Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    14-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hat materieel aspect van het Immateriële



          

          Op de dag van 13 februari, de dag waarop de democratie met de voeten getreden wordt door de vakbonden die zich een stem in meer toe-eigenen - ze hebben de stem die ze democratisch toevertrouwd hadden aan de verkozen vertegenwoordigers, opgezegd - heb ik terug gedacht aan een totaal ander aspect van onze samenleving: de zoektocht van een groep mensen, ze zijn met drieduizend  wetenschappers en studenten, lees ik, in de CERN in Genève.


          Een grotere tegenstelling kan er niet: enerzijds het lamleggen van elke bedrijvigheid, anderzijds een activiteit bij houden die er op gericht is iets  te vinden dat er, volgens hen althans, logischerwijze zijn moet, echter tot op heden, onbereikbaar is gebleven, op het mysterieuze higgsdeeltje - het deeltje, zegt men, dat massa geeft aan de materie in ons Universum (?) - na.


          Ik laat de vakbonden en hun methodes om zich te bevestigen, want daar komt het op neer, voor wat ze zijn, en ik keer me, waar ik het onlangs nog over had[1], naar de pro-actieven, de zoekers van de CERN. Deze weten nu dat de snelheid die ze ontwikkelen met hun LHC-versneller, bijna deze van het licht, in hun ondergrondse tunnel van 25 kilometer lang, en de energie hiervoor nodig, ontoereikend schijnt om te vinden wat ze halsstarrig aan het zoeken blijven. En ik lees hierover, de voor mij prachtige, veelzeggende zin in de Standaard[2]:


          ‘In het standaardmodel van de deeltjesfysica worden de materiedeeltjes beschreven en de natuurkrachten die erop inwerken. Helaas past de zwaartekracht er niet in, waardoor de fysici weten dat er meer moet zijn.’


          De snelheid waarmede ze de protonen door de tunnel jagen, bedraagt, ongeveer 300.000 : 25, of bij benadering 12.000 maal de afstand van de tunnel per seconde, ondanks die snelheid weten ze nu ‘dat de energie niet hoog genoeg is om het standaardmodel tot in de kleinste details te testen.’ Ze kijken dus uit naar, een versnelling van de versneller, de bouw van een Future Circular Collider (een FCC) van maar een slordige 100 kilometer lang, ondergronds, dus vier maal zo lang als de LHC, de Large Hadron Collider waarover ze nu beschikken.


          En dit om te vinden wat ze denken dat er ‘meer’  is.


          De vraag die ik me stel - het artikel heeft tijd nodig gehad om door te dringen - wat is dit ‘in meer’, wat kan dit ‘in meer’ wel zijn. En, als ze dit zouden gevonden hebben, wat zegt er hen dat ze daarna geen versneller nodig hebben die nog maar eens vier maal langer is?


          Al wat ik hier zeg over de CERN is van een andere wereld, is van het binnenste van de wereld, het gebied van het onzichtbare maar tevens van het wezenlijk bestaande, van het in werkelijkheid onmiskenbaar daar zijnde. Er was destijds een naam voor, de mens die er toen was keek er naar op, boog er het hoofd voor, had er offergaven voor over. De mens van nu is, in vele gevallen, niet alleen blind ervoor maar ook nog eens doofstom erbij.


          Ik heb een vaag vermoeden dat mettertijd de ogen geopend zullen worden en erover meer en meer, veelvuldiger dan ooit, zal gesproken worden. De LCC die er komen zal, zo hoop ik toch - die, ‘omgerekend elke Belg zo’n halve euro per jaar zou kosten’, aldus Freya Blekman, staat er borg voor.


          Want, waar de LCC op zoek naar gaat is niets anders dan de materialiteit van het Immateriële, het deeltje dat van de geest is.



    [1] Mijn blog van 08 februari

    [2] Senne Starckx in De Standaard van 18 januari: Freya Blekman: ‘een nieuwe Higgsfabriek’.


    14-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (3)

    13-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Om het even.



     

          Ik heb na al die jaren alles al verteld wat er te weten is over mij. Je moet me stilaan beginnen te kennen, zoals ik me stilaan ken. De afdruk die ik achterlaat, als voetstappen in de sneeuw, moet toereikend zijn om je een beeld te vormen van de complexe man die ik ben. Toch ga ik maar verder, blijf ik doordringen tot de diepste geheimenissen van mijn persoon, alsof jij mijn biechtvader bent.


          Wordt je het niet moe, elke dag te luisteren naar mij, misschien je dag ermee te beginnen en een tijdje rond te lopen: mijn gedachten en gevoelens, binnen in jou geprojecteerd, opgehangen? Mijn vriend, want dat ben je onvermijdelijk geworden, en ik verheug me erover. Al ken ik je niet ten gronde, ik weet dat je er bent, als de echo van mij, en jij weet dat ik me elke morgen, elke dag keer tot jou, spreek tot jou me bloot geef aan jou. Er is een pact gesloten tussen ons.


          Het is weliswaar, een vreemde bedoening die gegroeid is. Ik, die me zie als een eenzame boom in de vlakte. Het uitzicht ervan zich wijzigend met de seizoenen. Tekenend, oproepend met zijn kruin, het landschap van het woord, de wortels ervan geankerd in wat van de kosmos is, in wat van het nog niet-zijnde is. Hij ademend, uitkijkend, wachtend elke morgen op de sappen die gaan stijgen tot in de hoogste, tot in de verste punten van elke tak ervan. Pas dan hij tot een grote rust komt die zich verspreid in de luchten rondom hem.


        Roekeloosheid is zijn deel, is mijn deel. Hoe ver deze reikt wordt niet bepaald, er zijn geen grenzen. Woorden zijn oneindigheid, ze dragen in zich de factor eeuwigheid en hij die deze factor kent, enkel hij,  betreedt die eeuwigheid. Umberto Eco wist dit en hij was niet de enige die het wist. Hij wist dat schrijven een kosmische bedoening was; dat het, het treden was in de voetsporen van het bezielde Universum; dat de bezieling ervan ook deze van hem was; dat  hij dus, schrijvend, verzwolgen was in deze eigenheid van deze bezieling. Opgenomen was in de golfbeweging ervan, meedeinend, alle verborgenheden ervan betredend.


          Zelfs al is hij slechts een vlokje schuim ervan, een ander aspect ervan, hij is van de beweging van de golf, van de beweging van de oceaan, van de beweging van het Universum. Hij weet het, omdat het hem ingegeven is in zijn genen, die ook deze zijn van hetzelfde Universum zo materieel als spiritueel, dit laatste onsterfelijk zijnde. Hij ook het is.


          Je roekeloosheid, geladen met de essentie van dat plukje schuim brengt je heel ver in het tijdloze van de tijd, dat vóór het begin was, waaruit alles is ontstaan wat kon ontstaan, wij, mens, inbegrepen.


          Ik zeg je dit omdat ik het anders niet kwijt geraak, omdat het de enige weg is die me gelaten is om het te doen: we zijn allen van het tijdloze dat ons overspoelt. We komen, we groeien open, we laten onze voetprint na en keren terug naar het tijdloze, naar waar we waren toen we er nog niet waren. Meer schijnt het niet te zijn - al is het heel wat - al is het om terug te keren en opnieuw te zijn of, is het om te worden opgenomen in andere oorden, in een arcadia, even groot als een droom kan zijn?


          Het is me om het even. 


    13-02-2019, 06:23 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    12-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De kracht van het woord


     

          Ik ben elke morgen met mezelf begaan, niet met hoe mijn lichaam het stelt, maar hoe mijn geest het stelt, of er iets is waar ik iets kan over vertellen. Het zijn de jaren die me In een dergelijke toestand hebben gebracht. Het ongewone hierbij is dat ik niet wachten kan tot de voormiddag of tot later op de dag om op zoek te gaan, neen het moet gebeuren voor het licht opkomt, alsof ik geen vertrouwen zou hebben in wat de dag me brengen zal. Dit is een vaststelling die ik nu onder ogen krijg, ik had er voorheen nog niet aan gedacht, maar er is wat is. Ik ben nu eenmaal zo geworden, er is wat dit betreft geen rust meer in mij, deze komt pas als mijn vijf honderd woorden geschreven staan. En dan nog, ik weet dat het de volgende ochtend herbeginnen zal.


          Hoe het vroeger was weet ik niet meer. Zeker is dat ik me toen niet uit mijn slaap gewrongen heb om onmiddellijk aan het werk te gaan alsof mijn leven er van af hing, maar mijn blog heeft me zo ver gebracht, hij houdt me wakker tot laat in de nacht en hij slaat toe vroeg in de morgen. Een verademing is er niet, ik moet er voor vechten bijna, een gevecht met mezelf.


          Stel je voor, een man die zijn geest geen ogenblik rust gunt, een man die een slaaf is van zichzelf.         Overdrijf ik als ik dit zeg, enigszins wel, mijn woorden zijn misschien te sprekend maar dan toch een benadering van de realiteit waarin ik gedompeld ben.


          Je kunt opwerpen of het wel elke dag moet, of er niet gewacht kan worden tot er iets gebeurt, maar, er gebeurt maar iets als het geschreven staat. Een wandeling in het sneeuwlandschap is er maar geweest als ze opgetekend staat, ongeschreven is ze er voor niemand, amper nog voor jezelf. Wat ik schrijf deze morgen is een gebeuren dat er niet zou zijn had ik het niet geschreven. Nu het er staat krijgt het gestalte voor elk van ons, wordt het een vaststaand feit, een gebeuren. En dit geldt voor elke blog die ik schrijf en niet alleen voor wat geschreven wordt, dit geldt even goed voor een tekening of schilderij, voor een beeldhouwwerk of een muziekstuk. Niets is als het niet zichtbaar is in welke vorm ook.


          De droom die ik had deze nacht was er zonder er te zijn, vertel ik hem hij wordt geschapen, hij krijgt een vorm van werkelijkheid waarbij het droomgehalte verdwijnt. De kracht van het woord is dan ook immens.


          Ik kan, in meer, iets laten gebeuren dat er niet was, dat er nooit geweest is of er nooit zou zijn had ik het niet gezegd dat het er was. Niemand, ik zelfs niet, zou iets geweten hebben van wat er elke morgen gebeurt met mij had ik het hier niet opgetekend, niet als een klacht, maar simpelweg als een toestand die nu definitief is vastgelegd en waar ik niet meer hoef op terug te komen, liefst niet.


          Dit gaat hier dus over de kracht van het woord: de vreugde die ik elke morgen ken, is me te wentelen in dit krachtenveld. Ik voel me er goed bij, en ik, wat zou ik nog méér kunnen wensen?      


    12-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    11-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stephen R. Covey


     

          Je kunt je niet elke dag anders opstellen, je kunt niet ignoreren wat je al dikwijls geschreven of naar verwezen hebt. Al tracht je wel het niet te doen, sommige gedachten zitten in jou vastgegroeid en je komt er dus, zelfs zonder het te beseffen, regelmatig op terug. Hoe, vraag ik me dan af, hoe is het gesteld met anderen die ook dag aan dag een blog bijhouden?


          Ik weet het niet, ik zoek het niet op, ik heb werk genoeg. Heb al heel wat geschreven in mijn leven, hopen vellen papier vol, destijds, en zoals ik thans bezig ben, een vaste schijf vol. Ik geraak er niet meer wijs uit, echt.


          En, wat is er van een mens die schrijft en weinig nog leest? Stompt hij af; keert en wentelt hij zich in wat hij nu vele jaren al heeft opgestapeld in zich: een grote massa herinneringen die teksten zijn, die plaatsen zijn waar hij heen kan gaan, er vertoeven en er over uitweiden. Misschien, tot vervelens toe van hij die deze lezend ondergaat. Weliswaar, deze massa is ook een voedingsbodem soms voor nieuwigheden, en het zijn deze die me rechthouden. Het is een zilvermijn met tal van gangen waar ik binnen loop hopende een nieuwe ader te vinden die ik uitgraven, uitkappen kan. Meer ben ik niet, een zoeker naar nieuwe zilveraders, geen goudaders, op deze ben ik niet ingesteld.


          Het zijn dus geen verhalen over vreemde landen, over vreemde gebeurtenissen die ik breng, ik ben zeer arm opdat gebied en mijn vindingrijkheid kent heel vlug zijn grenzen. Ik heb, te weinig geleefd, dit is het besluit dat ik trekken moet. Daarmee basta, alles is aldus afgerond.


         Op Nieuwjaar schonk mijn oudste dochter me, een luxueuze, op glad en stevig papier, een ‘Your Mind, inspired’ agenda. Ik lees erin ‘a spiritual thought’ van Stephen R. Covey:


          ‘De meeste mensen luisteren niet om iets te kunnen begrijpen. De meeste mensen luisteren om te kunnen antwoorden.’ 


         Het gaat me hier niet om ‘de gedachten van de meeste mensen’, Ik ga hier geen essay over schrijven al kan ik me inbeelden wat hij hiermede bedoeld, het ontbreken bij velen van een proactieve instelling. Het gaat me om de persoon, Stephen R. Covey, 1935-2012, een Amerikaan, een generatiegenoot, die een boek geschreven heeft: ‘The Seven Habits of Highly Effective People’. Google weet er alles over.


          Het is zeker niet mijn bedoeling er iets aan toe te voegen of ervan weg te laten. Maar het is literatuur waar ik weinig aandacht aan schenk of aan geschonken heb. Ik heb geen ‘vinger-opstekende-teksten’ geschreven, ik heb geen raad te geven aan mijn lezers, geen tips om zo te zijn of anders. Ik kan hen alleen zeggen hoe ik ben, hoe ik me voel en hoe ik nog, met één voet, in de wereld sta.


          Stephen R. Covey kende ik niet. Na Google hoorde ik wel wie hij was en vooral de raad die hij gaf om een succesrijk persoon te worden. Hij schreef zelfs, ‘The 8th Habit, een boek bestemd voor die succesrijke personen. Er gaat een ‘you tube’, die zeer gepast en in klaar en duidelijk Engels, een bespreking brengt van de ‘message’ verwerkt in het boek. In feite zeer leerzaam voor iemand zoals ik die met zijn manuscript - ware er niet mijn leeftijd - op jacht wil gaan naar succes.


          Het boek verscheen  in 1989 en werd vertaald in 38 talen, zoals ik lees. Het moet dus in elk geval voor de schrijver een succes geweest zijn. Wellicht nog, wellicht lopen er heel wat van zijn leerlingen rond in deze wereld, we willen allen succesrijk zijn.


          Ik ben het al, als ik succes heb met wat ik je elke dag voorschotel. Ik weet dat het vandaag iets minder is voor mij, eerder meer voor Stephen R. Covey.

     





    11-02-2019, 00:07 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    10-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verschrompeling

          



          Elke dag draagt in zich een risico: ofwel een groot, het einde van de dag niet halen, ofwel een minder, niet te weten over wat je schrijven zal. Het is, in het eerste geval, een kwestie van overleven, in het andere, een kwestie van gezichtsverlies. Beide mogelijkheden draag ik diep in mij, al is het de eerste maal dat ik dit zo bruutweg neerschrijf. Zeker is dat ooit een van beide gebeuren zal maar, is dit dan wel een risico? Is het niet iets dat een nasleep is van mijn geboorte, dat beide, komen en gaan, innig met elkaar zijn verstrengeld: de dood voortvloeiend uit, liggend in het verlengde van, het geboren worden?


          En de tijd tussen die twee eigenzinnige punten of toestanden, niets meer zijnde in essentie, dan een geleidelijke opbloei die uitmondt in een geleidelijke verschrompeling; zijnde een afname van mogelijkheden, een voorbereiding die ons leiden moet tot de aanvaarding van ons aller lot.


          Er werd me een lange voorbereiding gegund. Wat voor velen niet het geval is geweest. Daarenboven is het gebeurd, in toch wel zeer gunstige omstandigheden. Ik beleef het, zelfs als ik het voor mijn lichaam houd bij een verschrompeling, op een, niet alleen zeer aanvaardbare,  maar ook toch wel, alles in acht genomen, zeer dankbare als vruchtbare wijze. Ik haal er het maximum uit, ik schrijf erover. Ik maak er een wedloop van waarbij ik het gevoel heb dat het een soort steekspel is van twee gestalten die op elkaar afstormen, de ene positief, de andere negatief, de speer hoog geheven. Wat kan iemand meer verwachten?


          Het leven is me heel ridderlijk geweest, ik hoop het nog wat te houden zo. Wie weet welke ontdekkingen me nog te wachten staan tijdens deze verschrompeling van dagen, ten minste zo mijn geest alert blijft voor elk teken, elke boodschap die me wordt toegestuurd.


          Want alertheid is wat ik nodig heb, en deze zal er niet zijn als ik onder de dekens blijf liggen of op de sofa, dit krijgt Dante in zijn ‘Inferno’, zijn Hel, te horen van Vergilius. Dante, van wie ik ooit waagde te schrijven - ik was in Toscane toen - dat we samen, hij in zijn donker gewaad, naar de sterren stonden te kijken en ik hem vertelde dat ik hem aan het volgen was op zijn tocht door de Hel.


          Het was de dag dat we - ik toen ondergedompeld in de lectuur van zijn Divina Commedia - in San Gimignano waren, een middeleeuws stadje, dichtbij Siena, met een skyline van torens. We hadden er gewandeld in de straten waar hij ook moet gewandeld hebben[1], en voor het slapen gaan, na enkele glazen wijn, was ik op het terras gaan staan van de B. & B. ‘I FIAMMINGHI’[2] en dacht ik Dante naast mij. Zo heb ik toch gemeend het te mogen vermelden achteraf in een blog die gelezen werd door velen. Ik weet dat mijn verbeelding me toen parten heeft gespeeld maar deze was even aanvaardbaar en van een andere aard dan de verbeelding eigen aan de Harry Potter verhalen en het succes dat ze meekregen.


          Ik zie mijn verbeelding, wat Dante aangaat, en zijn aanwezigheid als ik schrijf of converseer met hem, niet als een verschrompeling van de geest, integendeel, ik ga op jacht ernaar en elke vondst dat ik doe zie ik als een winstpunt, dan toch als een positief punt tegen de algehele verschrompeling van lichaam als van geest.


          Zo is elk uur dat voorbijschuift, is elk ogenblik, een punt op de lijn die loopt, beginnende van de bevruchting in de richting van de laatste ademstoot. Het effect ervan wordt echter slechts zichtbaar en, voelbaar, naarmate de laatste punten op de weg worden bereikt. Pas dan, met de eindafloop voor ogen, krijgt, enkel wat het lichaam betreft,  het woord ‘verschrompeling’ zijn volle betekenis.


          Wat de geest in dat lichaam of omheen dat lichaam aangaat, dit kan een totaal nieuw beginnen zijn in een ander Universum, schreef ik ooit. 



    [1] Frans van Dooren schrijft er over in zijn boek ‘Met Dante door Italië’, Ambo/Amsterdam, 2005. Hij vertaalde ook op een voor mij  schitterende wijze de Divina Commedia in Nederlands proza

    [2]  B.& B. in Montaione, Firenze/Toscane: www.I Fiamminghi.it


    10-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    09-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat is van het schrijven in de morgen

       


          Men zegt me soms dat ik zwaar schrijf, wat niet bedoeld is als een minpunt, maar simpelweg als een vaststelling die ik graag aanvaard. Ik ben nu eenmaal zo en het is vandaag niet dat dit veranderen zal. Iedere vogel zingt en het spreekwoord leert ons hoe hij zingt en hoe niet. Ik ben dus iemand die in de zwaarte werkt, die dingen tevoorschijn brengt die verbazen, die een inspanning vragen bij het lezen - ze vragen me die ook bij het schrijven. Het is voor mij telkens een uitdaging die ik aanga in de hoop erin te slagen iets te brengen dat geen dagelijkse kost is. Ik geloof trouwens niet, dat ik jullie als lezer zou behouden indien dit het geval zou zijn.


          Nu is het wel zo dat de ene dag de andere niet is, dat ik dieper graaf vandaag om het morgen zachter aan te doen, maar mijn betrachten gaat toch altijd in zelfde richting, deze van de geest, deze van iets dat eerder ruikt naar het ongewone; het is om het duidelijk te maken, altijd een beetje aangebrand.


          In 2005 hield ik aan de zee in San Juan/Alicante een, wat ik noemde, ‘poëtisch dagboek’ bij, geschreven in een klein schriftje, een ‘cuaderno’ waar ik zat op de rotsen - er is geen strand - met de beweging van de zee voor mij. De tekst ervan werd destijds gebundeld in een beperkt aantal exemplaren. De woorden zijn geen oude koeien geworden, ze doen  het nog steeds. Ze illustreren de gedachtewereld waarin ik daar toen rondwandelde, weinig verschillend van deze van nu. Maar ik bezat toen wat ik  nu niet meer in zelfde mate bezit: het inspirerende van de golven - zoals Debussy - de weidsheid van de luchten, de diepe rust van het ’er zijn’, vrij en ongekunsteld, open en groot ontvankelijk.


          Het schijnt me toe - en ik denk aan Cees Nooteboom - dat ik toen doordrongen was van de plaats waar ik was en, als ik schreef wat ik schreef, dat het uitsluitend te danken was aan de spiritualiteit eigen aan de omgeving. Ik was gedompeld in die spiritualiteit, ik betastte die, ik voelde en rook die in en omheen mij; ik stond er binnenin, én met beide voeten, én met mijn geest.


          Vandaag, als ik die gevoelens van toen terug tracht te halen, kennen ze  niet meer die zelfde geladenheid, missen ze het gevoel van de wind in mijn gelaat en op mijn handen; missen ze wat van het schrijven is op licht korrelig papier; missen ze de geuren en wat meer is, het geluid, de zang, van de opspattende golven. Ik kan, weliswaar, alles nog terugroepen, weten hoe het was, maar iets ontbreekt, de eenheid die er toen was tussen het reële van mijn omgeving en het woord van mijn tastende geest.


          Druk ik me correct uit? Ik weet van een vriend dat hij in zich het globale, betoverende beeld draagt van de zee van bij ons, beleefd op elk ogenblik van de dag; van een andere dat hij alles kent, voelt en ondergaat, van het land onder de sneeuw als in volle zomer, en van nog een andere dat hij weet hoe het is de zondagmorgen aan een bepaalde meander van de Leie, in de winter als in de lente. Maar als ze deze beelden terug oproepen, en wellicht gebeurt dit regelmatig, ontgaat hen meer en meer, naarmate het vorderen van hun dagen, het reële aspect ervan, is het maar een omfloerste werkelijkheid die ze terugvinden. Het is als de nuance die er ligt tussen het lezen van een boek en het erop roepen, maanden, jaren later, van wat het boek geweest was toen je het las.


          En, keer ik terug naar mijn ‘Poëtisch Dagboek’ van 2005, heb ik vandaag, gezien wat ik hier verklaarde, het recht er een jota aan te wijzigen?


          Ik denk dan dat ik weer niets had om over te schrijven als ik wakker werd deze morgen.


     


    09-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    08-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Speculatie


     

          Een etmaal lang bleef ik in de sfeer van mijn blog van gisteren. Ik geraak er deze morgen nog niet uit als ik verneem dat de fysici, werkzaam in de deeltjesversneller, de Large Hadron Collider van de CERN in Genève,  de vrees kennen dat binnen afzienbare tijd de mogelijkheden van de LHC zullen uitgeput zijn, zonder het gewenste resultaat, een ‘formule van het Alles’, te hebben ontdekt. Ze zien in dat de tunnel van 27 km lang, 50 m onder de grond, ontoereikend wordt en dat ze zouden moeten kunnen beschikken  over een tunnel die tien maal langer is.


          Het verheugt me, te vernemen dat de tunnel en de ganse, voor mij ongrijpbare als onvoorstelbare installatie van magneten in een tunnel en, van protonen die hierin met een snelheid van 99% van deze van het licht tot botsing worden gebracht met andere protonen, dat deze wijze van onderzoek, niet het resultaat heeft opgeleverd dat werd verwacht.


          Het verheugt me als ik dan hoor wat ze nodig achten om ooit (in 2150) succesrijk te zijn, omdat ik een dergelijke inschatting om succesrijk te zijn, het bewijs levert dat de structuur van de materie en van alle componenten ervan, zijnde dit gene dat binnenin de deeltjes aanwezig is, tot en met de ziel, tot en met de geest erin, niet te ontdekken, niet te bepalen zijn. De fysici zijn wel toegankelijk tot wat van stof is, niet wat van geest is.


          Nu, geven we, aan ‘wat van geest is’ een andere naam - een naam die meer en meer dood gezwegen wordt - en  staan we voor het ondoordringbare, voor het ‘onstoffelijke’ dat is, zonder er te zijn.


          De mirakelformule, waar de fysicus van droomt[1], deze die hem tienmaal de Nobelprijs zou bezorgen, blijft utopisch voor de mens van nu. Het kan dat hij, op een ander vlak, er ooit toe komt, een begin van begrip te tonen voor de mogelijkheid van het bestaan van een vijfde mysterieuze, niet te bepalen kracht - het Higgsdeeltje werd al eens het godsdeeltje genoemd - en tezelfdertijd, dat hij zich  zal moeten onderwerpen en ootmoedig bekennen dat hij de ‘muur’ waar hij aangekomen is, niet kan doorbreken of overschrijden.


          Wat ik schrijf over deze ‘mysterieuze kracht’ is een vorm van speculatie, die geldig blijft zo lang de gezochte formule niet gevonden is. Echter, als ik hoor dat een tunnel van 27 km ontoereikend is, waarom dan zou een tunnel van 270 km een grotere garantie zijn voor succes?


          Ik houd het dus bij mijn speculatie. Ik voel me er deze morgen, goed bij. Het bestaan van een mysterieuze kracht eigen aan de stof, eigen aan het Universum opent enorme mogelijkheden en dan zeker voor de mens die bijna de rand van het leven heeft bereikt.


          Onze geest, deze van de homo sapiens beweegt voortdurend in deze richting.


     



    [1] Gezocht wordt naar een formule die de vier fundamentele krachten: zwaartekracht, elektromagnetische kracht, zwakke en sterke kernkracht, bij elkaar brengt.


    08-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    07-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wildiers versus Vermeersch




          Mijn lichaam verstramt, een te grote beweegloosheid speelt me parten. Tot daar nog toe, maar het gevoel overheerst dat er ook een verstramming aan het optreden is die mijn geest in zijn greep houdt, wat erger is.


          Ik zal, zo stel ik toch, wellicht niet meer ‘ten volle’ meemaken wat zich voor het ogenblik in de wereld van de fysica aan het voltrekken is: de impact van de ‘New Physics’ en al wat hieruit voortvloeit, op ons persoonlijk leven en op de samenleving in het algemeen. Een diepgaande revolutie heeft plaatsgevonden en zet zich onhoudbaar verder. Wat voorheen, een, hoogstens twee generaties terug, weinig zorgen baarde, de gevolgen van de industrialisering, is nu onze diepste bekommernis. We zijn er ons van bewust dat de gevolgen ervan voor onze levenskwaliteit catastrofaal zullen zijn als er niet ingegrepen wordt. Noties als deze van bijvoorbeeld fijn stof, die vroeger onopgemerkt bleven, kunnen nu gemeten worden. De impact van onze levensgewoontes op de natuur wijzen nu, voor velen,  in de richting van een opwarming van de aarde, wat het ergste laat vermoeden voor de toekomst - zo wordt toch gepredikt en betoogd - als niet wordt ingegrepen. Echter, of we nog terug kunnen naar de toestand van vroeger, valt te betwijfelen, zoals ook te betwijfelen valt of we in staat zijn een krachtige halt toe te roepen aan wat vandaag gaande is.


          Het was echter niet mijn bedoeling hier de aandacht op te vestigen - want onnodig, de media staat er bol van - wel op het feit dat we in staat zijn mathematisch en wetenschappelijk de vervuiling vast te stellen en in cijfers uit te drukken en, als we dit in staat zijn te doen, dit te danken is aan de enorme verfijning van de kennis hoe de materie is opgebouwd; een kennis die dermate geëvolueerd is dat we doorgedrongen zijn tot in het hart, zelfs tot in de ziel, het allerbinnenste, van de materie. Wat ik een paar dagen terug vertelde over Jean Charon en zijn wereld van het elektron is er een voorbeeld van.


          Mijn betoog van vandaag - niets wetenschappelijk want ik ben geen fysicus - is hier op gericht dat de verfijning waarvan ik sprak in onze kennis van wat de materie is, onvermijdelijk ook zijn weerslag ‘moet’ kennen, eerder vroeg dan laat, op een verfijning van wat van de geest is en, hieruit voortvloeiend, de impact van beide op elkaar, met als gevolg - en dit schijnt me bijzonder belangrijk toe - dat de filosofie die we gekend hebben op het punt staat een meer kosmologisch gerichte filosofie te worden.


          In feite is deze zich al lang aan het voorbereiden, zelfs niet meer ondergronds, Alfred North Whitehead (1861-1947), zag het Universum als een organisch geheel, met de onderliggende metafysische besluitvorming eigen aan een evolutionistische visie eraan verbonden.


          Tegenover de metafysica van het ‘zijn’ van Aristoteles, plaatst Whitehead de metafysica van het ‘worden’. Teilhard de Chardin van zijn kant, zal de mens, de homo sapiens, inschakelijken in deze evolutie.


          Ik lees hierover  - en het sterkt me in mijn bewering dat ook de filosofie deze evolutie volgen zal - bij een belangrijke filosoof van bij ons, een groot denker, iemand die, in tegenstelling tot een Vermeersch, de diepte van het ‘worden’, tot in de fijnste (kosmische) verwevingen ervan heeft opgezocht: Max Wildiers[1] en dit ziet: ‘als een nieuw verbond tussen mens en universum, een nieuw verbond dat bepalend zal zijn voor de toekomst.


          Er is, mijns inziens, geen enkel excuus om zijn boek, ‘De vijf vreugden van de geest’ dat voor de mens van de XXIste  eeuw de spirituele waarde heeft van een Bijbel, niet te lezen.


          Wat of wie heeft me deze morgen aangezet om dit te schrijven?




    [1] Max Wildiers, 1904-1996, theoloog en cultuurfilosoof: ‘De vijf vreugden van de geest’, uitgeverij Pelckmans, 1995.


    07-02-2019, 06:52 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    06-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De stilte van het zijn

      

          Er gebeurde heel wat de laatste dagen, ik ben heel ver geweest, verder dan de Big Bang ben ik gaan kijken. Je moet het maar doen en het overleven. Thans, nuchter van geest, blik ik terug op wat enerzijds  zwaar, maar ook lichtend van inhoud was. Toch voel ik dat ik hierover niet alles heb gezegd, is het een onderwerp dat me altijd bezielen zal, tot in het eindige van mijn dagen, en zeker dan.


          Het is een geluk voor mij, dat dit onderwerp op mijn programma staat omdat het toegankelijk is en uitgestreken kan worden omdat het oneindig is. Het is een kluif. Het is meer dan een bos, het is een regenwoud waarin je, o zo gemakkelijk, verdwalen kunt. Goed dat ik het weet. Goed dat ik nu en dan zeg dat wat ik verklaar slechts peilingen zijn, slechts een aftasten is van mogelijkheden die zich aanbieden, met dien verstande evenwel dat ze alle uitlopen op, toch voor mij althans, één zekerheid: de dood is niet het einde maar een begin, een terugkeer naar een Eden. Ik wandel aldus in een cirkel, ik vertrek telkens van uit deze zekerheid en keer er, via een omweg naar terug.


          Dit is mijn publiek geheim, een ander heb ik niet. Ik denk dat het dit is dat maakt dat ik niet leeg geschreven geraak, dat er nog altijd iets rest om op terug te vallen en over uit te weiden met andere woorden, vertrekkende uit nieuwere oorden om eens te meer aan te komen op een plaats waar ik nog niet was. Het is dit landschap dat ik elke dag betreed, opneem in mij en waarin ik me beweeg, of het nu realiteit  is of inbeelding, het maakt - buiten het voelen van de kille luchten - helemaal geen verschil, het resultaat is het zelfde.

          Zo is het, alsof ik elke dag, door de velden die ik zo goed ken - de horizonlijn heel laag  als ik op de heuvel kom - naar de vijver rijd. Dat ik er ben, er neerzit of er rondloop, wachtend op een inval, liefst een verwrongen zin. Liefst een regel om er een gedicht, om er wat proza uit te putten. Wat er op neer komt binnen te gaan in de beweegloosheid der dingen en er, even beweegloos, even maar te zijn. Ingekeerd er te staan in het licht dat nog tanend is met nog steeds een groot zwijgen in mij, roerloos, omwikkeld met de stilte die van de naakte populieren is, van de grassen, van de struiken is, die van het water is, van de weerspiegeling is, het enige dat hier beweegt, trillend, ademend.


          Hoe ik ben, als ik er ben, als ik er niet ben: ik ben de stilte zelf, de wind die van de stilte is, die van al de dingen is: de tafel en de stoelen op het terras, de zonneschermen dicht gesnoerd, de blauwe zak met blikjes, roerloos kijkend, niets hoeven ze te zeggen, alles spreekt. Ik er geen eenzaamheid ken, ik er opgenomen ben om er weinig meer te zijn, immer wachtende tot er iets komen zal. Ikzelf het wachten zijnde.


          Wat houd ik dan nog, welk verhaal valt er te vertellen nog? 


          Wat houd ik nog dat van de lente, dat van de zomer was, van de herfst en het vallen van de bladeren? En als ik rond de vijver wandel, wat houd ik nog van hier en daar: de inktzwam sneeuwblank, en recht opgeschoten, een vriend die er niet meer is, voor wie het heerlijk was, licht gebakken in de boter, zo zegde hij toch. Een begin het is, een keren naar wat van het reële is.


          Andere beelden duiken op. Ik blijf maar schrijven. 


    06-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    05-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ruimte die ook de tijd is

        


     

          Ik zegde het al, mijn blogs zijn een etmaal van elkaar gescheiden en een etmaal is niet eentonig, is niet noodzakelijk eensluidend met het vorige, het kan alle kanten op. Als je me leest met er tussen, dezelfde tijdsspanne, kan er geen probleem zijn; lees je me sporadisch dan moet je er het etmaal zeker tussen denken, moet je niet verwachten dat het een aaneensluitende tekst zou zijn.


          Veel betekent dit niet, elke blog is verantwoordelijk voor wat er staat, het werd me ingegeven en ik heb het opgenomen. Van waar het komt weet ik niet, zal ik nimmer weten. Ooit schreef ik, en ik dacht het toen ook, dat het kwam van buiten mij, dat het kwam van de golven die er zijn omheen mijn lichaam en dat in die golven ook mijn herinneringen aanwezig kon zijn. Maar een zekerheid, zelfs niet een halve zekerheid - als zo iets zou bestaan - is dit niet. Een normaal mens stelt dergelijke vragen niet echter, voor iemand zoals ik, die op zoek is naar materie om over uit te weiden is het altijd een dankbaar onderwerp geweest en gebleven.


          Ik heb hierover weinig gelezen. Wel weet ik van een schrijver, Jean E. Charon, fysicus en filosoof, iemand die we plaatsen kunnen in het zog van Teilhard de Chardin, dat hij elke elektron van ons lichaam ziet als een minuscuul ‘black hole’ dat een andere ruimte en een andere tijd bevat;  een ruimte-tijd die een deel geest bezit, die hierin alle gebeurtenissen opslaat en ordonneert. Elke (denkende) elektron, elke eon van ons lichaam, beweert hij, beschikt over de totaliteit aan kennis/aan herinneringen van ons.


          Indien hij het juist heeft gezien - en gaat het tegengestelde maar bewijzen - leven we, zonder er enig benul van te hebben, gevat in een ontstellende oceaan van elektronen, leven we in een niet te begrijpen wereld circulerend in en rondom ons.


          Hij ging nog verder en hij titelde zijn boek: ‘Mort, voici ta défaite’, omdat, zo schreef hij,  volgens de wetten van de fysica deze deeltjes om zo te zeggen een eeuwig leven kennen, zo in het verleden als in de toekomst:


          ‘Cela signigie que notre esprit prend ses racines dans un passé aussi vieux que l’Univers lui-même et continuera, après notre mort corporelle, à partager l’aventure du monde jusqu’à la fin des temps.’[1]


          Ik las hierover veertig jaar geleden en van dan af is deze idee altijd latent aanwezig geweest in mij; heb ik er naar geleefd als ik schrijven/denken ging en is al wat er uit mij ontstaan is, enigszins gedragen door de idee van  de onsterfelijkheid, uitgetekend door Charon. Ik kan me geen beeld vormen van wat is een eon/elektron; Ik weet alleen dat het vreemde dingen zijn die de basiselementen vormen van het Universum; dat we van daar uit moeten vertrekken om te weten, hoe we zijn, wat we zijn en waarom we zijn.


          Het begon, wat ons betreft, allemaal met de Bijbel, deze in een boek - cfr. een zekere Dimitri Verhulst - belachelijk maken is van het kleinste en het laagste dat er is. Want het is van uit de Bijbel, wat er ook moge geschreven staan, dat we vertrokken zijn om te komen tot wat Charon ons voorhoudt, terecht of onterecht, maar in elk geval hoopgevend, en daar komt het op neer.


          Ik eindigde gisteren met de zin die vertrok van in het begin der tijden. Hij had iets te maken met Carl Jung die vond dat we ons allen toch ooit ééns de vraag moesten stellen over wat de dood wel kon zijn. Deze gedachte uitstrijkend, denk ik dat hij die nooit een ‘mogelijk’ verband heeft gezien tussen ‘wat niet te noemen is’ en de Big Bang, een wanhopig iemand is.



          [1] Jean E. Charon: ‘Mort voici ta défaite’, Albin Michel, 1979


    05-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    04-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waar ik vandaag ben terechtgekomen?



          Ik heb geen wijsheden te verkondigen, geen levensregels op te stellen, ik heb enkel te zijn en te weten dat ik ben, wat of wie ik ben en hoe ik ben, en van hier uit te vertrekken om te weten waarom ik er ben. Het is een hele opdracht die een gans leven in beslag neemt. Een leven van vragen en antwoorden; Van vragen die zijn en van antwoorden die niet verder reiken dan gissingen. Carl Popper wist dit heel duidelijk: er zijn geen antwoorden die geen nieuwe vragen oproepen. Hiermede moeten we rond komen. Het is weinig beloftevol maar, het houdt ons levend en dit is al heel wat, we zijn geen dode levenden.


          Het is altijd mijn betrachten geweest - trouwens de uiting ervan is het feit dat deze blog er is - een zoeker te zijn, een pelgrim naar wat is van het Woord dat in den beginne was. Was ik het niet in mijn dagelijks doen en laten, ik was het in de eenzaamheid van de geest, eens teruggetrokken in mijn oase, mijn huis - ook dit van Khalil Gibran - in de woestijn. Pas eens daar, en ik ben er altijd als ik aan het schrijven sla, ben ik ingesteld op vraag en antwoord en poog ik te formuleren in welke innerlijke wereld ik er rondwandel. Ik word dan een andere Ugo, iemand die buiten de realiteit der dingen fungeert. Getekend door het feit dat ik gedoopt werd en opgegroeid ben, gericht naar een God die ook zegde dat hij de enige was. Ik had aldus van in  den beginne  een toevlucht. Wie ware ik geweest indien ik deze niet had gehad, indien ik op de wereld ware gekomen met een totaal lege hemel boven mij, een leerling van Boeddha, van Lao Tseu? Dikwijls stel ik me deze vraag.


          Of, wat indien ik vertrokken was vanuit de leegte boven mij, zou ik uitgekomen zijn zoals ik ben, zou ik een oase in de woestijn gekend hebben, de drang om bezig te zijn met woorden, zoals anderen bezig zijn met beeldhouwen, schilderen, componeren? Ik denk dat ik een ander iemand ware geweest, iemand die geen behoefte had om verder te kijken dan de leegte die hij voor zekerheid hield, zoals er velen zijn en hen treft geen schuld, ze zijn er omdat ze er zijn. Maar ik, ik ben er omdat, zoals me werd bijgebracht, geschapen werd door een God, wat het begin is van elke redenering omdat ik deze regel, dit gegeven zo maar niet verbannen kan uit mij, het zit er in gemetst. Eerder aanvaarden dat het zo wel zou kunnen zijn om me toe te spitsen, van dat ogenblik af, ‘Wie’ die God wel zou kunnen zijn opdat ik zou kunnen begrijpen waarom hij het nodig heeft gevonden van mij er bij te betrekken. Het geeft me, zoals ik het voel, een grotere verantwoordelijkheid, dan ware ik geschapen uit ‘het Niets van het Eeuwige’, echter, zelfs dan zou er in mij de neiging aanwezig zijn me af te vragen of ik ontstaan ben uit de Big Bang of, wat heel wat anders is, ontstaan ben op het ogenblik van de Big Bang.


          In het eerste geval kan ik zeggen - het is heel wat meer dan een geneigd zijn - dat God de Big Bang was/is.

    -


    04-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    03-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dagboek en wat over poëzie

          


          Ik zegde het al, wat ik schrijf is mijn dagboek, iets waarmede ik begonnen ben in 1978 en nog altijd doorloopt. Het gaat wel niet over wat ik doe, waar ik mee bezig ben, het gaat hem in de eerste plaats om de gedachten die ik had/heb op een bepaald moment van de dag of van de nacht. Het is meer dan een gewoonte geworden, het is een noodzaak.


          Ik zeg dit ook omdat ik begonnen ben met het herzien van mijn manuscript dat ik afsloot op einde december. Het is tot nu toe onaangeroerd blijven liggen, maar om te redden wat nog kan moet ik er nu werk van maken. A rato van tien pagina’s per uur, zal het me dertig uren werk vergen en ik wil dat het af is voor ik begin te denken aan de lente. Hoewel jij er, als lezer, niets aan hebt, ik heb het toch neergezet opdat ik me herinneren zou waar ik aan toe ben.


          Eigenlijk - nog zo een vreemd woord - was ik deze morgen opgestaan ,hopende op een zin die het zaad zou zijn voor een gedicht. Il fut un temps dat dit heel spontaan gebeurde, dat de zin plots opdook en uitliep tot een vel poëzie. Dit is iets dat ik kwijt ben, ik ben er niet meer op ingesteld, ik ben heel arm geworden wat dit spontaan opwellen betreft; het is moeite geworden en voor poëzie is dit verkeerd, poëzie is spontaneïteit, het is er of het is er niet, er is geen tussenweg.


          Ik  kan het weten,  heb al honderd gedichten geschreven, ze ontstonden allemaal in een minimum van tijd, daarna bleven ze liggen; omfloerst met de tijd werden ze van tijd tot tijd herzien, wat verkeerd was, want het magische van het moment van de creatie was er niet meer, het had zich opgelost en het volstond een woord ervan te wijzigen opdat het een ander gedicht worden zou.


          Mijn gedichten zijn dus een zorg in meer, een zorg die ik niet heb wat mijn manuscript aangaat. Wat niet belet dat er nood is om ze in een zo beperkte mate als nodig, aan te passen, beter in te schakelen in de trend die zich voor het ogenblik aftekent in het gebruik van beelden die, inspelend op elkaar, een andere vorm van poëzie kunnen brengen.


          Ik heb echter voorbeelden genoeg als ik de poëzie besprekingen volg in de Standaard der Letteren, om te weten dat ik nimmer toetreden zal tot de trend die daar besproken wordt. Volgens mij wordt daar het spontane het (te) ver gezochte, het bijna ongepaste, wat weinig te maken heeft met het magische aspect eigen aan de poëzie die ik aankleven wil en wens.


          Ik blijf uiteindelijk bij het gevoel dat ik mijn gedichten uitzuiveren moet, er is teveel van het  overtollige in opdat ze enige kans zouden kunnen maken mee te gaan met de poëzie van het ogenblik. Of ik dit nog kan weet ik niet, mijn stijl van schrijven zit vastgeroest, zoals de draad van de afsluiting, gegroeid zit in de wilgen, een beeld dat me bijblijft.


          Na mijn kwelling van gisteren is dit een andere kwelling die oprijst, weliswaar van een totaal andere aard.

     


    03-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    02-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zelfbeeld bij het 'rijzen' van de sneeuw

        

       

          Halsstarrigheid is een vreemd woord, maar het is toepasselijk op mij. Ik jaag iets na wat niet te bereiken is en ik blijf maar pogen om het onbereikbare te bereiken. Wie doet zo iets, wie is zo crazy om hierin te volharden?


          Later - die later komt dichterbij - zal gezegd worden het was iemand die elke dag een blog schreef die niet door velen gelezen werd, maar wel door enkele getrouwen die hem volgden in zijn sterk persoonlijke bespiegelingen over wat was en niet was. Het ene was hem even belangrijk als het andere. Hij was diepgaand en hij was tezelfdertijd opstijgend, soms moeilijk te volgen, maar we lazen hem omdat hij verrassen kon, omdat hij schreef over dingen waar niemand anders over schreef en dan nog in een taal die hem eigen was, een taal die niemand nog gebruikte, die van een vorige generatie was. Zoals zijn onderwerpen waren, was zijn wijze van zien, zijn manier om de dingen te benaderen, even aan te raken en dan bloot te laten liggen, als aas, niet voor de gieren maar voor de mens van goede wil.


          Zal men zeggen we hebben hem lief gehad, of laat ons stellen, geapprecieerd om wat hij schreef?


          Hij trachtte altijd literatuur te bedrijven, hij was echter (te) weinig verhalend; hij was geen man van de breedte, hij was er een van de diepte en de hoogte, zoals Mahler; hij was niet van het aardse, hij was van het landschap van de geest, een eerder eenzaam oord om te frequenteren maar, beperkt in wat hij wist of kende, was het de plaats waar hij zich uitleven kon want, in het diepste van zijn gedachten was hij poëet. Echter de poëzie heeft hem niet ver gebracht, niets heeft hem ver gebracht en hij besefte het. Hierin toonde hij zijn halsstarrigheid, een woord dat voor hem werd samengebracht als een vorm van star kijken, zo in het verleden als in het nog komende, en blijven kijken alsof hij aldus de dingen beïnvloeden kon, raken kon tot in het merg ervan. Hij zich vergiste natuurlijk, schromelijk zelfs gezien de tijden waarin hij leefde.


          Van wat hij schreef zal weinig overblijven, wat brijzels hier of daar, vergeten. Niemand zal er naar uitkijken, te eenzijdig, te weinig vorm, te gelaagd in wat van de wereld is en dus te voorbij gestreefd, te veel T.S. Eliot en te weinig Paul Auster, niet meer passend om op te nemen in de massa Letteren die in de etalages liggen. Zo, de tijd zal er overgaan en alles zal stof worden, het lot dat elk van ons beschoren is en waaraan maar enkele ontsnappen: een Ovidius, een Dante, een Shakespeare, een Proust, namen, diep uit de tijd der tijden die ons blijven volgen.


          Hij dacht aan Jules Verne, zijn eerste liefde. Dankzij die ene man, de hoofdonderwijzer die voelde hoe hij was, die hem die lezen liet. Hij ze las tot in het ovenhuis, tot in het golvend koren; hij, met het stuifmeel van het woord bestoven van vroeg in zijn jaren. Zijn heimwee naar wat van het woord toen was, hem lang heeft nagevolgd.


           Te lang hij is blijven dromen.



    02-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    01-02-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gewoonte

     

          Het gebeurt zelden dat mijn morgen zonder schrijven voorbij gaat, gisteren was zo een van die dagen, een indigestie hield me lang  in bed. Het effect van de nieuwe sneeuw ontging me, ook als het licht van de helle winterzon erover gleed, was er geen reactie in mij, de gloed raakte me niet. Een gevaarlijk precedent als het lichaam de geest in bedwang houdt op een ogenblik dat je ziet als een nieuw beginnen. Want het schijnt me toe dat terug gaan van 31 naar 1 een afsluiten en een herbeginnen is. Hoewel het maar inbeelding is, het gevoel is er toch, het houdt me bezig omdat ik weet dat deze overgangen minder en minder zullen voorkomen. Dit is wel voor iedereen het geval maar als  de balans te ver overhelt naar wat het einde is, schept dit een licht ongemak dat wordt opgemerkt, vooral als je aan het schrijven bent. Het houdt je vast, meer dan wenselijk is.


          Dit is zo als je self-awareness aan het woord is: als je ziet hoe het met jou is gesteld en het met jezelf is dat je begaan bent, meer dan met wat je doet of wenst te doen; als je toekijkt op wat binnen in jou aan het gebeuren moet zijn, een soort van aftakeling waar je enkel naar het gissen hebt, maar dat onvermijdelijk plaats moet vinden, er zijn voortekenen genoeg voorhanden; eigenlijk de moeite niet ze op te sommen, beter is dat elkeen ze voor zijn eigen lichaam zoeken gaat.


          Laat ik zeggen dat het geen al te grote zorg is, zolang het geen beletsel is om te gaan halen wat ik brengen wil elke dag, als er geen muur wordt opgetrokken die me scheidt van het echte leven dit dat van de geest is. Hier sla ik elke beweging gade, verontrustend is als ik zoeken moet naar een naam die ik honderdmaal heb vernoemd en plots verdwenen schijnt, dit is dan een ander voorteken, een dat me wel zorgen baart.


          Ik ben nu, in mijn betoog van vandaag aangekomen waar ik hoegenaamd niet dacht aan te komen, in de verste verte niet, het was my self-awareness dat aan het schrijven was, aan het toezien was op hoe het gesteld is met de persoon, de schrijver die ik nog ben. Alles bij elkaar genomen schijnt er weinig gewijzigd, ik kom nog altijd terecht als ik maar een eerste zin heb om me aan vast te houden, om de zin toe te laten zich te ontwikkelen, zich uit te smeren over mijn blad. Het is dan de zin zelf die het werk doet, ik zelf hoef maar op te tekenen wat hij me zegt en, ik blijf me afvragen wie of wat het is die me de woorden dicteert, iets dat is van het bevreemdende dat van het leven is, en niet alleen van het leven, maar van het feit dat we er zijn om dit te zeggen. Ik denk dan ook aan de 'dove' Beethoven die zijn negende, noot na noot, ritme en volume, instrument na instrument optekent, enkel en alleen geleid door zijn levende geest.  


          Wat mijn schrijven  betreft, het is telkens zo - of het enkel en alleen die van mij is, en die van Beethoven, weet ik niet - maar ik word het gewoon.


    01-02-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    31-01-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De maand die zich sluit


     


          Ik sluit de maand zoals ik ze begonnen ben, niet wijzer, maar ook niet armer, niet uitgelatener, maar ook niet gelatener. De dagen zijn over mij heengegaan - in een boog, zoals Gaby Desmyter het zegt - lijk de wolken over de velden en de huizen, ze hebben me amper geraakt, me niet leeg gehaald, me niet verrijkt. Ik ben gebleven wie ik was, en hoop het nog een tijd te blijven: een man van jaren.


          Uitzonderlijk is dat ik een dagboek bijhoud, maar dan een dat ik waag rond te strooien lijk bladeren in de herfst. Er zijn er die terecht komen in de leestuin van hen die vrienden geworden zijn, andere blijven vallen tot in het oneindige, het oneindige van het van het ‘niet-meer-zijn’.


          Ik wil evenwel geen rekening houden met waar mijn woorden terecht komen of waar niet, het relaas ervan, als ik bezig ben, zou me te ver leiden tot voorbij de grenzen van het  aangename. Ik houd het  zoals het is, gebaseerd op een zwijgende overeenkomst: hun getrouwheid om even met mij te vertoeven in de warmte van mijn woning of in de wandelgangen van wat van de wereld is. Met dit voor ogen sta ik sterk.


          Wel vraag ik me af wat ik, in het tiende jaar dat ik bezig ben nog weet te schrijven wat ik nog niet zou gezegd hebben. Maar ik ken ook schilders die al een gans leven aan het schilderen zijn en toch regelmatig, nu en dan, met een nieuw doek te voorschijn komen die relieken dragen die wijzen naar hun vorige werken. Van mij kun je dan ook niet blijvend het tegengestelde verwachten, ik ook heb er nood aan terug te blikken op wat van vroegere dagen was, in het bijzonder van de vroegere werken die ik las.


          Het gebeurde immers  dat ik steeds minder en minder ben gaan lezen, dat ik de nieuwe, opkomende literatuur, op zij heb gehouden omdat ik toegespitst was op w       at ik te schrijven had en dat elke nieuwe lectuur tijdverlies betekende voor mij. Ik meende dat ik voldoende gelezen had


          Ik communiceer dus met een bagage aan werken van schrijvers die ver in de tijd liggen. Mijn houvast is wel noch Jules Verne, noch Ernest  Claes of Walschap, ik heb een tijd lang de volgende generatie gevolgd, ik citeer nog altijd T.S. Eliot, Maurice Gilliams, Saint John Perse, maar ik waag me niet aan de schrijvers van nu, uitgezonderd Stefan Hertmans misschien, Houellebecq misschien.  Maar dit is nu ook al een tijd geleden, de tijd gaat heel vlug voorbij in dit land.


          Ik vergeet er natuurlijk, zo erg is het nu ook niet gesteld met mij, maar ik herhaal, veel lees ik niet meer, ik schrijf en ik lees mezelf achteraf, niet eenmaal maar ettelijke malen, soms tot vervelens toe. Echter, eens dat stadium voorbij, me herlezen doe ik enkel uit noodzaak bij gebrek aan beters.  Zo ligt er nog altijd het manuscript zoals ik het verlaten heb. Het dringt nochtans dat ik het herneem en kuis van al het overtollige.


          Het is op deze beschouwing dat ik mijn zoveelste maand januari afsluit, men zegge het voort.      


    31-01-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    30-01-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een vlok eeuwigheid


     

    Wat ik jullie breng zijn geen uit- maar eerder op-spattingen van de geest. Soms, ontstaan ze bijna spontaan: een woord, een zin voert me binnen in een andere zin en voor ik het besef sta ik met beide voeten in een landschap dat ik voorheen niet kende, zo gaat het nu eenmaal. Het is, zoals bij een tekening die vertrekt uit een lijn, en in die lijn liggen, in potentie, een gans blad lijnen verscholen die een voor te voorschijn zullen komen. Het grote wonder, met de nadruk op wonder, van het creatieve dat schuilt in de mens of de roep die uitgaat van de geest en bevrijding wordt.


          Het houdt niet op, het is veel meer dan een spelen met, het is een noodzaak. Mijn vrienden: de schilders, beeldhouwers, poëten weten dit, ondergaan deze roep, kunnen er onmogelijk aan weerstaan. Ik denk dan aan het gedicht, een wankelend, woord-inventief, schilderend gedicht dat ik elke maand krijg toegestuurd, letterlijk gezogen uit de foto op de achtergrond. Als poëet is hij een tikje Teilhard de Chardin, hij tracht door zijn eigen woordkeuze en woordvorming, het binnenste van wat hij ziet en voelt, bloot te leggen, tezelfdertijd is hij aldus ook een stukje Henri Michaux, waarvan ik een paar dagen geleden geschreven heb ‘qu’l était le poète de l’expérience intérieure’, maar hij dan van een andere geaardheid, dichter bij de natuur die hij interpreteert als hij schrijft:


    We zullen verder wandelen in de bogen

    van de trage dagen, prevelend.


          Of hoe de kleine gemeenschap van vrienden die ik, om mij, heb opgebouwd, geleid en bezeten wordt of, om het nog bloemrijker te zeggen, opgezweept  wordt door het creatieve dat van hun leven is.


          Ik onderga hen en ik nestel me onder hen, er ontbreekt nog een componist om een bloemlezing te vormen van alle kunstuitingen. Echter is de componist er niet, de muziek is er: ‘Klara’ is er die ons verblijdt, deze enorme rijkheid die ons elk ogenblik van de dag als van de nacht ter beschikking staat. Wat een wereld we betreden kunnen eens we ons ontdoen van de uiterlijke grenzen ervan en binnentreden in de velden van Elysium.


         Hoef ik er vandaag, nog iets aan toe te voegen, opdat je weten zou hoe ik me voel en hoe ik in deze ogenblikken heb geleefd, in het licht van de morgen en de wolk muziek uit het oratorium ‘Davidde penitente’ van ons aller vriend Wolfgang Amadeus.


          Ik zeg het maar om je eraan te herinneren over welke exclusieve rijkdom we beschikken kunnen: woorden betasten gehuld in wat van Mozart is.


          Een vlok eeuwigheid. 

     


    30-01-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    29-01-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De wereld van de geest



    Ik voel me niet goed bij wat er gisteren verschenen is: te ingewikkeld mijn inleiding, om dan uit te komen bij een simpel (!) gegeven, namelijk dat er Iemand moet geweest zijn, of dan toch Iets, om de Big Bang te ‘provoceren’. En, ik geloof in het bestaan van dit Iets of die Iemand, een Veiligheidsklep voor het uur van mijn heengaan.


    Echter, zonder mijn woorden te herlezen is er de indruk dat ik, in plaats van duidelijk te zijn geweest, verwarring heb gesticht; dat mijn introductie naar mijn hoofdgedachte toe, te ingewikkeld is geweest. Ik heb zo lang mogelijk gewacht om de tekst in te loggen, zodat ik het vergeten was en het pas in de morgen heb opgemerkt - ik schrijf mijn blogs bijna altijd de dag ervoor - zo schreef ik deze van vandaag, op 28 januari in de morgen.


    Er zijn er nog die met dit, eerder onaangenaam, gevoel zitten, die in hun ijver een woord gebruiken, zelfs een dat Van Dale niet kent, dat verkeerd gekozen werd. Het gebeurt enkel en alleen bij hen die zich de moeite getroosten te schrijven, niet bij hen die het woord onder ogen krijgen. Dat dit dan, denk ik, een andere soort troost weze voor de schrijver van het ‘verkeerde’.


    Toujours est-il dat ik elke morgen de handen en vooral de geest vol heb met mijn blog, que cela dépasse largement la prière matinale, want het is iets geworden dat me de ganse dag bezig houdt.


    Ik krijg weinig reacties op wat ik achterlaat en als deze er zijn dan komen ze altijd uit zelfde hoeken. Ik had reacties verwacht op mijn Vermeersch-blog, omdat ik hierbij een vergelijking heb gemaakt naar een Teilhard de Chardin - iets wat te ver gegrepen was - maar het werd gelezen en schijnbaar aanvaard. Ik durf niet veronderstellen dat er van mijn generatie zouden zijn die Pierre Teilhard niet kennen of van hem hebben gehoord, maar ik weet en ondervond dat hij voor de jeugd van heden een illustere onbekende is, zelfs bij hen die universitaire studies hebben gedaan. 


    Hoe moet ik hem aan hen voorstellen? Als het niet zou zijn als een verlichte, als een metafysicus, als iemand die zich bewoog in de wereld van  het binnenste die hij projecteerde in de wereld van het buitenste en hieruit zijn conclusies trok, conclusies die totaal nieuw waren en nog zijn voor de wereld van vandaag. Hij was het die een psychische substantie toekende niet alleen aan al wat leeft, maar ook - en hierin was hij de grote vernieuwer - aan de materie, aan het atoom, aan de deeltjes hoe minimaal ook.


    Keer ik terug naar mijn Big Bang van gisteren dan is het onweerlegbaar, en Prigogine moet dit ook geweten hebben, dat de overgang van deeltjes in potentie naar reële deeltjes die zich daarna gevormd hebben tot atomen en moleculen en verder tot sterren, kennis bezaten, wisten hoe dit gebeuren moest en, dat ze deze kennis nimmer verloren hebben, nog bezitten dus. Een elektron op zijn baan rond de kern, weet wat hem te doen staat als hij, om  een of andere impuls zijn baan verlaat.


    We spreken dan over de basis van ons bestaan, over wat gebeurt binnen de dingen die ons omringen en waar we ons niet de minste rekenschap van geven. Het was deze wereld die Teilhard voor ons heeft bloot gewoeld.


    Mijn gedachten volgend, is mijn morgengebed terug een opstijgen geweest in de vreemde wereld die van de geest is.


    Kun je het me vergeven?


    29-01-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    28-01-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Big Bang en wat ik er over denk



    Ik begeef me eens te meer op glad ijs, op een glijbaan die uitloopt tot in het oneindige met de vraag die iedereen zich ooit eens zou moeten stellen, is er in de dingen die zijn, is er in de Kosmos, een geborgen ‘aanwezigheid’ of zijn de dingen in de Kosmos en de Kosmos zelf, de mens inbegrepen, zijn die er juist maar om er te zijn zonder meer?


    Waarom haalde ik gisteren Elya Prigogine binnen, wie denkt er nog aan die man of wie heeft er ooit aan gedacht? Het is niet van een Nobelprijswinnaar dat je verwachten moogt dat hij duidelijk, wat die voor mij ‘eeuwig hangende’ vraag betreft, een standpunt zou innemen want, wat de metafysica betreft, en hier gaat het om, zijn er geen duidelijke standpunten in te nemen, een Nobelprijs waardig. We  bevinden er ons niet in  het domein van het zichtbare, het waarneembare, neen, we overstijgen hier de wereld van Michel Onfray, die het metafysische verwerpt, verbiedt zelfs.


    Prigogine is een man die vertrekt van  een potentieel Universum - un pré-univers dat hij ‘le vide quantique’ noemt - waaruit, probablement, zegt hij, hij is voorzichtig wat ik niet ben, ons Universum is ontstaan[1].


    Nu, hij legt dit uit als deeltjes die er waren in potentie, die overgegaan zijn naar reële deeltjes. Wat hij niet zegt is dat de overgang gebeurde op het moment van de Big Bang, deze inherent zijnde aan al wat in potentie aanwezig was, maar ik veronderstel dat de overgang enkel op dat moment kan gebeurd zijn.


    Men zou dan kunnen denken aan een Aanwezigheid die de overgang van het ene naar het andere in de hand heeft gehouden, heeft bewerkstelligd. In elk geval echter, blijkt uit de visie  van Prigogine dat er een begin was vóór het begin, a kind of blueprint van een Universum, vóór de Big Bang, wat Fabre d’Olivet meent te kunnen lezen in het boek Genesis.


    Prigogine spreekt natuurlijk niet over wat de Big Bang veroorzaakt heeft, hij zegt wel ‘que c’est probablement ce vide quantique qui par ses fluctuations, a créé l’univers dans lequel nous nous trouvons.


    Het is ons duidelijk dat ook deze fluctuaties, deze schommelingen deel uitmaken van die potentialiteit die er was. We kunnen zelfs een naam geven aan deze potentiële aanwezigheid, en ik denk dat er heel wat zijn die er een naam voor hebben, maar met een naam begint het opsommen van de hoedanigheden ervan en begint ook het gevaar er aan verbonden. Voor mij, om het simpel te houden, blijft het ditgene dat schuil gaat achter de singulariteit, Big Bang.


    Vergeef me als ik op een maandag met dergelijk gewichtige dingen te voorschijn kom. Weet echter dat ik deze schreef de zondagmorgen er voor, vóór het licht opkwam, in het noman’s gebied tussen licht en donker en dat mijn woorden het eigene aan dit gebied in zich dragen.


    Zeggen we dat het in feite, een spel is, woorden in te zamelen die op elkaar zijn afgestemd en een vaag beeld brengen dat overeenstemt met het beeld van die ‘aanwezigheid’ die op geen enkele zuiver afgelijnde wijze kan voorop gesteld worden.


    Ik ben vertrokken met de glijbaan uit mijn jeugd, de ‘sleerbaan’ waar een vriend me aan herinnerde. Een woord dat is blijven hangen, Vermeersch heeft er zich op geënt, Onfray en Prigogine, drie speerpunten. Ik heb getracht er een geheel van te maken omdat ik een blog had te schrijven en omdat ik niet weet hoe mijn dag er verder zal uitzien en welke andere mogelijkheden ik hebben zal.


    Ik denk echter dat ik op iets totaal nieuw ben uitgekomen, namelijk - en je zult het me moeten vergeven - op de Aanwezige Aanwezigheid achter de Big Bang.


    Om eerlijk te zijn, ik had er voorheen nog niet aan gedacht.




    [1] ‘Et, pour moi, la transition entre le pré-univers et l’univers est avant tout un problème de passage du vide qui contient des partcules en puissance à des particules réelles. Ilya Prigogine: ‘De l’être au devenir', Edition Alice, Liège, 2000, p. 43


    28-01-2019, 06:47 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    27-01-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vertrekkende van Prigogine.


     

    Ilya Prigogine, Nobelprijs Scheikunde, waagde het, in zijn tijd te schrijven[1]:

     

    ‘La période de temps qui nous sépare du big bang est d’une brièveté surprenante. L’exprimer en années signifie que nous prenons pour horloge la rotation de la terre autour du soleil. Tourner quinze milliards de fois est assez peu de chose si l’on se souvient que dans l’atome d’hydrogène, l’électron tourne pour ainsi dire à peu près dix mille milliards de fois par seconde’. 


    De exactheid van de getallen heeft hier weinig belang maar, waar ik toe komen wil: Etienne Vermeersch moet dit ook gelezen hebben en heeft hij het niet gelezen hij moet toch geweten hebben dat de elektron in een atoom waterstof zich met een enorme snelheid slingert omheen de kern en ook, alle proporties in acht genomen, op grote afstand ervan, maar heeft hij er ooit over nagedacht, hij, zoals hij zelf beweerde, als atheïst, dat hier iets aan het gebeuren was dat we ons onmogelijk konden voorstellen, dat dit, zoals de titel van het boek van Prigogine, het einde betekende van alle zekerheden; dat we ons aldus evenmin met zekerheid konden uitspreken over het al dan niet bestaan van God, laat staan, van Iets dat boven alles uitsteeg.


    Ik denk dat hij niet bezig is geweest met elektron, proton, neutron, de wereld van de New Physics. Hij heeft, zoals zovelen, deze wereld geïgnoreerd en zich meer dan blind gestaard op de God  van de Kerk, de God van de Bijbel en al wat ermee verband houdt, wat een uiterst gemakkelijke bedoening was en is: zeggen dat die God niet bestaat en dus dat je atheïst bent, wat betekent een aanhanger van het absolute Niets.


    Michel Onfray schreef er een boek over. Ik kocht het in Spanje, het is dus, vertaald in het Spaans dat ik het (getracht) heb te lezen: ‘Tratado de ateología’[2]. Hij noemt zijn boek wel ‘Física de la Metafísica’, maar hij heeft zich in zijn traktaat nooit ingelaten noch met Prigogine, noch met de ‘New Physics. In zijn werk komen deze begrippen niet voor. Ik denk dat hij hierin zelfs de New Physics niet heeft vernoemd. Hij is, zoals Vermeersch, blijven hangen rond al wat de God van de Kerk en Bijbel betrof maar hij heeft niet verder gekeken en op die basis was het gemakkelijk, vastgeketend aan een humane God, om te zeggen dat die niet bestond en te schrijven over het atheïsme.


    Het is nochtans pas met de big bang en de meer dan ingewikkelde, onnavolgbare structuur van het atoom, in het achterhoofd, dat over het bestaan van een God - een Iets dat alles overtreft - gesproken kan worden.


    Het is het bestaan van deze twee elementen, maar er zijn er oneindig meer, dat ons toelaat te dromen over het bestaan van een soort Ego van het Universum, waarbij Spinoza ons voor is gegaan. Spreken over het atheïst zijn is hierbij een hol woord. En het is precies dit ‘droomgebied’ dat Onfray ons wil ontnemen als hij schrijft : ‘la inteligencia, atea a priori, impide (verbiedt) el pensamiento màgico.’


    Dit vind ik een verschrikkelijk standpunt. Je m’y oppose de toutes mes forces.



    [1] Ilya Prigogine: ‘La fin des certitudes’, Editions Odile Jacob, 1996, p.202

    [2] Michel Onfray: ‘Tratado de ateologia’, Anagrama, Barcelona, 2006


    27-01-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    26-01-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De strijder, Etienne Vermeersch




    Het is je een kwelling als je slapen gaat en je niet weet waarover je bij het opstaan schrijven zal, en het gebeurt nu regelmatig meer dan vroeger. Hoe verdedig ik me, hoe haal ik uit het niets van de morgenstond wat ik nodig heb. Ik sta wel niet aan de klaagmuur, ik denk dat dit eigen is aan allen die het wagen op een of andere wijze creatief te zijn. Dus, zoek het maar uit als je jezelf niet ontgoochelen wilt, want niet slagen komt neer op een zekere vorm van teleurstelling die je ten allen prijze vermijden wilt.


    Om er iets aan te doen neemt je, als je naar bed gaat, altijd een boek bij jou. Gisteren had je een biografie over Henri Michaux,[1] poète de l’expérience intérieure’, las je, ‘Nul, mieux que lui, par l’écriture ou par la peinture n’a su explorer ces ‘espaces du dedans’.


    Het inspireerde je gisteren - de dag ervoor was het een vriend - om je blog te schrijven, in feite heb je niet veel nodig, want jij ook volgt, zeer gematigd evenwel, de voetsporen van Henri Michaux; jij ook bent geneigd meer aandacht te schenken aan wat binnenin de dingen te ontwaren is dan wat er, van buiten uit, te zien is. Je bent aldus, niet alleen een beetje Michaux maar ook een beetje Etienne Vermeersch die in alle stilte op 18 januari van ons is heengegaan.


    Zeggen we over Vermeersch dat het een enorm verlies is voor het landschap van de filosofie in dit land. Zo voel ik het toch aan. Ook ‘De Morgen’ die wijdt er vier volle pagina’s aan. Onlangs had ik het over het afsterven van de arabist Urbain Vermeulen, een man die de uitersten van de Islam kende en het agressieve en westers-vreemd erin openlijk veroordeelde. Vermeersch was even baanbrekend en toonaangevend als het ging over het leven en het einde ervan. Ik heb hem echter gekend, meer als een afvallige christen en            al wat hier mee verband hield, dan als een bouwer van nieuwe theorieën over God en eeuwigheid. Ik heb hem gekend als iemand die elk dogma verwierp en er op hameren bleef, dan als iemand die, zoals Teilhard de Chardin de dogma’s zag als een archeologisch aspect van een bericht zijn naar God die voor hem ook het beeld van Spinoza’s God moet geweest zijn, maar wat hij niet openlijk heeft willen zeggen omwille, misschien wel,  van zijn verknochtheid aan de figuur van Jezus.


    Teilhard kwam, vertrekkende van het negeren van het dogmatische tot totaal nieuwe begrippen die zich situeerden in het domein van de metafysica; Vermeersch beet zich stuk op wat al lang geweten en voorbij gestreefd was. Er zijn er nog heel wat die dit niet laten kunnen, het thema wordt keer op keer hernomen. Ergens heb ik ooit geschreven dat Hugo Claus een totaal andere schrijver zou geweest zijn indien hij niet halsstarrig de Kerk had gezien als de ‘mis’-leidende macht. Hij ook is blijven hangen in het voorbije in plaats van het voorbije te laten voor wat het was en vooruit te kijken naar wat er anders nog mogelijk was.


    Ik ontneem Vermeersch helemaal niets, integendeel ik heb altijd met aandacht en met bewondering gekeken en geluisterd naar zijn optredens die uiteindelijk heel wat hebben teweeggebracht op het belangrijk gebied van euthanasie. Hij was een filosoof maar geen vooruit-denker, in elk geval ik ken hem niet als dusdanig.


    Hij was een strijder, een man van de westerse beschaving, die met een zorgzaam oog keek naar de infiltratie van de Islam in West-Europa; een infiltratie, die, in hun verzet tegen rechts, door de linkse groeperingen oogluikend geduld werd en wordt. Het is vooral als voorvechter voor wat er rest van de westerse beschaving dat we hem missen zullen, zoals we trouwens ook Urbain Vermeulen missen.




    [1] René Bertelé: ‘Henri Michaux’, Poètes d’aujourd’hui. Seghers, 1973.


    26-01-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs