Kerstdag is niet het einde van de weg, is niet Compostella, het is hoogstens een stopplaats van waaruit ik verder moet over 29 en 31 december die ook maar plaatsen zijn waar je even ophoudt, schakelmomenten om verder te gaan, dag aan dag, en terug te komen, maar een jaar verder in de tijd, op het eeuwige nu-punt. Ik mag niet denken aan de momenten dat ik aarzelde, dat ik vreesde niet klaar te komen met mijn blog omdat ik niets te schrijven had. Echter gespaard gebleven van ziekte en andere ongemakken ben ik erin geslaagd voor elke dag van het jaar dat zich sluiten gaat te schrijven wat ik schrijven wou. Ik beken, ik had het wel verhoopt maar er waren twijfelgedachten. Vandaag bevind ik me in een identieke toestand maar voluit gaan is de boodschap.
Heb nog een stuk Barnes te lezen, wie weet op welke verrassingen ik nog stuiten zal en heb ook nog een stel andere boeken die me kunnen helpen. Boeken of fragmenten uit boeken die klaar zitten en boeken in de rekken, maar niet Baricco, na zijn barbaren-affaire heeft hij me niet veel andere zaken bijgebracht, alhoewel hij in zijn laatste werk heel wat aanbevelingen heeft gedaan. Maar ik heb ondervinding wat het aanbevelen van een boek betreft, het is niet omdat hij of ik het goed vindt dat ik er iemand anders moet voorschotelen, behalve dan Oorlog en Terpentijn van Stefan Hertmans, het boek van 2014. Maar het feit is in elk geval dat ik, eens binnen in 2015, 365 blogs te schrijven heb, of afgerekend op het jaar dat eindigt, 550 paginas. Ik kan vandaag weinig vooruitzien, ik kan enkel denken aan mijn blog van morgen, hoogstens aan deze van overmorgen. Aldus met nog een matige inspanning bereik ik het einde van het jaar.
Deze monoloog, dit gesprek met mezelf zegt me waar ik sta en waar ik heen moet. Het is spijtig genoeg geen pelgrimstocht naar Vézelay of Compostella, waarbij ik een reisplan zou kunnen opstellen, dit is het niet, maar het blijft een pelgrimstocht, een bedevaart naar de zin van het bestaan om terug aan te komen, de zon volgend, de aarde de rug toekerend, waar ik vertrokken ben, immer betrachtend te zijn wie ik zijn moet, waar ik zijn moet en hoe ik zijn moet.
Schrijvend, het hoofd gebogen in nederigheid en dankbaar, uiterst dankbaar omdat de weg die ik nemen mag, bezaaid is met woorden.
|