Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    01-04-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Er zijn van die dagen.


     

    De reis gaat verder, ik ontdoe de dagen van hun naam, zie hoe het licht de dingen tekent en hoe de dingen me benaderen, niets is wat er de vorige morgens niet was, een vlucht duiven misschien, de roep van de overvliegende aalscholvers misschien, maar onvermijdelijk is er het schrijven dat me wacht, het gebeuren dat zich onveranderlijk opdringt.


    Denk ik dan: man je gaat er aan ten onder, op een dag zul je vertrekken zonder aan te komen, zul je onderweg ergens steken blijven, in het midden van een zin, in het midden van een woord zal je adem stokken en wie zal dan verder schrijven de luchten in, de dagen verder, de maanden naar december toe?


    Ademnood is schrijversnood, je weet wat het is maar je schuift het op zij. Je denkt, het is nog niet voor mij bestemd, toch niet vandaag, morgen kan het of de dag erna, maar niet vandaag, niet nu, het ogenblik van dit eeuwige, opstandige nu, van het zijn in het nu ogenblik, er in opgetild, er in vastgezet en weer losgelaten, keer op keer in een volgend nu.


    Wachtend op het woord is je dag zoals hij gisteren was en toch ook  niet want je wachten is niet wat het gisteren was. Het is een aaneenschakeling van verschillende wachten, de dag door, de nacht in.


    Hoe je leeft is hoe je bent, losgeslagen of bepaald in wat je dacht en  hoe je er waart op ingesteld. Je torent er niet boven uit, je bent geen feniks, je ploetert maar wat in je woorden om in leven te blijven, nog niet te vergaan in ledigheid. Je wilt strijdend ten onder gaan. Een ijdele gedachte waar geen mens beter van wordt en, rust is je niet gegund, geen sikkepit, de tijd is er om gebruikt te worden niet om ingeslapen rond te lopen. En als het zo is, als je het zo zeker weet, waarom klaag je dan?


    Jij zelf hebt het opgezocht, het is niet naar je toe gekomen, het heeft niet gezegd, ik ben hier je hebt me te nemen, neen, je interpreteerde als een must, de uitdaging die plots is opgerezen uit de bladzijden van een boek. Trouwens, vraag je nu maar af, wie je zou geweest zijn ware dat boek er niet geweest: een arme sterveling. Niet dat je er nu beter aan toe bent, maar je hebt toch iets dat een houvast is om mee binnen te varen in de zee van dagen over jou. Stel, dat het er niet ware geweest: je dagen leeg, hoogstens gevuld met de woorden van anderen om naar op te kijken. Nu heb je het voorrecht op te zien naar de woorden van jezelf, de woorden die er waren, die er altijd zijn geweest in de wereld om je heen.


    Denk, dat je uit de massa opgerezen bent om woord te zijn, in de schaduw weliswaar van de groten van de aarde en je weet, de plaats van nu is de plaats die je was voorbehouden, het licht van hen heb je niet bereikt, al wou je wel, al lag het in je betrachten, in de wijze waarop je je hebt ingezet en je je hebt opgesteld. Maar meer was niet voorzien voor jou in het Boek dat van het leven is.


    Je kunt vergaan in deze leuze, geen ‘plus est en vous’, maar, contentez-vous de ce qui est en vous’ want meer bereikt je niet en houd dit je voor gezegd.


    Wat is er van de dag van 1 april, waar je de zotten brengt waar je maar wil. Ik ben niet zo ver gegaan. Ik ben gebleven binnen de openheid van het nu ogenblik dat ik uitgerekt heb tot het uiterste punt ervan om het volledig leeg te halen. Een soort gebed tot de Heer, of de Dame, of het Zijn van het Universum.


    Ik voel me er niet goed bij. Er zijn van die dagen.


    01-04-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    31-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwondering.



    Klara vraagt me elke dag verwonderd te zijn en ik doe mijn best om, zelfs verwonderd te zijn over mijn verwondering er nog altijd te zijn. Dit met een knipoog naar het leven toe. Al weet ik niet  wat het ‘leven’ is noch wat het is ‘te leven’. Maar de verwondering ken ik, het is helemaal niets nieuw, ik schrijf er dagelijks over of alludeer er op. In feite, en men begrijpe me niet verkeerd, wil ik zelf verwondering zijn over wat ik schrijf. Ik was dit wellicht toen ik meende te mogen opstellen dat er  nooit een schepping is geweest en ga maar verder.


    Is het aanstellerij, is het allesbehalve nederigheid, is het zo maar iets uitgekraamd op goed valle het uit? Wie zegt het me als ik het niet zeggen zou, zelfs met overtuiging dat het niet zo is.


    Mijn kameraad van vele jaren aan de zee in San Juan Alicante, sprak me over wat hij wist wat de zee betekende als hij er was met mij, en zelfs, als hij er alleen was, hij er een sterk gevoel had dat ik er was en dat hij spreken kon met mij, soms luidop, zegde hij, maar meestal in gedachten. Zelfs als hij thuis was en er neer zat in de tuin, of er rondliep dacht hij aan de ogenblikken dat we samen waren daar op die plaats op de rotsen met de zee voor ons, immens tot aan de einder, immer aanrollend tot aan onze voeten. Hij had dat gevoel niet met zijn echtgenote, hij had dit enkel met mij als we er zaten en als we spraken over wat er was in de wereld; zelfs als we er waren, zwijgend, gevangen in gedachten. Hij sprak me over het wonder dat de vriendschap is. Hij was enkele jaren ouder dan ik maar ik voelde even goed wat hij voelde over het wonder van het ‘vriendzijn’. Hij is heengegaan na een korte ziekte. Ik heb hem toegesproken als hij opgebaard lag tijdens de mis in de kerk. Ik heb hem verteld hoe ik me voelde bij hem, naast elkaar gezeten, soms met een boek in de hand en wat het is een vriend die heen gaat. Hij was een gelovig man, al spraken we er weinig over, maar. Ik ,wist het omdat ik hem bezig zag in de kathedraal in Alicante waar we elke zondag de mis bijwoonden. Hij sprak me dan over ‘zijne’ moeder, die een heilige was, wist hij, die heel wat had meegemaakt in haar leven.


    We zagen elkaar enkel daar aan de zee en de rotsen in San Juan, op een plaats ‘Cabo de las Huertas’, de Kaap der Tuinen. In Vlaanderen woonden we op een boogscheut met de wagen van elkaar, maar we zochten elkaar niet op alsof we verschillende personen waren hier in dit land. Maar eens, ginds op de rotsen aan zee, waren we ingesteld op elkaar, de zee was de sacrale band die ons samenhield.


    Verwondering dus over wat van de vriendschap is tussen twee mannen op leeftijd. Na de wandeling, op een terras een koffie drinkend, of een biertje, of een glas wijn, of, uitzonderlijk op grote momenten, een ‘Carlos primero’ brandy. Moments of happiness, we kennen ze. Verwonderd zijn over die momenten van geluk die lijk lentebloesems vallen over ons.


    Ik weet dat hij ginds op die bijzondere plaats aan zee, wacht op mij, zoals een vader die wacht aan de hemelpoort op de komst van zijn zoon. 


    31-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    30-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het zijn van de tijd zelf



    Er is een zeker spanningsveld als ik het einde van de maand benader. Een terugblik ook, een afwegen van wat eens te meer voorbij is, een deel dagen, zijnde ditmaal een vierde van het jaar. Het is ook een nieuw vertrek in een nieuwe ruimte van tijd die zich openen gaat. Ik hoop dan telkens op een verse bevruchting van de geest door wat ik ontmoeten zal op mijn weg, nu ik meer en meer gekluisterd word aan binnenwegen.


    Een vriend, een paar dagen geleden bracht even mijn hoofd op hol toen hij met vuur sprak over de beroemde 38 fresco’s van Giotto illustrerend het leven van Maria, die zich bevinden in de Capella degli Scrovegni, gelegen in de Giardino dell’Arena in Padova. Hij zegde me dat hij deze driemaal heeft bezocht, wat veel betekenend is. En ik, zoals hij erover uitweidde, benijdde hem, als ik eraan dacht, in plaats van de kunststeden te bezoeken, ik me offerde aan de bergen van de Valais, en ik dus weinig meer te vertellen heb dan wat ik van de bergen daar heb overgehouden. Mijn vervoering was van een totaal andere aard, ze kende niet het verheffende van wat de mens vermag, wel het verhevene van wat de natuur vermag. Hij genoot en ik onderging. Ik weet wel dat je, zoals je niet alle boeken lezen kunt, je ook  niet alle kunstwerken kunt zien, dat beperking de regel is, maar ik weet toch dat mijn beperking overmaats is als ik vrienden hoor vertellen over hun bezoek aan de Hermitage in St.Petersburg of de kastelen van Tsjechië, of de fresco’s van Giotto. Ik voel me dan a poor man teruggetrokken en onder zegel geplaatst.


    Hoe kom ik eraan me te storen hiermede. Heb ik Giotto niet bezocht ik heb toch in Frankrijk de gotische kathedralen bezocht, ik heb er toch de romaanse kerken bezocht en ik heb toch gezocht te verklaren waarom uit het romaans de gotiek is gekomen, zoals uit de Bijbel de Verlichting is ontstaan. Heb ik dus de schilderijen van de Hermitage, heb ik Giotto niet meegenomen in de bergen, ik had er toch de bergen zelf en al wat er mee verband houdt en er is immens veel te beleven wat die aangaat. Weliswaar je bent er anders, zoals je altijd anders bent eens weg van huis, eens weg, in ouderdom gegroeid, uit het landschap van je jeugd. We spreken er nog over, we halen terug wat nog terug te halen is, ook:


    The bitter apple and the bite in the apple.

    And the ragged rock in the restless waters,

    Waves wash over it, fogs conceal it;[1]


    We hebben te leren aanvaarden het leven dat was en zoals het was in al zijn schakeringen, zelfs deze die we blijvend afdekken willen, verbergen willen in een laag van mist. Er is toch geen ontkomen meer aan want, Time the destroyer is time the preserver.


    Zo zijn we nu eenmaal ingesteld, het verleden weegt op het heden en het heden tracht er zich voortdurend van te ontdoen. In de mate dat we er in slagen beleven we het heden, het nu dat van het ogenblik is en enkel van het ogenblik zelf . Dit is de grote kunst die weinigen bezitten, en het is nu eenmaal ook zo dat je met de jaren meer en meer terugblikt op wat was, dan op wat nog komen gaat. Wat er tussen ligt blijft meestal achterwege. 



    [1] T.S.Eliot: ‘Four Quartets, ‘The dry salvages’, vers 117-119 en 115


    30-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    29-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het zijnde in potentie



    De eerste zin die me te binnen valt is altijd  toonaangevend. Ik dacht eraan dat wat ik schrijf een lappendeken is van teksten die komen en gaan en afhankelijk zijn van het ogenblik zelf dat ik ga neerzitten. Na zovele jaren wordt het dan een warboel te weten wat ik al schreef en hoe ik het schreef en hierbij is het onvermijdelijk dat ik me herhaal.

    Dit was gisteren het geval, toen ik Paul Davies’ boek in de hand hield en ik ging herlezen wat ik onderlijnd had en hierin mijn inspiratie vond. Het is het geluk dat ik heb, dat ik altijd bij het lezen, het voor mij meest opvallende heb aangestipt. Het zijn zinnen die het boek schragen en mijn gedachten voeden. Zo gaat het nu eenmaal in het leven. We bouwen verder op wat we vinden bij anderen, of we voegen er iets aan toe, of, wat ook gebeurt, we breken het af of zetten het in een andere coloriet. Hier is geen ontkomen aan.

    Maar hoe arm zouden we niet zijn indien we elke dag vertrekken zouden van uit het niets, van uit een leegte, een donkere holte, zoals voor velen het Universum is ontstaan. Geloof hen niet, zoals je niet geloven moet - ik zeker niet - dat er geen voedingsboden is voor wat ik schrijf; dat mijn woorden niet klaar liggen, zodat ik ze maar op te rapen heb. Zo moet het ook gebeurd zijn met het Universum. Er was geen schepping uit het niets, dit kan niet, er was het materialiseren van wat er was, het geleidelijk aan blootleggen van wat er was. Hoe het er al was blijft een raadsel zoals het een raadsel is dat ik er in slaag mijn vijf honderd woorden te schrijven die ook geleidelijk aan blootkomen, alsof ik maar met een doek het stof erop weg te vegen heb opdat ze er zouden zijn;

    Het ontstaan van het Universum moet ook zo iets geweest zijn maar dan op een totaal andere schaal. Het was er, het is er altijd geweest in een of andere, zoals mijn woorden, bestaande vorm. Het was er in potentie en het potentiële heeft vorm gekregen.

    Zeg ik jullie dat het my lucky morning was. Zeg ik jullie dat ik om vijf uur ben opgestaan, het hoofd, dacht ik, leeg; dat ik beginnen schrijven ben en dat je nu leest wat er gekomen is, niet uit het niets , maar uit wat er in potentie in mij aanwezig was. En was het niet in mij, het was er dan toch ergens.

    Zo was het gisteren, maar toen dacht ik nog niet aan wat ik nu geschreven heb. Zo zal het, hoop ik, morgen zijn, telkens opnieuw, tot ik stilvallen zal, het ogenblik dat ik niet meer de kracht zal hebben de woorden te gaan halen waar ze wachten om genomen, om uitgestreken te worden. Een schilder, een beeldhouwer, een componist is op eenzelfde wijze ingesteld, als hij de kracht heeft, of wat ook dat nodig is, neemt hij over wat er voorhanden is, bij de ene wat meer dan bij de andere.

    Ik noemde dit vroeger ‘creatief zijn’, wat het schijnbaar is. Ik zou dit nu een andere naam willen geven, het is de eigenheid te gaan blootleggen wat er ‘onderhuids’ is. Een eigenheid die niet aan elk van ons in een zelfde mate gegeven is.

    Maar dit is dan een ander verhaal, even diepzinnig. Ik schrijf er geen andere.


    29-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    28-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Paul Davies en de New Physics




    De meeste boeken die ik bezit zijn van vóór 2010, toen ik met mijn blogs begonnen ben. Dit betekent dat ik blijf teren op wat ik, in de vorige eeuw (!), tot en met het begin van de XXIste heb ontdekt, heb onthouden, verwerkt, en gecommentarieerd. Het betekent helemaal niet dat ik geen oog heb gehad voor het nieuwe dat zich aanbood, maar de essentie is van vroeger, is de humus van waaruit ik opgegroeid ben.


    Destijds, en nu nog, was en is Paul Davies voor mij een belangrijke leermeester. Vooral zijn ‘God and the New Physics’[1] heeft me heel wat bijgebracht. Een zin bijvoorbeeld die hij haalde bij  Niels Bohr is me altijd bij gebleven:


    ‘Anyone who is not shocked by quantum theory has not understood it.’


    Ik meen wel de diepere zin van de New Physics begrepen te hebben. Ik meen zelfs er elke dag mee geconfronteerd te zijn als ik met een duw op de knop van het doosje in de hand, het hekken open, of als ik mijn mails verstuur naar alle uithoeken van de wereld, vele zaken verwijzen me vandaag naar het bevreemdende van de Nieuwe Fysica.


    En wat ik al herhaalde malen heb willen zeggen, als ik er, als met  kennis van zaken - wat ik niet heb -  over spreek, zijn de woorden van Davies, woorden die ik haal uit zijn ‘Preface’ bij zijn ‘God and the New Physivs’:


    ‘… no doubt many of my colleagues would strongly disagree with the conclusions I attempt to draw. I respect their opinions. This is simply one man’s perception of the universe; there are many others. My motivation for writing the book is that I am convinced there is more to the world than meets the eye.


    Dit zijn de woorden die ik duidelijk zou willen onderlijnen als zijnde ook die van mij. Om te beginnen, beweren dat ik begrepen heb wat de kwantumtheorie betekent zou ik zeker niet durven zeggen of schrijven, maar ik weet dat het toch mijn beeld van God en van het Universum radicaal heeft gewijzigd, dat het mijn visie op de dingen heeft open gescheurd, dat ik nu weet dat er muziek en mystiek binnenin de dingen zit. En in deze zin is het een enorm belangrijk iets. En dat ik, als mens, een belangrijk deel uitmaak van al wat is, dat ik er in mijn materiële vorm deel van uitmaak en zeker ook in mijn onzichtbare immateriële vorm, deze van de denkende mens.


    Het is een gedachte die ik koester: ik, zwemmend in de wereld van ‘het denken’, de wereld van de geest, die ik nu zie als de wereld van wat is binnenin de particules van het atoom in al hun verscheidenheid. Een gedachte die enorm veel mogelijkheden biedt. Ze licht een tipje op van de donkere sluier, zelfs al weet ik, dat ik nog niet op de drempel ervan sta en dat ik de tijd niet meer heb om verder te komen, dat dit ene tipje, toch iets is dat beloftes inhoudt. En wat meer is, ik weet dat het in de goede richting wijst.


    Ooit las een vriend priester de mis in een soort kapel in de catacomben van Rome. Hij sprak toen in een korte homilie, voor de vuist, over God en hij sprak deze voor hem, als priester, toch vreemde woorden. Er is, zegde hij, een wand tussen God en de mens, een glazen wand maar deze is bedampt langs de kant van God.


    Ik schrijf dit in het licht van de morgen, midden in de levende, wondere natuur, die zijn tentakels heeft, gedrenkt in de kwantum fysica. Gedrenkt in de geheimenis van atoom en elektron en misschien meer nog, in de deeltjes die nog te ontdekken zijn om, eens ontdekt, op zoek te moeten gaan naar nog dieper gelegen aspecten van het wondere geheel. En dit alles opwellend van uit de ondergrond naar de dagelijkse gebeurtenissen die ons gevangen houden en waarmede we bezig zijn.

     

    Echter, terwijl ons lichaam op weg is naar zijn eindpunt, is onze geest vliedende, zoekt hij alle mogelijke middenwegen op die hij nemen kan, vrij en tijdloos, de eeuwigheid aan zijn voeten liggend.

     

    Er is inderdaad heel wat meer in de wereld dan het oog kan zien en dit is het, dat de queeste voedt en in beweging houdt.



    [1] Paul Davies: ‘God and the New Physics’. Ed. J.M. Dents and Sons,Ltd.London, 1983.


    28-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    27-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Evangelie van Johannes: 13, 19, 20.

    i

     

    Wat zet me er toe aan te spreken over het liefdesleven van een man die geen liefdesleven hebben mocht? Wat win ik er bij, als het geen verlies zou zijn?


    De reden waarom ik gisteren in mijn blog André Pézard heb opgevoerd en wat hij vertelde over het fresco van Giotto: ‘Jezus en Maria Magdalena in de Hel’ moest gezien worden als een inleiding die me brengen moest naar het ‘Laatste Avondmaal’ van Leonardo Da Vinci, een fresco dat me heeft geïntrigeerd en nog meest van al omwille van het feit dat Leonardo het gewaagd heeft de aanwezigen op zijn fresco te schilderen zoals hij het gedaan heeft, met een vrouw - onmiskenbaar een vrouw - gezeten rechts naast Jezus. Het moet dus in die tijd, einde XVe eeuw, een gekend feit geweest zijn door iedereen aanvaard.


    Eigenaardig is wel dat - tot en met Dan Brown - iedereen, en zeker in de Kerk,  dacht dat het Johannes was die daar zat. Johannes die dus over zichzelf zou geschreven hebben dat hij het was die de meest ‘geliefde’ discipel van Jezus was.


    Ik ben Dan Brown niet gaan herlezen. Wel het Evangelie van Johannes, hoofdstuk 13, vers 23, zoals ik gisteren geschreven heb. Ik ben zelfs de tekst ervan gaan zoeken in de vier Bijbels in mijn bezit:


    In de eerste plaats, in mijn Willibrordus vertaling 1975. Hier staat er heel  duidelijk: ‘de leerling die door Jezus werd bemind’  - ik denk niet dat Jezus een man beminde - ‘ de discipel lag dicht tegen Jezus aan’, lezen we. Iets wat Da Vinci niet heeft gedaan, op zijn fresco, leunt de discipel aan bij Petrus.


    In mijn King James’ Bijbel van 1611, lezen we in 13, 23, letterlijk het zelfde: the disciple whom Jesus loved, leaning on Jesus’ bosom’. Dus niet de minste twijfel mogelijk.


    In La Biblia de Jerusalen, die een vertaling is uit de Franse versie, la Bible de Jérusalem’. Hier heerst de correcte vertaling, hier ook is het: ‘Uno de sus discípulos, el que Jesús amaba, estaba a la mesa al lado de Jesús’, sobre el pecho de Jesús. 


    In mijn Osty Bijbel wil men twijfel zaaien - de tekst is minder vloeiend ook: ‘A table, tout contre le sein de Jésus  se trouvait un de ses disciples, celui que Jésus préférait’. Er is een enorm verschil tussen ‘aimer’ en ‘préférer. Het is duidelijk dat met deze woorden geschermd werd, want in een voetnoot bij de tekst wordt er aan toegevoegd, tussen twee comma’s, ‘celui que Jésus aimait’. Osty in zijn vertaling heeft alles gedaan wat mogelijk was om te laten uitschijnen dat het Johannes was die Jezus prefereerde.


    In de vier Bijbels is het echter in hoofdstuk 19: 25 dat de oplossing duidelijk gesteld wordt. Het is de passage aan de voet van het kruis - het gaat hier enkel om de tekst van het Evangelie van Johannes - aan het kruis zijn aanwezig: zijn moeder, de zuster van zijn moeder én, Maria Magdalena, dus geen Johannes te bespeuren. En onmiddellijk erna in 19: 26: ‘Jésus donc voyant sa mère et près d’elle, le disciple qu’il préférait, dit à sa mère… (op wat hij zegde kom ik terug). ‘Le disciple qu’il aimait’ kan dus onmogelijk Johannes geweest zijn, maar Maria Magdalena die er aanwezig was.


    Ik heb dit willen uitschrijven omdat het een voor mij belangrijke passage is wat de persoon van Jezus betreft. Het brengt hem terug tot zijn mens-zijn. En wat de woorden van de Willibrordus 1975 aangaat, de laatste door Jezus aan het kruis gesproken tot zijn Moeder en de leerling, Maria Magdalena, in 19: 26: Toen Jezus zijn Moeder zag en naast haar de leerling die hij lief had, zei hij tot zijn Moeder: Vrouw, zie daar uw zoon. 27: Vervolgens zegde Hij tot de leerling: zie daar uw Moeder. En van dat ogenblik af nam de leerling haar bij zich in huis. Of voor mij een duidelijke woordspeling: ‘ jij, Maria Magdalena, zult voortaan haar zoon zijn.’


    Ik moet er om te besluiten aan toevoegen dat Hoofdstuk 20 opnieuw verwarring zaait. Hierin is er sprake van Maria Magdalena die de eerste is de zondagmorgen, zijnde de eerste dag van de week, om het graf te bezoeken, ze ziet dat het graf leeg is en loopt in allerhaast naar Simon Petrus en, ‘naar de leerling die Jezus lief heeft’ om hen te verwittigen. Wat dan weer de twijfel doet oprijzen.


    In elk geval Leonardo Da Vinci moet meer geloofd hebben in de gegevens van hoofdstuk 13 en 19 en niet in deze van hoofdstuk 20; en wij zijn hem hierin gevolgd.


    Hij heeft dus, en met geldige reden volgens Johannes, Maria Magdalena een plaats gegeven naast Jezus op zijn fresco. En we weten nu waarom ze zich op het fresco neigt tot Simon Petrus - en niet ligt aan de borst van Jezus - omdat die haar de vraag stelt wie het is waarvan Jezus zegt dat hij hem verraden gaat.


    Ik kan nu, met een gerust gemoed(?) deze zaak afsluiten met een voetnoot en definitief klasseren.


     

    Aanvullende Tekst:

     

    Een lezer, Roger Tas ,wees er me op dat André Pézard (1893-1984), ‘onnauwkeurig’ was. Hij schrijft me. De beroemde fresco’s van Giotto bevinden zich in de Capella degli Scrovegni, en die is gelegen in de Giardino dell’Arena in Padova, inderdaad op de plaats van het Romeinse amfitheater (arena). De kapel werd in het begin van de 14e eeuw gebouwd in opdracht van Arrigo (Enrico) Scrovegni, als “Wiedergutmachung” voor de schande van zijn vader Reginaldo die als woekeraar erg rijk was geworden. Dante ontmoet die Reginaldo in de Het (Canto XVII, 64-67).


    Giotto kreeg de opdracht de kapel van fresco’s te voorzien. In 38 taferelen wordt het leven uitgebeeld van Maria (van voor haar geboorte, met het verhaal van haar ouders, Joachim en Anna, tot aan de geboorte van haar zoon Jezus) en Jezus (van zijn geboorte tot zijn Verrijzenis, Hemelvaart en Pinksteren). Ook Het Laatste Oordeel is afgebeeld. Het tafereel waar Pézard naar verwijst is niet de Nederdaling in het Voorgeborchte (want dat heeft Giotto hier niet geschilderd), maar wel de Verrijzenis (Noli me tangere). Jezus is triomfantelijk opgestaan uit het graf en draagt het pennoen met het kruis en de tekst “Victor Mortis”. Maria Magdalena ligt geknield aan zijn voeten.



     


    27-03-2019, 07:34 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    26-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maria Magdalena en Da Vinci


     

    Over wat schrijf ik anders dan over zaken die ik belangrijk vind en die ik bewaren wil op een plaats van mij. Zo ben ik jaren bezig geweest met de lectuur van Dantes ‘Divina Commedia’. Vele passages hierin zijn me bijgebleven. Zo de geschiedenis van Francesca en Paolo; de roekeloze reis van Ulysses tot voorbij de ‘grensstenen’ geplaatst door Hercules (tussen Spanje en Marokko); de opsluitng en hongerdood van graaf Ugolino en zijn twee kinderen en twee kleinkinderen; én het nederdaling van Christus in de Hel, in het Voorgeborchte - ondertussen afgeschaft door de Kerk - en het is die doortocht die ik hier op het voorplan brengen wil.


    Het is Vergilius die dit vertelt aan Dante in Canto IV van het Inferno “Toen ik hier nog maar pas was aangekomen[1], heb ik hier een machtig iemand zien binnenkomen, gekroond en met het teken van de overwinning” [2].


    En, zegt hij nog de ‘gekroonde’ heeft met zich meegenomen: de schim, en hij noemt ze op, van Adam en zijn zoon Abel, deze van Noah, van Mozes, van Abraham de patriarch, van koning David, van Israël met zijn vader en zijn kinderen en van Rachel voor wie hij zo lang dienen moest. En vele anderen en allen maakte hij gelukzalig. Maar ik wil dat je weet dat er vóór hen geen menselijke zielen werden gered. Vergilius en Dante wandelen verder, en op een ogenblik Dante, fier, zegt dat ze zijn in het gezelschap van Homerus, Horatius, Ovidius en Lucanus, en ze onderweg praatten over dingen waarvan het hier (op aarde) beter is erover te zwijgen dan er daar over te spreken’.


    André Pézard, in zijn werk  ‘Dante, Oeuvres complètes’ éditions Gallimard, 1965, vertaalt ‘gekroond en met het teken van de overwinning’, door ’portant couronne et pennon de victoire’ en voegt er aan toe : dat deze twee details, ‘couronne et enseigne’, kroon en vaandel, te zien zijn op een fresco van Giotto, in de arena van Padua, waar Christus, vergezeld van Maria Magdalena, neerdaalt in het Voorgeborchte van de Hel, houdende in de hand een vaandel met een kruis en met de woorden ‘victor mortis’.


    Da Vinci volhardde aldus in zijn geloof dat Maria Magdalena, de geliefde/de vrouw was van Jezus en dat het maar logisch was dat zij het was die naast Jezus zat op zijn Laatste Avondmaal. Hij zal zich hierbij gesteund gevoeld hebben door het verhaal van het Laatste Avondmaal in het Evangelie van Johannes:

    21. ‘Toen Jezus dit gezegd had werd Hij ontroerd en verklaarde: Voorwaar, voorwaar. Ik zeg u een van u zal Mij overleveren. 22. De leerlingen keken elkaar aan, in het onzekere wie Hij bedoelde. 23. Een van de leerlingen, degene die door Jezus bemind werd, lag dicht tegen Jezus aan …

    Degene onder de leerlingen ‘die door Jezus werd bemind’, lezen we[3], wordt in 19. 25 en 26 geïdentificeerd als Maria Magdalena. Er is niet de minste twijfel mogelijk; Jezus en Maria Magdalena waren een koppel. Of ze gehuwd waren en of de bruiloft van Cana er verband mee houdt laat ik over aan de Bijbelkenners. Eigenaardig is het evenwel dat Maria, de moeder, als ze er was als genodigde, zou verwittigd geworden zijn dat er geen wijn meer voorradig was.

    Ik heb dus, op basis van het Evangelie van Johannes, niet de minste twijfel dat wat Da Vinci geschilderd heeft in zijn ‘Laatste Avondmaal’ waar er een dame gezeten is naast Christus, absoluut strookt met de waarheid die ik vind bij Johannes.

    Of er kinderen waren is een andere zaak, maar een gissing in deze richting lijkt me niet onwaarschijnlijk. Ook niet voor Dan Brown.




     [1] Vergilius overleed in 19 voor Chr.

     [2] Io era nuovo in questo stato / quando ci vidi venire un possente /

     con segno di vittoria coronato ( Inferno, canto IV: 52-54). 

        [3] 23.’Now there was, leaning on Jesus’ bosom, one of his disciples, whom Jesus loved’ lezen we in de  King James’ versie van 1611. Deze leerling       verschijnt in 19.  25 samen met Maria, zijn moeder en haar zuster, als Maria Magdalena, aan de voet van het kruis. Deze aanwezigheid wordt verder bevestigd in 19. 26 ‘as the disciple standing by,  whom he loved’.

     


    26-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    25-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zodagnamiddag in de lente


     

    Sprakeloos, woordeloos, me weggeborgen gehouden in de plooien van de dag en gewacht, hopende dat de klank van het licht  mijn wereld naar binnen zou openen. Maar niets bereikte me, niets of niemand kwam aankloppen om binnengelaten te worden.


    Ken je deze gevoelens, willen en niets dat komt? Geen lichtpunt, geen openbaring. Een student die niet weet hoe te beginnen aan zijn verhandeling. Ken je dit?


    In het dagboek dat mijn oudste dochter, Patricia, me schonk, waar het openvalt, een zin van Alan Watts: ‘We are all on the process of waking up! Are you ready to wake up and find out who you really are?


    En vraag ik me af: ‘Sta je nog steeds achter je statement van, nu al een paar dagen terug, de durf die je toen hebt getoond en die je ondertussen, dankzij Titus Burckhardt, hebt bevestigd gevonden, in de woorden van Ibn Arabi, geboren in Murcia in 1165:


    The fact that the terrestrial position of the human being, serving as the fixed point to which will be related all the movements of the stars, here symbolises the central role of man in the cosmic whole, of which man is like the goal and the center of gravity.[1]


    En er zullen er zeker heel wat zijn die dit gedacht en geschreven hebben. In elk geval, ik sta er achter en blijf er logisch denkend achter staan: de mens - niet de mens als dusdanig maar de geest in de mens - moet gezien worden als het centrale punt in de Kosmos. Al het materiële omheen hem tot in het oneindig oneindige, is noodzakelijk opdat hij er ‘geestelijk’ zou kunnen staan.

    Maar als het zo is, hoe leven we ernaar, vooral als je gewacht hebt tot een ver gevorderde leeftijd om het te ontdekken, hoe ga je om met deze levensregel?

    Of is het niet zo dat we geleefd worden, dat alles wat die regel betreft vanuit de Kosmos zelve op ons afkomt; dat het al altijd zo geweest is en het altijd zo zal blijven; dat we vast zitten in die stroombeweging van het eerste ogenblik na de Big Bang af - en dit moet ik al geschreven hebben. 

    Hoe we er zullen uit te voorschijn komen weet ik niet; evenmin of het de mens op de planeet Aarde zal zijn die verder zal worden opgevolgd tot op het eindpunt, weet ik niet; er zijn trouwens plaatsen, planeten genoeg waar de geest van de mens, de nieuwe dan, kan gedijen. Misschien zijn er plaatsen al waar die geest veel verder staat dan hier bij ons op aarde.

    Het zou dus moeten volstaan het te weten, het te beseffen  welke rare vogels we zijn om er naar te leven, ons te omwikkelen met die wolk van geest die de aarde in zijn greep heeft; niet alleen toe te zien maar ook er vast in te geloven om dus geen remmende factor te zijn.

    Noteer, dat ik dit in de eerste plaats opteken voor mezelf, dat ik het zie als een stroming die ik te volgen heb. Ik wil er niemand mee belasten, als dit ooit een belasting zou kunnen  zijn. De stroom is er wil je je laten meevoeren, je doet het bewust; wil je het ignoreren, je doet het onbewust, maar meegenomen wordt je. Daar is geen ontkomen aan.

    Ik denk niet dat het verkeerd zal aflopen, ik denk niet dat er in de Kosmos, wat de geest ervan betreft, iets kan verkeerd gaan. Misschien wel hier op Aarde, maar wat betekent de Aarde als planeet in de Kosmos, nada. De geest in de mens op aarde daarentegen is van kosmische origine, hij is niet enkel van de aarde, hij is van alle plaatsen, van alle planeten waar leven mogelijk is, hij is wat de uiteindelijke uitkomst betreft ongenaakbaar.

    Het is de visie die we hebben op deze zondag van 24 maart, naar de avond toe. 


    [1] Titus Burckhardt : Mystical Astrology according to Ibn Arabi, translated from the French by Bulent Rauf, Beshara Publications, 1977, pag.10.

     


    25-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    24-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat van mijn beginnen is



    Onder elke blog verschijnt de melding ‘Geschreven door Ugo d’Oorde’, het is de fout van de beginner die ik was en die ik meedraag sedert ik met een blog begonnen ben. Echter geloof me, er zijn meer teksten geschreven door Karel Mortier dan door Ugo d’Oorde, hoewel de lijn tussen beide soms moeilijk te trekken valt want altijd hebben ze wel iets gemeen.


    Zo zijn we beiden nu begaan met een blog over het laatste schilderij van Vincent Van Gogh, een schilderij waarin we Van Goghs afscheid van het leven menen te lezen. Een van de komende dagen/weken geef ik hiervoor het woord aan Ugo en kan hij zich uitleven.


    Ondertussen begin ik me zorgen te maken over wat ik begonnen ben. Een blog die ontstond in antwoord op één zin van José Saramago die ik negen jaar geleden las in Le Monde, in verband met het verschijnen ven dezes ‘Cahier’ of ‘Cuaderno’- een verzameling van zijn blogs - waarin hij op de dag van zijn 86ste verjaardag schreef: ‘Ik omhels de woorden die ik schreef, ik wens ze een groot leven toe en herbegin mijn schrijven daar waar ik het gelaten heb’. Ik was toen, de dag van 18 mei 2010, zo dwaas te schrijven:


    ‘Ik ook omhels vandaag de woorden die ik schreef, wens ze een lang en groot leven toe en ik begin nu, omdat ik niet kan stoppen met schrijven, mijn schrift, mijn cuaderno, dat doorlopen zal, zo hoop ik toch, tot het einde van mijn dagen.


    Vandaag is mijn wandeltocht met het woord als gezel nog altijd gaande. Is het veeleer niet, omdat ik me wil laten opmerken als schrijver, als iemand die iets te zeggen heeft wat nog niet werd gezegd, en dit op een eigenzinnige wijze, een Einzelgänger in de literatuur, zoals elke schrijver er denkt een te zijn?


    Ik mis mijn broer Daniël die veel te vroeg is weggegaan. Hij was mijn mentor, hij zou me al lang gewezen hebben op mijn fouten, al lang gezegd hebben: ‘Man, stop ermee, je schrijft ouderwets over ouderwetse zaken die nog pasten ten tijde v   an de Verlichting en dan nog op een wijze die niemand nog interesseert. Je schrijft zoals een zondagsschilder die zijn doek vult met fotografische koeien en bomen, met een kerktoren middenin, zonder voldoende background. Misschien met een vleugje Gilliams, een vleugje T.S.Eliot, maar meer niet. De rest komt uit je kleinburgerlijk zelf, en het ergste is, wat je schrijft is niet te begrijpen voor de mens van vandaag, zoals het evenmin te begrijpen was voor de mens van gisteren. Destijds, in je zelfgeborgenheid schreef je zonder argwaan, schreef je omdat je hand stond naar het schrijven. Vandaag met dat fameuze blog van jou, schrijf je vanuit je wereld naar je eigen wereld. Je schrijft als vastgeketend op de contouren van een cirkel, langs je lezers heen, je raakt hun klederen, maar heb je, je ooit al afgevraagd - en nu met je ‘statement’ van gisteren en van de dagen ervoor - of je binnendringt langs de poriën van hun geest, de poriën van hun hart?


    Ik denk dat hij ongeveer dit, ware hij er nog geweest, me zou gezegd hebben. En dan die andere broer, de jongste van ons drie, Georges, deze zwijgt. Wat zou die kunnen zeggen: ‘Man maak dat ik in jou nog mijn broer herken?


    24-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    23-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.A Statement


    Ik ga zelden met lege handen naar de vijver, noch met een leeg hoofd. Wat ik gisteren gewaagd heb te schrijven, dat er een Universum nodig was opdat de mens, de geest in de mens, zou kunnen bestaan, zindert nog na in mij. Het zijn meer dan boude woorden, gedragen en gevoed door de eerste zin van het Evangelie van Johannes: ‘In den beginne was het Woord, en ik gisteren schreef dat het Woord zich heeft veruiterlijkt in een Universum dat levend is, dat bewegend is, dat groeiend is opdat hieruit de mens zou kunnen ontstaan, en in de mens, de geest van de mens die het Woord is.


    Dit is zoals ik het zag gisteren, dit is waar ik de klemtoon heb gelegd. Meer was er niet maar ook niets minder. En dan nog dit: de beweging die van het Universum is, is ook deze van het Woord, deze van de Geest in de mens.


    Ik moet deze gedachte, nu ze neergeschreven staat, vergeten en verlaten omdat ik me, als denkend mens, opgenomen voel in een draaikolk waar ik, naar de essentie van mezelf toe, niet meer uitkom.


    Ulrich Libbrecht zou me een Taoist genoemd hebben, en ik denk dat hij gelijk heeft, dat je van het ogenblik dat je begint te denken dat in den beginne het Woord was, je ook denken kunt dat in den beginne Tao was, en je verloren bent voor het westen, dat je een oosterling wordt, een volgeling van Lao Tseu, een volgeling van de oosterse Jezus.


    Ik nam deze namiddag, wetende wat ik schrijven ging, een boek van Titus Burckhardt mee naar de vijver. Mijn vrienden waren aan het vissen, ik zat op het terras in de zon. Ik wist dat om me heen de sappen aan het stijgen waren, dat de botten aan het zwellen waren, op het punt open te barsten. Ik dacht dat wat ik geschreven had het gevolg was van de lente, dat ook mijn geest was open gebarsten en dat ik nu zwijgen kon en alles op zijn beloop laten voor  een lange tijd.


       Maar er was een reden waarom ik een klein boekje heb meegenomen. De oosterse herkomst van die eerste zin van Johannes wordt versterkt door het feit dat de beschrijving van het Hemelse Jerusalem uit de Apocalyps, een afspiegeling is van de mandala van het Paradijs van Vaikuntha, de hemelse woning van Vishnu, zoals het beschreven staat in de Skanda Purâna.


      Het parallellisme van deze mandala en de voorstelling van het Hemelse Jerusalem is te frappant en het is het nog meer als beide teksten vergeleken worden. Dit weet ik nu omdat ik het lees bij Titus Burckhardt[1] wiens boek ik ontdekte in ‘ la chambre des preux’ van die oude chalet in Grimentz, en later heb gekocht.


       Dan ook, de eerste zin van Johannes is eigen aan het oosten, Ulrich Libbrecht zou dit zeker bevestigen. Het is ‘a statement’ waarmede elk boek zou kunnen/moeten beginnen. 



    [1] Titus Burckhardt : ‘Symboles, Recueil d’Essais’, Arche, Milano 1980, p.29.  ‘Le parallélisme avec notre image de la Jérusalem céleste est frappant;  il est encore plus explicite lorsqu’on compare les textes sacrés correspondants’.

     


    23-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    22-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het uiterste van het denken


    De zon vanmorgen in de mist weinig meer dan een lichtende schijf in de hoogste kruinen van de bomen: de tekening van mijn geest in de mist. Ik denk, zodra de mist optrekt, zodra de zon er is in volle glorie zal ik klaar staan om er ook te zijn, misschien dan niet glorierijk maar dan toch presentabel, in gedachten een nog jonge man.

    Ik wacht nu nog zoals de herder van Dante die zijn schapen niet kan buiten laten omdat de weide met rijm is bedekt en hij geen voer meer heeft - Dante wist niet hoe hij verder moest met zijn straffen die hij te bedenken had - en de herder wacht op de zon tot de rijm verdwenen is. En wat de herder ondervond, ondervind ik.  Ik ook wacht elke morgen tot de rijm is opgelost, tot mijn geest is uitgeklaard en ik buiten kan met mijn gedachten als er die er zouden zijn. Vanmorgen stel ik me een eerder vreemde vraag, hoe de dingen aan de vijver zijn als ik er niet ben. Ik vraag me dit, wel wetende dat de dingen zijn zoals ze zijn of ik er nu ben of niet.


    En toch niet. Als ik er ben, worden ze bekeken, ondergaan ze mijn aanwezigheid. Ik kan ze betasten, ruiken, beluisteren, ze zijn meer. Er is iemand die ze ziet en die weet dat ze er zijn; terwijl de dingen zelf het niet weten dat ze er zijn. Ik ben aldus in zekere mate het ego van de dingen die ik zie. Via mij weten ze dat ze er zijn, zonder mij weten ze het niet. Ik vul ze aan.

    Hieruit vloeit een andere vraag voort, een belangrijke vraag met even belangrijke gevolgtrekkingen - en dan val ik terug op wat ik al zo dikwijls vermeld heb - welk is het belang van al die dingen, welk is het belang van een Universum, als noch hier noch op het even welke plaats in de Kosmos, er niet iemand is om toe te zien en zich vragen te stellen over wat hij ziet?

    En hier op ingaande waag ik voorop te stellen dat de mens, de denkende mens, noodzakelijk is, centraal staat in het kosmisch gebeuren in en omheen het zichtbare en onzichtbare dat van het Universum is. We zijn niet het ‘nada’, we zijn de aanvulling opdat het Universum een geheel zou zijn van materie en geest. Of duidelijker nog, zonder de mens, is het Universum een onwezenlijke leegte, het Universum zou er zijn, en dit is al. Maar het zou niet geweten zijn dat het er is. Kunnen we dan zeggen dat de dingen er zijn omdat de mens er is?.

    Er zijn nu oneindig vele zonnen met planeten omdat het bewezen is, en we het dus weten. Ze waren er ten tijde van Dante en toch waren ze er niet omdat niet geweten was dat ze er waren. Zo denken we dat de denkende mens hier is opdat geweten zou zijn dat de dingen bestaan. Dat hij hier is om te getuigen dat het Universum IS.

    En als dit Universum er nog is als een (ten dele) onbegrepen geheel, dan is de mens er om verder te zoeken, met een steeds groeiende behoefte om te weten hoe het er is. Hierbij treedt hij op, als een zeer interessant deel van het Universum, treedt hij op in naam van het Universum.

    En als hij optreedt in naam van het universum, waag ik het te besluiten dat het Universum er is omdat de mens de ‘denkende’, ‘zoekende’ mens er zijn moest

    Vergeef me als ik te ver ben gegaan, het was sterker dan mezelf. Weet echter als ik spreek over de mens, dat het niet is over zijn handelingen dit is het materiële aspect, wel, over de mens die zoekende is om beter te begrijpen wat van het Universum is en van al wat er verband mee houdt. 


    22-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    21-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het vergeten


    Een fractie van tijd, even maar de dag even lang als de nacht, een ‘even’ dat voorbij wentelt in een oogwenk, en berekend tot op een seconde na, genoteerd staat[1]: de aarde precies in het exacte oosten een  overgang zijnde, een moment dat ook - zo zie ik het toch,  maar je hoeft me niet te volgen - getekend staat in onze genen.

     

    We gaan er aan voorbij, omdat het van de kosmos is, van het gewone doen van de aarde is, en er geen verbazen meer is om wat de stand van de aarde in haar gang omheen de zon aangaat. Het gaat ook allemaal zo vlug, we hebben amper de tijd nog om er over na te denken, laat het ons dan maar vergeten. We hebben andere zorgen om het hoofd.


    Vergeten omdat het een gewone zaak is, iets dat er altijd is waaraan niet hoeft gedacht te worden. Maar er  is ook het vergeten wat je niet vergeten wilt, wat een andere zaak is. Ik vergat de naam van een Russische componist en bleef hem vergeten. Zelfs nu, ik las hem zo-even nog en toch moet ik er terug naar zoeken.

     

    Op een nacht dat de slaap niet kwam, een vioolconcert, op Klara. Ik wist onmiddellijk van welke componist het concerto was, een Russische. Ik was er zeker van. Ik kende het concerto maar al te goed. Ik ging de naam uitspreken maar de naam kwam niet. Een week lang heb ik er naar gezocht binnen in mij, maar niet gevonden. Ik heb een lijst gemaakt van alle Russische componisten die ik kende van Katchatoerian tot Shostakovich, een tiental vond ik er, maar niet de naam die ik vinden wou. Op een morgen hield ik het niet meer uit, ik heb Google opgezocht en vond de naam Prokofief, mijn grote vriend Prokofief, de schitterende man van zijn vioolconcerto en zijn even schitterend, sprankelend piano concerto.

    Begrijpelijk dat ik me zorgen begin te maken, want het doet zich meer en meer voor, dat ik zoek naar een naam als ik schrijf en hem in mijn tekst moet vervangen door drie punten (…) omdat ik er op reken dat ik hem later terugvinden  zal. Gewoonlijk duikt hij op voor het einde van mijn tekst, maar hier, Prokofief, bleef halsstarrig weg, nochtans is hij een van mijn favoriete componisten.

    Tekenen van mijn leeftijd wellicht, een zekere angst ook dat het verder zou uitlopen En mijn vergeten wijzen zou ik de richting van wat elk van ons bevreesd als de jaren er zijn.

    Ik blijf dus best een uitdager van mezelf te zijn. Mijn geest in gang te houden want ik vermoed niet dat mijn vergetelheid gebonden zou zijn aan één naam, Prokofief. Ooit, weigerde mijn klavier de naam ‘Saramago’. Ik typte Saramago en ogenblikken erna versprong hij op ‘Schraag’. Wat nu, zie ik, niet meer het geval is. Maar dit was technisch, dit was geen vergeten.

    Ik weet, mijn lichaam verstijft, verliest elke soepelheid, mijn gang is moeilijk, mijn bewegen vertoont een stroefheid die ik bewust ervan zijnde, onderga. Ik zet dus alles op alles opdat dit niet gebeuren zou met wat ik mijn geestesvermogen noem. De naam Prokofief was een eerste verwittiging, misschien ook niet, maar ik hield er toch aan dit gebeuren een datum mee te geven.

    Eventueel voor later.



    [1] ‘20 maart: 22.58, de astronomische lente begint. Het middelpunt van de zonneschijf bereikt het lentepunt (ecliptische lengte 0°00’00”) en trekt van zuid naar noord door het vlak van de evenaar. Dit moment heet de equinox. Theoretisch duurt de dag vandaag even lang als de nacht en dit voor alle plaatsen op het aardoppervlak.’ Voor meer hierover: de Sterrengids 2019, Stip.media:


    21-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    20-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het licht dat van de geest is



     

       Een morgen die van het wezen van het licht is. Een morgen die bezinning is, een vage terugblik naar wat me in mijn jeugd werd bijgebracht en ik, met de jaren voor een groot deel verworpen heb. Vervangen heb door het geloof in een alles omvattend ‘Zijn’, aanwezig in de minimaalste particules, als aanwezig in alle geledingen van wat is, en er is het Al.


       Een levend iets, een eenheid, waarin alles met alles gelinkt is. Het ganse universum, één levend wezen van materie en geest ineen verweven, het ene niet bestaande zonder het andere.


       Gelovend dat dit een spiritueel gegeven is dat ons omhult en ons vormt, dat ons levend houdt, niet alleen als deel ervan, maar als functioneel deel ervan. We zijn de ogen van het Universum, we zien wat het is, wie het is en hoe het is. En als dusdanig zijn we, elk afzonderlijk, een zelfbewust mini-universum op ons eigen. Ik bedoel hiermee dat het Universum er niet zou zijn waren wij, de mens, er niet. 


       We zijn er opdat het Universum via ons 'weten' zou dat het er is. Zeg dus nooit, zoals Jacques Monod, dat we er toevallig zijn. De denkende mens is er omdat het noodzakelijk is dat hij er is.


       En de mens, hij is er - en dan bedoel ik in de eerste plaats het denkend vermogen - of kan er zijn, op elke plaats in het Universum, op elke plaats waar de mogelijkheid is dat hij er zou zijn, de aarde een van de n-plaatsen zijnde. Ik denk dus niet dat we in het Universum de uitverkorenen zijn of blijven zullen.


       Dit is waar ik vandaag, uitzonderlijk, geïnspireerd door het licht van een namiddag, ben aangekomen. Het punt in mijn levenslange bezinning: mijn hunker, ’die Sehnsucht nach dem ganz Anderen’, zoals Max Horkheimer het formuleerde.


       Nochtans, vrienden, want dat zijn jullie, daartegenover, hoe gemakkelijk is het niet alle vragen, al het zijnde, opzij te zetten, de pauselijke Veritatis Splendor van jaren terug te herlezen en te aanvaarden. Aldus te leven zoals het ons gevraagd wordt, blindelings vertrouwend - en er zijn er velen die dit doen in deze wereld - in wat de Geschriften voorhouden of: geloven om te begrijpen zoals Bernardus het wist en niet zoals Abelard, begrijpen om te kunnen geloven.


    Ik dacht vanmorgen dat dit het eindpunt kon zijn, een soort inventaris in enkele schamele woorden gebundeld, de uitkomst van alle gesprekken die ik gehouden heb, al die tijd, en met mezelf en met de boeken - een Multatuli tot de hoofden van Lebak - gegevens naast elkaar en over elkaar gelegd, in elkaar geschoven, openingen naar andere structuren van het weten, die naar ik meende de waarheid dichter benaderden, al wist ik niet wat die waarheid wel was of zijn kon.

    Een zaak echter is zeker.  Ik las over de New Physics en ik vond dit een nieuwe Bijbel, ditmaal geschreven in data en niet in woorden die vertaald dienden te worden. Ik las over bepaalde gebeurtenissen dat die van de hand Gods waren, waaraan ik geen boodschap had omdat de God van mij, in de dingen zelf, in al wat is en wat nog komen zal,  verweven zijn, en zijn verwevenheid, zijn ego is.


    En alles wat ik las of dacht bleef, zoals deeg in de trog, gistend in de geest. En zo gebeurt dagelijks dat al wat is van de gebeurtenissen in mijn leven, door de dwingende krachten van de geest in mij, worden overgebracht naar mijn hand en mijn vingers en over het papier als ik schrijf.


    Ik ben de man en zijn dans van woorden, alsof ik adem in woorden en woorden in osmose over mijn witte bladen worden uitgestrooid en dit, mijn leven was en is, de adem van mijn dagen.

     

    * 


    Ik schreef dit met op de achtergrond - er is er altijd een als ik schrijf - Anne-Marie Mutter in het derde vioolconcerto van Mozart. Een absoluut hoogtepunt. Ik luister dan, zonder te luisteren, gefocust op wat ik schrijf, maar omhuld met Mozart en Mutter: beide staan daar de viool in de hand, de verlenging van hun geest die ik onderga in mijn woorden.


    20-03-2019, 07:04 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    19-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Leermeesters




    Ik heb niet de keuze, laten of niet laten. Ik kan niet de blogs van het eerste uur zo maar achterwege laten in de handen van de tijd waar ze vergaan zullen tot stof. Ik wil de meest sprekende eruit een nieuwe kans geven en, evenwel herwerkt en aangepast, binnen brengen in de tijden van nu, omdat ik denk dat ze het waard zijn, omdat ik er het beste van mezelf in aantref.


    Ik had er op zondag 17 maart, een blog - een hoogmis - over geschreven. Ik was er een ganse dag van vroeg in de morgen al, voortdurend mee bezig geweest. Had er zelfs, omdat ik mijn bloggeschiedenis zag als een pelgrimstocht naar Istafan, de verzen van Rainer Maria Rilke in verwerkt die beginnen met: 

     

    In diesem Dorfe steht das letzte Haus

    so einsam wie das letzte Haus der Welt

     

    en eindigde bij:

     

    Und die das Dorf verlassen wandern lang

    und viele sterben wielleicht unterwegs.

     

    Maar, weet je wat het is een tekst van 500 woorden bij elkaar te schrijven in de loop van de dag en bij avond, als alles klaar is om ingelogd te worden voor de volgende dag, hem te verliezen door een onachtzaamheid. Truly, I’m getting old, I’m getting awkward in dealing with my pc, mijn pc overstijgt me,


    Het is niet de eerste maal dat dit voorvalt, de vorige keer waren het zes maanden blogs die verloren gingen. Gelukkig, deze zijn op groene achtergrond overgebleven op de centrale computer, waar ik ze mettertijd terug kan gaan halen. Maar hier wacht ik en blijf ik wachten tot het te laat zal zijn.


    Ik vertel dit omdat het verlies van een tekst, een gebeuren is dat zwaar doorweegt, en vandaag nog steeds. De tekst had me heel wat moeite gekost en ik had niet meer de moed noch de kracht om er even over na te denken en trachten te herschrijven wat ik geschreven had. Ook vanmorgen had ik die kracht niet. Ik weet wel hoe het gebeurde, hoe ik het had kunnen herstellen maar, in lichte paniek, heb ik verkeerd gehandeld. Ik moet het me vergeven.


    Ik heb dus jullie, mijn lezers van het eerste uur op 18 maart een gedicht gestuurd dat ik in 2012 al had opgenomen als blog. Evenwel heb ik alles her-ingekleed, mijn enige verdienste. Ik vond dat wat ik toen gedicht heb, het beste was dat ik ooit geschreven had en ook het meest passende in de poëzie van vandaag. Echter dit dankzij Samuel Beckett en Stefan Hertmans, zonder hen had ik het nimmer geschreven. We hebben altijd leermeesters nodig.


    Als ik teruggrijp naar wat van zeven jaar en meer geleden is - en ik zal  het nog doen - dan grijp ik terug naar de leermeester die ikzelf toen was. Hier is, meen ik, niets verkeerd aan.

     


    19-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    18-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Salmuel Beckett: 'Neither'



     

    Neither

     

    to and fro in shadow from inner to

    outer shadow

     

    from impenetrable self to imprene-

    trable unself by way of neither

    as between two lit refuges whose

    doors once neared gently close, once

    turned

    away from gently part again

    beckoned back and forth and turned

    away

     

    heedless of the way, intent on

    the one

    gleam or the other

     

    unheard footfalls only sounds

     

    till at last held for good, absent for

    good from self and other

     

    then no sound

     

    then gently light unfading on that

    unheeded neither

     

    unspeakable home

     

     

     

     


    De tekst en de vertaling van, en een essay over dit gedicht van Samuel Beckett, kan je vinden in dat warm en soepel in de hand liggend, schitterend geconcipieerd en even schitterend geschreven boek van Stefan Hertmans: ‘Het putje van Milete’, een bundel essays uitgegeven door  Meulenhoff, Amsterdam, 2002. Hertmans schrijft hier over het ontstaan van het gedicht, de moeilijkheid bij het vertalen - hoe vertalen we neither en dan liefst in één woord?


    De wijze waarop Hertmans, Becketts woorden overbrengt is gewoon  een poëma op zichzelf. Maar wat ook en hoe ook,  het is een boek dat ik koester, des te meer er ook een essay in voorkomt over Maurice Gilliams, die mijn literair leven in een zekere zin op hol bracht; over de ‘Gentians’ van D.H. Lawrence, die ik zo zie groeien in de bergen; over Jorge Luis Borges, die me veroverde met zijn ‘Nueve Ensayos dantescos’.


    Ik moet bekennen dat ik het gedicht van Beckett gezien heb als een abstracte schilderij in woorden, met oninterpreteerbare vormen en kleuren. Het is, gedragen door deze idee dat mijn ‘neither-gedicht’ is ontstaan. Het is geen vertaling - behoudens het italiek gedrukte - maar een eigen versie van ‘Neither’.


     

    Noch                  

                               

    We zullen wel nooit

    een neither-gedicht schrijven

    zoals Beckett

    het onverwoorde te verwoorden wist,

    niet te begrijpen

    omwille van zo alles zeggend

    in niets-betekenende zinnen

    alsof het Universum erin verscholen lag

    en toch ook maar niet, weergalmend,

     

    de dood

     

    een abstract

    in woorden schilderij

    waar  kleur en vormen weggelaten

    om even maar wie we waren. 

     

    We zullen wel nooit

    een neither-gedicht schrijven,

    al wilden we om het ontzaglijke

    van dit leven dat ons omkneld hier houdt

    en toch bewegen

    laat in een eigen eigenzinnigheid,

     

    zo denken we

     

    maar geen gedicht om op te vallen

    om er naar uit te kijken,

    om er slapen mee te gaan,

    onverlet, onverlaten, on-overeenstemmend

     

    van het zijn toch zoekend

    naar de zin van sterren en sterrenstelsels,

    beangstigend oneindig

    oneindig alles is,

     

    en wij, innerlijk enorm

    omdat we alles beluisteren, bekijken kunnen,

    opentrekken, verzegelen en dichter brengen

    tot ons binnen, en begrijpen niet

    te begrijpen kunnen,

    al wilden we,

     

    dan

    o zo teder, zo losjes

    het licht wegdeemsterend

    dat achteloos evenmin

     

    niet uit te spreken

    thuis

        

    Maar een neither-gedicht

    zullen we wel

    nooit schrijven, al wilden we

    opstijgen kunnen

    om ons te verliezen

    een nimmer te vergeten ogenblik

     

    van het zijn.

     

     


    18-03-2019, 07:07 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    17-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gedicht uit vorige eeuw.


     

    Gedicht uit vorige eeuw.


    Zullen we

    nimmer vooraf weten wat de hand

    zal schrijven als de roep er is

    van oude Bijbels op de tafel

    en van  stenen die we raapten,

    gebeeldhouwd door de regen,

     

    nu we,

    heel wat meer dan halverwege,  

    het donkere woud betreden

    in ’t gewemel

    daar

    van licht en schemer

    vele zaden liggen om te schieten

    waar ze neder vielen;

    tenminste zo de kiem ervan

    hoog gistend bleef,

    lijk jonge wijn bij Elihoe[1],

    die nieuwe zakken dreigt te scheuren.

     

    Zo liggen vele zinnen

    in het rijk van ons bezinnen

    klaar

    om uit te dragen

    wat als baken ons werd meegegeven,

     

    bij het ontwaken, soms

    als het eerste licht

    de kamer binnenvalt of ’s avonds

    in het ruisen van de bomen

    of het gefluister van de vogels in de hagen,

    of van de regen in het raam geslagen,

     

    Uit te dragen:

     

    het d’Almachtige was

    die ons het werelds leven schonk

    en het ook ons zal ontnemen.

     

    Al weten we

    niets met zekerheid, hierover toch

    wat poëzie bedreven,

    een klonter Kosmos, zo, uit ons gegleden,

     

    Zelfs

    al zullen er niet velen zijn om het te lezen,

    omdat van alle zaken

    het hen de minste zorg zal wezen

    hoe lijk stuifmeel door de wind gedreven

    hier ons woord zal wezen.

     

    Kap dan weg

    zoals je netels kapt, het stupide vers,


    je bent uit stof en tot stof keer je terug,

    uit Genesis weg, 


    het hoefde niet, voldoende is geweten

    dat dit lichaam sterven zal.

     

    Ook,

    als er gelezen moet, zo leerden ons

    Nothomb en Fabre d'Olivet:

     

    je bent uit geest en tot geest keer je terug.

     

    Het enige wat zinnig is,

    in wat van deze wereld is.

     

    Het dan ook de toonaard is,

    van al wat hier geschreven

    en, van al wat hier niet geschreven

    staat.



    [1] Uit het Boek van Job: 32.19


    17-03-2019, 06:59 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    16-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waar de verwondering?



     

          Als ik hoor dat een kind van vijf, vóór het eerste schooljaar al leert wat de zwaartekracht is, dan zal het enkele jaren verder, geen nood meer hebben de plaats te kennen van de aarde en de planeten ten overstaan van de zon, het zal, eens tien jaar, al gehoord hebben van de formule van Einstein, zal alles weten over de snelheid van het licht en vertrouwd zijn met het bestaan van atomen, elektronen en andere deeltjes. Het kind zal zich in een wereld weten waarvan ik op mijn achttiende nog niet het minste benul had, wel wist ik heel wat te vertellen over Jules Verne en zijn ‘Twintig duizend mijlen onder zee’. Vandaag echter realiseer ik me de mogelijkheden geboden door iets zoals mijn gsm, zelfs als ik over het mechanisme ervan niets afweet, het volstaat er enkele essentiële begrippen over te hebben en ik kan er niet alleen mee communiceren, gesproken of geschreven, met iemand aan de andere zijde van de wereld, maar hij dient ook als een Wereldbibliotheek. Zelfs al ken er al de mogelijkheden niet van ik weet dat deze oneindig zijn. En ziende hoe vlug alles evolueert vraag ik me af waar de wetenschappelijke en technologische wereld zal staan, als Amaury, de oudste achterkleinzoon, tien jaar zal zijn, dus vijf jaar verder.


          Zeker is dat voor Amaury, de wereld van nu er altijd is geweest, hij is ermee geboren. Hij kent niet een tijd dat er niet was wat nu is. Het is zijn vertrekpunt, het is van hier uit dat hij de wereld gaat verkennen. Het is voor hem de gewoonste zaak van zijn wereld. Zullen er voor hem op het gebied van techniciteit nog ooit zaken komen, waarover wij, en dan zeker ik, keer op keer zijn verwonderd geweest?


          Een wereld met zelfrijdende auto’s, zelfvliegende vliegtuigen, zelfmaaiende grasmaaiers, wat kun je nog meer verwachten? Als ik de trucage mogelijkheden zie van de filmhuizen, als ik zie dat de hemel zelfs de limiet niet meer is; als ik zie dat ze zelfs geen echte personen meer nodig hebben om een film te maken. Alles kan, alles is mogelijk, het toestel waar ik om vroeg in mijn blog van gisteren is achterhaald, is voorbijgestreefd. Je moet er maar aan denken en het staat er, de computer lost het op voor jou, lost alles op voor jou.


          Ik keek gisteren naar een ‘you tube’ film die toonde hoe de stalen ronde kogeltjes in de as van een fietswiel, gemaakt worden, ontstellend  te zien hoe deze met de grootste perfectie uit een staaldraad worden geknipt en tot mooie glanzende bollen worden omgetoverd, enkel op het  allerlaatste moment komt er  iemand tussen.


          Neen, de verwondering zal uit de wereld zijn. Een schilderij zoals het Lam Gods van Van Eyck, een fresco zoals het Laatste Avondmaal van Da Vinci zullen bekeken worden zonder oog te hebben voor het kunstenaars-schap van de schilder. Ze moeten zich zelfs niet meer te verplaatsen, ze kunnen het bestuderen, thuis, van uit hun zetel[1]. Ze kunnen er zelfs verbeteringen op aanbrengen, of stukken er uit wegnemen en verplaatsen waar ze ook willen.


          Ik weet echter niet hoe ze staan tegenover een symfonie van Beethoven, van Mahler of van Shostakovich; hoe ze staan tegenover een schilderij van Renoir, van Turner, van Mönch, tegenover de poëzie van Guido Gezelle, van T.S. Eliot, van Rainer Maria Rilke. ik weet niet wat ze er van denken zullen als ik nu al zie waar de schilderkunst, Koons en Hirst, de muziek, John Cage, de literatuur, Houellebecq, de poëzie, het gedicht ‘Oote’ van Jan Hanlo,  zich vandaag bevinden.


          Waar zal hier hun verwondering liggen en hoe, als die er zou zijn, zal die door hen uitgeschreven worden?  



          [1] Ik lees in de krant: ‘zetel’ is geen Nederlands woord, het is een bank of een fauteuil; ‘in vogelvlucht’ is niet gekend, zij spreken van ‘hemelsbreed’. (‘Nederlanders weten niet dat Vlamingen de zelfde taal spreken’, Els Snick, vertaalster, in De Standaard van 1 maart.)

     


    16-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    15-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen..Wat misschien te wensen ware.

     

        

     

          Traag maar o zo zeker schuift de aarde naar haar equinoxpunt toe. Denken we er soms aan, aan het punt waarop de dag even lang is als de nacht?


          Een vriend van en aan de vijver, wel, hij dacht er aan. Hij vertelde me hoe belangrijk en even noodzakelijk het niet zou zijn als we dagelijks zouden geconfronteerd worden niet alleen met uur en datum, maar ook met de plaats van de aarde en van de andere met het blote oog zichtbare planeten in hun baan om de zon.


          Belangrijk misschien, noodzakelijk minder, maar er elke dag een blik op werpen zou niet misstaan. Er zou over gesproken kunnen worden in het café van het dorp, bijvoorbeeld, tussen pot en pint of, zoals het nu is geëvolueerd tussen Orval en Trappist, voor minder doen we het niet meer. Zeker is, zoals ik het zie, de drank zou er toe bijdragen om de gesprekken warm te houden, de ene er wat meer over wetend dan de andere.


          Ik denk niet dat dit nog veraf ligt, ik denk zelfs dat het in de sterren van vandaag te lezen staat dat er een of andere vinnige man of vrouw er achter zal komen en een poging zal doen. En verwacht je aan iemand uit het verre oosten, om een dergelijk mechanisme - als het nog niet zou bestaan - met trompetgeschal op de markt te brengen.


          In elk geval wat we er ook moge over denken, het zou een verdieping zijn van de gesprekken, iets anders dan deze over voetbal of wielrennen, iets anders dan over het weer. En ook, we zouden beter weten waar we staan en vooral waar we rondlopen in deze kosmos van ons.


          Misschien, maar niemand weet dit met zekerheid, is er nu in een andere kosmos, de weergalm van de onze, een ander iemand daar op het zelfde gedacht gekomen en is hij het op zijn manier aan het verkondigen. Het kan zelfs dat we het van elkander afgekeken hebben.


          Het beeld van de evolutie van de mens in de kosmos zou er mee gediend zijn; het ecologisch gedachtengoed zou er door gesteund worden; we zouden even losgewrikt worden uit onze dagelijkse noden en weten dat er andere noden zijn die door ons moeten opgelost worden.


          Het zou tevens een boost geven aan de aarde als planeet onder de planeten; ons aantonen waar we staan, wie we zijn en hoe we er zijn: onze alledaagse omgeving duidelijk zichtbaar in hare kosmische context. Een boost die doordringen zou tot het inzicht van de mens in zijn reëel bestaan hier op aarde.


          Het zou hem een nieuw en duidelijker zicht geven op zijn plaats in de wereld, een wereld waarvoor hij tot hier toe te weinig aandacht heeft gehad. Het zou hem binnenleiden in een nieuw bestaan, een dieper bewustzijn van wat is.


          In elk geval, het zou ons raker aantonen, wat er boven ons hoofd aan het gebeuren is terwijl we hier onze kleine zaken aan het afhandelen zijn. Want we hebben nood aan een ruimer perspectief. De tijd dringt.


     


    15-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    14-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het aroma



         

          Vooraf, vraag me hoe ik mijn dagen vul en ik zal het je zeggen: ik herlees mijn gedicht, ik schrijf mijn blog, ik werk, grondig  aan mijn manuscript - nog altijd - en tussendoor tracht ik mijn verloren blogs van 2018, wellicht ook door een onvaste hand, terug te halen van mijn olijfgroen ‘Blogveld’, en je weet het hoe ik op sta in de morgen en, hoe mijn dag er uit ziet.


          On-uithoudbaar, in het licht van die donkere wolk die me volgen blijft, steven ik af op iets wat ik nog niet kende. Je hoeft het me dus niet te vragen. Wat ik schrijf is mijn dagboek, het is geen verzinsel, het is getekend door de realiteit van het zijn en het worden.


          En, pas nu dringt het door tot mij wat Dyson bedoelde met zijn ‘infinite in all directions’. Hij bedoelde niet alleen het oneindige van het uitgestrekt zijn van de Kosmos, maar hij had ook zijn blik gericht, op het oneindige van het naar binnen gekeerd zijn, het oneindige van de geest binnen de Kosmos.


          Als ik het hier over heb, is het mijn blog die me bezig houdt, het helpt me niet wat de rest aangaat, helemaal niet, integendeel het houdt me verwijderd van het overige dat verschoven wordt naar later.


          Waar sta ik dan te trampelen, wat verschil maakt het uit, of ik er in slaag te doen wat ik ‘meen’ te doen te hebben, of het niet te doen, geen zier. Het is maar wat inbeelding, een verzameling van droombeelden die niet au sérieux moeten genomen worden. Dit gaat allemaal wel voorbij als ik anticipeer op wat nog komen kan, anticipeer op dingen waarmee ik jullie nog denk te verrassen, hopelijk morgen, ten laatste overmorgen of de dag er na. En, heb je, als je dit leest, ook het gevoel hoe dicht we tot elkaar gekomen zijn in deze dagen van hoge winden, van regen en van donkergrijze wolken. Ik heb het in elk geval, dit gevoel, dat een rijkdom is, dat van het verwijderen is van de stop op de fles zodat de Aladin er in, die ik ben, op stijgen kan, zich vermengen kan met al wat is, dit houden kan en je ermee bezoeken kan elke dag van jullie leven.


          Vergeet wat ik gisteren schreef, vergeet wat ik de vorige dagen op jullie liet afkomen, het was ik het niet die dat schreef, het was iemand in mij die ik zo vlug mogelijk vergeten wil, opsluiten wil. Wat ik dus wel wil is vertoeven, in mijn wijze volle uren, in wat is van het binnenste dat van de Kosmos is. Ik ben wel niet zo zeker dat Dyson, al schreef ik het, er wel aan gedacht zou hebben. In elk geval ik denk er aan voor hem.


          Akhnaton, die mijn vriend geworden is - hij weet het al - noemde dit het aroma van het leven, het is het ook voor wat er na zal komen en geen naam hoeft.


          Consider this words as mij morning prayer. 


    14-03-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    13-03-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'Ah, qui donc m'aimera?'

    1

     

          Al wat ik schrijf, dacht hij, is doordrenkt van poëzie, ‘ah, qui donc m’aimera?’, de klacht van Maurice Gilliams als inleiding tot zijn ‘Elias’, die hij gaan halen is bij de poëet, Francis Jammes of, wie zal er van mijn geschriften houden, later als ik er niet meer zal zijn, wie zal zich nog herinneren de man die elke dag een blog schreef omdat hij - en zo is het wellicht - omdat hij nog niet wou dood gaan, terwijl hij al gestorven is wat de mogelijkheden tot het zich verplaatsen naar andere, ongekende of zelfs gekende oorden betreft; wie?


          Hij is vechtende tegen de tijd, een strijd die hij verliezen zal en hij zal niet verrijzen uit zijn as in de geschriften die hij achterlaat op plaatsen die niet meer te bereiken zullen zijn. Hij weet het want hij voelt, zijn krachten nemen af, hij vergaat letterlijk in wat geschreven staat op de olijfgroengekleurde pagina’s van zijn ‘blogvelden’. Andere velden heeft hij niet. Verkeerd, totaal verkeerd geleefd, als hij het zeggen mag, verkeerd gegokt.


          Als hij terugblikt op de vele mooie, uitzonderlijke dagen die er waren, kent het einde ervan een bitterheid, die hij te aanvaarden heeft: het gevoel dat het een verloren zaak geworden is, dat zijn leven geen succesverhaal is geweest omdat hij niet geweten heeft - het zat niet in zijn genen - om er tegen aan te gaan.


          Wat hij nu schrijft is het effect van de donkere wolk van gisteren, ze heeft zich vastgezet in zijn aderen, in zijn bloed en hij ziet geen lichtpunt meer, verdwaasd als hij schijnt te zijn door de dagen die voor hem liggen uitgespreid, hoeveel er ook nog moge zijn, de ondergrond ervan neigt naar de diepte die een soort van afgrond is.


          Komt hij dit nog te boven, deze donkere wolk lost ze zich nog op? Hij weet het niet. Het gedicht, dat geschreven staat is van een gans andere geladenheid, is niet passend bij zijn woorden hier waar hij handelt over het tijdelijke, terwijl het gedicht spreekt over het eeuwige. Het Tijdelijke dat van de dood is, het Eeuwige dat is van de geest. Er is geen ontkomen aan.


          Wie hij was staat opgetekend in zijn blogs, wie hij wordt biedt geen zekerheid, het kan dat hij volledig stil valt, dat er geen laatste woord komen zal, dat waar hij vandaag eindigt het laatste woord zal zijn of het voorlaatste. De beslissing is al genomen staat al opgetekend ergens tussen de bomen, tussen de dagen die nog komen ingeschoven. Gisteren gebeurde het dat door de onvaste hand die een eigenschap dreigt te worden, ineens een ganse tekst verdween van het scherm. Het was een goede tekst, een enige tekst, een stevige tekst, hij hield ervan, en plots was hij weg alsof ik hem minuten ervoor niet had vastgelegd. Was het een inbeelding geweest, is het zo dat ik niet alleen zoeken moet naar een naam - gisteren naar de naam van Vivaldi - maar dat ik me nu al zinnen inbeelden zou als geschreven staande? Tekenen wellicht, die zich herhalen zullen in wat er nog overblijft aan toekomst.


          Zo, dit is het landschap waar ik deze morgen heb vertoefd. Ditmaal ben ik zeker, het staat geacteerd, er kan niet meer aan getwijfeld. Mijn hoop is het vlug te verlaten.


          PS.

          Het citaat is onvolledig, er gaat een belangrijke regel aan vooraf: La poésie que j’ai rêvée, gâta toute ma vie, ah, qui donc m’aimera?

     




    13-03-2019, 06:42 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs