Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    01-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Eerste Dag



    Ik wil het jaar beginnen met de woorden, onderaan mijn blog, van een vriend, een groot germanist, een man die verliefd is op de taal van Goethe. Ik vergeef hem de lof die hij me toezwaait, hij is zo, hij is uitgelaten wat de taal betreft. Verknocht, met de structuur en de betekenis ervan, volgt hij elk woord dat uit mijn pen komt – een pen die ik, bijna een halve eeuw geleden, kocht uit zijn handen, wat hij niet meer weet – een pen die de verlenging is van mijn geest naar de wereld toe.

    Dit, omdat ik gepoogd heb een antwoord te vinden op de vraag, die hij me stelde, die we ons allen stellen, hoe is het dat we denken, hoe is het dat de woorden komen, de zinnen zich vormen, gevoelens worden ingeschakeld en bloot gelegd, of welk is dit mechanisme van de vingers die schrijven, die neerzetten wat een ogenblik ervoor nog niet was, maar er toch was, onder een of andere wazigheid, al was het maar wiegend in de mist, als eetballen voor de meesjes, in de bomen die er niet zijn, evenmin de meesjes, wazig onzichtbaar, ontastbaar.

    Heer in het Universum, is het zo dat we de gedachten eten uit je hand, dat we die ontwaren - maar wie is die we? - in de diepte als in de verte, in een totale vormloosheid, ofwel als zaden die niet tot kiemen komen ofwel, zoals het gebeurt - gelukkig dat het kan - ontploffen, ontkiemen in woorden, die we houden of die we uitdragen tot bij wie ze nemen wilt.
    Bevreemdend de wereld van het schrijven, van het omzetten in tekens van iets dat gehaald wordt uit de luchten om ons heen, van het vorm geven – in onze hersenen? - aan wat niet is en toch is, zoals het Universum zelf gevormd werd uit wat-nog-niet-was-en-toch-was, en ons schrijven telkenmale een identiek gebeuren is, zo frequent voorkomend dat niemand, behalve ‘der Albert’ die me er vragen over stelt.

    Hij weet het nog niet, maar hij biedt me aldus de mogelijkheid de link te maken naar het zo opgetilde Nieuwe Jaar, alhoewel dit enkel maar betekent dat de aarde, voor de mens op aarde, het punt heeft bereikt waar ze een jaar voorheen is voorbij gekomen.

    Om dan, als ik meer precies wil ingaan op zijn vraag, onderscheid moet maken tussen gedachten enerzijds en beelden anderzijds.
    Luuk Gruwez aan wie ik een paar van mijn gedichten had gestuurd verweet me, niet letterlijk natuurlijk, mijn filosofisch getinte gedichten – en ik weet pas nu waarom – omdat ze niet ontstonden uit beelden maar ontstonden uit gedachten omgezet in woorden. Gedachten die zich vormden in woorden, onderlijnd nu en dan door beelden die ik dacht passend te zijn, oproepen kon en omzetten in woorden.
    Ik heb Luuk Gruwez niet geantwoord dat het eenvoudiger is beelden om te zetten in woorden dan gedachten, omdat beelden kunnen beschreven worden, terwijl gedachten eerst moeten worden uitgedacht, eventueel al schrijvend.
    Als ik schrijf over een takje dwergvaren, dan draag ik dit, geplukt of gedroogd in mij; heb ik het over een korenveld dan kies ik het korenveld uit dat me past; heb ik het over bomen dan draag ik heel wat beelden van bomen in mij, van de boom die ik elke morgen groet tot de boom die ik weet staan bij de molen van Alphonse Daudet; en spreek ik over een bos, een woord dat een wijding is, dan denk ik aan het bos van mijn jeugd, maar ik ken ook het bos boven Grimentz in de Valais waar ik ‘chanterelles’ plukte, ik heb maar te kiezen en te beschrijven wat ik in mij als beeld draag.
    Gedachten daarentegen ontstaan, hebben geen vorm, moeten uitgewerkt worden in woorden en als ik begin weet ik niet altijd hoe het gebeuren moet, maar het gebeurt, de gedachten krijgen een woordelijke vorm die eens geschreven, achteraf zal verfijnd worden, aangevuld, verworpen, opnieuw verwoord.

    Mijn ganse leven heb ik gedachten uitgedragen over God of wie die God kon zijn, om tot het besluit te komen dat God en Kosmos, geen twee verschillende factoren zijn, maar dat God de Kosmos is en de Kosmos God. Echter zoek ik nog steeds naar de juiste bewijsgrond om dit duidelijk te stellen en ik zal dit blijven doen, trouwens elke blog die ik schrijf is een Steinmann, een mijlpaal op die pelgrimstocht.
    Ware ik niet zoekende, ik zou niets te schrijven hebben, niets meer dan een romannetje, of een verhaaltje zonder diepte.
    En terloops, wat ik gisteren heb ingelogd, mijn sprookje, kon ik preciezer geschreven hebben, maar ik heb het niet willen doen, ik heb het overgelaten aan de lezer om er de interpretatie aan te geven die hem het best past.

                                                                                                                        *

    Nu, wat ik in het begin zegde: hij schreef me, de vriend, de liefhebber van de taal van Goethe:

    Lieber Karl!
    Was du mir geschrieben hast, finde ich ausserordentlichund fabelhaft!
    Du bist wirklich nicht "ein Geist der stets verneint" sondern jemand von dessen Geist ich sagen möchte: "Verweile doch, du bist so schön!".
    Diese "geflügelte Worte" und "tiefe Gedanken" kommen nicht aus meinem beschränkten Gehirn sonder ausGoethes "Faust"!

    Es grüsst dich dein Geistesbruder. Zoals ‘ik’ jou groet, beste vriend, trouwe lezer van wat ik tot leven roep in deze bijzondere dagen, mijn woorden voor jou, gekroond met mijn wensen van geluk en voorspoed.

    01-01-2015, 02:23 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    31-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nacht

     

    Hij kon het laatste uur van het jaar de slaap niet vinden en het denken moe was hij opgestaan. Het huis rilde van de stilte toen hij de kamer betrad. Hij lag neer op de sofa voor de nog smeulende haard. Waarom wist hij toen nog niet maar hij had – een automatisme - een dun boekje met zwart couvert uit het rek genomen.

    Hij had het ooit gekocht in een second hand bookshop in Rye[1], een middeleeuws stadje aan de zuidkust van Engeland, omdat hij, bij het doorbladeren, erin gelezen had dat het verhaal over de stilstaande zon en maan boven Gibeon en Ayyalon, in het boek Joshua van de Bijbel, dat dit verhaal geen droombeeld, noch mirakel was geweest maar een reëel gebeuren[2].
    Het was - en het is nog - in elk geval een gebeuren dat heel wat stof heeft doen opwaaien. En het was precies om deze zin, deze enige, voor hem belangrijke zin, dat hij het boekje had gekocht.Hij had er destijds ook een gedicht in gevonden dat hij nu terug opzoeken wou. En hij las, uitgestrekt op zijn rug op de sofa onder de lamp:

    Thou that sleepest the sleep of the lamb
    And the line on thy lips is sweet
    Were I not shy of my parents’ face
    I would run and would kiss thee asleep.

    Thou that sleepest the sleep of the lamb
    And the line on thy shoulders is blue
    Were I not shy in face of the guests,
    I would run and would kiss thee asleep.

    Hij hield het boekje, zijn vinger tussen de bladen: ’I would run and kiss thee asleep’. Hij lag neer, totaal ontspannen om nimmer meer op te staan, in de krakende stilte van de kamer, met het rek boeken naast hem die in en uit ademden, die keken naar hem, spraken over hem. Hij wist het, hij hoorde hun vele stemmen door elkaar, Koestler, Proust, Eliot, Baricco, Barnes en het gans nieuwe boek dat hij vandaag per post gekregen had van een vriend, ‘Cinq méditations sur la beauté’ van François Cheng, de l’Académie Française, waarin hij al gelezen had: ‘La beauté qui changera le monde’.

    Hij voelde zich oneindig, voelde zich onwennig in zijn oneindigheid, uitgestrekt alsof hij zich nog nimmer zo uitgestrekt had gevoeld.
    Dan, een verre schijn licht van ergens, de roep van de uilen nog, als een roep die kwam uit het diepste punt van zijn jeugd, uit zijn allereerste ontwaken.
    Moeder, dacht hij, moeder en vader en broer, dacht hij: quarks en elektronen die ook deeltjes geest kunnen zijn, inspiratie, gebed, droom, verlangen. Is het zo dat de lucht die hij inademt ook deeltjes geest kunnen zijn van moeder en vader en broer? 

    Hij had een blog te schrijven, niet eenvoudig nu, geconfronteerd als hij was met het pak van de jaren dat hij droeg:

    Jij die hoort tot de slaap der levenden
    en slaapt de slaap der gelukzaligen,
    hou klaar je handen om te zegenen
    het wondere leven dat je adem is.

    Jij die hoort tot de slaap der dromen
    en slaapt de slaap van al wie was,
    keer waar je keren kunt om te zijn
    wie je waart toen je er nog niet was.

    Toen je wandelde de heuvel op
    om te zijn waar je komen moest,
    nu je er bent en de zin ervan gekend
    dankt om de vele dagen die er waren.

    Zo, mijn vriend, jij die hoort tot de slaap
    der schrijvenden, slaap de slaap
    van oudsher en schrijf, schrijf zoals je altijd
    hebt gedaan, schrijf de ziel uit je lijf.

    En,

    Jij die hem het ganse jaar hebt opgevolgd, herinner hem als een rusteloos iemand die meent dat schrijven zijn levensdoel is, omdat hij niets anders meer kan dan schrijven. Omdat hij dronken is van woorden die zwaluwen zijn, die stijgen en dalen en keren, die roepen om genomen te worden, van morgen tot avond, tot nacht, en betekeningsvol willen zijn om huiverend de nacht ingaan.

    Wil dan ook, mijn vriend, hem blijven herinneren als een jeugdig man van vele jaren, die zin wil geven aan het leven van allen hier op aarde, in het meer dan bijzonder, zin aan het leven van jou die hem leest.



    [1] The early Poetry of Israel, The Schweig Lectures, 1910, University Press Oxford.
    [2] ‘there is no reason to doubt that this poem, like so many others, is the tradition of an actual event, but it does not suggest that this event was a miracle’.

    31-12-2014, 07:26 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    30-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sprookje

     

    Sprookje voor de voorlaatste dag van het jaar

    Haar hand had een takje dwergvaren geplukt uit de muur omheen het kerkhof. ‘Om te drogen in een oud boek’, zegde ze, haar blote voeten in het warme zand, haar lippen paarlemoer van licht.
    Al lang al wou hij haar vertellen van Paolo en Francesca, van ‘hij die nooit van mij nog scheiden zal’, maar de muur wist het, het takje varen wist het en woorden waren zoals zo dikwijls, overbodig.

    ‘Waarom in een oud boek?’ vroeg hij.
    ‘Een oud boek zijn oude woorden op oud papier’, zegde ze. ’Is geschiedenis’ zegde ze ‘en uit respect voor de schrijver van het boek, voor wat nog kleeft van de geest van hem in het boek, de geest van hem die ik bekleden wil met de sporen van de varens. ‘Bevruchten’, zegde ze. ‘Nieuw leven geven’.
    Ze liepen in het mulle zand op het wegje naast het korenveld. Hij hield haar sandalen. Hij zag van vele zaken de wolken over wolken schuiven, hij zag de leeuwerik die hen vergezellen wou en opsteeg, zingend, hoger dan hij hem ooit had zien stijgen.

    Er een voor getrokken was dwars doorheen het korenveld en hij haar toen binnendroeg, tussen wolken stuifmeel hij haar binnendroeg. Ze vertelde hem op te passen haar takje dwergvaren niet te scheuren, niet te schenden. Maar hij kuste haar woorden. Haar jonge borsten aan zijn hart, hoe licht ze was, hoe ontvankelijk toen, lijk de aarde van hier die zijn jeugd was geweest.

    Komende uit zijn droom, dacht hij aan de wind, dacht hij het geritsel van de korenhalmen nog te horen waar ze lagen, de leeuwerik die opsteeg. Het was hierover dat hij schrijven wou. Al had het weinig zin terug te gaan naar dit preciese gebeuren dat ooit was, of misschien niet was, of in gedachten dat het was.
    Alleen nog het takje varen, verpulverd bijna in het oude boek dat hij hield waarvan de bladen losgekomen waren.

    Zo de dagen en het leven.

    30-12-2014, 01:05 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    29-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Age is killing me



    Age is killing me
    . Dit is de zin die zich vandaag bij het opstaan in mij blijft herhalen. Ik zit zwijgend met mijn echtgenote aan de ontbijttafel, ik luister naar haar zachte woorden, ik zie hoe het licht opkomt, roze, tussen de naakte bomen, met de kraaien hoog in de kruin, maar die vier woorden blijven komen op deze morgen van 29 december, de dag dat ik geboren ben, ergens in een huisje, gelegen in een ondergesneeuwd dorp, 'in das letzte Haus der Welt' - zoals Rilke zie ik het nu - onder een sterrenhemel die, van hieruit gezien, dezelfde is gebleven.

    Age is killing me slowly. Wie me ook belt of mailt, wie me ook feliciteert, zoals het gebruikelijk is, het is deze zin die op de achtergrond zal blijven en mijn verzwegen antwoord zal zijn. Ik ontkom niet aan de aftakeling van het lichaam. Zolang deze niet toeslaat op de geest, zo lang ik ver weg ben van de toestand waarin Hugo Claus zich bevond, is het niet zo erg, is het helemaal niet zo erg, integendeel is het een zegen, is het een langzame voorbereiding op het nieuwe leven dat in het zicht komt: dus ‘nothing to be frightened of’, zoals Julian Barnes me leert.

    Het is wel zo, Age is killing me, maar het is ook zo Age is astounding me, verbaast me, verwondert me om de kracht die er van uit gaat.

    De woonkamer in een oude hoeve met zware eiken balken, met een open haard, zwart geblakerd, een eiken tafel en stoelen, een versleten sofa is niet te vergelijken met een moderne woning met heldere muren en ramen en witte wanden, stil en effen zonder schilderijen, zonder enig teken van de tijd.
    Ik zie het gelaat van de Canvas-journalist van enkele dagen terug toen hij een dame interviewde die een dichtbundel geschreven had en hij haar inleidde als iemand van tachtig jaren oud, alsof het een wonder was dat iemand van tachtig nog in staat was een gedicht te schrijven. Zo is de ouderdom niet te vergelijken met de jeugd, kan de jeugd niet begrijpen wat het is oud te worden, te zijn. Nochtans, als ik onder jongere mensen ben voel ik me van hun ouderdom, spreek ik hun taal, volg ik hen en ken ik hun verlangens en dromen. Pas als ik alleen ben met mezelf, weet ik dat Age is killing me.
    Maar erg is het niet, ondanks de pijn die het lichaam is, voel ik me goed, niet om grote dingen te doen, maar dat wordt ook niet meer van mij verwacht, maar wel in staat om heldere dingen te schrijven, alhoewel de jeugd die van ons niet meer verwacht, voor hen is onze rol hier uitgespeeld, de wereld is van hen, niet van de ouder wordende.

    29-12-2014, 07:13 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    28-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vermenging en vereniging

     

    Ik denk ook aan het beeld van deze avond, of was het gisteren, of eergisteren? Aan het koor zingende kinderen op het scherm van BBC Four. Vele rassen van kinderen die zich allengs zullen vermengen, in elkaar zullen overgaan na vier, vijf, zes generaties om één ras te vormen. Het proces is al begonnen en is niet meer te stuiten. Geen blanken meer, geen donkerkleurigen, geen gelen, geen amberkleurigen, maar allen van eenzelfde huidskleur.
    Wat me zorgen baart is de vermenging van de namen die ze zouden blijven geven aan God. Hopelijk komen ze, zoals hun huidskleur, tot eenzelfde begrip ervan en vergeten ze hoe de naam moet uitgesproken worden.

    Misschien zou het voor ons allen beter zijn indien we geloven zouden in wat Raimundo Panikkar[1] noemt the cosmotheandric principle waarbij Kosmos, God en Mens - Cosmos, Theos en Anthropos - een nieuwe Drievuldigheid vormen, een nieuwe zich bundelende, zich osmoserende eenheid. David Steindle-Rast voegt eraan toe: All three belong together. That is the basis for what we call the new paradigm in theology.

    Het fenomenale is, dat dit cosmotheandric principle steunt op en gedragen wordt door de mens, door de denkende, creërende mens. Zonder zijn aanwezigheid, zonder zijn getuigenis, zijn de begrippen God en Universum van een schrijnende eenzaamheid. Maar ik vertelde dit reeds, zoals ik ook reeds moet gezegd hebben dat het onvermijdelijk is dat ik me herhaal, dat ik zaken herneem die reeds geschreven staan op een of andere dag van de periode 2010 tot 2014.



    [1] Fritjof Capra and David Stendl-Rast, with Thomas Matus, ‘Belonging to the Universe, new thinking about God and Nature’, Penguin Books, 1992, pag 101.

    28-12-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    27-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vooruitziende

     

    Hij schreef:
     
    Denk dat je bent opgestaan uit het (brandende) braambos, dat je je schoeisel hebt afgedaan en blootvoets bent gaan staan op de gewijde plaats dat je leven was en nog is; dat je hebt beslist te zeggen wie je bent, hoe je denkt en wat je denkt om aldus je plaats te bepalen onder de mensen; dat je de wereld bent ingegaan, met de totaliteit van wat je bezat aan geschriften, om hieruit te halen al wat er uit te halen is en aan deze humus van woorden en gedachten, een nieuwe uitweg te geven opdat je niets verliezen zou van wat ooit is geweest en van wat hieruit nog voortkomen kan; denk dat dit je opdracht is voor de dagen die voor jou nog geschreven staan in het Boek van het Leven.

    Het is dit dat ik had willen/moeten schrijven op de eerste dag van het jaar dat zich nu aan het sluiten is. Ik schrijf het nu omdat ik vanmorgen ben opgestaan met het gevoel: 1. dat het jaar vruchtbaar is geweest, 2. dat het jaar dat komt niet minder mag zijn, en 3. dat ik, om dit te niveau te bereiken, al wat ik bezit aan geestelijke energie zal moeten inzetten.

    Alsof ik, pas een jaar geleden, begonnen was met de aanleg van een tuin in het midden van een bos, vol bomen, planten en bloemen, mossen en zwammen, stukken rots en stukken wortels; een tuin waarin ik al het mooie, het bevreemdende, het uitzonderlijk heb samengebracht, en nu, in de dagen die komen, deze tuin verder wil uitbouwen met nog een grotere variëteit van al wat er in het bos te vinden is en daarenboven met de aanleg van een vijver met vissen en kikvorsen en hagedissen, en het planten van exotische bomen met vogels van bij ons en van elders.

    I’m a very strange man with strange ideas, and in love with words, all kind of words. Words are a drug for me, they keep me going, they are my beating heart, my strength and my spirit, they are my way of live.

    Ik sta nu aan de vooravond van een nieuw jaar. Ik ben begonnen met het opmaken van mijn eindbalans en mijn budget voor het komende jaar; ik wil verder op de ingeslagen weg, hopende op de hulp van de positieve elementen aan de horizont,  wetende dat verpozen uit den boze is.
    Zo helpe me mijn goed gesternte, het enige dat me bijstaan kan om aan te komen waar ik wens aan te komen.

    27-12-2014, 05:52 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    26-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verder schrijvend

     

    Kerstdag is niet het einde van de weg, is niet Compostella, het is hoogstens een stopplaats van waaruit ik verder moet over 29 en 31 december die ook maar plaatsen zijn waar je even ophoudt, schakelmomenten om verder te gaan, dag aan dag, en terug te komen, maar een jaar verder in de tijd, op het eeuwige nu-punt.
    Ik mag niet denken aan de momenten dat ik aarzelde, dat ik vreesde niet klaar te komen met mijn blog omdat ik niets te schrijven had. Echter gespaard gebleven van ziekte en andere ongemakken ben ik erin geslaagd voor elke dag van het jaar dat zich sluiten gaat te schrijven wat ik schrijven wou.
    Ik beken, ik had het wel verhoopt maar er waren twijfelgedachten. Vandaag bevind ik me in een identieke toestand maar voluit gaan is de boodschap.

    Heb nog een stuk Barnes te lezen, wie weet op welke verrassingen ik nog stuiten zal en heb ook nog een stel andere boeken die me kunnen helpen. Boeken of fragmenten uit boeken die klaar zitten en boeken in de rekken, maar niet Baricco, na zijn barbaren-affaire heeft hij me niet veel andere zaken bijgebracht, alhoewel hij in zijn laatste werk heel wat aanbevelingen heeft gedaan. Maar ik heb ondervinding wat het aanbevelen van een boek betreft, het is niet omdat hij of ik het goed vindt dat ik er iemand anders moet voorschotelen, behalve dan ‘Oorlog en Terpentijn’ van Stefan Hertmans, ‘het’ boek van 2014.
    Maar het feit is in elk geval dat ik, eens binnen in 2015, 365 blogs te schrijven heb, of afgerekend op het jaar dat eindigt, 550 pagina’s. Ik kan vandaag weinig vooruitzien, ik kan enkel denken aan mijn blog van morgen, hoogstens aan deze van overmorgen. Aldus met nog een matige inspanning bereik ik het einde van het jaar.

    Deze monoloog, dit gesprek met mezelf zegt me waar ik sta en waar ik heen moet. Het is – spijtig genoeg – geen pelgrimstocht naar Vézelay of Compostella, waarbij ik een reisplan zou kunnen opstellen, dit is het niet, maar het blijft een pelgrimstocht, een bedevaart naar de zin van het bestaan om terug aan te komen, de zon volgend, de aarde de rug toekerend, waar ik vertrokken ben, immer betrachtend te zijn wie ik zijn moet, waar ik zijn moet en hoe ik zijn moet.

    Schrijvend, het hoofd gebogen in nederigheid en dankbaar, uiterst dankbaar omdat de weg die ik nemen mag, bezaaid is met woorden.

    26-12-2014, 00:05 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    25-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Julian Barnes op Kerstdag

     

    Julian Barnes’ ‘Nothing to be frightened of’[1] lezend, voel ik me in goed gezelschap, ik heb wel enige moeite om zijn uiterst rijke woordenschat te volgen, maar het loont de inspanning.

    Het is een boek(-je) dat ik, achteloos heb meegenomen uit de Bibliotheek van de stad. Ik heb me bij de keuze alleen laten leiden door de naam van de schrijver, niet door de titel van het boek, en nu zit ik er mee, nu weet ik wat de literaire wereld denkt over het afscheid nemen, over: ‘I wouldn’t mind Dying at all, as long as I didn’t end up Dead at the end of it’.
    Ik weet ook dat het niet de gepaste literatuur is op Kerstdag maar ik houd het – en ik denk aan wat ik schreef over een ‘boekenminaar’ een paar dagen geleden – ik houd het warm in de hand omdat een boek een stukje ziel is, omdat een boek geen voorwerp is, een boek is leven, is een kloppend hart. Zo heb ik boeken tot in de slaapkamer, ze slapen er met mij en ze leven er met mij als ik lezen blijf en erin verdwaal tot laat in de nacht.

    Barnes nu is een man naar mijn hart. Ik las zijn ‘Flaubert’s parrot’, een heerlijk boek en ik las zijn ‘A History of the world in 10½ Chapters’ en nu vergast hij mij op een uitspraak tegengesteld aan wat de dood is, namelijk ‘that ‘I’ of which we are so fond properly exists only in grammar’ en dat ‘the notion of the cerebral submarine captain, the organizer in charge of the events of his or her life, must surrender to the notion that we are a mere sequence of brain events, bound together by certain causal connections. (page 150).
    Maar zegt hij verder, als die ‘ik’ slechts een illusie is, wat betekent dan het afsterven van die ‘ik’. ‘This would be an illusion mourning an illusion’.
    In elk geval iets om over na te denken, vooral dan als men, zoals Barnes, zich inbeeldt dat ons lichaam voortdurend doorboord wordt door deeltjes, neutrino’s genaamd, die zelfs bij machte zijn de aarde te doorkruisen. Als ik uitvergroot naar de kosmos toe, dan kan ik hieruit besluiten dat ‘Genesis’, het eerste boek van de Bijbel, voorbij gestreefd is en er nu, wat ik reeds heb gezegd en geschreven, een nieuwe Bijbel de kop opsteekt, deze van de New Physics geschreven door de wetenschap.
    Een wijs man die Barnes, een auteur die ons én iets te vertellen heeft en hij doet dit in een krachtige, rijke literaire vorm én, wat oneindig meer is, wat hij schrijft is voedsel voor die geest van ons.

                                                                                                                 *

    Je leest Barnes, je hebt 230 pagina’s te lezen, maar je blijft halfweg hangen bij een paar zinnen van hem. En in de nacht word je wakker en sta je op om in de kilte van de kamer, je tekst te gaan aanvullen met wat je denkt over onze fameuze vrije wil, dat deze, wat men er ook over zegt of schrijft, maar schijnbaar is in de mate dat deze wil ruim getemperd wordt door de levensomstandigheden (causal connections!) als daar zijn, in de eerste plaats misschien, de stand van sterren en planeten op het moment van de bevruchting/geboorte – wat door velen gelezen zal worden als een boude vooropstelling – en door het DNA profiel dat we hebben overgeërfd van onze vele voorvaderen, en door de familie en omgeving waarin we opgroeien.
    Er zullen er nog andere zijn zoals boeken en vrienden, zoals rijkdom of armoede, gelukkige of minder gelukkige voorvallen, maar het is dit in elkaar verweven geheel van toestanden dat grotendeels bepalend zal zijn voor wat we doen of laten.
    Filosofeer dan maar of lees maar wat de filosofen er over vertellen, ze spreken enkel over het proces van het filosoferen zelf, eerder dan ons te leren, zegt Barnes: ‘what the world consists of, and how best to live in that world’.

    Zo zijn we, lichamelijk en spiritueel ingeschakeld in het evolutieproces, we zijn er een product van – ik zou willen schrijven dat we er ‘het’ product van zijn – zodat we niet anders kunnen dan dit ingeschakeld zijn te beleven met alle krachten die ons eigen zijn. Wat dit betekenen kan, welke zin we er aan geven bepaalt de weg die we nemen in het leven, geëngageerd naar het eeuwige toe, of opgelost in het tijdelijke.
    Deze zin is niet van Barnes, wat niet betekent dat het niet zijn ingesteld-zijn zou kunnen zijn en het wellicht ook is.



    [1] Julian Barnes: ‘Nothing to be frightened of’ Vintage Books, London, 2008

    25-12-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    24-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stille Nacht, heilige Nacht


     

    Voor Patricia, Gisèle, Ann, Catherine,
    Voor Christophe, Stéphane, Anthony, Rita, Katiana, Gwendolyne, Lisa, Arnoud, Margot,
    Voor Alexia, Amaury, Lucca.

    Wat was kerstavond, de meest sacrale avond en nacht van het jaar, in die woning van ons, gelegen in de wijk van het dorp, de Klinckaert genaamd, in een straat met die naam. Ja, wat was er vroeger bij moeder en vader op kerstavond, was er iets om naar uit te kijken, een kerstboom misschien, kaarslicht op de tafel, een kerstkribbe uitgestald, een speciaal maal?

    Veel is me niet bijgebleven, maar ik denk dat er misschien wafels zijn geweest of pannenkoeken met koffie of chocolademelk, met een korf gevuld met uitgedroogde noten of in het stro bewaarde appelen, verrimpeld, ruikend naar de zomer.
    Wat ik wel weet is dat we de avond doorbrachten de voeten op de zijkanten van de rood gloeiende Leuvense stoof. En ook dat er regelmatig kinderen langs kwamen om een kerstliedje ‘van de herdertjes lagen bij nachte’ te zingen, allen hetzelfde liedje, die dan iets kregen van moeder. Ik vermoed dat ik er ook eens op uitgetrokken ben om bij de geburen van deur tot deur te gaan, met zo iets als een ster, hoog op een stok, een ster die kon draaien.
    Een jaar was mijn oom Alfons, die in Frankrijk woonde, afgekomen en ik herinner me dat hij een muntstuk van tien centimes, van toen – of was het vijf? - te warmen legde op de buis van de stoof en het muntstuk dan op een schaaltje duwde om het dan in de hand van de zanger te laten vallen. Ik vond dat het helemaal niet paste, want het waren schoolvrienden die kwamen zingen, maar hij had er plezier in en niemand durfde het aan hem enig verwijt te doen.
    De zingende kinderen is het beeld dat me met zekerheid is over gebleven van die kerstavonden van toen. Meer zal er ook niet geweest zijn bij ons, halfweg de jaren dertig, evenmin bij de geburen.
    Alles was simpelheid, geen telefoon, geen radio, geen auto’s in de straat, maar het land ijzig koud, zoals op de schilderijen van Brueghel, de boomgaard met de naakte bomen op een laken van sneeuw, de donkere lijn van de bossen in het noorden en aan de horizont de windmolen, eenzaam boven de velden uit in het zuiden en middenin, het ouderhuis als een veilige schelp, zwanger van rust en stilte.
    Wat ik me ook nog herinner, maar dit is een algemeen winterbeeld, van de dagen van toen, zijn de vechtende mussen omheen de korenmijten voor het venster van de woonkamer, de vinken en geelgorzen, de meesjes, de merels, de lijsters, een weelde van vogels om nog niet te spreken van de kraaien en de eksters.

    Voor het overige denk ik dat er niet veel gevierd werd in de huiskring. Het grote gebeuren vond pas de volgende dag plaats, op kerstdag zelf, naar de mis met moeder, de lange weg naar de kerk, geburen voor ons en achter ons, een lange rij, door de bittere kou, om te bidden in een bevroren kerk. En na de mis, even binnen bij grootmoeder, op de Kouter, die naar mijn blote knieën keek en ‘Och arme mijn ventje en zo koud!’.
    En de dag zelve, de dag van de geboorte van Christus, de grote vrijheid op het ijs van de ondergelopen weide, kinderen onder elkaar, uitgelaten, roepend, houten klompen aan de voeten, glijdend over het ijs in de ijlte van de luchten, de stemmen scherp en helder die ik nog hoor vandaag.

    En nu, hoe moet het nu, moeder en vader overleden, een broer te vroeg gestorven, een andere broer, Georges, nog goed te been, hij is wel zeven jaar jonger, en ik, een van de oudste – maar niet ‘de’ oudste - van de familie die overbijft van een grote stam ‘Van De Veldes’, langs moeders zijde.
    Welk gevoel geeft het me, een vreemd gevoel geloof me, en toch niet denken dat ik de eerste zal zijn om te gaan, zelfs al zijn er tekenen die in die richting wijzen.

    24-12-2014, 04:22 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    23-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Miguel Asin Palacios en Dante

     

    Een goede vriend schrijft me dat Dante, ‘Voor zijn ijskoude hel te rade ging bij El Kitab al Miraj (كتاب المعراج ),’Het Boek van de Opstijging’, het boek over de Nachtreis van Mohammed naar de Hemel’.

    Ik kan er het volgende over kwijt:

    Jorge Luis Borges is voor zijn verhaal, ‘La Busca de Averroes’, te rade gegaan, zo schrijft hij toch, bij (de geestelijke), Don Miguel Asín Palacios (1871-1944), de meest vooraanstaande onder de Spaanse arabisten.
    Deze Asín Palacios, leert ons dat het Spaans-Musulmaans gedachtengoed, gedurende zeven eeuwen onder het stof is blijven liggen en dat het pas in het begin van de XXste eeuw is geweest dat de Spaanse arabisten interesse hebben getoond voor de relaties die vóór de renaissance bestonden tussen het christendom en de islam en oog hebben gehad voor de grote inbreng van de Arabische literatuur uit Andalusië, in de westerse cultuur van die tijd.
    In 1919, bracht Asín Palacios de Westerse literaire wereld in beroering toen hij, bij zijn aanstelling als lid van de Real Academia Española, in zijn toespraak, het grootste middeleeuwse poëma van het christendom, de Divina Commedia, vergeleek met de vóór Dantes tijd bestaande legendes, hadiths en escatologische opvattingen van de musulmaanse mystiekers over de isra (nederdaling) en de mirach (opstijging) van de profeet Mohammed naar de hel en het hiernamaals. En dat deze musulmaanse elementen, voor Dante, de voornaamste bron moeten geweest zijn voor het schrijven van zijn Commedia.
    De kritiek op deze stellingname van Miguel Asín, vooral van Italiaanse zijde, werd door hem weerlegd in zijn ‘Historia y critìca de un polémica’ gepubliceerd in 1924[1], om daarna in 1927, in zijn ‘Dante y el islam’[2], onontkoombaar te bewijzen dat Dante wel degelijk zijn inspiratie gevonden had in de Musulmaanse literatuur, met haar verre oorsprong uit de IXde eeuw.
    Zo lezen we bij Miguel Asín dat al deze legendes en hadiths van de IIde hegira (hidzjra)[3] af, van en over Mohammed, door ‘el murciano’ Mohidin Abenarabi (ibn Arabi) in zijn Fotuhat verzameld werden en aangevuld. Interessant is het te vermelden dat het ontstaan ervan zijn oorsprong vond in de eerste verzen van soerat 17:

    Geloofd weze Hij die zijn dienaar in de nacht heeft laten reizen van de heilige tempel (deze van Mekka) naar de verre tempel ( van Jerusalem), wiens verhaal we gezegend hebben om ons deze wonderen te hebben laten zien.[4]

    De conclusie van Miguel Asín is dat Dante – en zijn bewijs is overtuigend – deze Fotuhat van Ibn Arabi moet gekend en gelezen hebben en dat hij de structuur – de verzen zijn natuurlijk de woorden van Dante – van zijn Commedia moet hebben afgestemd op de verhalen over de pelgrimstocht van Mohammed.
    We komen hier nog bij een volgende gelegenheid op terug, want deze vaststelling geeft ons de mogelijkheid te vertellen waarom Dante zijn werk aan zijn Vita Nova op een bepaalde dag ineens heeft afgebroken.



    [1] Dante y el islam, pag 5
    [2] Miguel Asín Palacios: ‘Dante y el Islam’ Urgoiti editores, 2007.
    [3] De mohammedaanse tijdrekening begint op 15 juli 622, de IIde hegira is onze IXde eeuw.
    [4] Loado sea el (Señor) que hizo viajar, durante la noche, a su siervo (Mahoma) desde el templo sagrado (de la Meca) hasta el lejano templo (de Jerusalén) cuyo recinto hemos bendecido, para hacerle ver nuestras maravillas.

    23-12-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    22-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Neogotische monstrans

     

    Kerstdag en Neogotische monstrans[1]

    Albert Schrever of de kunst om een uur lang – of was het meer? – te spreken over een door de kloosterzusters onder de kolen verborgen en door de Duitse soldaten eruit opgehaalde neogotische monstrans, een miniem detail uit de Grote Oorlog: het verbergen van een juweel het ontdekken en de teruggave ervan – op kerstdag nog wel - aan de eigenaar in een tijd verscheurd door de wapens, en het verhaal ervan opgevoerd door een groot spreker.

    Niet alleen een groot spreker, er zijn er heel wat die die naam verdienen, maar een spreker met een ongelooflijk warme inzet voor zijn onderwerp, een onderwerp dat hij omkranst, niet zo zeer met gezegdes van een of ander persoonlijkheid – hiervoor ken ik een andere vriend, Paul Verspeelt – maar met zijn boeken die hij niet zo maar ter hand neemt, maar die hij omhoog houdt en toont zoals destijds, naar hij ons vertelde, de priester de monstrans hoog hield onder een baldakijn, in processie door de straten van de stad, die bestrooid lagen – en ik weet dit uit mijn jeugd – met bloemblaadjes en snippers zilverpapier en de huizen, met brandende kaarsen op een tafeltje voor de deur of op de vensterbanken, wij gelovigen neerknielend.
    Maar die monstrans, mijn vriend, van neogotische makelij en een verklaring wat neogotiek wel was, en van de meesters ervan, geciteerd van Pugin tot Viollet-le-Duc, tot de man uit de streek, Louis Bert-de l’Arbre .

    Ik heb ervan genoten, de genodigden, vrienden onder elkaar, in de meer dan sympathieke oude rijwoning daterend van het Louis XIV-tijdperk, de enige die uit deze periode nog resteerde, druipend van ouderdom tot in de verweerde balken, wachtend op restauratie, en ademend in geuren van brandend hout, uit die even oude haard, waar geslachten verteld hadden over wat er was en wat er niet was.
    Droombeelden van oudsher en wij luisterend naar wat ons werd gebracht van hoe het vroeger was, ondergedompeld in flarden tijd en flarden gebeurtenissen over nimmer te vergeten figuren uit de omgeving die ineens opdoken uit de bladeren van een opgeheven boek, gehaald uit een stapel van boeken die klaar lagen, die riepen om aangeraakt te worden, om geopend te worden, al was het maar even.
    Er zijn sprekers die je overstelpen met ingewikkelde zinnen die je maar ontrafelen kunt als de tweede zin reeds half gesproken is, er zijn sprekers die aflezen zonder op te kijken, wat ze dagen, nachten ervoor op papier hebben gezet, en er zijn sprekers, zoals Albert Schrever, een man die Geraardsbergen in zijn hart draagt, die het halen uit hun herinneren, zo voor de vuist weg, het halen uit een simpel woord, een eenvoudige, in feite niets zeggende naam die hij dan omkleedt met een lichaam en een ziel.
    Je geniet ervan, je volgt hem woord na woord, je eet zijn woorden en je vraagt niet om op te houden. Je zit goed, omwolkt, in een aroma van hout en vlammen, in de sfeer van hoe het vroeger zou geweest zijn, in een ongewone verbondenheid van mens tot mens.

    Het blijft je bij, je vraagt je zelfs af waarom je er een blog aan wijdt die zal gelezen worden tot in het verre Cléden- Cap-Sizun. Maar, het is een must waaraan je niet ontkomt zelfs al is het maar een afgietsel van wat het was, gebracht op een avond dat de zon, op het einde van haar baan gekomen, nu keren gaat.



    [1]Het verhaal gaat over de neogotische monstrans van het klooster van de Zusters van Sint-Vincentius van Deftinge die zich in 1914 bevond in hun klooster in Diksmuide waar de zusters het Sint-Janshospitaal leidden. De monstrans werd door de zusters verborgen onder de kolen in de kolenkelder. Deze monstrans werd echter ontdekt door de Duitse soldaten en op kerstdag door een Duitse officier terug gegeven aan de Belgische soldaten die het later op hun beurt , via een parochiepriester, terug bezorgden aan de Zusters van Diksmuide.

    .

    22-12-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    21-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zoekende

     

    Elke dag wil ik, om wakker van geest te blijven en zeker niet te vergaan in de onledigheid, enkele ogenblikken binnendringen in mezelf en in de wereld om me heen zoals ik hem zien wil, of zoals T.S.Eliot het formuleert, doen wat ‘Old men ought to do’.
    Maar ik blijf dit doen in het luchtledige - wat ik reeds mijn ganse leven doe – er is niets dat er uit voortvloeit, tenminste geen stevig materieel en zichtbaar teken, terwijl nochtans diep in mij, de wortels van een boek zich aan het verspreiden zijn, wachtende op de juiste sterrenstand om op te schieten en boom te worden. Onvermijdelijk ‘une vie-roman’ te worden, zoals Serge Doubrovsky er een publiceerde, een boek dat ik destijds kocht en las, bij hem is het echter een boek van feiten, een scenario voor een film, wat ik geenszins in gedachten heb.
    Dit ‘ondergronds’ gebeuren is wat leeft in mij, terwijl ik me elke dag uitsloof om in de marge van dit gebeuren – en waar ik, voorlopig, geen vat op heb – iets zinvol uit te schrijven over om het even welk onderwerp dat in mijn vingers kruipt. En dit laatste schrijvend denk ik maar al te graag aan Freeman Dyson en aan wat hij over die vingers schreef:
    To me the most astounding fact in the Universe, even more astounding than the flight of the Monarch butterfly, is the power of the mind which drives my fingers as I write these words[1]

    Gisteren was het een pogen om onder de vorm van een gedicht te antwoorden op de vraag van een vriend over de zin van het leven. Had ik het bij het rechte eind, is het zo dat de essentie van ons bestaan hier op aarde, een zoeken is naar wat ons overstijgt, een langzaam binnenglijden in het fenomenale, onvatbare van het atoom, de opbouw ervan, het krachtenveld ervan. En aldus te komen tot de vraag naar de oorsprong en de herkomst ervan, wetende dat deze oorsprong en herkomst ook deze is van wat we zijn en van wat we als homo sapiens wordende zijn. En over dit alles, lijk het aroma over de roos, de geest van ons, onze binding met de geest in het miraculeuze dat de kosmos is.
    En deze binding van geest tot geest is er, we zijn er niet alleen een deel van maar ook de eigenheid ervan, alleen zijn we nog ‘steeds’ niet intellectueel bij machte te begrijpen en te verwerken.
    Onze geest is wachtende op de dag dat ons verstand dit ‘ingemetseld zijn’ begrijpen zal.
    Dit verwachten is de nieuwe vorm van wat Religie zal worden. Ik weet dat dit een boude uitspraak is. Ik schrijf ze neer de dag dat de zon schijnbaar gekomen is op haar meest zuidelijke punt. Morgen keert ze schijnbaar terug naar haar verst oostelijke punt, dit van 21 maart, de dag waarop volgens Dante de tijd begonnen is.

    Nu ga ik neerliggen op mijn sofa voor de haard met boeken om me heen, met de King James’ bijbel om me heen, met de literaire supplementen van Le Monde en van De Standaard om me heen.
    Eens te meer leeg geschreven.



    [1] Freeman Dyson: ’Infinite in alle directions’, Penguin Books 1990, page 118

    21-12-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    20-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Poging tot Brief



    Poging tot brief

    Zing zwaluw zing mijn hart tot rust
    of aan Poeskin gedacht na je brief gelezen
    als de avond een reflectie is en we schrijven
    gaan wat zin we geven aan het leven.

    Maar je brief, o vriend, een zwaluw zo zacht
    je woorden neergestreken, ongesproken
    een dimensie opgedoken waar de dood ons niet
    bedreigen kan zelfs al zou hij komen.

    Veel is het gefezel niet maar aan de weemoed
    toegevoegd een zegen van de hemel
    om in het gelaat van stilte te ontwarren
    wat te ontwaren is van God of eeuwigheid.

    Zo bidden kun je opdat vergeven worde elke pijn
    aan anderen aangedaan en weten ook met Eliot
    dat nederigheid de ene wijsheid is die wij
    verwerven kunnen. Zo zijn het niet de boeken

    noch de dogma’s die ons leren zullen, wel
    de sterren en de cellen, wel het beeld van kleine
    dingen, het mysterie van de knop die openbarst
    zoals van veel gebeuren, ook die geest van jou,

    tot hier geboren om te zijn en te getuigen
    tot in je adem en je bloed, dat de ‘Grote Levende’
    die ons ontgaat nog, momenteel,
    er IS en er blijven zal als we maar zoeken,
    onverdroten, dat wat Hij van ons verwacht.

    Te weten hoe Hij is, mijn vriend, dit is de zin
    van het zijn en van het leven, een andere kennen we niet.

    20-12-2014, 04:14 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    19-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De dag is niet veel

     

    De vrees achtervolgt me dat ik op een morgen geledigd opstaan zal, dat de dag verlopen zal zoals alle dagen maar dat ik, gestrand op een dood punt in mijn leven, geen woord dat leesbaar is zal kunnen schrijven.Het is een vrees die latent aanwezig is en zich nu en dan, zoals vandaag, zich manifesteert.
    Ik denk dat alle schrijvers deze vrees kennen, de onderwerpen raken soms uitgeput en oude opvissen is niet altijd de oplossing.
    Dan maar dit gedicht, parafrase op een gedicht van vroeger:

    De dag is niet veel als je niets
    te schrijven hebt, niets te verhalen
    over wat het uur je bracht.
    Als je niet bent opgestegen,
    al was het maar een fractie tijd,
    tot in de hoogste luchten,
    tot in het paradijs.

    Als je niet, zoals Pessoa, wat woorden
    nagelaten hebt op wat blaadjes papier
    en opgeborgen in een plaats
    waar niemand komen kan
    toch niet de eerste jaren.

    Omdat het woord je adem is,
    doorstroomd, dooraderd
    met het licht van zon en maan,
    het woord je verlangen is.

    Omdat het woord je zegen is,
    je ontfermen is
    zich wijzigend steeds en immer identiek,
    gekoesterd en vervloekt, bezeten
    en toch ongetemd gebleven.

    Omdat als er iets je inspiratie is
    het wel het woord zal wezen.

    Zo is de dag niet veel
    als de Muze je niet bezoeken komt
    om dingen te verkondigen
    die zee en luchten waardig zijn.

    Als je, je steeds maar weer herhalend,
    niet bereiken kunt dat vleugje poëzie
    dat je verheffen zou.

    Want de dag is niet veel
    als je niets te schrijven weet.


    Wat ik er nog aan toevoegen wou is de voetnoot over Stefan Hertmans die gisteren, 18 dec.is weggevallen:
    [1] Stefan Hertmans: ‘ Het Putje van Milete, J.M.Meulenhoff 2002, pag 254

    19-12-2014, 05:22 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    18-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gentiaan

     

    Dan is er Stefan Hertmans en zijn essay[1] over een gedicht van D.H. Lawrence: ‘Not every man has gentians in his house’.De ‘gentians’ in dit gedicht, erkentelijk teruggenomen en doorgeschoven naar de dagen van nu.


    Niet elk van ons heeft gentiaan
    zien bloeien op de Lona-alp[1]
    toen het sneeuwde
    en het pas augustus was
    en wij, de dood nog onverwacht,
    en vlokken kleven
    bleven ook op génépi
    op edelweiss en Arnica,
    hoe het bevruchten gaat.

    Hoe van bloem tot zaad,
    zelfs geen overgang
    want in elkaar verweven:
    bloem die zaad al is
    en zaad de bloem,
    wondere constellatie
    van wat tijd gebonden is,
    al sneeuwde het
    en het pas augustus was.

    Vlokken op ons neergekomen,
    ook wij bevrucht
    en onze geest als zaad
    herboren voor het nieuwe leven
    dat ons wacht, hoe later toch
    hoe des te beter.

    Niet elk van ons heeft gentiaan
    zien bloeien toen het sneeuwde
    in augustus op de Lona-alp.



    1. Lona-alp, gelegen boven Grimentz in de Valais, op het pad naar de Pas de Lona en les Becs de Bosson

    18-12-2014, 16:15 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    17-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Brief van een vriend (2)



    Dit waren zijn gedachten gisteren, maar zoals de luchten zich wijzigen van lichtend naar overtrokken en grijs, zo wisselt zich zijn gemoed als de problemen van de dag zich vroeg in de morgen aanmelden. Waar is dan zijn 'Ceilidh place', the place of happiness – de naam van het hotel in Ullapool, waar hij ooit met enkele vrienden verbleef - waar is dan zijn klim met John naar de Bella Tola, waar zijn zorgeloosheid, zijn vsie op mens en kosmos, zijn innerlijke vrede?

    Als de avond valt weet hij dat hij, tussendoor, altijd is blijven zoeken om een antwoord te formuleren op de vraag van John. Maar de eerste zin komt niet. Wel het begin van een zin uit een gedicht van Poeskin; ‘ zing zwaluw, zing, / zing mijn hart tot rust’. Hij kon John schrijven dat zijn brief gekomen was lijk een zwaluw in de lente, totaal onverwacht, maar het bleef bij die gedachte omdat hij ook niet wist waarom er een Universum is. En nu het er is, het alle schijn heeft dat het er is omwille van de mens, de homo sapiens, omdat de mens in het Universum een belangrijk, zo niet het belangrijkste deel ervan is omdat, indien de mens er niet zou zijn, het Universum geen enkele reden tot bestaan zou hebben. Het zou er eenzaam en verlaten bij gelegen hebben zoals de strook grond enkele kilometers breed tussen Noord- en Zuid-Korea. En wat meer is, het is door de geest – het weten en het kennen - dat mens en Universum onafscheidelijk verbonden zijn met elkaar.

    Dit was zijn dag geweest, onbeslist maar met een blog die hij te schrijven had, liefst voor middernacht. En er was een begin van redding geweest. In de namiddag, zittend voor de rijen boeken was zijn oog gevallen op het bijna uiteengevallen boek van Louis Charpentier ‘Le Mystère de la Cathédrale de Chartres’[1].
    Waarom haalt men een boek uit zijn rek, waarom, achteloos zoals altijd, blader je erin en blijf je hangen bij een zin die je al zo dikwijls moet gelezen hebben:

    ‘Le vitrail gothique, toujours expliqué, toujours inexplicable qui durera le temps du ‘gothique vrai’. Waarvan het effect niet zo zeer komt van de kleur van het glas maar van een bepaalde niet analiseerbare eigenschap én van het glas én van de kleur’, ‘want schrijft Charpentiernog: ‘het glas schijnt niet zo zeer te reageren op het licht, maar schijnt eerder zelf een glas te zijn dat niet zo zeer het licht doorlaat, maar zelf het licht is. Vitrail et gothique vrai, sont inséparables et comme le gothique vrai, le vitrail est un produit de haute science. Le vitrail est un produit de l’alchimie’.

    Hij herinnert zich ooit gelezen te hebben dat Suger, de abt van Saint-Denis, bij Parijs – nu een fief van de Islam - edelstenen had laten vermorzelen tot stof, om in te brengen in het glas van de kerkramen, Het kan dus dat de glasblazer van Chartres dit geweten heeft en het procédé gevolgd heeft.

    Zo, vriend lezer, wat is dit blog van hem anders dan zijn tocht langs de wegen van de geest, de wegen van bezieling van zovelen die hem in vervoering brengen met hun gedachten, hun bevindingen en hem gelukkig maken als de rust in hem is weergekeerd.
    En zijn dankbaarheid is groot voor het immens creatieve van zijn ‘broeders in de geest’, want ook hij voelt zich glasblazer en kathedraalbouwer, ook hij wil ‘compagnon’ zijn van zij die door hun ingesteldheid, door hun poëtische verworvenheid nog steeds aanwezig zijn onder ons, aanwezig in glasramen die licht uitstralen, of hun creativiteit gevat in een materie die lichtend is, zoals de poëzie het licht uitstraalt van de geest, het woord dat levend is zoals het glas dat levend is.



    [1] Louis Charpentier: ‘Les Mystères de la Cathédrale de Chartres’, Robert Laffont, 1964

    17-12-2014, 06:48 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    16-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Brief van een vriend


     

    Een vriend, die hij sinds lang niet meer gezien of gehoord had, schreef hem – hoe dikwijls ontvangen we nog brieven -  ‘J’admire tes centres d’intérêt, peut-être cherches-tu le sens de notre existence? Pour ma part je ne l’ai pas encore trouvé, tu pourrais m’aider…’
    Pourrais-je vraiment t’aider mon cher John, denkt hij en klaarheid zien voor mezelf?

    Het licht is, voor de tijd van het jaar, van een grote helderheid, het valt met een brede band door het venster binnen in de kamer over de brief in zijn hand, het omhult hem alsof hij in het licht het antwoord kon vinden op de vraag hem gesteld.
    Hij herinnerde zich de tochten die ze samen maakten. John verbleef elk jaar in augustus in St.Luc, hij daarentegen was met zijn familie in Grimentz, het dorp in een zijarm van de Val d’Anniviers. En elk jaar spraken ze af om samen de Bella Tola te beklimmen, een tocht van drie à vier uren zonder al te veel klimperikelen. Hun tocht was echter meer een wandeling in de diepte van het woord, naar de essentie van het zijn, dan naar de top van de Bella Tola. Wellicht hadden ze deze vraag van John reeds aangeraakt, zonder tot een aanvaardbare oplossing te zijn gekomen.

    Nu, staande in het licht onder de zware eiken balken van zijn droomhuis, dacht hij eraan dat we nu weten of zouden moeten weten dat we bestaan uit een immense, bewegende massa atomen en elektronen en andere nog minimalere deeltjes en aldus beseffen dat we verweven zitten in al wat ons omringt, van de dichtste boom tot de verst afgelegen galaxie. Pas met deze visie op de achtergrond, kunnen we gaan beginnen denken welke de reden zou kunnen zijn van ons bestaan en wordt het duidelijk dat het niet enkel ons bestaan is dat ter sprake komt, maar ook dat van de kosmos, want waarom bestaat er een kosmos en dan nog een uitdeinende, een levende kosmos? En dragen we niet in ons het zaad van het spiritueel element in de kosmos en etaleren we niet in onze woorden de uitstraling ervan?
    Het grote wonder is, en we beseffen het nauwelijks of helemaal niet, dat we als onooglijk zaadje geest, geconfronteerd worden met het oneindige van die geest in het Universum.
    We kennen pas het begin van de zin van ons bestaan als we beseffen in welke mate we verbonden zijn met de totaliteit, zoals we ons bewust waren van de krachten in ons en omheen ons als we ‘s morgens, voor dag en dauw vertrokken uit St.Luc, om via die moeilijke weg, langs de cascades, op te klimmen over de alpenweide, voorbij le chalet blanc en verder, immer verder naar het oosten toe, langs het gebaande pad in de flank van de Bella Tola, om gelukkig, in het licht van de opkomende zon, de top te bereiken.
    Hoe intens, was ons leven toen, vrienden samen, één met elkaar, één met de bergen, met licht en lucht en water. Lag hier niet de reden van ons bestaan, nader te komen tot de top, nader te komen tot God of hoe je Hem ook noemen wil, en was niet het bereiken van de top, het dichter komen tot de Grote Levende, de essentie van ons bestaan?

    Hij zou hem antwoorden, niet met een e-mail, John vond dit te moeilijk - alhoewel niet veel ouder dan hem - maar met een getypte brief, omdat zijn schrift niet meer was wat het vroeger was. Trouwens, en hij had dit reeds geschreven, de mogelijkheid te kunnen communiceren via e-mail was reeds een wonder op zich zelf, maar dit scheen John nog niet begrepen te hebben.

    16-12-2014, 06:39 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    15-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Volle Maan



    In de diepste nacht,
    op mantel van duisternis
    oase-vlek van licht
    door volle maan getekend
    waar takken staan geëtst
    lijk slierten zinnen
    op een Schoeller blad.

    Wat ons
    meer dan verwonderen kan
    in deze dagen
    als er niets te schrijven valt,
    niets te aanhoren
    en het woord
    de stilte is van de wind
    in de lege bomen,
    humus geur:
    uit de ingewanden van de aarde,
    zwammen opgeschoten.

    Wij, ademend nog,
    alhoewel gecrasht, alsof handen
    ons gegrepen bij het strot
    we niet meer opstaan konden
    niet meer vermenigvuldigen,
    onvermogend als dichter
    dichter te komen
    tot wat ons omkransen zou
    met laurier gekroond
    zoals Dante.

    Nacht die van de doden is
    licht van de levenden
    beide oppermachtig
    om wezenlijk te zijn
    te groeien en te verwelken,
    herop te staan en neer te liggen
    lichtoase van de geest
    en aarde bedekt
    met lichen en met mossen.

    Zelfs,
    doorheen de lege takken
    ons aanschouwend
    om te betoveren,
    de volle maan
    in volle nacht.

    15-12-2014, 07:21 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    14-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Elihoe uit het Boek van Job

     

    Hoe mooi ben je mijn lief,
    hoe bevallig en bekoorlijk,
    je gestalte is zo slank als een palm
    en ik dacht bij mezelf,
    ik klim in die palm en pluk zijn dadels,
    laat je borsten zijn voor mij
    als de druiven van de wijnstok,
    de geur van je adem als de geur van ambrozijn
    en de kussen van je mond
    bedwelmend zijn als zoete wijn.

    Het begon vandaag bij het Hooglied van Solomon of, in woorden opgeroepen het spiegelbeeld van ons beminnen, schuilend in de oerelementen van ons mens-zijn, soms openbarstend in duizend maal duizend cellen die zovele splinters zijn van het grote krachtige leven in ons en drager zijn van de essentie van de vele geslachten waaruit we zijn opgestaan: de eigenheid van de ouders geënt op de eigenheid van onze voorouders, en dit teruggaande tot het begin der tijden.
    Een eigenheid die natrilt in het bloed bij het ontwaken, als het eerste licht binnenvalt in de kamer en de vroege geluiden van de straat of van de wind in de bomen, of van de vogels in de hagen of van de regen tegen het raam ons verrassen met de vraag: ‘wat is er van de geest in de mens?’
    En op andere dagen: het is zomer, je bent in de tuin en je schrijft, de tafel bezaaid met zaadjes, vrij gekomen uit de dennen boven je, die cirkelend naar beneden dwarrelen op je hoofd, op je blad. En onvermijdelijk dit vers van Saint-John Perse:

    Les graines flottantes s’ensevelissent au lieu même de leur atterrissage, il en naîtront des arbres pour l’ébénisterie.

    Een versregel die ons vertelt over het wonder dat de natuur is: de kiemkracht aanwezig in het zaad waaruit een plantje ontstaat, een duim hoog dat de energiegolven om zich heen aftast om te weten hoe verder te groeien - zo zegt Rupert Sheldrake toch - een boom zal worden, bloeien zal en zijn zaad, zijn eeuwigheid, zal uitstrooien over de wereld. Om later, maar wat is later, als boom zal uitverkoren worden en door een vaardige hand en een creatieve geest meubel zal worden dat de tijd binnen schuift.
    Zo gelezen in die ene versregel van Saint-John Perse die ontstond, zoals hij schrijft: à l’angle peut-être d’un Jardin Public, ou bien aux grilles effilées d’or de quelque chancellerie.

    Én vandaag zoals op ander dagen, geprangd door Elihoe van vers 32, 19 uit het Boek van Job, Elihoe die maar al te lang had moeten wachten om het woord te krijgen: opgetekend in enkele schamele versregels:

    In de humus van de winterwouden
    wachten vele zaden,
    om te kiemen waar ze neder vielen,
    op de juiste sterrenstand.

    Ook, in het landschap van de geest
    nu we te veel verder staan
    dan halverwege,
    blijven tal van zinnen wachten
    lijk te jonge wijnen in nieuwe zakken
    die ze dreigen te doen scheuren,

    als we,
    uit het donkere woud getreden,
    alvorens de heuvel op te gaan,
    niet zaaien kunnen
    woorden, her en der gehaald,
    klonters kosmos,
    gelouterd uit de lucht vertaald.

    En is de tijd
    nog niet gekomen,
    wachten mag,
    later dan misschien.

    14-12-2014, 00:36 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    13-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Begijnhof O.L.Vrouw ter Hoye in Gent



    Het begijnhof
    waar de eeuwen verstild
    waren uitgestrooid,
    vroege vlokken sneeuw
    in rug en leden
    verkild.

    Niet beter
    hoe het was er binnen 
    waar op oude schilderijen
    begijn te zijn,
    het leven in te gaan,
    door engelen beschermd
    en door gebeden,
    toevluchtsoord de hemel
    die er toen nog was.

    En wij, zo vluchtig
    er gekomen,
    on-ingewijd begijn te zijn,
    denkend
    al te weten wat er te weten kan.

    De kerk die we betreden
    geen zegen meer,
    geen gebed gezegd,
    zelfs Hij die er was,
    niet gegroet:
    het sacrale
    is er uitgegroeid, mijn vriend,
    mettertijd,
    uitgedoofd wat ons geleerd,
    zo vlak het leven.

    Toen het donkerde ineens,
    opgekeken,
    op het laken van de lucht
    geen Orion, geen Sirius,
    dan maar gezocht
    langsheen de gevels
    het teken dat het anders kon
    maar niets gevonden.

    Wat helpen kon
    zich opgelost,
    Mea culpa, Heer.

    13-12-2014, 05:19 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs