Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    26-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waar ik aangekomen ben



    Er is een tijd geweest dat ik dacht ruim te zitten, dat ik dacht normaal nog over een massa jaren te beschikken. Dit is nu niet meer het geval, ik weet nu dat mijn jaren beperkt zijn tot hoogstens enkele eenheden, of ik nog ooit een Koningin Elisabeth Wedstrijd voor Viool zal meemaken valt sterk te betwijfelen. Ik zal er geen cijfer, geen percentage - waar vandaag mee gegoocheld wordt - op kleven, maar de kansen zijn flinterdun geworden. Ik leef er mee, het is een achtergrondgeruis, zoals naar ik hoor het geruis van de Big Bang nog altijd te horen is, meer is het niet en ook, het stoort me niet, er is toch geen ontkomen aan.


    Deze toestand beïnvloedt niet mijn levenswijze, het zijn enkel de beperkingen opgelegd door mijn lichaam, niet mijn gedachten die me er op wijzen. Het is het onvermijdelijke dat toeslaat, het is zo en we aanvaarden het, hierover is geen enkele twijfel. Daarenboven hebben we het groot geluk nog niet uitgeleefd te zijn, nog heel wat te doen te hebben en deze gedachte voedt en houdt ons recht. Ik wou het toch eens gezegd hebben, opdat je me niet zou zien als een uitgedroogde man - wat ik wel ben maar niet geestelijk. Het is maar dat ik ooit stond waar jij nu staat en dat jij eens in de toestand komen zult waar ik nu sta en je weten zult wat ik weet, vooral dat het geen drama is, in tegendeel, het is eerder een geruststelling, een vooruitzien naar iets dat totaal anders zal zijn. Waarvan we misschien zelfs niet zullen beseffen dat het anders IS. Des te groter is het verwachten. Op deze wijze ben ik vandaag ingesteld op wat het leven is, op wat het verder verloop van mijn dagen is.


    Niemand echter, behalve zij die me kennen, houden hier rekening mee. Zo krijg ik van uit alle hoeken en kanten voorstellen alsof ik nog een jonge man zou zijn, zoals men zegt in de fleur van zijn leven. Hou er mee op aub. Zo is er De Standaard die me tracht te verleiden met allerlei voorstellen om me in te schakelen in hun abonnee-circuit. Ik zoek een weg, en deze blog is er een, om hen te zeggen, dat ik de Standaard op een voet van gelijkheid stel met Le Monde, met El País, zijnde een massa interessante teksten die ik te lezen krijg en waarvoor ik de tijd niet heb of wil hebben. Want ik vind het totaal onfair me te beperken tot het lezen van de titels van een artikel als ik weet de moeite die het aan de auteur-journalist moet gekost hebben om het te bedenken en te schrijven. Dit is in elk geval het gevoel dat ik er aan overhoud telkens ik het dagblad dichtvouw, een deel(tje) ervan gelezen.


    De Standaard zou dus het geboortejaar moeten toevoegen aan hun adressenbestand, want ik wens niet voortdurend in verleiding te komen, noch door hen, noch door om het even welk ander dagblad of firma.


    Ter verdediging van mijn  standpunt, zeg ik hen, en dan vooral aan De Standaard, dat ik een regelmatige lezer ben van hun vrijdag-uitgave, omwille van hun Standaard de Letteren - SdL - dat dit en in feite enkel dit deel, deze katern is die me nog boeit, die me ‘soms’ helpt om een van mijn dagelijkse blogs te schrijven, waarvoor ik hen dankbaar ben.


    Het is dus goed voor hen te weten dat ik hun blad zeer genegen ben, maar dat het dagelijks door nemen/lezen ervan me overstijgt me, het bijhouden van mijn dagelijkse blog vergt te veel van mijn concentratie, overspant me. En overspanning op mijn leeftijd is te mijden.


    Aan De Standaard vraag ik dus begrip te hebben als ik niet wens in te gaan op de aanbiedingen die me regelmatig gedaan worden. Op een bepaalde leeftijd gekomen is men de wereld ontgroeid en dit is mijn geval.


    Om oprecht te zijn, vandaag niet helemaal. Wat ik moet, straks in het stemhokje, is denken aan het gevaar dat mijn achterkleinkinderen lopen: het binnensijpelen in dit land van oncontroleerbare religieuze fanatiekelingen die de dood niet schuwen, welke partij, die zeggingskracht heeft, treedt hier openlijk tegen op? 



    26-05-2019, 07:57 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    25-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De tegenstelling.


     


    Ik zit nog altijd gevangen in de wereld van de Koningin Elisabethwedstrijd voor viool die een bijzondere accent legt op de meidagen van nu. De intensiteit ervan, zoals ik deze momenten beleef, staat in schril contrast met wat de media te vertellen hebben over de komende verkiezingen. Enerzijds, is er de verfijning, het  stille genieten en het ingekeerd zijn en anderzijds het brute, het obsederend, het afstotende, het zich immer herhalende van de taal van de kandidaat-volksvertegenwoordigers, om daarna, eens verkozen, laat ons zeggen voor 10% het land en voor 90 % de partij waartoe ze behoren, te dienen, terwijl ze nochtans betaald worden, en goed betaald, om het land à 100 % te dienen. Dit is wat de jaren me geleerd hebben. Vandaag schitteren ze op vele gebieden in de media; strooien ze beloftes rond op volle pagina’s, het kan niet op. Ze verleiden ons wat ze allemaal gaan doen. Maar wat ze niet zeggen is dat ze de tering gaan zetten naar de nering; wat ze niet zeggen is hoe ze de deficits van de vorige regeringen gaan oplossen. Zeg me, geef me een goede reden waarom ik naar hun gebazel zou gaan luisteren. Een zaak is zeker, ik moet het niet hebben van al wat links is.


    Hoe het eindigen zal is geldig zo voor de verkiezingen als voor de Wedstrijd. Na de uitslag van zaterdag is er de uitslag van zondag, beide zullen gejuich en teleurstelling brengen, euforie en ontgoocheling, een momentopname waar we getuige van willen zijn.


    De dag erop volgend, herneemt het leven zijn gewone gang, hetzij met de laurierkrans op het hoofd, hetzij  met het hoofd in de grond. Gelukkig zij die er aan ontsnappen, want welk resultaat ook, het leven waait verder uit voor de overwinnaars als voor de verliezers.


    Met mijn blog zit ik er middenin. Kijk ik naar buiten, ik kom in de verkiezing terecht; kijk ik naar binnen het is de Concours die zich aanmeldt, en het is deze laatste die me het meest boeit. Het is een vreugde er mee begaan te zijn. Er blijven nog twee avonden, voor driemaal Tsjaikovski en een Brahms, daarna komt de apotheose voor de ene, de ontgoocheling voor de andere, we zullen meeleven met beide. Eén kans op twaalf is niet veel, zes kansen op twaalf is verdedigbaar, dit is het risico dat gelopen wordt. Ze weten dit van bij de aanvang, maar deel uitmaken van de verliezers is zwaar om dragen voor een tijd dan toch, vooral voor zij die deelnamen en zich realiseren dat ze nog niet zo ver staan als ze wel dachten. Hen wens ik volharding en veel moed. Ik ben met hen begaan, zoals ik met allen begaan ben die een moeilijke periode door te maken krijgen.


    Het verschil tussen wat buiten gebeurt en binnen is duidelijk, voor de verkiezingen heb je niet veel te leren, soms wordt het je zelfs in de schoot geworpen. Voor de deelnemers aan de Wedstrijd is het een gevecht van elke dag over een uiterst lange periode, wil men enige kans maken. Het is een levensstijl, een opgaan in de kunst van de muziek. Als ze slagen, en er zijn er altijd heel wat, zijn ze vreugde en verwondering, zijn ze momenten van vervoering.


    Het zijn die momenten die we broodnodig hebben.


     


    25-05-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    24-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Koningin Elisabethwedstrijd voor Viool 2019



    Dit is wat ik schreef, de morgen van donderdag 23 mei na de dag van het optreden van de Roemeense violoniste Ioana Cristina Goicea.


     

    Ik vraag me af voor wie het is dat er geapplaudisseerd wordt, is het voor het orkest, eigenlijk niet, is het voor de violoniste, wellicht, maar indirect is het zeker ook - al zegt men het niet dikwijls - voor de componist van het concerto, hier Dimitri Shostakovich. Dit is wat ‘ik’ doe, ik applaudisseer in de eerste plaats voor de componist, hij bedacht het, hij zette de lijnen uit, hij is de meester; aan de viool en, de dirigent en het orkest, is het trachten het geschrevene  in al zijn facetten te laten openbloeien.


    Ik heb een grote band met het werk van Shostakovich, ik zie hem in de verlenging van Gustave Mahler, hij is een even grote vernieuwer geweest die in woelige omstandigheden onder toezicht en druk heeft moeten werken. Velen menen in zijn vioolconcerto, nummer 1, opus 77, de angstgevoelens te horen die hem bezielden tijdens het schrijven ervan, anderen zouden zelfs wensen dat deze gevoelens tot uiting zouden komen bij de uitvoering van het concerto, wat volgens mij te ver gegrepen is en dit onmogelijk te vertalen is door een solist of soliste.


    Ik kan me moeilijk inbeelden wat het betekent te schrijven/te componeren met het zwaard van Damocles - in het midden van de nacht opgepakt te worden om te verdwijnen in een donkere cel - boven het hoofd, maar het is in dergelijke omstandigheden dat een groot deel van zijn concerti en symfonieën zijn tot stand gekomen.


    Maar wat de wedstrijd zelf betreft, verwacht niet dat ik me met kennis van zaken ga uitspreken over de prestatie van Ioana Cristina Goicea, maar ik vond haar spel krachtig en uiterst subtiel afgelijnd, zuiver en boeiend en het is zo, de prijzen worden toegekend aan de durvers en de meesters in het vak. Ik denk dat zij een grootmeester(es) is.


    Weet ook dat ik een voorliefde heb voor de klankenrijkheid van Shostakovich, dat ik hem graag mag, vooral dan zijn concerti voor viool en deze voor piano. De trage bewegingen erin zijn parels van intense muziek.


    De Koningin Elisabeth wedstrijd is dus voor mij geen concours. Ik kijk niet uit naar wie nu de beste is van de twaalf. Ik een leek zijnde heb er geen behoefte aan te gaan rangschikken. Maar steenbok zijnde ben ik een gevoelig  mens en komen er soms vochtig ogen als ik getroffen ben door een mooie passage, door hun technische vaardigheid, door hun présence als jonge man of vrouw die het beste van zichzelf aan het geven zijn. Ik denk dan niet zo zeer waar ze zullen eindigen, ik denk er wel aan dat het jammer is dat er onder hen, onvermijdelijk, zes zijn die niet geklasseerd zullen worden. Dit is samen met de mogelijkheid glorierijk te eindigen, het risico dat ze allen


    Natuurlijk ga ik ook de overige concerti, deze van Brahms, van Tsjaikovski, van Beethoven beluisteren en mijn oordeel hebben over de uitvoering ervan. Een oordeel dat ik dan toetsen kan aan de beoordelingen van de specialisten ter zake. Er is hier niets verkeerd aan.


    En wat er ook van zij, het zijn de componisten die centraal staan. Het is hun werk dat hier op het voorplan is. Hoe ze er toe gekomen zijn, wat er aan vooraf is gegaan, hoe ze er in geslaagd zijn dit resultaat te bereiken, gerangschikt te worden en aanzien als de groten der aarde op muzikaal gebied is hun verdienste. Ze blijven ons begeesteren, ze blijven ons ontroeren met hun werken. De tijd heeft geen vat op hen. We weten dat er een wereld is die hen ignoreert, die zelfs hun naam niet kent, laat staan hun muziek. Maar er is een grote kern die stand houdt en overwinnen zal omdat hun werk het werk is van de geest in hen, en wie geest zegt, zegt onsterfelijkheid. Zij zijn er het voorbeeld van.


    Naschrift:


    Voeg ik er nog aan toe, deze morgen van 24 mei, dat de Beethoven en de Brahms van gisterenavond, hoge, niet te evenaren monumenten zijn van wat een beschaving zoals die van ons heeft voortgebracht. En de uitvoering ervan door twee jonge ontluikende dames een schittering was van begaafdheid, technisch vermogen en inzicht. Verbazing op twee gebieden: creatie van de geest en de begaafdheid tot het her-interpreteren ervan, bijna onevenaarbare evenementen van wat de mens vermag.

     


    24-05-2019, 06:12 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    23-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het boek in de hand, Sibelius in het hoofd



    Het is een snoer van momentopnames dat ik achterlaat. Voetstappen gezet in verse sneeuw, uitlopend in de toendra van het leven. En, het is een lange tocht geworden die gelukkig verder loopt, zelfs nadat de sneeuw gesmolten is, loopt het spoor door. Ik retraceer het soms. Ik herneem een stuk weg ervan, niet omdat het een verkeerd stuk was, maar omdat ik het met meer inzicht bewandelen wil. Zo is er niets definitiefs van wat er is. Kan alles herbekeken worden, zelfs herontdekt, zoals een violoniste die Sibelius speelt, die telkens en telkens een andere Sibelius is. Hoe rijk we zijn, elke morgen op te staan in een andere gedachtewereld die dezelfde is als de vorige maar toch verschillend wat de lichtinval betreft die het vertrekpunt is en de richting aangeeft.


    We merken het pas als we onderweg zijn, als we, komende uit de holte van de slaap, uit de vervoering van een droom die we vergeten zijn, de draad van het leven weer opnemen, zijnde ‘dans l’attente de Godot’, het meditatiemoment, staande op de heuvel van de dag, wachtend op het onverwachte.


    Ons leven is een lang wachten op wat komt of op wat niet komt, het wachten is ons in elk geval gegeven, we worden het niet moe, het is ons toegestaan te verwachten wat misschien nimmer komen zal, en als het komt, het ofwel te laat zal zijn of te vroeg, want het zijn niet wij die er over beschikken. We weten het en schikken ons ernaar opdat we niet verschrikken zouden als het onverwachte komt.


    Elke dag, elk uur van de dag is dit zo. Een gedachte die je overvalt, een boek dat je in de hand neemt, dat daar ergens lag tussen andere boeken, maar van het ogenblik dat je het in je handen voelt, leven gaat, trillen gaat en je het meeneemt zoals het tere van een kinderhand dat je hand omknelt alsof het een bloem was.


    Een boek dat je opneemt is zoals een bloem, is zoals een kinderhand, is zoals je verwacht dat het is zoals je weet dat het is. Zoals je ook weet dat er binnenin nog altijd iets in meer is. Of het oneindige van een waardevol boek, dat je, eens je het in de handen houdt, je eens te meer koesteren gaat. Het is wel niet aan iedereen gegeven een boek te koesteren, maar als het zo is, is het een geluk, is het iets dat lijkt op het begin van het onverwachte dat zich toont, een deeltje van de sluier erover opgelicht.


    Het is een momentum dat je vastlegt voor latere dagen, als je de tekst terug zult vinden - if ever - en je je afvragen zult wat je die ogenblikken wel bezielde om te schrijven wat er staat. Wie je waart op dat ogenblik eenvoudigweg bezield door een boek in de hand?


    We kennen ons nimmer volledig. Achter elke hoek gaat er een ander aspect schuil van je persoonlijkheid, als je er een hebt. Je gaat zelfs schuil achter de totaliteit van wie je bent. Het ‘ken je zelf’ heb je nooit bereikt, het blijft een zoeken, vooral tot in het kleine, ‘les petites choses qui donnent la paix’ wist Bernanos. Je weet het als je, zoals ook deze morgen nog, in de ban bent van Sibelius, van het begin van zijn vioolconcerto, de prachtige aanhef, zoals iemand in een breed gewaad gewikkeld, die uit het geritsel van bladeren uit het donkere woud op jou afkomt die je omhelzen wil. Hier is het de violoniste, de Koreaanse Ji Won Song die je omhelzen wil, omdat haar bede haar te aanhoren zo subtiel teer, zo innig verwachtend, ogenblikken lang zich herhalend, aangehouden wordt alvorens het volledig orkest invalt.


    Het boek in de hand , naast jou neergelegd - misschien ga je het kezen, misschien niet - en Sibelius komende uit het woud van je dagen, twee momenten.


    Twee momenten die je bewaren wil, houden wil, beleven wil een lange tijd nog, tot het moment van het tijdloze.


    PS. De tijd van het schrijven was de morgen van 22 mei. Een tekst die ik deze morgen herlezen heb en verbeterd. In feite is het, het vioolconcerto van Shostakovich die ik in mijn hoofd heb deze morgen van 23 mei. En dit is een ander verhaal, of ik het uitschrijven zal weet ik nog niet. Beide concerti zijn niet te vergelijken, Shostakovich overstijgt me, ontroert me omdat ik weet in welke omstandigheden het geschreven werd. Dit wou ik er nog deze morgen aan toevoegen.


     


    23-05-2019, 05:44 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    22-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De poging



    Je houdt het beeld op je netvlies. Je hield het in de nacht, telkens je ontwaakte uit telkens een loden slaap. Je zoekt de woorden om te omklemmen wat je blijft zien, blijft horen: beelden en klanken, vingers en snaren, een jong gelaat, een dirigent en een orkest en centraal de viool. Alles in het kader van de Koningin Elisabethwedstrijd voor viool en de uitvoering van een vioolconcerto.


    Een concerto neergezet, ogenblikken ver in het verleden, in magische tekens, door de magiër Antonin Dvorák. Opgetekend wat hij toen in zich voelde opwellen aan klanken en ritmes, komende uit het ongerijmde, uit het onbestaande; gegrepen wat van die ogenblikken was en vastgezet. Erna  de tijd erover en nu teruggenomen, weer tot leven gebracht zoals het geschreven staat, een her-beademing van energievelden: klanken en  krachtlijnen, kleuren vormend die warmte zijn, die ijzig zijn en er tussenin zijn.


    Dit alles en nog oneindig meer dat was van de avond van 20 mei.


    Thans, heel, heel vaag geschetst, ontoereikend maar toch toereikend om een deel van wat gebeurde uit te beelden, hij, het uitschrijvend, uit zijn confortzone gelicht.


    (Het beluisteren van een monument, dirigent en orkest, uur en datum, plaats en omstandigheden gekend zijnde hij nu beschrijven gaat: het optreden van de violoniste Sylvia Huang. Gekluisterd aan haar prestatie, haar interpretatie in dit onhandig ontleend kader, waarin zij en Dvorák centraal staan, alle ogen, deze van de ‘klassieke’ wereld, op hem, maar meer op haar gericht. )


    Ze ontglipt je niet, je kijkt gefascineerd. Je volgt de golfbeweging van het lichaam, de taal van haar gelaat, de schittering van de ogen, de zachte lijn van haar lippen, een glimlach bijna, in een weelde van klanken, haar ziel die erin verweven ligt.


    Je wil er zoveel over zeggen. Je wil er een afdruk van die zich voortdurend wijzigen zal, als in een vortex van klanken, innigheid in voluten van gevoeligheden, arabesken van vrouwelijkheid, tederheid getekend in aquarel. Maar je hebt nog niets vermeld: er zijn de vingers van de linkerhand, o, zo krachtig, zo soepel, zo hemels-vlug, het spel ervan over de snaren, de viool die ze houdt onder haar kin, het glanzende, geurende, trillende hout - de smaak ervan in haar mondhoeken, in haar neusvleugels - en de strijkstok, hoe de strijkstok, hoe ze deze glijden laat over de snaren, ver uit wandelend, of kort en krachtig, hemels vlug. Je hoort en je ziet, het aller fijnste detail ervan. Niets ontgaat je, niets van haar ingesteld-zijn op wat meer is dan dat klanken bieden kunnen.


    Je dacht vanmorgen niets er over te schrijven. Je zag op tegen de moeite dat het je vragen zou. Je wou het momentum, de massa ervan, laten voor wat het was, ook omdat je wist dat je in elke poging om te benaderen wat geweest was te kort zou komen, het ongepast zou zijn.


    Toch ben je na je eerste zin, omdat het in je aard ligt, verder gegaan, oproepend wat je gezien en gehoord had, want je wist dat wat zich afspeelde voor je ogen en wat je hoorde, ogenblikken waren van een uitzonderlijke intensiteit: zij de noten overnemend die Dvorák voor haar opnieuw aan het herschrijven was, geest op geest geënt, verwoord via de vingertoppen van de linkerhand. 


    Freeman Dyson[1] zegde ooit wat hij dacht over het schrijven. Hij had dit ook kunnen zeggen over het vioolspelen.


    Was het optreden van Sylvia Huang een topprestatie? Het is niet aan mij om er over te oordelen, maar ze heeft me begeesterd, ze heeft me diep geraakt, wat wellicht haar bedoeling was.


    Ik zal zelf met mijn woorden, de vormgeving van wat was, hier geen gevoelens opwekken. Ik wou er trouwens veel meer over zeggen, dit hier is maar een poging. Maar ik kleefde vast aan de handelingen die ik zag, terwijl het innerlijke gebeuren ongrijpbaar bleef. Ik heb me moeten beperken tot wat grijpbaar was: de essentie, het overbrengen van de geest van Dvorák naar de vingertoppen van Huang, bereikte ik niet, een benaderende foto ervan misschien, wel.


    Historiek:


    Je begon aan deze blog de morgen van 21 mei, vóór het licht opkwam. Je werkte er verder aan na het ontbijt tot de vijfhonderd woorden er stonden. Je herwerkte hem, twee, drie maal telkens met een tussenpoos. Je herschikte hem, verbeterde, vulde hem aan en nam dingen weg. Het was middag toen. Je herbegon laat in de namiddag. Je dacht dat hij passen zou, maar je herlas hem om 20.00 uur en je logde hem in om 20.33 uur. Je haalde hem terug om 23.30 om hem een laatste maal aan te vullen met deze paragraaf hier, waarna je hem inlogde voor de dag van 22 mei. Je herlas hem de morgen van 22 mei en verbeterde  wat je nodig dacht te verbeteren. Het is 07.51




    [1] Freeman Dyson: ‘Infinite in all directions’, Penguin books 1988, page 118:

    ‘To me the most astounding fact in the universe, even more astounding than the flight of the Monarch butterfly, is the power of mind which drives my fingers as I write these words.


    22-05-2019, 17:15 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    21-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Elke dag.



     

    Elke dag is een werkdag voor mij, hier is geen uitzondering op. Hij, de dag, begint vroeg in de morgen en eindigt soms laat in de nacht als er in de loop ervan, gebeurtenissen/omstandigheden zijn die me weg houden van mijn schrijftafel. Dit was gisteren het geval. Het was ook gisteren dat ik me realiseerde hoe ‘slecht’ ik te been ben, hoe wankel mijn evenwicht is en hoe bezorgd mijn familie als ik me verplaats. Tekenen die me erop wijzen hoe het, in tegenstelling tot mijn geest, met mijn lichaam is gesteld. En ook hoe ik fungeer als ik rondloop met een ongeschreven blog, hoe ik adem en waar ik blijf aan deken.


    Het is nu eenmaal zo. Ik haal het even aan als een verwittiging aan mezelf opdat ik weten zou waaraan ik me te houden heb, namelijk, in alles prioriteit te geven aan mijn blog want het schrijven ervan loopt soms uit. Zo, ik herhaal, het is me duidelijk, elke dag is een werkdag van een bepaalde soort. Dit is wat ik me schrijf deze morgen, een brief die ik wat later nog eens herlezen zal, hoewel het niet nodig is deze te herlezen, hij is mijn adem. De adem van mijn dagen is mijn werk, tenminste zo zie ik het.


    Welk gezelschap ben ik dan voor mijn echtgenote, welk voor mijn vrienden, welk voor mezelf? Allen moeten ze omgaan met iemand die, ofwel bezig is met het denken aan, of met het schrijven van een blog; ofwel aan het nadenken is over een blog die geschreven staat of denken aan wat zijn volgende blog gaat zijn. Zo overleef ik als een boom die met zijn wortels gekneld zit in een rotsspleet, en het is zo geweest van jongs af.


    Welk mirakel verwacht ik nog dat zou kunnen gebeuren een van de komende dagen? Welk mirakel verwacht jij nog, als, zoals deze morgen de luchten gesloten blijven? Dat het opklare, dat de zon er door kome en alles in kleuren en geuren te voorschijn komen moge - dat we nog eens voor de laatste maal de voorwaardelijke wijze gebruiken mogen - opdat het ons verblijden zou!


    Veel is het niet, maar op het punt waar ik aangekomen ben valt er niet veel méér te verwachten. Wat me wel nog deert is dat je me lezen blijft, zo talrijk mogelijk. Ik voel me dan gesterkt, het is het voedsel en het water dat mijn geknelde wortels bereikt en mijn groei mogelijk maakt; dat me in leven houdt.


    Gedenk me in uwe gebeden  vraagt Villiard de Honnecourt; gedenk me zoals ik ben en zoals ik schrijf vraag ik jullie. Laat me niet alleen achter met het geschrevene van elke dag, maar neem het op, opdat de essentie ervan openbloeien moge, gekeerd naar het licht waarvan Suger dacht dat het God was, ook Akhnaton dacht het van de zon. Ook ik kijk er naar uit om te zien hoe krachtig het leven is als het getekend wordt door het licht.


    We zijn niet zo veel als het anders is dan wat we wensen dat het zou zijn.


    21-05-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    20-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nog over de kathedraalbouwers


     

    Wat is van de Islam die ons belaagt wil ik vandaag het liefst vergeten, wil ik  verdoezelen en terugkeren ver in de tijd, heel ver, de tijd van de kathedraalbouwers, vooraleer hun geest - als hij nog niet helemaal zou verdwenen zijn? - aan het verwateren is. Alles nu toegespitst op de grote vraag, waarop we nog steeds een antwoord zoeken: wat bezielde de bouwmeesters om plots de romaanse bouwstijl te verlaten, en de hoogtes, voor hen die van het spirituele, op te zoeken en te verwerken in hun bouwwerken waarvan we ons de moeilijkheidsgraad niet kunnen voorstellen.


    Van de jaren duizend af verrees er in bijna elk dorp in Frankrijk een romaans kerkje in witte steen. Waar haalde men de bouwmeesters, metsers, steenhouwers, beeldhouwers, timmerlieden vond weet ik niet. Wel las ik in een document van die tijd dat aan de edelen, die rijker waren aan kinderen dan aan goud, gevraagd werd hun zonen op te voeden in de edele kunst van Vitruvius en dat er overal in het land scholen werden opgericht door de Benedictijnen om de bouwkunst aan te leren. Dit, en het is niemand minder dan Kafka die dit vertelt, zoals de scholen die door de Chinese keizer werden opgericht in het vooruitzicht van de bouw van de Chinese muur.


    Maar dan, in het begin van de XIIde eeuw gebeurt er iets vreemd in het Westen. De romaanse bouwtrant verzwakt, verdwijnt en andere zeer goed gevormde bouwmeesters[1] steken de kop op. Waarvan als voorbeeld, Suger, de abt van St.Denis bij Parijs, de eerste die gotisch begon te denken. Hij verbouwde zijn abdijkerk door de muren ervan te openen door het aanbrengen van grotere, wijdere vensters, opdat het licht - dat God was -  binnen zou vallen op de gelovigen die aldus, via dit licht, nader tot God zouden kunnen komen. Hij verpulverde zelfs edelstenen, pulver dat hij verwerkte in het glas om meer kleur te geven aan het licht dat binnen viel. Suger was de eerste in Frankrijk die hiermede de gotische, in feite zuiver Keltische, gedachte binnen bracht. Daarna is er Chartres gekomen. Vermoed wordt zelfs dat de oude kerk daar in brand werd gestoken om een totaal nieuwe te kunnen bouwen, en welke nieuwe: een kathedraal die alle verwachtingen toen overtrof en nu nog overtreft. Men leze maar ‘Les mystères de la Cathédrale de Chartres’ van Louis Charpentier (Ed.Robert Laffont).


    Wie waren die meesterbouwers, welke bezieling kenden ze en wie sleepten ze mee in die bezieling. Ik zeg dit maar, omdat ik wens tegemoet te komen aan  schrijvers zoals Follett, en er zijn er vele anderen, die weten waar het omgaat in onze westerse wereld; die zich vastklampen aan de geest van de kathedraalbouwers, de naamloze, de durvers, die werkten in het aanschijn van hun, geestbrengende en levengevende God, en niet alleen zij, iedereen die er aan meegewerkt heeft. Ook de ossen, het gespan afgebeeld boven op de toren van de kathedraal van Laon  - op een hoogte gelegen - werkten voor God en kregen hun beeld boven op de torens van de kathedraal.


    Dit alles is verleden tijd, er zijn wel durvers gebleven, architecten die het onmogelijk geachte gebouwd hebben, evenwel in een totaal andere geest. Elke stad van aanzien heeft nu zijn museum, zijn concerthall, zijn voetbaltempel, om het volk, de toerist, te lokken. Maar het doel dat beoogd wordt is geldgewin, is sensatie, is machtsvertoon, maar is geen uiting meer van het metafysische, het religieuze dat woekerde in de mens van toen.


    We hebben, vandaag, onze erfenis als kathedraalbouwers kwijtgespeeld, opgegeven. Ook in de kunst, het zijn nu de Koons-en, de Hirst-en die het voor het zeggen hebben. Het is voor hen dat we zijn gaan knielen en, op een ander gebied, voor de Madonna’s die als godinnen aangesproken worden.


    Het kan gebeuren in tijden zoals deze.




    [1] Onder hen, Villiard de Honnecourt die in het begin van de XIIIde eeuw een soort carnet nalaat, dat als volgt aanvangt: ‘Villiard de Honnecourt vous salue et prie tous ceux qui travaillent aux divers genres d'ouvrages, contenus dans ce livre, de prier pour son âme et de se souvenir de lui.’. (Carnet de Villiard de Honnecourt : “XIIIe siècle”, Ed. Stock 1986, p 9).

     


    20-05-2019, 00:10 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    19-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ken Follett en Notre Dame


     


    Eigenlijk zat ik vandaag nergens. Dacht ik aan het voorbije. Dacht ik aan de vier essays van een twintigtal pagina’s die ik in het verleden geschreven heb en die verscholen liggen in bijna tien volle jaren blogs. Dacht ik er ernstig aan deze te gaan herschrijven en ze in vier blogs te laten gaan. Dit is een van de beloften die ik me doe, zoals ik er zovele al heb gedaan en niet heb volbracht, waarom zou ik er thans niet in slagen, nu de tijd begint te dringen.


    Maar, wenst er wel iemand te weten wat ik denk over Poëzie, wat ik denk over de mens in de kosmos, over de bouwers van kathedralen, weet ik er iets meer over dan al wat er reeds opgetekend staat in duizend boeken verspreid over de wereld?


    En toch, ik las in de Standaard (17.05) over Ken Follett (°1949)  de Britse bestsellers-schrijver dat op 13 juni van hem een onuitgegeven werk verschijnt ten voordele van de wederopbouw van de Notre-Dame in Parijs. Hij schreef ook, meldt de Standaard: ‘in de voorbije weken een tekst over de geschiedenis van de Notre-Dame en over zijn invloed op de literatuur’.


    Ik citeer wat ik letterlijk overneem van Google:


    Our Lady of Paris “embodies our relationship with the Story,” confided Ken Follett to the AFP the day after the fire. “The construction of Notre-Dame started in 1163, it was almost 1000 years. When one sees such a building be destroyed, it is as if someone died.” Today, the writer is about to publish a short story in which he sends “passion of the cathedrals” and “the strong link and the ancestral between Notre Dame and us”, explains Cécile Boyer-Runge, director of Editions Robert Laffont. A publication that would tell the emotion of Ken Follett and which will be especially on the history of this masterpiece of gothic art, from its construction to its influence on literature, his own as that of Victor Hugo.


    “If the people were weeping on 15 April, in Paris as everywhere in the world,” explains Ken Follett in the press release of the publishing house, it is because something very important and intimate was in the process of being destroyed before their eyes. We are the heirs of the builders of cathedrals, and I want to participate in the reconstruction of Notre-Dame”. The profits of the book and its copyrights will be donated to the Heritage Foundation, entitled since April 16, to receive donations for Our Lady. 

     


    *

     


    Heel klaar is het me niet wat het boek en de nieuwe tekst betreft, maar één zin hieruit frappeert me: ‘We are the heirs of the builders of cathedrals.’ En één besluit dat ik trek hieruit, ik zal Ken Follett’s, ‘The pillars of  the Earth‘ moeten lezen.


    Ik heb er in zijn tijd - de jaren negentig - een essay over geschreven met als besluit dat de gotische kathedraal, althans zeker de eerste, kosmische bouwwerken waren, gebaseerd op wat Stonehenge moet geweest zijn, wat misschien ver gezocht is, maar dan toch een benadering.


    Anderzijds, of (kitchkoning) Jeff Koons[1] met zijn ‘konijn’ - het is me zelfs geen hoofdletter waard - het bewijst levert een ‘erfgenaam te zijn van de kathedraalbouwers’, betwijfel ik ten stelligste, wat eveneens gezegd kan worden van de bieder-kopers die de prijs van dat bewuste ‘konijn’ opjoegen tot de waarde van bijna 200 villa’s elk van 500.000 US dollars, of, van waarden gesproken.


    Gekker, immoreler, kan niet. 



    [1] ‘Koons houdt ons een cynische spiegel voor. Hij laat zien hoe gemakkelijk we te vertederen zijn,   hoe we ons laten  manipuleren door oppervlakkigheid.’ Geert van der Speeten in de Standaard van 17 mei.


    19-05-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    18-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Er is geen keren aan.


     

    Aan een vriend die me belde uit de nevelen van de tijd en wat ik hem achteraf mailde:

     

    Er is geen keren aan.

     

    Mijn vriend, wat was, er is geen keren aan,

    het nu van toen, zelfs nog zo intens beleefd,

    is nimmer meer het nu van nu,

    wat voorbij is, is voorbij, er is geen keren aan.

     

    De dagen van de Highlands,

    waar ons hart lang achterbleef, herinner je :

    Glen Coe waar we waren,

    de berg  die we er beklommen, de distelvink

    op tafel die uit je hand kwam eten, en dan

    Fort William in de winkel we een identieke pull gekocht

    die enkel nog op foto kan gezocht.

     

    Herinner je, mijn vriend : Tiroran waar we waren

    In het rood gemerkt in onze Guide Michelin.

    Het  licht dat daar gouden op het water was,

    de luchten en de wolken,

    door hoge winden opgejaagd, en dan, mijn vriend:

    the holy isle, Iona en niets dat ons kon deren.


    Je weet het wel in de kathedraal hoe getemperd 

    er het licht van ouds, toen we binnen waren,

    hebben we er gebeden toen?


    De  zee-en er rondom als losgelaten, 

    het zout ervan dat op de lippen kleeft 

    en hoog de meeuwen waar ze hangen bleven

    een korte tijd, je weet het wel hoe wijd 

    die geest van ons er boven op de heuvel,

    hoe grillig fijn het verdorde bosje heide, 

    tot nu bewaard.

     

    Op andere momenten komende van St John o’Groats: 

    de dame toen, zo oud als wij nu zijn,

    haar huis in eenzaamheid verloren, herinner je,

    de geur van turf, de regen ook: 

    ‘and do you know why Scotland is so beautiful?’

     

    Hoe vol van jeugd we toen nog waren en hoe ver

    we zijn afgedwaald, dooreen gehaald, vervreemd.

    Neen, neen, er is geen keren aan.

     

    Maar, mijn vriend, wat keert zovele malen,

    Zijn de herinneringen en deze binden ons,

    en woorden hoeven niet, en foto’s evenmin,

    voldoende is, te weten we houden het al,

     

    zelfs, als er van wat was, niets keren zal.


    18-05-2019, 06:58 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    17-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Half-mei
     




    Je meent dat er iets is in jou dat niet te beschrijven valt, zelfs niet te tekenen. Iets dat vormloos is, dat er al een tijd is, dat tracht zich los te wrikken uit de massa als een geheel, maar het lukt niet. Het lukt maar niet wat je ook betracht, je bent niet vindingrijk genoeg, schijnbaar.


    Het ding, die wolk, die cluster is er, je weet het en toch kom je er niet toe te zeggen wat het precies is noch hoe het er is als een een deel, maar je weet niet welk, van een landschap, een deel klanken, eerder de kleur ervan, van een symfonie, een deel van het innerlijke, de geest van een woud, eeuwenoud, van alle bomen als één boom genomen. Het kan allemaal, maar je aarzelt.


    Het is bij momenten - want het houdt je bezig - alsof jijzelf er niet meer bent, alsof je er staat zonder er te staan, doorzichtig als water, alsof jij dat iets ware  en dat iets jou. Een wisselwerking, een verbondenheid die leidt tot een vereenzelviging.


    Zoals je, je gisteren zag rondlopen in het bos, zonder er te zijn en toch het dalkruid zag - uiterst zeldzaam geworden - en de geuren rook, de zerpe geur van rottende bladeren die opsteeg en je bedwelmde, zonder je te bedwelmen. Maar het had gekund, had je er reëel geweest.


    Dit is of dit zou het zijn als je dat iets ware, een geest onder een stolp die uitkijkt op wat is rondom hem, maar onmachtig is om wat ook anders te doen dan toe te zien, te weten al wat er is, maar geen woorden om het vast te leggen voor later, de stolp geopend en je er terug zult zijn.


    Vertel het maar aan allen die je lezen en er zijn om je op te zoeken, zelfs als je er niet bent vinden ze je, in het vreemde dat je schrijft, het enige dat er is van de persoon die je waart toen het opgetekend werd . Maar dit hier is van het iets dat er is  en niet te vatten is noch als boom, noch als lelietje van dalen..


    Al kan het - wat je  nu denkt - dat het ‘iets’ is van de geest in de boom of van alle bomen samen of de geest in alle bloemen samen, waarom niet van in planten samen. De essentie aan geest die is van het vormen van de knoppen eerst, van het openbarsten ervan en van het bevrucht worden tot het zaad dat vallen zal. En op zijn beurt dat plant zal worden, en van enkele ervan, il en naîtra des arbres pour l’ébénisterie.


    Het was geen avontuur waarin je verwikkeld waart, het was een echo van wat is en van wat nog komen zal. Het meest bevreemdende dat je overkomt in de morgen, het punt van half-mei dat je maar al te dikwijls al hebt overschreden opdat het blijven gebeuren zou.


    Hoe eigenaardig ook je gesprek met het woord was vanmorgen, het staat geacteerd.




     

    17-05-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    16-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe een blog tot stand komt.


     

    Ik ga maar verder. Ik dring steeds maar verder en verder het bos van woorden binnen. Ik houd er geen tekening aan over, hoogstens een vage schets, omdat het ook niet mijn bedoeling is. Al wat ik overbreng is een uitvloeisel van het Essay dat ik schreef in 2015 en hier als blog verscheen. Vier jaar terug in de tijd dus. Alsof er van 2015 tot vandaag, weinig gebeurde dat niet zou geschreven zijn in de geest van toen. Er zijn wel een groot pak woorden aan toegevoegd, want elke dag is een nieuw beginnen, volgend op het nieuw beginnen van de vorige dag. Soms loopt het uit in een schijnbaar andere richting maar veel ‘nieuwigheden’ zijn er niet aan.


    Ik zegde het al, als mijn blog er staat is hij even verrassend voor mij als verrassend voor jou. Ik herlees hem zoals jij hem leest, meer is het niet en het is verwondering of het is maar zo en zo, een aanvulling of herhaling van wat er was: 2015 zijnde van al wat er was vóór 2015.


    Voor elke dag in de tijd een kalenderblaadje met wat woorden, een blaadje dat wordt weggelegd, de blok blaadjes die volumineuzer en volumineuzer wordt. Uiteindelijk, is het dit wat gebeurt, zelfs al is het heel wat meer.


    Dit is zo van vele zaken, gebeurtenissen die ontstaan, in een punt ver in de tijd, die de aanleiding zijn voor andere gebeurtenissen, alle even belangrijk, die zich uiteindelijk culmineren, bv. wat mij betreft, elke dag  in een blog van minstens vijf honderd woorden, voor minder doe ik het niet.


    Ik besef het niet altijd - ben er niet mee bezig - maar al wat komt is van de weg die wordt afgelegd, ingevolge de omstandigheden die er zijn aan voorafgegaan, die het gevolg zijn van het er-zijn wat de plaats betreft, het zichtbare, als wat er is van het onzichtbare, de wereld van onze gedachten. Alles wordt getekend in woorden. Gelukkig dat die onzichtbare wereld daar is, wie zouden we anders wel zijn? In elk geval, ik vertrouw  op elk ogenblik van de dag, zelfs van de nacht, op die wereld en mijn vertrouwen is groot, zelfs als ik niets te zeggen heb, zoals vandaag.


    Gisteren had ik een mooie zin, er is een blog uit voortgekomen, vandaag is het een blog die voortgekomen is uit de nasleep van die van gisteren en deze uit de nasleep van alle andere die geschreven staan. Ik denk niet dat er een is die er uitsteekt als een vreemde eend in de bijt. Wel zijn er ook ongeschreven blogs, enkele wellicht, die er zijn aan vooraf gegaan, er kan geen onderscheid worden gemaakt op deze basis.


    Ik kijk hoe ver ik nog te gaan heb - heb nu 407 woorden - om af te werken wat ik te doen heb.


    Het blijkt een dag te zijn van bekentenissen. Een openvouwen van hoe de dingen gebeuren bij mij. Er zijn geen geheimen aan verbonden, het stramien is en blijft het zelfde: het bos binnen gaan en de bomen, de struiken, de planten nemen zoals ze zijn, tot het lelietje-van-dalen, tot het dalkruid toe, de zwammen en de mossen en zeker de geuren van alles, het wondere van de geuren van een bos in volle leven. Veelal er door bedwelmd wat een soort van mirakel is. Zo denk ik erover toch.


    De woorden die ik schrijf zijn dus meer dan woorden.


    16-05-2019, 06:32 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    15-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aftastend van wat er is van het er-zijn.



     

    Het lichaam dat van het lichaam van de Kosmos is; de geest die we ontleenden die van de geest van de Kosmos is. Het ene dat van het sterven is, het andere dat van het eeuwige is. Hiermede is alles gezegd wat gezegd hoefde te worden. Neem het op in jou om het nimmer meer los te laten. Maak er een grafschrift van als je er een zoeken zou. Het is de kroning van een levensbeschouwing.


    Je wachtte tot 15 mei van het jaar 2019 om dit neer te schrijven op de wijze waarop het er staat. Een ingeving toen je wakker werd, die begon als: ‘de dood die van het lichaam is’, waaruit de eerste zes lijnen van je betoog hier hoger, opgeschoten zijn. Ineens, as a rosebud - deze van Orson Welles -  zich opent in  de morgen.


    Terwijl het wenselijk is, de as van het lichaam terug te storten aan de as van de aarde, niet om het even waar, liefst op een plaats die je duurbaar is, heb je geen zorg om de geest, die wordt overgenomen, terug gestort in de massa geest waaruit hij is ontstaan. Zo zien we het in woorden vandaag, morgen misschien in andere woorden, telkens een nieuwe poging om door te dringen tot wat de waarheid is of zou kunnen zijn, of dan toch ten dele.


    Terwijl, wat van het woord is, van in den beginne is, het pact dat we gesloten hebben het als dusdanig te gebruiken. Niets staat dichter, bij wat er was, op het precieze ogenblik vóór dat alles begon. Het priem-ogenblik dat van dan af de tijd werd: ogenblikken aan elkaar geregen, ook deze van je optreden hier op deze aarde. Het had even goed op een andere plaats  dan de aarde, kunnen zijn. In elk geval je bent er, in de schelp die je lichaam is, het lichaam dat je nodig hebt om de geest te houden die je werd toevertrouwd én, te gebruiken. Je bent er als vertegenwoordiger, van de geest van het Al. Veel is het niet, maar toch ook oneindig dit te kunnen.


    Wat me ontgaat is, waarom ik er ben als die vertegenwoordiger. Maar ik ben er, dus moet er een reden zijn dat ik er ben. Moet er zelfs een reden zijn dat ik er ben als een ‘ik’ en niet als een ‘we’. Al moet het gezegd dat ik me ook soms voel als een ‘we’, dat ik me voel als een ‘ik’ in een ‘we’. Een groot deel van de tijd gebeurt dit, voel ik me als een deel van zij die zijn. Het is zo iets als de schelpen die van de zee zijn en de zee die van  de schelpen is.


    Ik ben nu, schrijvend en denkend, begaan met het wezenlijke onwezenlijke. Mijn lichaam is als een boom in een bos, maar het weten dat ik die boom ben ontgaat me, because I do not know why I do know it. Dit wil zeggen ik weet niet of het wel correct is te denken als een boom in het bos en niet, te denken als een bos van bomen, want dit ben ik als ik spreek: een deel van de geest van het Al.


    Tot hier geraakte ik deze morgen, het is heel wat meer dan een Spielerei van woorden, het is een ‘aftasten’ van wat het is te zijn van het zijnde.


    Om het meest vreemde te verkondigen van wat ik ooit verkondigde en, er toch  maar niet in te slagen.


    15-05-2019, 06:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    14-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vassili Grossman.




    Zoals gisteren in mijn gedachten ineens de Ulysses van Dante opdook, zo was er vandaag in de schemer van de morgen, het boek ‘Vie et Destin’’[1] van Vassili Grossman waar ik aan dacht omwille van een bepaalde passage erin.


    Later in de voormiddag heb ik het boek opgezocht, heb ik voor het eerst de inleiding van E. Etkind gelezen en werd ik getroffen door het feit dat zijn manuscript twintig jaar is blijven liggen vooraleer het in 1980 gepubliceerd werd in het Westen. E. ETkin die de inleiding schreef, zegt hierover:


    “Vingt ans…Un long délai. En vingt ans un homme peut changer du tout au tout, la planète peut se métamorphoser, les goûts esthétiques se transformer. Mais le vrai, l’essentiel, le fondamental  ne changent pas. Le pain reste le pain, l’eau reste l’eau…”


    Die periode van twintig jaar heeft me gegrepen. Toch denk ik dat mijn ideeën van het jaar 2000 nog steeds deze zijn van nu, dat ik in dat jaar reeds wist wat ik nu nog altijd blijf verkondigen en dat ik uiteindelijk gedurende al die jaren herkauwd heb wat ik toen al in mijn dagboeken geschreven had. Ik ben in een cirkel blijven rond draaien, heb de zaken wellicht op een andere wijze voorgesteld maar of ik er iets nieuws heb aan toegevoegd betwijfel ik.


    Een passage uit het boek dat ik las in het begin van de jaren tachtig was me bijgebleven - na verloop van tijd herleid een boek zich tot enkele bijzondere passages die nu en dan opduiken – deze speelt zich af de avond dat één van de hoofdpersonages, de fysicus Victor Strum, in de half verlichte straat een plotse ingeving heeft die doorslaggevend zal zijn voor zijn verder werk.


    Ik wist dat deze passage voorkwam onderaan de linker bladzijde en ook dat ik ze wellicht met potlood had aangestipt. Na een lange tijd bladeren kerend, vond ik wat ik zocht. Ik had wel juist geraden wat de plaats op de pagina betrof maar had me vergist over de plaats in het boek, namelijk pagina 270, terwijl ik aan het zoeken was in de laatste 300 pagina’s:


    ‘Il marchait - het betreft hier de fysicus Victor Strum - dans la rue déserte et mal éclairée. L’idée surgit brutalement. Et aussitôt, sans hésiter, il comprit, il sentit que l’idée était juste. Il vit une explication neuve, extraordinairement neuve, des phénomènes nucléaires qui, jusqu’alors, semblaient inexplicables ; soudain, les gouffres s’étaient changés en passerelles. Quelle simplicité, quelle clarté ! Que cette idée était gracieuse et belle ! Il lui semblait que ce n’était pas lui qui l’avait fait naître mais qu’elle était montée à la surface, simple et légère comme une fleur blanche sortie de la profondeur tranquille d’un lac, et il s’exclama de bonheur en la voyant si belle’.


    Wat vreemd was voor Strum is dat deze idee plots opdook na een lange discussie met vrienden,. Een open discussie van ‘vrije’ mensen onder elkaar, waarbij voor het eerst, vrij van gedachten werd gewisseld, niet over de partij noch over de wetenschap, maar over de zin van het leven en de zin van de dood, wat, zelfs onder vrienden, zelden gebeurde.


    Achteraf vernemen we dat de idee van Victor Pavlevitch Strum niet zo goed wordt onthaald bij de leiders van het labo waar Strum opzoekingen doet in het raam van de kwantum fysica. Ze vinden dat wat Strum naar voor brengt, hoe schitterend zijn idee ook moge zijn, zijn theorieën de aard van de materie tegenspreken.


    Waarop Strum openlijk, tot schrik van zijn vrienden, reageert en onomwonden zegt, dat de mathematische logica van zijn idee de theorieën van Engels en Lenin ruim overstijgt. En dat het de theorieën van Lenin zijn die moeten aangepast worden aan de wetten van de fysica en niet de wetten van de fysica aangepast aan de theorieën van Lenin.


    In feite is dit het weinige, maar hoe veelzeggend, dat me van het boek is bijgebleven. Ik zou het kunnen herlezen, maar zo zijn er honderden boeken die wachten om herlezen te worden.


    Hoe denkt jij erover?




    [1] Vassili Grossman: ‘Vie et Destin’, Edition Juliard/L’Age d’Homme, 1983, traduit du Russe par Alexis Berelowitch. . Het is een boek van meer dan 800 pagina’s over het Rusland tijdens de tweede Wereldoorlog en onder meer over de slag om Stalingrad.


    14-05-2019, 06:25 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    13-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ulysses via Dante


     


    Wat is het dat deze dag me brengen zal aan woorden, waar zal ik staan als de dag zich sluiten zal of, kom ik er nog wel uit?


    Ik schrijf dit omdat, zoals er zovele mogelijkheden zijn, er ook deze is dat, op de lijn van deze glorieuze morgen wat het licht aangaat, een totaal ander Licht me meenemen kan. Ook dat alles gewoon verlopen zal zoals het gisteren was en de dagen ervoor. Wat je verhoopt.


    Maar toch heb je het gevoel dat de dag voor jou iets bijzonders in het vooruitzicht heeft. Je kunt dus nu wachten tot dit ‘iets’ er is om verder te gaan, maar je kunt ook het komende voor jou uit schuiven en met dit ‘mogelijke iets’ op de achtergrond, verder schrijven.


    Dit is het vreemde aan vanmorgen. Dit is waar je aan denkt, van waaruit je vertrekt, om aan te komen op een logische plaats of gevangen in een beeld, waar je nu nog geen zicht op hebt Het is elke morgen zo. En je weet, na je poging van gisteren te wachten tot de namiddag, dat het in de morgen is, hoe vroeger hoe des te beter, dat je je werk af moet maken. En dat dit voor jou, mettertijd, een levensregel geworden is waar je best niet van afwijkt.

     

    *

     

    En, hoe het gebeurt alles zijnde zoals het is, dat je in een gedachtewereld terecht komt waarin je Dante terugvindt die in de Hel, Ulysses ontmoet - een vlammetje nog zijn geest - Ulysses die vrouw en zoon en vader verlaat, de zeilen hijst en met zijn gezellen die hem nooit verlaten, de hoge, open zee op vaart tot voorbij de bakens er geplaatst door Hercules. Waar ze links nemen ‘om in het zog van de zon de onbewoonde wereld te gaan verkennen’. En waar, na het licht van vijf manen te hebben gevaren, er een berg opduikt, zo hoog zoals ze er een nog nooit een hebben gezien. Maar ook, waar  hun geluk keerde want een hevige storm stak op en hun boot wentelde driemaal onder zodat ze allen verdronken.


    Het verhaal van Ulysses in zijn tocht door de Hel, zoals uitgeschreven door de grote Dante is een hoogtepunt in zijn Divina Commedia. Ik kan er niet aan voorbij zonder er over te schrijven. Het verhaal gedaan door Ulysses aan Dante is voor altijd in mijn geheugen neergezet.


    Is dit dan het ‘iets’ dat hem wachtte vandaag? Het kan,  het zal zo voorzien zijn geweest vanmorgen, al wist ik nog niet wat er me te wachten stond. Ik wil elke dag een Ulysses zijn. Ik wil elke dag de zeilen hijsen en wachten op de winden die me brengen zullen naar de oceaan van woorden waarin ik ooit, zoals Ulysses en zijn gezellen, eens verdwijnen zal.


    Het ogenblik van het schrijven dat dit van Dante was - misschien was het in Girmiani, de stad met de vele torens - was voorzeker, een groot moment in het leven van Dante - ook een groot moment in mijn leven zoals het me overvalt, zoals het me ingegeven wordt erover te schrijven. Een flits maar in mijn gedachten. En vooral dan wat hij zegde aan zijn reisgezellen : 


    O frati… 

    Considerata la vostra semenza:

    fatti non foste a viver com bruti,

    ma per seguir virtute e conoscenza.

     

    O, broeders, kijk naar je herkomst, je bent niet gemaakt om als afgestompten hier te leven, maar om waardigheid en kennis na te streven[1].


    De gouden raad van Dante aan ons allen. Door hem bedacht en neergeschreven zevenhonderd jaar en meer geleden, en hier dankzij Ulysses, door mij naverteld. Hoe iets verkeren kan in deze wereld.


    Het is voorbij middernacht, het is het ogenblik dat ik mijn woorden verstuur, naar jou toe, mijn vriend(in).




    [1] Inferno: XXVI, 118-120.


    13-05-2019, 00:06 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    12-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van waar we vertrekken.



     

    Een morgen ongespannen doorgebracht. Heb gewacht op de late namiddag wat ongewoon is voor mij. Maar ik waagde het er op, vertrouwend op de zon en een deeltje blauwe lucht. Een ademruimte, het helle licht gebogen naar een opening, waar doorheen de woorden me bereiken konden. Zo dacht ik toch, zo hoopte ik toch.


    Dit was het kader waarin ik optreden zou, ook, na wat ik gisteren schreef dat ‘ze’ ons zo ver al hebben afgezet dat we vergeten hebben wat de kunst van vroeger was. De SMAK in Gent is er een voorbeeld van


    Ik ga hier niet verder op in, mijn levensjaren zijn te talrijk om nog geteld te worden en ook om andere standpunten, dan deze van mijn jonge jaren in te nemen. Ik weet enkel dat  ik denk dat professor, Maurizio Ceracini, wijze woorden heeft neergezet. Wie de moed heeft opgebracht zijn woorden op te zoeken op ‘Artdependence Magazine’ heeft in de marge ervan, ‘The Nose’ van Tuymans gezien, een litho die te koop wordt aangeboden voor de prijs van 2.000 €. Er zijn geen prijzen meer in dit land als het gaat om een handtekening onder een neus aangebracht. Ik volg die trend niet met mijn woorden, integendeel ik bekamp ze, in mijn beperktheid, mijn woorden mijn enig wapen zijnde.


    Was het hierover dat ik schrijven wou, helemaal niet, maar een telefoon die me uit mijn schrijven haalde, bracht me er toe dit nog even te herhalen en aan te vullen. Het weze zo. Ik voel me er goed bij dit benadrukt te hebben, alsof het de eerste maal zou geweest zijn dat ik erover sprak. In feite heeft de Ceracini er een element aan toegevoegd, namelijk dat we stilaan gewend zijn geworden aan de hedendaagse vormgeving van wat als kunst bestempeld wordt, wat een gevaarlijk precedent is waaraan een beschaving kan ten onder gaan, kunst de spiegel ervan zijnde.


    Als ik een bevestiging wil vinden van wat ik immer zeggen wil of schrijven dan hoef ik maar te kijken naar het spel van de wolken, het schuiven ervan over het wijde golvende land, over de akkers en de weiden, de winden in de bomen, de roep van het leven lijk de siddering van het zijn: het eeuwige dat ons vertrekpunt is en blijven zal. Wij, de mens, erin verwikkeld. En als dusdanig er over schrijvend, een van de vele mogelijkheden die ons gelaten zijn om nader te komen, om erin binnen te dringen en er weer uit op te staan, geladen met een deeltje van die eeuwigheid die ons maar al te ruim te wachten staat. Hoe groot-mens zijn we dan als we ons wagen aan iets dat er nog niet was, een gedicht of wat proza, een schilderij, een sonate, een beeldhouwwerk, zo uit ons ontstaan, in een oogwenk geconcipieerd in gedachten en dan uitgewerkt in brede trage halen. ,


    Conceptie en de uitwerking ervan, in een ingesloten zijn in ruimte en in stilte, de hand die de materie beheerst, de hand die zich etaleert zoals cel op cel zich etaleert in bloem en plant.


    Het is ons ingegeven zo te zijn in de wereld. 


    12-05-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    11-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe de dag begint, hoe hij verloopt



    De grijze luchten en de regen, de slaap nog in zijn ogen, hoe bevrijdt hij zich van wat van de nacht nog is om zich te openen in woorden, zoals hij het gisteren deed en de dagen er voor.


    De boeken, deze die gisteren spraken tot hem, zijn nu zoals de luchten, gesloten, zijn zwijgend. Het verrast hem niet, hij wist dat dit gebeuren kon. Hij wist dat hij er eens alleen zou staan om te zeggen dat hij niets te zeggen heeft in de ogenblikken van het niet-zijn, ogenblikken die enkel en alleen van het bewegen zijn, van het zich verplaatsen van hier naar daar, gedachteloos, on-begenadigd met de krachten van de geest.


    Niets méér zijnde dan een nummer in een register en het register verzegeld,. hij zich wegdenken wil als zijnde niet meer van deze wereld noch van de werelden die komen zullen.


    Niet beangstigd maar ook niet verlangend, niet uitkijkend naar wat komen kan. Te zijn en niet te zijn, niet te voelen dat hij er is, de tijd als een laken over de dingen, de dingen toegedekt en wat is van hem, het lichaam, er in weggeborgen.


    Zijn ik, weggedeemsterd. Heeft hij wel een jeugd gekend, is het wel zo dat hij veel geschreven heeft, was hij het wel die een boek wou schrijven en is blijven ronddolen met weinig meer dan a blog a day.


    Zoals hij zich nu voelt was hij vroeger zeker niet, het was iemand anders die nu opgestegen schijnt uit hem naar andere oorden. Hij zal vandaag moeten leven met die eenzaamheid in zich en wachten. Er valt niets anders dan te ademen en afwachten tot alles zich opnieuw heeft ingesteld op het zijn van deze aarde.


    Dit was van deze morgen, dit is dus verleden en blijft waar het in de marge van het zijn opgetekend staat.


    In de vroege namiddag is er het beeld van wat in Venetië door Belgische ‘kunstenaars’ - je moet ze zien staan - wordt uitgestald. Hoe waagt men zo iets kunst te noemen, de kleinschaligheid van het menselijke op te schroeven, uit te beelden, voor te stellen als iets oneindig - oneindigheid wat kunst eigenlijk is. Om dan, bijna tezelfdertijd, als tegenpool, door een samenloop van omstandigheden, geconfronteerd te worden, via het dubbel concerto van Johannes Brahms, op you-tube, met, wat ik niet kende, de muziek van Wim Mertens: zijn ‘Often a Bird’, zijn ‘Struggle for Pleasure’.


    In welke wereld leef ik dan, in deze van het absurde, het negatieve, het neerhalende of in deze van het verhevene, het sublieme de wereld van Brahms overgenomen in een zelfde geest naar de wereld van Wim Mertens.


    Ik schrijf je dit van uit mijn alleen-zijn-in-gedachten. Ik hoop dat je het lezen zult. Je hoeft geen besluit te treffen, je bent vrij je op te stellen zoals je het wenst je op te stellen. Maar voor mij is Wim Mertens een deugddoende compensatie voor wat getoond wordt in Venetië. Het is meer dan een compensatie, het is een blik op wat de toekomstige kunst voor ons in spe heeft. Het vooruitzicht dat de oude waarden in de muziek en in het algemeen in alle vormen van kunst, het halen zullen en mettertijd hun weerklank zullen hebben in een vernieuwing van de gevestigde waarden waarop onze beschaving is gebaseerd.


    Prof.Maurizio Seracini[1] die ik ontdek via www.artdependence, schrijft het volgende over de hedendaags kunst:’


    ‘If contemporary art will continue to be the expression of highly provocative and often shocking messages presented in a language often intelligible only for the artist, and with the deliberate intention to cut out any cultural continuity with centuries of art, soon people might not be able to see or understand any artistic value in a work of art. An art piece could soon become an item as any other to be sold or bought just for its cost and possible revenues, regardless its true value.


    Ik denk zelfs dat de toeschouwers in Venetië dat stadium - gebrek aan inzicht in de artistieke waarden - reeds bereikt hebben.


    [1] From 1975 to 2013, Prof. Maurizio Seracini was the scientific director of the Leonardo Project in search of the long-lost Leonardo’s mural ‘The Battle of Anghiari’ in the Hall of the 500 in Palazzo Vecchio in Florence.

     


    11-05-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    10-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gezeten tussen boeken.



    Ik denk - het is jaren geleden dat ik hem las - aan Zhivago die binnentreedt in de ruime werkkamer van Varykino en door het wijde raam geconfronteerd wordt met de oneindigheid van het landschap en neerzitten wil aan de grote schrijftafel om er het boek te schrijven dat zijn ganse leven duren zou.


    En dan is er ook, uit een dichtbundel die een gelaagdheid kent waar je niet doorheen kunt kijken, maar die je om vele redenen niet schuwt, er regels uit meeneemt waar je gaat of waar je, je in gedachten bevindt. Ik dacht zoëven aan Pasternak, ik denk nu aan Saint-John Perse, aan zijn: ‘les graines flottantes s’ensevelissent au lieu de leur atterrissage, il en naîtra des arbres pour l’ébénisterie’.[1]


    Ik kan dit vertalen maar vertaald heeft het niet dezelfde poëtische geladenheid.


    Er zijn zo heel wat passages uit boeken die zich in mij hebben opgestapeld, die me nu en dan op de gepaste of ongepaste momenten bezoeken en waar ik even bij stil sta en, kan het anders, voedsel zijn om dingen te schrijven waar ik nog niet aan gedacht had, dingen die voortkomen uit wat ik van anderen behouden heb.


    Pasternak vooral is een grote droom gebleven en de zin, hoger aangehaald, werd in mij gegrift, geëtst. In mijn onderbewustzijn/onbewustzijn ga ik er mee slapen en sta ik er mee op, omdat het ook altijd een droom is geweest - van vele schrijvers denk ik - te werken aan iets dat je ganse leven zou omknellen en zou bloot leggen. Iets dat alleen uit jou kan gegroeid zijn, een samenbrengen van de vele zaden die zich mettertijd in jou hebben gezaaid, die geschoten zijn  en waarvan de bomen nu een bos geworden zijn.


    Het moet inderdaad een groot gevoel zijn een boek te schrijven, een boek te voelen groeien in zich en te zien groeien in de stapels pagina’s naast zich. Een boek over het leven, een boek over wat het zaad van het Woord kan zijn.


    Ik schrijf dit gezeten tussen de rijen boeken in mijn kamer, de beste plaats waar ik zijn kan. Ze beamen wat ik schrijf, ze voelen zich gevleid dat ik het over hen heb en niet over wat in de wereld gebeurt. Ze weten dat de wereld niet mijn doen is, ze weten dat het de boeken zijn, die van hen, die optreden als volwaardige burgers in wat ik te vertellen heb. Ze roepen me toe, ze applaudisseren zelfs, al hoor ik het niet, ik weet het en het geeft me én armslag, én een gevoel van oneindige rust. Ik kan er me letterlijk bij neerleggen, links en rechts omgeven door boeken die spreken tot mij, de ene wat meer dan de andere , maar hun spreken is hun zwijgen en ik houd het zo.


    Ik houd het zo, lang, lang : Ik, en de boeken om me, die me insluiten, die me warm houden, die me begeesteren bij momenten, zoals dit nu-moment. Afgezonderd van al het overige dat is en roert en beweegt ; dat evolueert naar een uiteindelijke bestemming die er is, ergens waar het goed is te zijn, waar het goed is er honderd procent te zijn, opgerold lijk een egel.


    Sprakeloos, in mezelf gekeerd.



    [1] Saint-John Perse: Amers, Strophe 5, 1 (Oeuvre poétique, 1960 Gallimard ).


    10-05-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    09-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Evolutie, een aspect



    Is er, nu de mens als ‘humaan’ wordt gezien, zo iets op komst als ‘humaan-zijn in het vierkant’, niet zoals de snelheid van het licht in het vierkant maar humaan maal humaan en dit in de diepte?


    Is het dit dat de evolutie voor ons in spe heeft, de grote verrassing die de mensheid wacht, om de hoek, in de tijd, enkele tienduizenden  jaren verder?


    Ik vertel jullie niets nieuws als ik schrijf - met de woorden van Hokusaï in het achterhoofd - dat elk geschrift van mij een poging is om het steeds maar beter te doen dan de keer er voor.


    Het gaat wel niet trapsgewijze, elke dag wat beter, maar ik voel toch, al zeg ik het zelf, dat er een zekere progressie is en dat ik, zeker nu, niet meer de hoop mag opgeven, ooit eens het hoogste te bereiken wat ik hoopte te bereiken. Het succes, als het ooit komt zal te wijten zijn aan mijn blijvende inzet, ik zelf zal er verantwoordelijk voor zijn, ook als ik er niet in slaag.


    Dit zijn weliswaar boude woorden, maar we zien het groot. We wensen niet ter plaatse te blijven trappelen, we wensen vooruit, het zit zo genesteld in onze genen. Het is trouwens een logisch iets als ik denk vanwaar ik kom.


    De humane mens van Roger Garaudy komt van heel, heel ver. Hij moet, alse en vaag droombeeld ervan, in zijn minimaalste essentie, aanwezig zijn geweest op het moment van de Big Bang en deze oer-oer-essentie is uitgegroeid tot een beginnend mens-zijn dat op een ogenblik in de tijd, met een kwast en een schotel verf op het punt stond de wand van de grot waar hij verbleef te beschilderen. Het beginpunt van zijn humaan-zijn.


    De vraag die zich stelt achteraf: is het deze oer-oer essentie van de mens  geweest die er voor gezorgd heeft dat het op een bepaald ogenblik in de tijd, gedacht heeft aan kwast en verf of, is het, het gevolg van een evolutief gebeuren geweest dat, van in den beginne, in het moment van de Big Bang, zat ingebakken en gezorgd heeft dat de hand van de mens een bizon tekende op de ruwe ondergrond van de wand van de grot waar hij leefde ?


    Het antwoord op deze vraag is ook het antwoord op de vraag gesteld in de eerste lijnen van mijn betoog.


    Ikzelf ken de overtuiging dat de mens - ik denk dan niet aan zijn uiterlijk, aan zijn voorkomen - geestelijk evolueren zal naar een homo sapiens sapiens, naar een ‘geestelijk-zijn-in-het-kwadraat’. Vraag me niet wat dit betekent; vraag me niet wanneer dit gebeuren zal. Wel denk ik dat het verloop ervan exponentieel zal gaan, zeker niet de tijd die nodig is geweest om van hominidae te komen tot de homo sapiens van nu.


    Dit is deel van het ongewisse, maar, zoals het Universum in beweging is als Universum en elk part ervan, dus ook de mens, deel uitmaakt van deze evolutie, dus ook de geest, de spirit in het Universum, het ook gebeuren zal met de geest, de spirit in de mens.


    In elk geval, vandaag staan we veel verder dan waar we stonden bij het begin van de Verlichting. De wetenschap is open gebloeid, schijnbaar bereikt ze thans een voorlopig eindpunt, staat ze op het punt te kantelen in een meta-wetenschap, de New Physics hebben ervoor gezorgd dat dit punt werd bereikt zodat er, zo wordt gezegd, er niet meer begripvol kan over nagedacht, kan over geschreven worden.


    Het religieus gedachtengoed daarentegen heeft, rampzalig genoeg de wetenschap/Verlichting niet gevolgd. De Kerk heeft haar machtspositie willen behouden en ondergaat thans de gevolgen van haar stugheid.


    Maar het is overduidelijk de geest van de mens is geëvolueerd. Er loopt een lijn van uit de Big Bang naar de humane mens die doorlopen zal naar de toekomst, niet noodzakelijk met een zelfde gestadigheid, er kunnen tempoverschillen zijn, maar deze zullen overwonnen worden en de vooruitgang naar het kwadraat toe zal er komen.


    Gebeurt het dan toch niet, komt er een dikke kink in de kabel, om een of andere menselijke reden, of een andere, de aarde heeft wellicht niet het alleenrecht. Er zijn andere plaatsen om er, zoals begonnen is op aarde te herbeginnen op een andere planeet - misschien zijn ze zelfs daar al aan het kwadraat toe.


    09-05-2019, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    08-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Grotschilderingen en oude bomen.



    Roger Garaudy (1913-2012), in zijn  ‘Comment l’Homme devint humain’[1], daalt af tot de jaren duizend om er Kono His (1020-1090) te ontmoeten en steunt zich op wat deze ons toen wist te vertellen:


    ‘Un poème est un tableau sans formes, un tableau est un poème en formes. Les sages ont souvent discuté cette maxime et nous en avons fait notre guide’.


    Wat zeggen de ‘wijzen’ van vandaag hierover, én over de poëzie, én over het schilderij of kunstwerk of, zijn er nog wel ‘wijzen’ die alles hebben doorgrond en over alles een mening hebben, ook over wat de  wijzen van vroeger vertelden?


    Frans Minnaert was zo iemand. Hij dacht na over wat de grote Hokusaï wist te melden aan de wereld, en als Directeur van de Kunstacademie in Anderlecht liet hij Hokusaï’s woorden[2] aanbrengen in de inkomhall van de Academie. Of deze woorden er vandaag nog staan weet ik niet, evenmin als ze er nog staan, of ze nog gelezen worden?


    We gaan er niet vreemd over doen, de wereld van de geest verandert ; de visie over de dingen die zijn, wijzigt zich. Zoals ik al dikwijls vermeldde, de oude gewaden zijn afgelegd en dit op alle gebieden, zo filosofisch- religieus, zo wetenschappelijk, zo economisch als politiek, niets dat vroeger was is overgebleven, waarom zou dan de wereld van de kunst zich niet gewijzigd hebben ?


    Als ik, ingaande op de muziek voor de viool van de laatste dagen, en hoor hoe de muziek van Mozart evolueerde naar de muziek van Brahms, en deze naar de muziek van Enesco en deze laatste naar de muziek van Bram Van Camp, dan zijn er vier verschillende werelden die zich openen.


    Het probleem dat zich stelt aan mij en aan allen rond mij is een algemeen probleem, ben ik bereid mijn wereld van vroeger op te geven en openminded deze van nu te betreden; heb ik die soepelheid of is er, om diverse valabele redenen, geen haar op mijn hoofd dat er aan denkt ook maar één stap te zetten in de richting van het meest nieuwe?


    Zo lang ik het niet doe kom ik geen stap verder, blijf ik van de oude school, die, misschien nooit meer, deze van de huidige of komende generatie zal worden. Het is een kwestie van buigen of barsten.


    Wat mij betreft, ik blijf met veel argwaan toekijken naar wat er gebeurt. Ik blijf geloven dat het ‘nieuwe’ geen winstpunt is wat de inhoud ervan betreft ; dat, wat kunst/poëzie betreft - kunst IS poëzie en omgekeerd - het peil van de grotschilderingen niet meer bereikt wordt, omdat niet meer vertrokken wordt van uit de verbazing die het leven is, maar van uit het geblazeerd zijn. Hoe verklaar je anders dat er gemeend wordt kunst te bedrijven met het bekleven van een plafond in het koninklijk paleis met de vleugels van miljoenen kevers, welke kleur deze ook hebben mogen.


    Welke afstand ligt er aan de basis, tussen beide uitingen van gevoelens. Moeten we het zien als een progressie ? Wijst het qua beschaving, niet eerder op een achteruitgang, op een leeglopen van wat destijds een begin van beschaving was?


    Ik krijg van uit een bron, ‘Pinterest’, dagelijks foto’s toegestuurd, o.m. van bomen en nog eens bomen, de meest fantastische die je, je maar indenken kunt. Je zou denken dat de wereld er mee bezaaid is. Ik kijk er naar , ik kijk naar de meest grillige vormen ervan. Het is het werk van de natuur, en de natuur leert ons wat kunst is, namelijk verbazen. Ze stoot ons van ons voetstuk, ze is als een vuistslag in ons gelaat, en dit niet alleen wat oude verweerde boomstammen betreft, ik voeg er het mirakel van de duizend soorten bloemen die er zijn aan toe. Het is de maatstaf van de natuur ontstaan uit het Woord dat in den beginne was.


    Nu, eeuwen lang zijn we geëvolueerd, de natuur, of het werk van de natuur als maatstaf. Vandaag is het de maatstaf van de mens die we aankleven.


    Vandaag heb ik duidelijk de indruk dat we afgedwaald zijn. Hoe ver we zijn afgedwaald valt niet te becijferen. Het erge is  dat we ‘het-afdwalen-van’ als maatstaf zijn gaan gebruiken. 


    Is het onze machteloosheid, ons gebrek aan vakkennis die we aan het etaleren zijn, ons gebrek aan geduld, onze zucht naar geldgewin?


    Is het niet zo, het lijkt er toch op.



    [1] Roger Garaudy: ‘Comment l’homme devint humain’, Edition Jeune Afrique, 1978.

    [2] HokusaÏ: ’… Ik ben gek  van schilderen geworden vanaf mijn zesde levensjaar toen ik ermee begonnen ben. Ik maakte schilderijen die ik zeer goed vond. Toen was ik al vijftig jaar. Maar niets van wat ik deed alvorens ik zeventig jaar was had enige waarde. Op de ouderdom van drieënzeventig ben ik ertoe gekomen de natuur onder vele aspecten te begrijpen: vogels, vissen, dieren, bomen, gras, kortom alles. Als ik tachtig word zal ik nog verder gaan en de geheimen van de kunst zal ik binnendringen met mijn negentig jaar. Eenmaal honderd jaar bereikt zal mijn kunst subliem zijn. En mijn enig doel zal bereikt zijn op mijn honderdentiende jaar, want dan pas zal iedere lijn en ieder punt dat ik maak doordrongen zijn van leven. (In Paul Huys, Frans Minnaert, Lannoo, 1980).


    08-05-2019, 06:57 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    07-05-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Woorden die woorden worden.


     


    Er is geen leegheid meer. Ik vertel al wat ik weet, of denk te weten, al wat ik me inbeeld en niet inbeeld, wat ik wil en wat ik eigenlijk beter verzwijgen zou. Ik kan mijn blad vullen met de woorden die ik ontvang van waar ook, die ik schift, verwerp of aanvaard. Kan pagina’s schrappen, en nieuwe pagina’s vullen; kan in mijn woorden rozen/netels laten bloeien en verwelken; kan zeggen dat ik opsta met Venus voor het raam, dat ik aan de vijver ben, dat ik in Auvers-sur-Oise ben aan het graf van Vincent en Theo Van Gogh, broederlijk naast elkaar, en dat het regende. Ik ben volledig meester van wat ik achterlaat aan woorden van mij.


    De dagen die voorbij zijn waren storend. Ik had teveel technische problemen die ikzelf niet oplossen kon. Vanmorgen, ontdaan ervan kan ik me ontplooien terug, me bloot geven wat mijn gedachten betreft. En het is een bijzondere morgen. Een goede vriend staat op om 04.33 om mijn blog te lezen en hij stuurt me de woorden van Multatuli: ‘ik wil gelezen worden’. Wat ook mijn geval is, ik ook wens gelezen te worden, dan toch de blogs die ik schrijf. Ik denk echter dat Multatuli gelezen wou worden omwille van het onrecht dat hij aanklaagde, wat bij mij gelukkig - al heb ik wel al gedaan in het verleden - niet meer het geval is. En dan nog, wat ik schrijf heeft zijn waarde voor mezelf, of het ook waardevol is voor zij die me lezen weet ik niet, weinigen zeggen het me, maar mijn blog blijft bezocht worden en dit is de enige aanduiding die ik heb.


    Heeft een schrijver, wiens boek in de etalage ligt, zelfs als het goed verkocht wordt, enige zekerheid dat zijn boek - ik denk aan ‘Het Verdriet van België - ook gelezen wordt, en dan nog gelezen met de zorg die Hugo Claus eraan besteed heeft om het te schrijven?


    Ikzelf schrijf altijd alsof mijn woorden onuitroeibaar zijn, alsof ik de zekerheid heb dat ze de eeuwigheid zullen ingaan. Het is dus geen schrijven met krijt op een zwart bord maar woorden geëtst in de koperen plaat om niet meer te vergaan. Dit is het gevoel dat ik heb als ik bezig ben. Achteraf weet ik genoeg dat mijn woorden zullen vergaan onder het stof of in het vuur – wat ik al eens heb gedaan tot mijn spijt - maar het kan ook, en dit hoop ik, dat ze tot lang na mij gelezen zullen worden, zoals het ook kan dat ze op zij gelegd worden, vergeten voor een tijd, om dan toch eens te worden opgedolven, misschien door mijn achterkleinkinderen, bloot gelegd en ontcijferd.


    Echter, zelfs indien alle tekens worden verschroeid tot as, dan nog zullen de ideeën die ik rondstrooi, lijk een parfum blijven hangen in de luchten omheen de aarde en opgesnoven worden, omgezet in woorden door anderen na mij.


    Anderen die denken zullen in het spoor van mij en die mijn gedachtengoed zullen verder verkondigen, of het nu geschreven staat of niet. Ze zullen het doen voor de geslachten na hen, zoals ik het gedachtengoed van anderen heb verder gezet. Aldus wordt alles meer en meer uitgezuiverd tot de essentie, en gaat er niets verloren, wat ook de Ecclesiasticus moge beweren.


    Er zal dus nog altijd iets overblijven van wie ik was of wilde dat ik was. Is het dan verbazend dat ik soms denken moet aan wat Ovidius schreef over zijn Metamorfosen?


     


    07-05-2019, 05:22 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs