Is het dit de donkere wolk die aan kwam drijven en zich nog steeds niet heeft opgelost, zelfs niet in alle kleuren van grijs, van de donkerste uit naar de meest lichtende, zijnde de grijze kleuren van mijn hart, dan toch bij momenten?


          Waar we gekomen zijn, kleine dingen zijn het die ons verrassen kunnen, die we houden kunnen alsof het lambriseringen waren van geluk en tederheid, barokke spelingen van het lot. En ook hoe luttel we ons  voelen kunnen op bepaalde momenten die plots verschijnen, waarin we ondergedompeld worden voor een tijd, om er nadien terug uit te verschijnen, gelouterd door al wat was en niet was en achter ons gelaten, de woorden die we waren en we blijven zullen, die ons antwoord zijn op alle vragen die ooit gesteld kunnen worden.


          In de dagen die voorbij zijn hebben we een gedicht geschreven dat we klaar hadden om te worden ingelogd, klaar om het neer te leggen aan jullie voeten. Maar we wachten nog alvorens het vrij te geven, we willen het nog wat verder laten openbloeien na elke herlezing. We willen het nog wat laten rijpen opdat het een rijkere vrucht zou dragen. Het heeft, zoals in het herfstgedicht van Rilke, nog wat meer zuiderzon nodig.


          Pas dan kan het tevoorschijn komen. Voorzichtig, heel voorzichtig want het is, o, zo teer, zo breekbaar. Een woord wat schuin geplaatst, een beeld te veel getoond in plaats van te verbergen waar het heen wil gaan. We zijn er verantwoordelijk voor niet al te zeggen wat gezegd kan worden; het essentiële ervan over te laten aan de poëzie zelve en aldus iets over te houden dat gesmaakt kan worden met een kans op zekerheid.


          Een gedicht op een donker wolk geprojecteerd,  wie sprak er ooit van de eenzaamheid van het zijn?




    12-03-2019, 06:30 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    11-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'Infinite in all Directions


     

          De lezers van het eerste uur op zondag 10 maart, gisteren dus, hebben een onverzorgde tekst gevonden. De oorzaak ervan was dat ik pas, heel laat op de avond, besloten had de tekst die klaar stond om ingelogd te worden, te vervangen door een andere tekst die ik  nog te schrijven had. Pas enkele minuten vóór middernacht ben ik er mee klaar gekomen, zo dacht ik ten minste, pas nadat op zondag, de eerste lezers gepasseerd waren heb ik gezien hoe verraderlijk de tekst wel was, en heb ik hem verbeterd, het was toen 08.00.


          Het zijn dingen die gebeuren, ze situeren zich in het verloop van een dag die , moet ik het nog zeggen, te vroeg begint en te laat eindigt, de ogen half gesloten van vermoeidheid.


          Heb ik me te verontschuldigen hiervoor?


          Mijn schrijven is enerzijds een spel, een tijdig of niet klaar komen met een tekst, maar anderzijds is het een ernst, namelijk er voor zorgen dat het geschrevene, het achter gelatene, leesbaar en aanvaardbaar is. Het is wel niet met een bang hart dat ik mijn woorden inlog, maar dan wel met een lichte bezorgdheid te weten hoe ze zullen ontvangen worden.


          Ik tracht daarenboven vernieuwend te zijn en niet te struikelen over alledaagse dingen, maar daar ligt ook het gevaar dat, hoewel ik er niet over struikel, jullie het wel doen. Wat me dus in niets vooruit helpt.


          Wat mijn lectuur aangaat wil jullie ontlasten van een eventueel gevoel dat je zou kunnen hebben als de naam Freeman Dyson zou klinken als de naam van een illustere onbekende. Ik heb zijn boek pas leren kennen vijf jaar nadat het uitgekomen was. En dan nog omdat ik, altijd open staande voor al wat het woord Universum en Oneindigheid betreft, op een dag in de FNAC, ‘gestruikeld’ ben over de titel van zijn boek ‘Infinite in all directions’.


          Met potlood heb ik die dag vermeld in het boek zelf, het was op 1 september van het jaar 1993, meer dan een kwarteeuw geleden. Ik heb het grondig gelezen want er zijn weinig pagina’s die geen sporen dragen van het potlood dat ik klaar houd, samen met een liniaal of postkaart als ik dergelijke werken lees. En ik zie pas nu dat ik maar de acht eerste hoofdstukken grondig gelezen heb, maar niet de zeven volgende, met als zestiende en laatste: ‘The twenty-first century’ een hoofdstuk dat ik zeker had moeten lezen, want het begint met: ‘Technology is a gift of God. After the gift of life it is perhaps the greatest of God’s gifts. It is the mother of civilisations, of art and sciences.


          Hoewel ik God niet wil betrekken bij de technologische vooruitgang, wat Dyson schijnbaar wel doet, en ik de technologie zo maar niet wil zien als de moeder van beschavingen, van kunst en wetenschappen, wil ik toch een poging doen om hem verder te lezen een van de komende dagen/weken. Ik heb echter nog heel wat te doen dat voorlopig prioriteit krijgt. Maar wees gerust, je hoort er nog wel iets over. 


    11-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    10-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.The Monarch Butterfly


     

          In ‘Infinite in all directions’ vond ik de passage terug die ik, de vorige dag, bij gebrek aan tijd, niet gezocht had. Wel ik viel vandaag bij Freeman Dyson op de zin in kwestie, die terug grijpt naar wat ik in mijn vorige blog had willen optekenen:


          ‘To me  the most astounding fact in the universe, even more astounding than the flight of the Monarch butterfly, is the power of mind which drives my fingers as I write this words.’


          En, zegt hij verder, dat, ingevolge een natuurlijk proces, een biologische evolutie, nog altijd mysterieus, een miljoen butterfly brains die samenwerken in een menselijke schedel, de macht en de kracht hebben, gedachten en gevoelens over te brengen, die anderen erna kunnen interpreteren als waren het gedachten en gevoelens van hen zelf, én - en dit is een prachtige veel zeggende zin - ‘Here on this small planet, mind has infiltrated matter and has taken control’.


          Of in andere woorden, het is de geest die het voor het zeggen heeft; de geest die de materie overtroeft. Dit is trouwens de toonaard van mijn manuscript. Ik ben zelfs een stap verder gegaan en heb geschreven, dat de materie is ontstaan uit de geest; dat er nimmer een versmelting van de minimale deeltjes die er, op een of andere wijze waren in den beginne, tot stand had kunnen komen hadden die deeltjes niet ‘geweten’ wat hen te doen stond.


          Hieraan is ondertussen geen jota gewijzigd, ze weten het nog altijd. Wat er kan gebeurd zijn, is, maar ik betwijfel dat het nodig is geweest, dat ze na 13.8 miljard jaar, er ‘wijzer’, slimmer, op geworden zijn.


          Wel is er gebeurd dat de bewustwording in de mens, van de aanwezigheid van de geest in de materie, meer en meer, exponentieel zelfs, is toegenomen.


          In feite, geest, het onzichtbare, overheerst alles, alles en alles. Er is niets in deze wereld dat niet het teken van het Onzichtbare draagt, zeker niet als ik de deur van de wagen open van op afstand, als ik het teken geeft om deze woorden tot bij jullie te brengen of als ik, van waar ook, Google raadpleeg en het antwoord bijna ogenblikkelijk te zien krijg.


          Er is niets, waarover we niet zouden moeten verwonderd zijn, maar dit is waar  de schoen wringt, we zijn te geblaseerd, verwondering is een woord dat we niet meer kennen. Klara vraagt het ons nochtans elk moment van de dag en de nacht, maar de betekenis ervan dringt niet meer door. De taal ook wordt een dood woord.


          Hiermede is alles gezegd en is niets gezegd. De essentie die een vorm van ‘De Waarheid’ is - het paradigma van het Zijn - zien we niet. Ik vrees dat we het nimmer gezien hebben, dat we de overgang van homo, naar homo sapiens, nog niet ten volle hebben doorgemaakt, terwijl aan de horizon, de homo sapiens- sapiens ons al wacht.


          De geest die van de kosmos is duwt ons in die richting, we volgen schijnbaar node. Misschien beginnen we nu stilaan, de wervelende kracht ervan aan te voelen. Misschien?


    10-03-2019, 08:03 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    09-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Freeman Dyson




          De morgen die middag wordt, die avond wordt, tot je de nacht in duikt: het verloop van een stukje eeuwigheid waar je niet aan tornen kunt; je bent er trouwens op ingesteld; je leeft er naar toe, immer de blik gericht op het komende terwijl het ‘nu’ aan jou voorbijgaat, of hoe moeilijk het wel is te zijn van het ogenblik zelf.


          Het ogenblik zelf dat is van het zijn, van het Dasein zou mijn vriend van gisteren zeggen. Zoals ik soms in het Frans denk zo denkt hij in het Duits, hij verrast me telkens met zijn kennis ervan. Hij kent er, als niet een, de strakheid van die uitmondt in een sluitende gladheid. Een perfect schilderij waar elk woord is ingesteld op het andere en, in zijn wezenheid, ook het andere woord ondergaat. Ik kan erin komen dat iemand van de structuur en het bijna mathematische ervan, ondergaat als een speelsheid en ervan gaat houden en daarenboven het is de taal waar we het dichts bij aanleunen, een soort moeder- of zustertaal.


          We zijn opgegroeid met die taal in onze broekzak, ook met het Engels en het Frans, we zijn er van in de aanvang mee vertrouwd geweest, zo vertrouwd dat je ontsteld bent als iemand, een jonge man van twintig en wat meer, niet weet wat ‘une abeille’ is. Wat heeft die wel geleerd in de klas, hoe weigerig heeft hij niet gestaan tegenover het Franse eerste woord dat hem wellicht toch onderwezen werd? Hij dacht dat het een libelle was, hij was er dus dichtbij, maar dichtbij was niet wat we horen wilden. Daar tegenover stel ik, de vraag van mijn achterkleinzoon van vijf die aan zijn vader vraagt of hij weet wat de zwaartekracht is. Hij kan zelfs de vraag in het Frans stellen.


          Ik ben afgedwaald al schrijvend; ik heb mijn gedachten gevolgd, en ik kom nu terug op wat ik zeggen wou over het leven in het nu. Hoe moeilijk het is geconcentreerd te blijven op je omgeving, op wat je doet of zegt en, bewust ervan te zijn dat jij het bent en niet de machine die je bent, een groot deel van de dag. Het is de raad die P.D. Ouspensky - die het leerde van Gurdiëff - ons voorhoudt in zijn ‘In search of the miraculous’. Hij leerde me dat ik het ben die daar zit en schrijf, natuurlijk ben ik het, maar ik besef het niet grondig, niet tot op het been van het zijn, niet tot in het merg ervan.


          Als ik het naga achteraf is het mijn ik die hier vanmorgen een persoon heeft neergezet die luistert naar wat hem wordt ingefluisterd, die de woorden heeft weergegeven die hem overvielen. Hij heeft die geschikt en op elkaar laten inwerken om uit te komen op een zin die een betekenis droeg, die iets vertelde. Maar ik, ik heb me zelf niet bezig gezien, ik heb niemand bezig gezien, ik wist zelfs niet meer dat ik er was, het waren mijn handen die bewogen die naar de letters werden toegezogen: een snoer van woorden waarbij het ene voortvloeide uit het vorige en reeds het volgende klaar hield, en het schrijven een gebeuren is dat van buiten ons komt.


          Alsof ik er naar toe verwezen werd door het onbekende, haal ik Freeman Dyson’s ‘Infinite in all Directions[1]’ uit zijn rek om de passage te vinden waarin hij het wonder dat het schrijven is, vergelijkt met het wonder van de vlucht van de monarch butterfly, en ik val op de volgende onderlijnde zin:


          ‘If this assumption is true, that life is organization rather than substance, then it makes sense to imagine life detached from flesh and blood and embodied in networks of superconducting circuitry or in interstellar dust clouds.


          Komt dan, wat ik ingegeven krijg, zoals Dyson het mogelijk acht, uit 'interstellar dust clouds', uit de ‘magische’ golven die me omhullen? 



                           [1] Penguin Books 1988, pag 107


    09-03-2019, 05:43 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    08-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aan de vriend die denkt 'afvallig' te zijn.



     

          Is er ook bij mij die ‘panische schrik’ waar de moslim, Khalid El Jafoufi het gisteren over had? Ik begin het te geloven, die gevoelens duiken regelmatig op, ik neem ze ernstig, ook omdat ze wijzen in de richting van heel ernstig. Erger nog, als ik er mijn dag mee begin, kom ik er niet meer van los, blijf ik er in gedachten over schrijven. Ken je dit gevoel?


          Gisteren was er nochtans ook een andere kreet, een alarmkreet van een vriend die vreesde dat we hem zagen als een afvallige, omdat hij, op sukkel zijnde na een armbreuk, die een (te) lang herstel vergde en blijft vergen, zich niet meer vertonen kan zoals hij het wenst, in de groep vrienden die wel nog regelmatig samen komen, nu telkens zonder hem.


          Ik wou hem zeggen, dat we zijn toestand kennen, dat we hem dus zeker niet zien als een afvallige, integendeel we denken aan hem als we onder elkaar zijn, zijn naam ligt op onze lippen omdat hij blijvend aanwezig is in ons herinneren en hij altijd een van de figuren is geweest die een centrale plaats bekleedde onder ons.


          En, mijn vriend, ik zeker niet , ik zou er nooit aan denken je te zien zoals je vreest dat we je zien. Herinner je de momenten dat we samen waren om je Sauternes - was het er niet een van 1966? - te drinken, in je appartement met zicht op het hart van de stad waarmede je zo vertrouwd bent; herinner je de cluster we toen vormden, samen met Jan. Wel, mijn vriend, die gevoelens zijn gebleven, onveranderd. Ik ken je voldoende; ik kan me voorstellen, welke de impact is van de toestand waarin je lichaam verkeert, op je gemoed; hoe je geteisterd wordt door de beperktheid, die er het gevolg van is, om je te verplaatsen. Ik weet wat het betekent omdat ik ook op het punt sta terecht te komen in een bijna identieke toestand: de mogelijkheid me te verplaatsen onder de mensen, onder de vrienden is aan het tanen. Ik loop er nu op vooruit, maar ik voel het aankomen.


          Trouwens het feit dat je me erover schrijft is het bewijs dat je geen afvallige bent. Een afvallige vergeet, jij vergeet niet, jij denkt aan ons, je vrienden, maar je kunt je gevoelens niet meer veruiterlijken met je te verplaatsen. We kunnen, jij noch ik, we kunnen niet meer terug naar de dag dat we met Jan, naar het kasteel van Beauvoorde reisden om er deel uit te maken van een groep mensen - Tom Lanoye incluis, in korte broek die er het woord voerde - waar we de hoogdag van de Nederlandse taal beleefden.


          Dergelijke hoogdagen zijn er nog, maar niet meer voor ons. Jammer, meer dan jammer, maar er rest ons, gelukkig nog de herinnering, de foto die toen genomen werd op de terugweg, op het terras van een café ergens op de markt in Oudenaarde is er het sprekend bewijs van.


          Ik moet je meer betrekken in wat ik doe, en je erover vertellen opdat jij me zou kunnen spreken over wat je bezielt in de ruimte van de dagen over jou. Ik had je nu kunnen bellen, of je een mail terug kunnen sturen, maar ik verkies het te vermelden in het soort dagboek dat ik bij houd, opdat het geweten zou zijn, niet alleen vandaag en tussen ons, maar opdat het geacteerd zou staan voor wat van de toekomst is. Het krijgt aldus een grotere waarde, het wordt een literaire akte onder vrienden, een akte waar iedereen kennis van kan krijgen. Ik grijp aldus heel graag de mogelijkheid die me gegeven is te ‘vereeuwigen’ wat ik jou te zeggen had. Ik maak het bekend aan de wereld van vandaag en aan deze van morgen. Dus ik maak het ‘wereldkondig’ als je dit woord aanvaarden kunt van mij.


    08-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    07-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sourate 10


     

          Ik volg de morgenzon, de schittering ervan. Ik zie hoe ze, dag aan dag, dichter en dichter naar het punt van het precieze oosten  schuift, naar het punt van de lente-equinox. Ik zie hoe het licht het haalt op de duisternis. Ik zie heel wat als ik rondloop met de ogen open, vooral dan deze van de geest. En ik weet hoe ik me inspannen moet om bij te houden en weer te geven al wat er gebeurt in en rondom mij, om naar niet te spreken wat van de wereld is. En dan denk ik bij momenten, en de media helpt me daarbij aan wat is van de Islam die ons belaagt, die ons inlijven wilt.


          Zo las ik in de Standaard van 5 maart, de ingekorte versie van het hoofdstuk, ‘De islam als rechtsbron’, uit het boek, ‘Het vervallen huis van de islam’, van Ruud Koopmans, hoogleraar, sociologie en migratie aan de Humboldt Universiteit in Berlijn.


          Koopmans stelt dat het ‘islamitische fundamentalisme’ en de daarmee gepaard gaande afwijzing van een scheiding van staat en religie een marginale stroming is waar de ‘overgrote meerderheid’ van de ‘gematigde’ moslims niets van zou willen weten, helaas, niet strookt met de feiten binnen de islam van vandaag.


          De sharia maakt het rechtsstelsel uit in 29 van de 47 landen met een islamitische bevolkingsmeerderheid. In veel van die  islamitische landen zijn grote meerderheden van de bevolking zélf van mening dat de sharia de wet van het land moet zijn, en in 13 ervan is het strafrecht, geheel of grotendeels inbegrepen


          Zelfde Standaard brengt ook een wederwoord van Khalid El Jafoufi, Voorzitter van de politieke partij Democratisch-Solidair Appél. Hij vindt dat de historische compromissen tussen liberalen en katholieken door de panische angst voor de islam en de bijhorende religieuze praxis van de moslims, steeds meer onder druk wordt gezet.


          Hij vraagt zich niet af, hoe het komt dat onze ‘panische’ angst voor de islam/de sharia, zo algemeen verspreid is in het westen, schijnbaar is er voor hem geen enkele aanleiding toe, wel, of, de scheiding tussen religie en staat in het gedrang komt nu de islamitische eredienst zijn rechtmatig deel van de koek opeist. Ik begrijp dit als een vrees van hem dat het westen de scheiding religie-staat gaat inroepen om hun recht ‘op de koek subsidies’ te weigeren of uit te stellen.


          Is het geraadzaam, de ogen te sluiten en steun te verlenen aan een  Religie  die zich, in wezen, opstelt met de sharia in het achterhoofd. Hij droomt die man, hoop ik toch. Hoop ik dat zijn droom geen realiteit wordt.


          Hij verwijst ook naar het islamitisch cultureel erfgoed van 1.400 jaar oud. Het overbrengen, zegt hij: van de islamitische kennis - welke kennis? - is misschien de grootste uitdaging voor de moslimgemeenschappen in het westen.


          En nog iets en dit in verband met die panische schrik die ons overheerst. We consulteren volgens hem onvoldoende de stem van de islamitische deskundigen ter zake. En hij verwijst naar hoofdstuk 10 van de Koran:


          ‘En als jouw Heer het had gewild, dan zouden degenen die op aarde zijn , zeker allemaal geloven. Ben jij dan in staat om de mensen te dwingen om gelovig te worden?[1].


          Twee paragrafen van de 109 van hoofdstuk 10, een van de 114 hoofdstukken. Heel gemakkelijk over te slaan, zelfs voor zij die gaan slapen met de Koran onder hun hoofdkussen, maar als te volgen regel is het heel mager en zeker verwaarloosbaar als we horen en zien, en niet alleen van de fundamentalisten, hoe het met hen is gesteld en hoe ze ons waarmerken.


          Van de sharia, spaar ons ‘Heer’, met alle middelen ter uwer en onzer beschikking.      

     



    [1] Le Coran, traduction et notes par D. Masson, Bibliothèque de la Pléiade, Gallimard, 1967:

    'Si ton Seigneur l’avait voulu /tous les habitants de la terre auraient cru / Est-ce à toi de contraindre les hommes à être croyants, alors qu’il n’appartient à personne de croire sans la permission de Dieu? (Sourate X, 99-100.)


    07-03-2019, 05:29 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    06-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In afwachting.



          Ik denk vanmorgen in het bijzonder - niet dat ik er niet altijd aan denk - aan de twee vrienden van het allereerste uur, aan hen die me van mijn eerste verschijnen af hebben aangemoedigd en gesteund om vol te houden. We zijn nu jaren verder en ik weet dat ze me trouw gebleven zijn, dat ze me zijn blijven lezen en blijven aanmoedigen. In de loop der jaren zijn er andere lezers opgedoken die me even trouw gebleven zijn. Ik vermoed hun namen maar zekerheid hierover heb ik niet. Het gebeurt dat ze me  iets laten weten en als ik het aantal lezers zie die me dagelijks hebben opgezocht, dan weet ik dat ze er nog steeds moeten zijn en met een grote regelmaat me bezoeken. Ook hen bedank ik voor hun trouw, ook zij leven in mijn gedachten als ik schrijf, als ik zoek naar de woorden die tegemoetkomen aan wat ze wensen te lezen van mij.


          Maar vandaag denk ik vooral aan de steunpilaren van het eerste, het allereerste uur, ze zijn me duurbaar, zonder hen stond ik nergens, wat niet wegneemt dat deze van het tweede en derde uur, de getrouwen, me even duurbaar zijn.


          Waarom zeg ik dit nu, waarom het niet vroeger laten blijken dat ik allen dankbaar ben? Wel ik denk dat ik de laatste dagen een soort spasme heb gekend; minder duidelijk ben geweest. Dat er een grote aarzeling in mijn teksten is geslopen die wijst in de richting van een vermoeidheid die is opgetreden, een duidelijk tekort aan inspiratie, met het gevolg een gemis aan spontaneïteit, een teveel moeten-zoeken, wat neer komt op het uitwringen van de citroen.


          Ik ben gisteren op wandel geweest op mijn harde schijf en ben geconfronteerd geweest met het vele dat zich daar heeft opgestapeld. Het is een grote warboel die zich gevormd heeft, teksten van ver voor mijn eerste blog, teksten van de vorige eeuw, nog in het spoor van Willem Kloos, van Marnix Gijsen. Als ik deze niet herneem dan zijn ze verloren voor altijd, want niemand, ik ook niet kan er klaar in zien er is een te grote massa van oude teksten die gebleven zijn en in de loop der jaren hernomen, niet eenmaal maar meerdere malen.


          Ik heb ooit eens kuis gehouden in de teksten op papier, maar dit nooit meer, zo ook heb ik moeite iets van wat er staat, definitief te ‘deleten’. En toch zal het moeten, toch kan ik het zo niet overlaten want dan is het reddeloos verloren, wat ik niet wil.


          Ik geraak niet meer los van mijn 'werken' en Ik zit er altijd verloren in, omdat de goede oplossing niet gevonden wordt. Verwacht je dus aan zaken die ik ooit schreef, maar die, tot mijn verwondering nog altijd stand houden, het zijn er die met de jaren zijn gerijpt echter voldoende aantonen van waar ik kom. En dit is van heel ver.


          Of er iets van uit de verte in mijn blogs gaat terecht komen weet ik vandaag nog niet, het zijn de omstandigheden die dit bepalen zullen. Afwachten is de boodschap en dit geldt zowel voor mij als voor jullie.


     

     


    06-03-2019, 07:07 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    05-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Toevlucht.



          Elke dag komen de momenten waar hij een haat-liefde verhouding mee heeft: enerzijds schrikken ze hem af, weet hij dat hij er niet aan ontkomen kan, anderzijds is het een voldoening als deze momenten zich hebben uitgeleefd en er staan als het teken van ons mens zijn. En, wat er ook nog van is, hij kan die momenten niet meer missen, ze zijn van hem, ze zijn hem. Hij is deze momenten geworden na al die tijd. Het zijn de momenten dat hij luistert naar wat is van het mens-zijn binnen in hem.


          Een vreemd gebeuren is het waarbij hij een deur opent op het bevreemdende van het naar-binnen-gekeerd-zijn, als hij zichzelf gaat opzoeken en kijkt hoe hij ingesteld is; welke gedachten zich hebben opgehoopt en zich bevrijden willen. Soms opent de deur zich niet - dit was gisteren het geval - soms is het maar zo en zo, soms is het een vloed die hij amper inhouden kan. Zo gaat het nu eenmaal in het leven, zo ziet hij zich als een doender, het woord dat in is de laatste dagen.            Hij zoekt dan het verhaal te vertellen van wie hij is, opdat hij zich zelf beter kennen zou, alsof het nog nodig zou zijn, alsof er nog verborgen kanten zouden zijn die nog niet werden blootgelegd.


          En er zijn er nog, kanten die hij niet benaderen wilt, gebeurtenissen, verlangens die niet uit te spreken zijn, die hij opvangt en achterlaat achter een hoek van zijn gedachten, waar ze lang blijven zullen, wachtende. Dit ook is van ons mens zijn, we vertellen niet alles, er is altijd een verborgen deel dat je zelfs niet tonen wenst aan jezelf: het berouw om het verkeerde dat hangen blijft, zoals ook James Joyce het zo goed te zeggen wist in zijn Ulysses, over sins or evil memories: ‘Yet a chance word will call them forth suddenly and they will rise up to confront him…’ Dit wat Bloom betreft, maar ook Joyce betrekt er zich bij, schaamteloos. Hij ook weet dit, zoals we het allemaal wel weten, het verkeerde dat we deden en waar we liefst niet aan herinnerd worden.


          Al dit is van ons ingewikkeld mens zijn, de schroomvalligheid die ons bevangt als het gaat over onze diepste gedachten, over ons schaduwgedeelte.


          Hij moet dit al gezegd hebben, zo iets verzwijgt je niet lang, het of de ogenblikken dat je, je bevond op een plaats waar je beter waart weg gebleven maar waar je naar toe gezogen werd, onmogelijk eraan te ontkomen.


          Zoals ik niet ontkom aan dit gesprek hier met mezelf, dat ook een gesprek is met jullie die me lezen. Hij denkt niet veel verschillend te zijn, beiden zijn we, elk op zijn gebied, doenders; de ene niet minder  dan de andere en we houden het zo, we wijken er niet van af, geen haarspeld.


          Zoals de luchten waren deze morgen, enkele ogenblikken toen hij de gordijnen openschoof, lichtend grijs, maar o zo zuiver, met naar het zenit toe de donkere wolken die hij er, zonder ze een waarde te geven, heeft bijgenomen, zo waren, deze zelfde ochtend zijn gedachten, heel zuiver als water dat opborrelt uit de bron, die, en Umberto Eco wist dit ook, van de Kosmos is.


          Hij heeft niets of niemand anders om naar te verwijzen, het is zijn enige, blijvende toevlucht.  


    05-03-2019, 07:10 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs