Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    29-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jean E.Charon

     

    Als in de Pastorale van Beethoven, de meest klassieke onder alle symfonieën het zo is dat elke noot van elk muziekinstrument van hobo tot pauk en trom een duidelijke precieze, afgemeten en afgewogen plaats heeft, dat hier niets mag aan gewijzigd worden, want wijzigen is de ganse symfonie wijzigen, mag men dan stellen dat elke noot erin afgesteld is op het geheel van de symfonie, en omgekeerd de volledige symfonie afgesteld is op elke noot ervan?

    Waarom dit voorbeeld aanhalen dat in feite onvolledig is, omdat de noot, zelf, het niet weet maar het wijst toch in een bepaalde richting als ik zeg dat in ons lichaam - misschien er buiten ook - elke elektron, elk deeltje van elke DNA van ons, ‘weet’ wat ze te doen en te laten heeft, opdat de totaliteit aan elektronen in ons lichaam functioneren zou zoals het functioneert.

    Of, anders gesteld, kan het dat elke elektron, in elke DNA, weet wat het binnen die DNA te doen heeft, maar niets gemeen heeft met de DNA er naast, en dan ook, verder afglijdend, elke DNA geen binding heeft met de volgende DNA?

    Ik ga heel ver nu deze morgen, ik overschrijd terug de grenzen van het fatsoenlijke, het zichtbare, het toegankelijke, en kom terecht, waar het zwaar is te vertoeven, in de wereld van de metafysica.

    Het is de ‘schuld’ van Jean E. Charon, die in zijn ‘Mort, voici ta défaite’[1], dat ik misschien beter definitief had geklasseerd, maar omwille van zijn te sprekende titel heb bewaard als een kostbaar iets, het waagde te schrijven dat elke elektron van ons lichaam, houder is van de totaliteit aan  gegevens van dit lichaam en de geest erin; dat het dit alles opgeslagen heeft en bewaard en gezien deze elektron nooit zal vergaan, de dood er geen vat op heeft, dat hij mag toeslaan zoals hij wil, maar de inhoud van de elektron kan hij niet raken,  wat, zegt Charon, wijst op een nederlaag voor de dood.

    Ik zeg dit, gebundeld in één paragraaf, Charon heeft hiervoor een boek nodig van bijna 300 pagina’s, dit nadat hij een vorig boek had geschreven met een even sprekende titel ‘L’Esprit cet inconnu’ (1977); een boek dat ik uitleende aan een vriend, radioloog, die op een bepaalde dag zich te pletter heeft gereden op de autosnelweg naar de kust.

    Zo heeft alles een verhaal als je schrijft en kun je verbanden leggen tot in het oneindige. Kun je de vraag stellen wat er vooraf ging aan dit ongeval en of het boek er iets mee te maken had, en meer nog van dergelijke vragen.

    Wat mij betreft, Charon als schrijver van die twee boeken – hij zal er wel nog andere geschreven hebben – heeft een impact gehad op mijn leven, zijn boeken waren  meer dan een kronkel op mijn levensweg en meer dan een titel in mijn gedachten, hij is ook een band naar de zoveelste vriend die vóór mij is heengegaan, de eeuwigheid binnen.



    [1] Albin Michel, 1979: een ‘oud’ boek dus, maar een boek uit mijn jongere jaren

    29-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    28-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe de dagen

     

    Hoe zou hij zich voelen, indien hij geen ‘hoop’ woorden te schrijven zou hebben; indien de dag vrij en onbelast, zich openen zou op een ‘niet-blog-dag’, een dag die hij kan doorbrengen zonder iets te vertellen of te schrijven te hebben?

    Hij kan zich een dergelijke dag niet meer voorstellen, hij zou zich ongemakkelijk voelen, zou weten dat er iets schort. Hij zou zijn als een priester – denk ik toch – die geen mis te celebreren heeft. Of, is dit alles maar inbeelding en overdrijft hij eens te meer, heeft hij eigenlijk maar te beslissen en te zeggen vandaag niets, vandaag neem ik een dagje vrij af?

    Wel neen, hij kan het niet, de dag zou geen spoor hebben nagelaten, zou niet geweest zijn, een verloren dag zoals er al zoveel zijn geweest in zijn leven. Zo, er beter niet aan te denken en zeker geen uitvluchten zoeken die er toch niet zijn.

    Het aanmoedigende hierbij is dat hij nu – terwijl hij schrijft – denkt aan de vrienden die hem nu en dan een antwoord sturen, dat het voor hen is dat hij zich de moeite getroost te volharden en ook, maar dit is persoonlijk, dat hij volhardt omwille van de vreugde die hij kent telkens zijn blog geschreven staat, en hij er opnieuw in geslaagd is hen ermee te verrassen?

    Weinigen zijn er die antwoorden, weinigen zijn er, hij weet dit, die nog regelmatig de pen opnemen, maar als er dan een antwoord of een reactie komt is de vreugde dubbel zo groot. Soms gaat hij in zijn teksten zo ver dat zij het zien als een uitdaging om te antwoorden.

    Zo, hij heeft niet de minste reden om een dag over te slaan. Want hij weet dat ze elke dag uitkijken naar wat hij te vertellen heeft. Hij voelt zich dan ook elke dag als een predikant die een homilie te klaren heeft en in feite is het zo, want de tekst is even goed het resultaat van het ogenblik als dit van de ganse dag en van de dagen ervoor.

    Zoals zijn publiek hem begint te kennen zo begint hij hen stilaan te kennen en dan vooral deze die het dichts bij hem staan. Een dag overslaan zou niet alleen voor hen een ontgoocheling zijn maar ook voor hem zelf en dergelijke ontgoochelingen heeft hij al voldoende gekend.

    Soms gebeurt het – hij schrijft zijn blog altijd de dag ervoor – dat hij de avond ervoor, ondanks de gewoontes die zich hebben opgebouwd, vergeet zijn tekst in te loggen. Daarom ook is zijn eerste werk in de morgen na te gaan of alles wel degelijk opgenomen werd, klaar om gelezen te worden. Het uitzicht van mijn blog van 27 augustus is wat onverzorgd, dit heb ik deze morgen vastgesteld, maar ik laat hem, ik wijzig niets aan de lay-out ervan, ik ben tevreden dat hij is wat hij is.

     

    28-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    27-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Marc Sleen en T.S.Eliot

     

    Omdat het de dag en het uur was dat ik het zou terugvinden ontmoette ik, in mijn dagboek van 1993 - dat ik, om geen andere geldige reden, de avond ervoor uit zijn rek had genomen - gekleefd op de binnenkant van het couvert, het knipsel uit de ‘Wonderboy’, het zoveelste stripverhaal van de briljante Marc Sleen[1].

    Het is strip 125 en 126 en het gaat over de ontmoeting van Adhemar met Wonderboy, op de daktuin – ‘’s zomers verkies ik op de daktuin te studeren’ – met aan zijn voeten, boeken als: ‘A.Gore Jr; W.James Amerikaanse Psychologie; H.Longfellow, The Beffroi of Bruges’; een Samuel Beckett.

    En dan, wonder boven wonder, Adhemar die een boek van T.S.Eliot opneemt – ik, neem de wolkjes over - en vraagt: ‘O, lees jij ook T.S.Eliot?’

    En Wonderboy: ‘Mijn lievelingsdichter, mijn livre de chevet. Four Quartets’ van Thomas Stearns (1888-1965) is nooit ver uit mijn buurt. Het is een hoogtepunt uit zijn poëtisch oeuvre… Maar ook een mijlpaal in de wereldliteratuur. Hij is onbeschaamd elitair. Herinner je je uit East Coker:  in order to possess what you do not possess, you must go by the way of dispossession’.

    En, voegt Adhemar er aan toe: ‘And what you do not know is the only thing you know’.

    ‘Meesterlijk!’ Zegt Wonderboy: ‘The only wisdom we can hope to acquire is the wisdom of humility: humility is endless.’

    ‘Mooi! Een spelletje schaak?’

    ‘Graag.’

    Tot daar de schitterende Marc Sleen. Wie, onder de kenners van T.S.Eliot, heeft deze tekst, een unicum wellicht in de geschiedenis van het stripverhaal, gelezen en gekoesterd, uitgeknipt en bewaard?

    Ik zelf leerde T.S. Eliot kennen op een uitzonderlijke namiddag in ‘Smith and Son’, een Engelse boekenwinkel in de hoofdstad. Ik stond aan de stand ‘Poetry’, ik had een dun boekje, ‘Four Quartets’, uit het rek genomen en las de beginregels ervan, toen, precies op dat ogenblik, een hand op mijn arm werd gelegd en ik opkeek in de groot open ogen van de vrouw, van het jonge meisje voor mij. Wat werd er gezegd toen, in welke taal? Woorden die gevoelens waren, die ons overhoop haalden tot heel lang erna. We zijn een thee gaan drinken erna op de eerste verdieping. Later zou ik er regelmatig terugkeren om een thee te drinken, met een boek naast mij, een boek dat ik niet las, omdat er de herinnering was.

    De drie-eenheid van het zijn, het ogenblik van het nemen van de dichtbundel, de hand op mijn arm en de ogen diep in mij. Een film die zich vasthaakt in jou en regelmatig wordt afgespeeld, ook op 21 april van het jaar 1993 toen je het stripverhaal las, ook vandaag, nu je het knipsel als een waardevol document opneemt in je blog en je het een totaal nieuw leven geeft dat echoën zal in de vele kamers van de geest, verspreid over vele plaatsen, maar deel uitmakend van de Grote Geest die het Universum is. 



      [1] De Standaard van 21 april 1993

    27-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    26-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dagboeken wat er mee?

     

    Ik heb een rek dagboeken staan waaruit ik er, nu en dan eens, een ter hand neem. Ik blader er even in en keer er telkens, als een verloren man, uit terug. Ofwel, wat er staat is in de geschreven vorm moeilijk leesbaar, en dan sta ik voor de tekst zoals ik stond voor de stapel boeken op een foto, genomen met smartphone om 02.00 uur, ofwel schijnt, bij ontcijfering ervan, de tekst me waardeloos toe. Het enige dat ik dan zou willen uit overhouden zijn de foto’s, knipsels en tekeningen er in, wat eigenlijk het meest toegankelijke is. Het overige? Ja, wat met de woorden die uit mij zijn geborreld, wat doe ik er mee als ik vaststel dat er weinig bruikbaars in steekt, dat het daar niet is dat ik moet gaan zoeken om te weten over wat ik elke dag zal gaan schrijven.

    Is het dan allemaal verloren moeite geweest? Ik weet het niet, wat er op het rek staat, zijn documenten die, in blok genomen, de waarde hebben van er volgeschreven te staan. Ze verwijzen alle naar een enigszins gestoorde geest die dacht, met zijn woorden, de wereld binnen te treden, of dan toch, dat hij met het bijhouden van zijn dagboek, literair goed bezig was en hij aldus als schrijver naam zou verwerven. Waarin ik me dus schromelijk heb vergist.

    Ik heb dus dertig jaar ‘largely wasted’, want waar ik mee bezig was, was louter oog verblinding, het meest nog oog verblinding voor mezelf. Zo, na al die jaren, waar sta ik dan vandaag? In plaats van zoals in het verleden, mijn geschriften geborgen te houden, heb ik nu het stadium bereikt van een zekere overmoedigheid en maak ik gebruik van de mogelijkheden die me geboden worden om uit te zwermen, ten minste toch naar mijn vrienden toe, om hen, zonder omwegen – wat een zekere moed vraagt - te zeggen hoe ik ben en hoe ik me voel. Ik schrijf dus niet meer in het blinde weg, ik schrijf met een duidelijke spanning in mij, om te slagen in mijn opzet, verrassing te zijn, het liefst literair en poëtisch. Zijnde de uiting van de staat van gratie waarin ik me op bepaalde ogenblikken in dit, mijn leven, soms bevind en die, - ik voeg dit er graag aan toe - de vreugde van mijn dagen uitmaken.

    Zo ben ik vandaag ontwaakt, heb ik het licht zien groeien en de warmte ervan gevoeld op mij, ben ik gaan schrijven en heb ik, eens te meer, dingen verkondigd die om diverse redenen beter verzwegen waren gebleven.

    In feite geef ik me er rekenschap van, dat wat geschreven werd een brief is aan mezelf. Het verwijt dat ik me toestuur in verband met ‘the years largely wasted’ met zaken die geen aarde aan de dijk hebben gebracht, die me vastgehouden hebben in een soort van potentievolle droom waarvan ik dacht dat hij zich aan het verwezenlijken was, maar die achteraf, maar uitviel zoals een droom gewoonlijk uitvalt: vlug te vergeten, en vooral, vooral er niet te gaan op bouwen, zelfs en zeker niet een huis in de woestijn.

    Ik heb in mijn leven, wel grote schrijvers gekend, grote poëten, heb hen met grote dankbaarheid gelezen en meegedragen waar ik ging. Maar, en dit is mijn drama, ik was te minuscuul om in hun voetsporen te lopen.

     

    26-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    25-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het woord

     

    Ik heb nergens om te gaan, heb nergens te zijn of te blijven. Ik zwerf over dorp en land, langs de vele wegen, uitkijkend naar een bijzonder woord dat alles verklaren zou wat er te weten is en te onthouden.

    Een woord dat alles bevatten zou, het jonge en het oude, het bekende en het onbekende, het levende en het stervende, met het woord er middenin wijzend naar wat van het ene is en naar wat van het andere.

    Alsof een dergelijk woord er zijn zou, houd ik het voor bestaande en loop ik de dorpen af, de hoge huizen waar ik kijken ga, de plaatsen er een muur van boeken gestapeld, waar ik zoeken kan, de tijd nog vaag bestaande, de seizoenen weggekeerd, geëlimineerd: het woord dat me bekoren zou, zodat ik er geen ander meer moet vinden.

    Ik heb nergens te gaan om ergens te zijn. Ik vond waar ik blijven wou, heb de boeken uitgelezen van de woning om tot het einde van mijn dagen volumineus te zijn in mijn herinneren van wat was en waaruit voortkomen zal al wat nog niet is, wat zich nog niet heeft gemeld in feiten en gebeuren, maar onvermijdelijk van wat nog komen zal.

    Ken ik de richting, ik ken er de aankomst van, de verhevenheid, die gemeten aan de avond, de sterrenhemel zal zijn, de maan en de planeten die er zullen staan als kleine goden om naar op te zien en als een stille gezel te kronen.

    Winden ook, van ver gekomen, en luchten die je redding zijn, voltrekking van wat je te verwachten hebt van talen die je leren zal om op te gaan in alles wat je lezen zal van Donne tot Eliot, van Hertmans tot Auster. De overige laat je maar, er is al veel te veel geschreven wat op gedichten lijkt, of op nocturnes van pijn en gelukzaligheden, want meer is er niet dat te ontdekken valt op deze aarde, verschroeid en verspild, ‘a wasted land’, om te houden en ook te laten.

    Alsof er enkel bomen waren om te groeien, oud te worden en een bos te vormen waaruit een nieuwe Dante zal tevoorschijn komen om je te vergezellen, leeuw en panter te verjagen en met jou de heuvel op  te gaan, ‘de vaste voet altijd de laagste’[1], naar het licht toe dat je omhelzen zal, zoals je een vriend omhelst die je in lang niet meer hebt gehoord of hebt gezien of, een vriend die je verlaten gaat voor andere oorden.

    En aangekomen je de rust er kennen zal, uitgerekt en in geduffeld, in dat ene woord dat is en door velen onbesproken blijft omdat het zo innig is en mooi om er altijd te zijn, avonden en nachten, morgens in de herfst en in de winter.

    Het woord, het woord, dat verlossing is, vergeten en terug gevonden, dat de volheid is, je adem is in vreemde dagen als je boven op de heuvel staat, het licht een aureool om je heen, om je te tekenen, jij een zoutpilaar, vervreemd van allen en van alles.



    [1] ‘Si che il pié ferme sempre era il più basso’ Dante : Inferno Canto I, 30
     
     

    25-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    24-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het werk van de kunstenaar

     

    Wat doet een schilder, een beeldhouwer met zijn werken die zich opstapelen in zijn huis en atelier. Velen komen er naar kijken, weinig zijn zij die vertrekken met een werk. Dit belet echter niet, dat de kunstenaar verder gaat met het maken van nieuwe, betere, sterkere werken, want eens het creatieve in hem ontwaakt is stopt het niet meer, loopt het verder als een vuur dat niet geblust kan worden, het wordt zijn adem, het is zijn leven.

    Het resultaat van dit creatief zijn is er, en nu wat, hoe gaat hij er mee om? je bent er elke dag mee geconfronteerd. Je vraagt je af of het goed is, of het waardevol is, je twijfelt vandaag maar morgen zie je dat het groot is, enig is en je kijkt er naar met vreugde in jou. Het is een deel van je lichaam, van je geest, iets dat uit jou is opgestaan, meer dan een kind van jou omdat je het zelf heb moeten, niet alleen concipiëren, maar maken met je handen. Het is iets dat jij hebt toegevoegd aan wat al bestond en dat zonder jou er niet zou geweest zijn.

    Je weet dat het geen bloem is, geen plant, geen boom, geen vrucht of geen zaad, maar je weet dat het werk leeft, het leeft in jou als je er naar kijkt, het leven erin, komt uit jou, ben jij zelf. Het staat er of hangt er, het kijkt je aan met dankbaarheid, fier er te zijn, wat het ook moge zijn dat je maakte of wat het betekenen kan, het is. Het is er, waar jij ook bent, en jij bent er waar ook het aanwezig is. Het is meer dan een foto van jou, het is je eigenheid, je ganse persoon, of je er nu nog bent of niet, het is onweerlegbaar jij en niets of niemand anders. Het is niet meer iets door jou gemaakt, maar het is de uiting van wie je bent, het spiegelbeeld van wat je waart toen je het maakte.

    De eeuwigheid die van de kunst is, is de eeuwigheid van de kunstenaar. Hij blijft leven in zijn werken, zijn hand, zijn geest, zijn elektronen zijn blijven kleven aan het beeld, het schilderij, zijn het lichtend element van wie hij was en hoe hij werkte met het zweet op de rug om toch maar die ene golf of kronkel in het beeld, die ene fijne, witte noodzakelijke lijn op het doek aan te brengen, precies op de plaats waar het hoorde, het handteken van de geest dat het werk onsterfelijk maakt.

    Ik heb grote bewondering voor de kathedraalbouwers, voor de architect die de plannen tekende voor de steenhouwer, die steen na steen beitelde, elke steen een kunstwerk op zijn eigen, om dan deel te zijn van een wonderbaar iets, een kathedraal. Het werk van een gemeenschap van kunstenaars van wie hoogstens de naam van de architect is gekend, deze van de steenhouwers, hoogstens een teken dragen, en enkel met dit teken, dat naamloos is vandaag, zijn gekend.

    Denken we aan hen, steenhouwers, beeldhouwers, meesterbouwers, architecten, als we de kathedraal betreden, deze van Durham, Chartres, Köln? Ik denk het wel, ze worden niet vergeten, overweldigd als we zijn door het enorme kunstwerk dat de kathedraal - en dan vooral de eerste gotische onder hen -  is.

     

    24-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    23-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het verhaal van een manuscript

     

    In mijn voorbije dagboeken kan ik de boeken herontdekken die ik las dag na dag, ook hoe ik die las en wat ik er uit haalde, eventueel voor later. Wat ik er in optekende waren dus maar, zoals dit nog altijd het geval is, bedenkingen die twintig à dertig minuten van mijn dag uitmaakten. Ik stel me nu de vraag wat ik wel deed, de uren nadat ik mijn bedenkingen had geschreven? Wellicht niet veel, schijnbaar niet belangrijk genoeg om er aandacht aan te schenken. Het is echter een verkeerde vraag. Ik deed in de dag wat ik doen moest, ik was druk bezig met mijn werk in de bank en met de ontmoetingen en gebeurtenissen na de bank, tot het moment kwam dat ik in alle rust neerzat voor mijn dagboek en begon te schrijven wat me op dat precieze ogenblik te binnen viel. Het is altijd zo geweest en het zal altijd zo blijven. Het moment dat je je opent op jezelf, en dit is het.

    Op het einde van vorig jaar heb ik een poging gedaan om me te openen op de perspoon die ik had kunnen zijn, te openen op het leven dat ik had kunnen hebben en dit in de omstandigheden die ik dacht dat die persoon ontmoeten kon, beleven kon, erop reageren kon.

    Zelfs bewerkte ik mijn jeugdherinneringen om die binnen te schuiven in het leven van de persoon die ik uitdacht. Alles was fictie, behoudens enkele feiten die zich reëel hadden voorgedaan en die ik verwerkte als deel van die persoon.

    Het was een boeiende periode geweest. Ik voelde me als een echte schrijver, die geïnspireerd door het leven dat hij had gekend en de boeken die hij gelezen had, uit zijn dagen stapte om binnen te treden in de gedachten en handelingen van een ander, die hij wel was, maar dan toch ook niet. En ik slaagde erin mijn duizend woorden per etmaal te schrijven. Om na drie à vier maanden de honderdduizend woorden te bereiken die ik voldoende achtte. Het was dus, in woorden uitgerekend, een zeer vruchtbare periode geweest.

    Het manuscript was er eerst in een min of meer brute staat; vrienden, hebben het gelezen, hebben me gewezen op bepaalde fouten erin, zo literair als taalkundig. De verbeteringen werden aangebracht en nu bestaat het manuscript enkel nog op mijn harde schijf en wacht ik af.

    En blijf ik wachten omdat ik niet goed weet wat er mee aan te vangen, Wel werd me gesuggereerd het te verspreiden in een e-bok-vorm, maar ik aarzel, ik wens mijn tekst uitgegeven te zien op een waardige wijze, gedrukt op degelijk papier en met een sprekende lay-out.

    Maar, uiteindelijk, alles wel overwogen, wat heeft het opgebracht? Niet veel meer dan een manuscript van ongeveer driehonderd pagina’s dat daar nu ligt, wachtend om toch nog eens door mij, voor de zoveelste maal te worden herzien, waar ik echter, voor het ogenblik, de moed niet toe heb.

     

    23-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    22-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Regen soms

     

    Hij loopt rond in het huis, doet wat hij doen moet en denkt aan wat hij schrijven gaat nu het een morgen is van regen zoals het gisteren een avond was van kamperfoelie en van verwelkte rozen. Of van geuren die van vuren waren en van appelen in de schaal, van wijnen. Hij was er toen om te horen hoe de tortels in de bomen, hoe de luchten open nog, de sterren een gedicht dat niet zou geschreven worden.

    Maar hij wist dat het er was. Het was er aanwezig, steeg op uit de grond, uit de grassen. Het vertelde helemaal niets, maar het was er als een boek dat wachtte op een stapel om geopend te worden en gelezen, het eerste woord en het laatste; woorden die geuren zijn, ongekende aroma’s van winterbloemen als van sneeuw; woorden echoënd over wat er zijn kon, maar er nog niet was, zelfs misschien niet komen zou, alhoewel?

    Omdat van vele zaken er geen herkomst is, geen aanleiding om er te blijven; omdat van vele dagen er niets over is, dat ons verblijden kan en nu er stilte is waar vroeger leven was. Heeft hij gezocht naar de betekenis van alles, wel wetende dat er geen reden was om te zoeken naar wat er niet was; dat alles te nemen was zoals het kwam, aangestormd of zich infiltrerend langs vreemde wegen waar nog niemand van terug gekomen is.

    Vreemde woorden in vreemde talen geschreven en uitgewist of bekrachtigd, omgezet in beelden die te begrijpen waren, te vatten in klonters, vormloos van inhoud of van verhaal, zoals hij het, het liefst begreep van in zijn cel waar hij zich opgesloten had.

    Hij er toe gekomen was te schrijven wat nog niet geschreven stond, hier of op een andere plaats. Vooral over een gedicht dat nog niet was, misschien er nooit komen zou, omdat het niet hoefde, omdat het er was zonder er te zijn, verborgen, als tussen de plooien van pij of mantel.

    Dacht hij dat hij alles hernemen zou, later, als hij in de bergen was of aan zee, of in de weide liep, of aan de vijver zat met de meeuwen die, ver afgedwaald er op het water dreven.

    Achteloos zijn dagen voorbijgegleden, hij heeft ze niet geteld, wel opgetekend, vastgelegd op schijven waar ze nimmer het licht nog zien, al zullen ze ooit nog opgedolven te worden door ontdekkingsreizigers, op dagen zoals deze, als het regenen, gaat vroeg in de morgen, het gedicht aankloppen komt en ontvangen wordt omwille van het verrassende en nu omgezet, tot het eeuwige wil behoren.

    Oude handen zijn het die dit beweren, die uit de velden zijn gekomen¸ geladen met beelden die er gisteren nog niet waren en er ook niet konden zijn omdat er niemand was die de velden doorkruiste om ze te lezen. Een wandelaar misschien, een bosloper die naar woorden zocht om te vertellen, niet wat hij zag, maar wat er niet was om te zien.

    Zo haalde hij gedachten boven die anders nooit de dageraad zouden doorkomen. Maar die hij nu dicht bij zijn hart hield, warm, opdat het nog niet wijken zou.

    Het is pas dan dat hij zijn gedicht geschreven heeft. Hij heeft er in gestoken al wat hij te zeggen had. Maar veel was het niet.

    22-08-2016, 00:02 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    21-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De wereld van het atoom

     

    Mijn ‘Tao of Physics’ van Fritjof Capra leert me heel wat over het atoom  en de kern ervan, vooral dan over de verhouding van de kern tot het volume van het atoom. Die verhouding is ontstellend. Als, zegt hij, het volume van het atoom vergeleken zou worden met de koepel van Sint-Pieters in Rome, dan zou de kern ervan de grootte hebben van een zoutkorrel. Een zoutkorrel in het midden van de koepel en in de ruimte omheen de kern, de elektronen, draaiend en kerend (whirling) met een enorme snelheid – 600 mijlen per seconde zegt Capra – niet, zoals planeten om de zon, maar onwezenlijk variërend.

    Het bevreemdende van de natuur begint hier. Het standpunt innemend van het atoom is alles ruimte, is alles een grote holte. Muren bestaande uit moleculen, gevormd door atomen, zijn geen muren, stalen wanden zijn geen wanden, de minste golf van een afstandsbediening gaat er dwars doorheen en opent deuren en hekkens. Hoe is het godsmogelijk – het precieze woord – dat alles er uitziet zoals het is, vast, stevig, soepel lijk een korenhalm, ruisend lijk een boom, en wij kloek en stevig gebouwd, als alles gemaakt is uit atomen klevend aan elkaar, voortdurend via hun elektronen inwerkend op elkaar.

    Met het beeld van de wereld van het atoom voor ogen, een beeld dat we enkel zien kunnen met deze van de geest, maar dat daarom niet minder reëel is, over welke werkelijkheid spreken we dan. Gehecht als we zijn aan wat we zien rondom ons, vastgeketend aan het beeld dat ons lichaam is, maar wat we zien is niet de echte realiteit: een lichaam dat sterft is oogverblinding, wat er feitelijk gebeurt met de massa atomen, elektronen, atoomkernen weten we niet, hebben we het raden naar.

    Evenmin weten we welke precieze rol gespeeld wordt door de verzameling atomen dat ons lichaam is, wie er de leiding over heeft? In elk geval niet wij. Ons lichaam is maar de speelbal.

    Dit is wat het stoffelijke betreft, we weten niet wie uiteindelijk het hecht in handen heeft wat het functioneren van het lichaam betreft. Gissingen zijn het, we zijn weliswaar een en al gissing, en zullen het blijven. Maar dat men me niet zegt dat er is niets meer is daarna, dat de atomen en de rest in rook zijn opgegaan, ook en vooral datgene dat de wereld van het atoom bestuurde. Dit is maar al te gemakkelijk, kinderlijk zelfs.

     

    21-08-2016, 00:12 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    20-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.A blog a day

     

    Een blog per dag is je ritme. Echter, dezelfde dag een tweede schrijven dat niet een vervolg zou zijn op de eerste, is moeilijk. Het is maar dat er tussen elke blog normaal een etmaal nodig is om je te ontdoen van het ene en ruimte te scheppen voor het nieuwe, een etmaal verder, als het gemoed totaal omgeslagen is, zoals het weer in deze dagen.

    Opduikend uit het duistere van de slaap, de ogen openend, is het boek in jou dat je opent om de zin te lezen waar je je dag mee beginnen zult om je te voeren naar een plaats waar je nog niet geweest bent, een plaats die je pas kennen zult als je bent aangekomen.

    Maar dan verneem je dat je vriend is weggegaan, dat hij, zoals het nu geformuleerd wordt, uit het leven is gestapt. Het lichaam dat hij ter beschikking had gekregen was kaduuk geworden, was niet te dragen pijn, te veel last geworden en de strijd gestreden. En in totale onmacht heeft hij de moed gehad het te verlaten. Je beseft nu dat, zoals je het schreef een paar dagen terug, de herinneringen aan hem, zijn gaan herleven op een bijzondere wijze, dieper en inniger; dat ze zijn vastgelegd voor altijd, met rood lint en rode lak verzegeld.

    Zo gaat het dan, de vele dingen die er geweest zijn en deze waar je van gehoopt had dat ze blijven zouden, worden afgebroken door het leven dat keer op keer de tol eist waaraan niet te ontkomen valt. Een vriend in meer die ging, het wordt leeg om jou.

    En waar je gekozen hebt te zijn, heb je rondom jou de bomen en de struiken, je zit er midden in, en je voelt dat het de plaats is om te zijn en om er nimmer meer te wijken. Om er lang te blijven, te blijven tot je opgenomen wordt, vermenigvuldigd in elektronen en fotonen, klaar om je te verspreiden in de kruinen, tussen de bladeren en je te mengen in de geuren. Jij ook denkt een ogenblik, al is het ongewoon dit te zeggen: mijn tijd hier is opgebruikt, handelen hoeft niet meer, enkel zijn in gedachten, het enige van mij dat blijven zal en opgevangen worden door anderen na mij. Je sprakeloos lichaam, overgebleven op de stoel waar je zat, op de plaats waar je schreef. De tortel naast jou tussen de bladeren is er getuige van.

    Zo zijn er vele dingen die geen uitkomst kennen, ook mijn verlangen niet. Ik ben hier maar om er te zijn. Heb achterwege gelaten wie ik was en heb enkel meegenomen een pen en een dagboek en een busje Spa. Dit is al wat ik nodig heb om te vertrekken als was het naar een onbewoond eiland in de Pacific, want wat meer zou ik meenemen op mijn tocht.

    Ondertussen rijpen de appelen, is de wind opgestoken, is er een haiku die bleef hangen omdat er een lettergreep te veel of te weinig was; omdat je zag dat in een paar dagen tijd, de varkensbes rood glanzend geworden was. Dit alles zijn, dacht je, wat beelden die je nog meenemen kunt om niet vergeten het land waar je bent opgegroeid.

    Vergeef me eens te meer, om wat ik schreef. Het zijn maar wat kronkels in mijn gedachten die ik getekend heb. Het is niet evident elke dag een meesterwerk te schrijven, laat staan een zin die meegedragen wordt in de gesprekken van elke dag.

    Er is meer toe nodig vooral als men schrijven gaat van uit het gevoel dat men voor altijd verdwijnen wou naar een onbewoond eiland.

     

    20-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    19-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.19 augustus 1936

     

    De dag van 19 augustus 1936 zal voor mij een belangrijke dag geweest zijn, ik was bijna negen toen die dag mijn jongste broer geboren werd. Nochtans, hoe ik mijn geheugen ook af zoek, ik heb er geen enkele herinnering aan. Evenmin als aan de geboorte van mijn broer Daniël ervoor. Wat ik me nog wel herinner is dat ik moeder ooit heb horen zeggen aan een paar buurvrouwen - ze was in de keuken met hen, ik in de kamer er naast - dat ze een misval had gedaan, een dochtertje; maar of het was na de geboorte van Georges of er voor, weet ik evenmin.

    Ik kan me er vandaag heel wat vragen bij stellen, zelfs dat ik een bedorven kind was zelfs, dat ik vreesde dat ik als kind van mijn pluimen zou moeten laten. Het kan, want waarom onthoud ik het negatieve en niet het positieve.

    Daniël overleed in 2002, hij was toen, amper (!) achtenzestig. Georges wordt er vandaag tachtig. Moet ik hem feliciteren met de ouderdom die hij bereikte, of is dit maar normaal dat hij zo oud geworden is, of volstaat het dat ik hem zeg, dat hij mijn broer is en blijft en dat er geen dag voorbij gaat dat ik niet denk aan hem?

    Ik wens hem in elk geval nog vele jaren, wens dat hij me ver overtreft wat de jaren betreft. Hij heeft dan nog heel wat tijd voor de boeg.

    Dit is dan een blog uit mijn persoonlijke sfeer. Ik was er gisteren al mee begonnen een momentum te vertellen tussen mij en een dokter die, door zijn kennis, zijn aandacht voor mij als patiënt, heel wat heeft bijgedragen opdat ik vandaag 19 augustus 2016 deze blog zou kunnen schrijven. Ik zal wel geen uitzondering geweest zijn, hij zal er in zijn professioneel leven heel wat geholpen hebben om de ouderdom te bereiken die ze vandaag hebben bereikt. Wat voor elk van hen als voor mij, een resultaat is, om niet te zeggen dat we hem, en de wetenschap, heel wat dank verschuldigd zijn.

    Ik schrijf dit laat op de avond, te laat om goed te zijn, maar ik wou jullie niet vergeten als je me opzoekt in de morgen, zoals ik ook mijn broer niet wil vergeten op zijn verjaardag. 

    Ik heb nog altijd ‘Cannery Row’[1] liggen naast mij: Steinbeck verliefd op een gedicht, waarvan ik hier enkele verzen aanhalen wil:

    I have seen the priestesses of Rati make love at moon fall / And then in a carpeted hall with a bright gold lamp / Lie down careless anywhere to sleep.

    Het is maar een toemaatje, dat ik even goed had kunnen weglaten, maar het is typerend voor de geest waarin het gedicht en het boek van Steinbeck geschreven werd. Ik vermoed dat niemand het boek van 1959 zal gaan opzoeken? Ik denk zelfs dat geen enkele bibliotheek het heeft bewaard - een zekere G.G. misschien wel - daarenboven, dergelijke boeken worden vandaag niet meer geschreven, en worden ze het nog, een uitgever vinden ze heel waarschijnlijk niet meer.



    [1] John Steinbeck: ‘Cannery Row’, a Bantam book-classics, 1959. Het gedicht komt uit ‘Black Marigolds’, translated from the Sanskrit by E. Powys Mathers.

    19-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    18-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.IJsvogel en de dokter

     

    Hij was alleen aan de vijver die namiddag, met hen die hij kende en die in hun verre huizen droomden er te zijn. Hij kon spreken met hen, hij kon hen vertellen hoe de vijver er bij lag; hoe het geruis van hoge winden in de bomen zich er met de bomen in weerspiegelden; hoe de reiger die er regelmatig kwam, terug was opgevlogen toen hij hem zag, en ook hoe de zwerm aalscholvers het niet hebben gewaagd neer te strijken.

    Hij zat er lang met een boek om te lezen, een oud pocket boekje, ‘Cannery Row’ van John Steinbeck, geschreven ‘for Ed Ricketts who knows why or should’. Een oude vergeten novel van 1959, die heel wat verhuizingen had doorstaan, maar hem nooit verlaten had omwille van een liefdesgedicht, vertaald uit het Sanskriet, in de laatste hoofdstukken. Maar hij las niet of hij schreef niet, hij wachtte, naar de avond toe, op de ijsvogel.

    En deze kwam op het ogenblik dat hij hem niet meer verwachtte, een blauwe schicht die rakelings over het water scheerde naar de overkant, even neerzat in een struik op de oever en dan wegschoot en een ogenblik boven het water fladderend hangen bleef om dan toe te slaan, te duiken en weg te schieten met een spartelend visje in de bek. Niet eenmaal, maar keer op keer, telkens scherend over het water, even gaan zitten en dan hangend boven het water, ineens duikend, een spartelvogeltje, nog geen hand groot, maar wat een schouwspel.

    Hij kon er een haiku over schrijven. Hij zou dit later doen.

    Het is maar een klein gebeuren dat hem beroeren kan dat hem grijpt in zijn momentum van het zijn. Dat hij bewaren wil, zoals de vele geuren van grassen en van witte klaver en van waterlelies die zich sluiten. Hij kent dit allemaal van vroeger en hij voelt zich meer natuur dan deze morgen toen hij bij de hartspecialist was die hem geruststelde over wat zijn hart betrof. Maar zelf niet gerustgesteld was omdat het zijn laatste maanden waren in het ziekenhuis, voor zijn oppensioenstelling.

    Toen hij afscheid van hem nam heeft hij hem gezegd dat hij evenzeer – en nu zeker - zijn vriend was dan zijn dokter. En, voor de eerste maal in dertig jaar, heeft hij zijn dokter Xavier genoemd en heeft hij, hem Karel genoemd. En had hij er nog aan toegevoegd: weet Xavier, oud worden is a struggle, oud zijn is poetry.

    Dit is dan een ander beeld uit het leven dat hij bewaren zal in zijn herinneren als hij schrijven gaat in herfst of winter, of Beethoven beluistert of Vivaldi misschien. 

    Of dan nog deze Haiku:

    Boven het water / ijsvogel fladdert, hij duikt, / kringen deinen uit.

     

     

    18-08-2016, 10:41 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    17-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De weide en de bloemen

     

    Het is, neergezeten onder de bomen, in het grote licht van de namiddag, dat ik gisteren geschreven heb over het sterven gaan van een vriend. Hoe kan zo iets, hoe is de mens ingesteld opdat hij in volle zomer, in volle natuur denken zou aan de dood?

    Gevoelens ben je niet altijd meester, ze dringen zich op, ze overmeesteren je. Je tracht je ervan te bevrijden maar het lukt je niet, de zinnen in jou zijn niet te stuiten, ze voeren je een landschap binnen waar je in ronddwaalt met een naar binnen gerichte blik

    Weliswaar, je had die morgen vreemde dingen herlezen in Capra’s Tao of Physics, voor jou een soort Bijbel van de Nieuwe Fysica, hoewel er niet iedereen mee akkoord gaat. Maar je voelde dat zijn woorden je hielpen om,  na de nieuwste berichten die je ontving over zijn toestand, dieper door te dringen tot het mysterie van het leven en van de dood.

    Dit is het enige excuus dat ik heb voor wat ik gisteren als blog heb doorgegeven, wel indachtig zijnde én wat John Donne wist over de doodsklok die luidt, én wat er gebeurde met mijn broer Daniël én met wat ooit ook mijn lot zou kunnen zijn.

    Nu, ik leg Capra ter zijde, zand erover, laat de letters drogen, neem ze voor wat ze zijn: pijn en berusting. Amen, het weze zo, het is van het leven. Het is van Schönberg, het is van Mahler, het is van allen die muziek componeerden, die romans, die boeken schreven, die beelden houwden uit hout en marmer of doeken schilderden; die creëerden zoals de natuur te werk gaat, vrij en ongedwongen in alle richtingen die ze bewandelen kan en zoals ik het ontmoet bij vrienden van mij, kunstenaars die de natuur ofwel nemen als het zichtbare beeld ervan, ofwel als het werkend beeld ervan, om uit te komen met iets totaal nieuw, iets dat nog niet bestond en nu dankzij hen, iets aan al wat is heeft toegevoegd, in plaats van iets weg te nemen.

    Ik ken, zo dikwijls, de vreugde van het schrijven, van het woord dat vertrekt van uit mijn vingers om neergezet te worden, ‘bedächtig, nicht eilen’ zoals het begin van de vierde symfonie van Gustave Mahler, en dan uitzwermend in een mengeling van melodie en klanken die ik zo dikwijls al hoorde dat ze zich gestapeld hebben als bloemenvelden in de weiden van mijn jeugd.

    Het is hieruit dat ik wil opstaan om er terug te gaan en neer te liggen tussen de margrieten en de boterbloemen, de reigersbek en de koekoeksbloem, met de bijen en de kevers over mij, de spinnen en de mieren, een met de aarde en het leven erin, komende van de diepste worteling, tot de wolken er boven. Zijn van al wat is en het uitroepen: ik leef, ik leef, ik ben van de aarde en de luchten, ik ben van het water en het vuur, ik ben in deze uiterst uitzonderlijke ogenblikken van het schrijven van een tijdloosheid die alle grenzen breekt. Laat me opstijgen van hier uit naar waar ik nog niet was. Ik weet voor mij dat het er goed is om te zijn, en er te blijven.

    Dit zeg ik tot jou, mijn vriend van vele dagen en vele wegen.

         

    17-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    16-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat me bezig houdt

     

    Heb ik er goed aan gedaan te schrijven over mijn vriend wat ik schreef alsof hij er al niet meer was, terwijl hij nog de beslissing nemen moet. En dan de vraag die we ons hierbij stellen, wat is er van de mens die, de pijn ondraaglijk geworden en het uitzicht op beterschap nihil, de beslissing neemt om te verlaten al wat hij bezit, het leven incluis. In welke toestand verkeert hij dan, de weinige tijd die hem nog rest tot het precieze ogenblik van het heengaan?

    Ik weet van het ogenblik dat mijn broer, die in een zelfde toestand was, de beslissing heeft genomen. Ik weet dat grote witte wolken voorbij schoven voor zijn raam en dat hij er naar keek alsof hij dacht het is nu of nooit, ik haal die grote wolk precies op het ogenblik dat ze over de kamer schuift.

    Er zijn dus voor ons allen twee grensoverschrijdende ogenblikken, dit van het geboren worden, en dit van het sterven en wat zeggen we over wat was tussen die twee?

    Waarom waren we er, waarom is er het Ene als het Andere er op volgen moet? Wat betekent het hier te zijn, te leven, te denken, te handelen, en daarna, het moment gekomen, de boeken dicht te doen, alle banden te verbreken en weg te gaan voor een reis in het Onbekende?

    In feite, is de ondergrond, de essentie van wat het Leven is, even onbekend als wat de ondergrond van de Dood is. Er is dus geen verschil in het ‘weten’ van wat schuilt in de diepte van het Ene en wat schuilt in de diepte van het Andere. Het zijn twee buitengewone aspecten of eigenschappen die hun oorsprong hebben in het sacrale dat van de Kosmos is.

    Het Ene hebben we geleefd en beleefd, we zijn er in opgenomen geweest. Hebben vrij en ongedwongen gezwommen in die oceaan die het Leven is, zonder te weten wat die oceaan was, inhield of betekende. Al zijn er wellicht moeilijke momenten geweest, we kijken erop terug als een groot gebeuren er ‘geweest te zijn’; we zijn er dankbaar voor dat het geweest is zoals het was. Hebben we iemand pijn gedaan, we vragen om vergeving; hebben we geluk gebracht, het was omdat we op geluk waren ingesteld, omdat we geluk ademden.

    Zo, als het Ene, het Leven, is wat het is – en we weten dat dit Leven iets fantastisch is - kan het dan niet dat het Andere even fantastisch (maar) anders zal zijn?

    Want, het allerbelangrijkste is niet de persoon die er rondliep, die handelde, sprak en dacht, dit zijn slechts de uiterlijkheden, de materiële vorm ervan, die verdwijnt. Het allerbelangrijkste is wat er is binnenin die vorm: zijn geest, deel van de Kosmische Geest die oneindig en eeuwig is. Het is uit die geest dat hij ontstaan is, het is daarheen dat hij terugkeren zal.

    Is dit troostende taal? Neen, het is de taal van de mens die weet dat het Universum een enorm web is van flitsende energieën, interconnected met elkaar die even goed geest kunnen zijn, het geruis dat van het Leven is.

    Wij zijn onvermijdelijk een geestelijk deel van dat web, het deel dat niet sterven kan.

     

    16-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    15-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gebed

     

    Fris en helder de klokken in de morgen, ze roepen ons om in rijen naar de kerk te komen, echter zijn het nu geen rijen meer die gaan - zijn er geen missalen meer - weinig of geen gebeden meer. We hebben genoeg aan ons eigen persoon, wij zijn zelf de god nu die aanbeden wordt.

    Hij dacht eraan die morgen zoals hij aan vele dingen dacht, zoals hij plots op de idee gekomen was dat het tekenen in grotten, het krassen in de rotsen, op de vele plaatsen die ver uit elkaar liggen,  wellicht ontstaan zal zijn op een zelfde - op enkele eeuwen na - fase in de tijd; zijnde, en het is dit dat hij wil benadrukken, een gevolg van het evolutief karakter in de kosmos, dat onze verre voorouder op de baan, in de richting van de homo sapiens, heeft gezet. Het teken van de drang om creatief te zijn dat zich verspreid heeft als een lopend vuur en eens daar, absoluut niet meer te stoppen was.

    De kunst, of wat vandaag als kunst aanzien wordt, is er geen voorbeeld van. Ditmaal is het geen verder lopend vuur, is het een nieuw vuur dat werd aangestoken en onvermijdelijk dood lopen zal want de vernieuwing die aldus ontstond is een achteruitgang van de factor geest, instead of een voortgaan op het elan dat ontstond in de grotten van Lascaux en andere.

    Dit is wat geschreven werd nadat de klokken ons hebben op geroepen tot het gebed. Het is geen geschreeuw van niet te vatten verzen, het zijn de zuivere, heldere, echoënde klanken van de klokken die me vertellen over de waarden van wat is achter de dingen. En het is precies dit specifieke dat de echte kunst, dat de poëzie in de kunst, voortkomende uit de grot- en rotstekeningen, uit de dolmen en menhirs, beogen. Er kan geen kunstvorm zijn, waardig aldus genoemd te worden, die zich niet situeren zou op de baan neer gezet door onze voorouder van Lascaux en andere evenwaardige en even betekeningsvolle plaatsen.

    Deze vorm van de kunst heeft niets te maken met een pot mosselen of een hoop bladeren, of een lucifersdoosje op een blad gekleefd, dit zijn alle tekenen aan de wand die wijzen op een verbastering, een totale vervreemding van wat was. Dit ligt absoluut niet meer in de lijn van wat er eerst was. Dit is, om deze reden, een foutieve vooruitgang. 

    Een vriend stuurde me nog niet zo lang geleden een foto van een stuk pinnendraad, waaraan enkele paardenharen waren blijven hangen, een kunstwerk. De poëtische kracht die er van uitging vond ik magistraal. De foto sprak me over mijn jeugd, over paarden in de weide, over bloemen in de weide met bijen en vlinders, over zomer en herfst en, over de stilte van het rijke, geurende land.

    Daartegenover, vele werken van nu, zeggen me totaal niets, vertellen me alleen dat ze niet liggen op de baan die ik hier hoger heb geschetst, dat ze het bestaande schijnen, om niet te zeggen, willen ‘verwensen’, omdat ze, en dit zal wel de voornaamste reden zijn, niet wensen dat de mens hoger en hoger stijgt in het ‘sapiens-zijn’, wat voor hen,  zo zie ik het toch, neigen zou naar een vorm van elitarisme. 

    Kijk, lezer van mijn blogs en dus mijn vriend, vergeef het me, dit is wat ik deze morgen heb geschreven na het horen van de dorpsklokken die me opriepen tot het gebed. Dit is dan mijn gebed vandaag 15 augustus.

     

    15-08-2016, 07:40 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    14-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De zwerver die ik ben.

     

    Ik ben een zwerver in het landschap van het woord. Ik weet waar ik begin maar niet waar ik aan komen zal, weet waar ik sta als het morgen is maar niet als de nacht begint, dit was gisteren zo, dit zal ook vandaag zo zijn. Het tegengestelde van de aarde ben ik, die weet precies, op een fractie van een seconde na, waar ze op elk ogenblik van haar dag of nacht zal aanwezig zijn, een preciesheid die haar siert en ons in verlegenheid brengt, gelukkig maar. Al schijnt het dat ook van ons geweten is – zo staat het opgetekend in psalm 139 – waar we zijn zullen als het avond wordt, wat wij betwijfelen, maar niet meer als we er gekomen zijn.

    Dit geldt voor ons allen, alleen voor waar we zullen zijn, niet voor wat we denken zullen ondertussen, noch voor wat we schrijven, schilderen, tekenen of componeren, of het beeld dat we houwen zullen uit hout of marmer. Dit zijn dingen die van het tijdloze ogenblik zijn, als we even maar de aarde verlaten en opgaan in wat is van de pure geest die, denken we, buiten ons aanwezig is.

    We zoeken het niet op, het zou nutteloos en even waardeloos zijn. Het ogenblik komt er telkens aangerend, aan ons om het te grijpen, al is het een aal gelijk die door je vingers glijdt.

    O, dichter van het woord, waar ben je eens te meer uitgezworven, hoe ga je verder nu?

    Je voelde vanmorgen een lichte pijn op een plaats die je verontrusten moet, maar je bent opgestaan omdat het woord je riep. Je hebt het gevolgd tot hier, in de hoop dat je vinden zou. Maar er is weinig meer dan het bewegen van de laatste bloemen in de tuin en als je het hoofd opheft, hoe de herfst er al aanwezig schijnt, al werd hij nog niet verwacht, het nog augustus is, de maand die van de berenklauw is, zegt Hertmans, en jij, die van de lage luchten is.

    Hoe, dacht je, toen de herfst zich toonde, hoe zal je de winter door brengen, en indien het gebeuren zou, hoe de lente en de zomer erna? Bijziende als je bent, zal je de uren tellen en niet zo zeer de dagen of de maanden, de seizoenen daar gelaten. Enkel wat je schrijven zult zal overblijven: een stapel bladen in de schuif gehouden en later, ja en later, wat er mee gedaan?

    Je zag van een schilder dat na zijn dood, honderd schilderijen onverkocht waren overgebleven, werken van een zondagsman die dacht – zoals jij trouwens – dat hij de wereld ermee verbazen zou, maar hij vergiste zich. Zo, meanwhile, ermee opgeschept, wat doe je anders dan ze terug te brengen op zolder waar je ze gevonden hebt?

    En jij, eens te meer heb je aan de bundel die er ligt, een nieuw blad toegevoegd. Het is slechts een blad, het is niet een boek, zoals de stapel die je toonde en op je netvlies branden blijft.

    De boeken daar? Verwaarlozing in de ergste graad, je moogt het weten. 

     

     

    14-08-2016, 08:24 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    13-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Avond en nacht

     

    Soms vraag ik me af, heb ik jullie vreugde bezorgd of, pijn in de maagstreek, of jullie totaal onverschillig gelaten, geen morgengebed geweest, geen avondsermoen?

    Werkelijk het deert me, niet te weten waar ik sta, om er te blijven of, vooral op dagen zoals deze, er weg te gaan, naar dichterbije aangelegenheden waar het lichter is om wonen en waar de duisternis er achterwege blijft.

    Ikzelf heb weinig keuze. Ik kan maar nemen wat me wordt toegeschoven en laten wat er zou kunnen zijn. Zo leef ik nog een beetje. Zo zijn er nog verwachtingen gebleven die zich openen zullen, zich kleuren gaan lijk van de meidoorn de bessen - ik nam een takje mee naar huis om bij mij te houden zoals ik woorden houd - het zijn verwachtingen die ook dromen kunnen zijn, en van dromen, hoed je, oude man, distelzaden zijn het, weggewaaid naar oorden waar geen plaats is om te kiemen, of wankelgedachten die geen uitweg bieden, geen stukje aarde om er te staan.

    Anderzijds, wat weet ik van de wereld nog, als ik wandelen ga van hier tot ginder waar het leven stiller is dan de stilte van de grassen en de struiken bij de grond, waar de geuren traag, als van droge appels zijn en van zwammen op de stronk van molmende bomen.

    Er waren die avond zwermen vogels die van nergens kwamen, ze zaten in de bomen, niet om te slapen maar klaar om op te vliegen bij de minste teerste wind. Er was niets anders dat er gebeuren kon.

    Rond het vuur gezeten, we konden enkel wachten op een teken dat van boven komen kon of uit de aarde of, komen zou van een karpersprong: een late lichtflits die de spiegel brak van alle bomen. Zo was er de donkere holte van de vijver die ons hielp om hier te zijn en inspiratie was in de gesprekken van enkelen onder ons, om zegden ze, er elke nacht terug te komen.

    Het was toen dat uit de nacht Mars is opgedoken, Saturnus ook misschien, maar wat zeker was, van de maan de sikkel die nog wassen zou en ons bespiedde nu, daar waar we zaten. Wat we haar verzwegen werd hier onder ons gehouden, in een lach soms, in een klein verrassen van wat er gisteren was, of van de tijd toen er nog verhalen waren om te vertellen en iemand die een lied wou neuriën.

    We zaten er. De vogels waren weg gevlogen, vleermuizen als schichten over onze hoofden heel dicht, soms een kleine kreet. Op het vuur wat eikenhout nog bij gelegd. Het uur van kleine dingen die niet kwetsen konden, die ons weg haalden, even, naar oorden die van ons ouders waren of van vrienden die waren weg gegaan, weg naar een plaats die we pas kennen zullen, later.

    In een groot volume nacht waar we zaten.

     

    13-08-2016, 06:56 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    12-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Books
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

     

    Het is de avond die van de boeken is. Onzinnig gevaarlijk opgestapeld in alkoven met een tafel om te schrijven wat van gisteren was en van een ogenblik dat morgen zou kunnen zijn.

    Toren van Babel, nu onder het stof van eeuwen. Wand gevuld tot in de nok en tot luchten van schaduw; niet te zien al wat er te lezen staat van zovele, van Zarathustra tot Fabre d’Olivet.

    Hoe oud zijn we om dit te beleven: avond in augustus.

    Hij had zich met zijn beste pak gekleed om er te staan, een boek als zoutpilaar voor eeuwen. Waar kan hij gaan om meer te weten dan er hier te leren valt, de tijd ingaan en hier te blijven.

    Er te wonen, zijn hart en geest verloren.

    Woorden van het altijd zijnde: violen die van vroeger waren nog te horen. Stemmen ook er overheen, en handen die de boeken hielden, toen nog gelezen werden. Lang tot in de schemer van de nacht, de dageraad nog even wachten mag.

    Augustus stiller was: trillende bundel deeltjes, het licht gefilterd door het raam op het zuiden, tot goud op de ruggen over elkaar gelegd, gestold om niet meer aangeraakt te worden, niet meer te bewegen.

    Het kon dat gedurende twee eeuwen, het ene boek het andere had bevrucht. Het kon, dat bevruchting na bevruchting zich voltrokken had en hieruit het ene boek na het andere was geschreven, een boekenjungle was geworden, sommige volwassen, sommige nog te groeien zodat langzaamaan, de opper groeien zou, tot bij de dichtste ster boven de nok.

    Zo de uren en de dagen, lijk de boeken er gestapeld, tot een leven.

    Hij dacht dat hij alles wist, dat hij geen boeken meer te openen had. Het volstond dat ze er waren, zoals hij er was, overbodig, niet meer te openen, maar als hij er was, hij er zitten wou en kijken hoe ze er waren.

    Er te verblijven.

    De nacht erover, de sterren, de sikkel maan en de planeten. De aarde stopt er niet, wel de tijd is er gestopt, toen hij het zag. Ooit kan het tot een ravage komen, te veel van iets kan gevaarlijk worden. Hier mag geen boek genomen. 

     

    12-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    11-08-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat zeg je tot een vriend

     

    Wat zegt je aan een vriend, onbeschaamd gegrepen door ‘de’ ziekte, en onherroepelijk vastgehouden; je waart met hem in de bergen, in de wijngaarden van de Valais, met hem op Iona, het heilige eiland van de Schot?

    Wat zeg je hem, je maat van onze vele jaren? Heb geen vrees, dit is niet het einde, dit is, na de weeën van het heengaan, een herboren worden in de peis van de Geest waaruit je bent ontstaan.

    Je leven lang heb je in zijn dienst gestaan, of je het wist of niet wist, Hij wist het voor jou. Je hebt Hem altijd gediend en gerespecteerd in eer en geweten. Nu je tijd gekomen is: ‘seid ohne Sorge[1]. Wat ook moge gebeuren, je keert naar de regionen van je geboorte, waar je met groot open armen wordt ontvangen, wat een zekerheid is.

    Alles, maar dan ook alles wijst er op dat, zoals het Universum in orde en in evolutie in de hand gehouden wordt door Iets, waaraan geen naam kan gegeven worden, wij, erin, er onvermijdelijk deel van zijn. Hoe miniem ook, we zijn deel ervan, deel van wat de totaliteit ervan is: én van het zichtbare ervan - het lichaam dat we bewoond hebben - én van dat Iets zonder naam dat het dragend, het voerend, het Levend Element is, dat nimmer kan of zal een einde kennen. Aldus zijn we gekend, zijn we deel van dat Iets.

    Dit is wat ik je te zeggen heb, dit is wat de essentie is geweest van ons bestaan, al dachten we het niet, al leek het te onwaarschijnlijk, te onverhoopt, te onverwacht, zo is het en niet anders kan het zijn.

    De Bhagavad Gita leert, dat er nooit een ogenblik is geweest dat jij er niet waart en, er zal nooit een ogenblik komen dat jij er niet meer bent, ofwel hier, ofwel in andere oorden.

    We staan er samen stil bij: jij bij de stap die je zetten gaat, die erna ook mijn ogenblijk zal zijn. Ik met het weten dat je gaat. Zelfs al besef ik dat je er altijd zult zijn.

    Dat je er zult zijn in mijn herinneren als ik met een kist druiven op de schouder, in de zon - de Rhône ver onder ons - langs de rijen wijnstokken loop; als ik neer zal liggen onder de kweeperenboom na de lunch; je zult er zijn als we aankomen op Iona en de heuvel zullen opgaan tot de top ervan;  je zult er zijn als ik slapen zal in de hangmat na de raclette en je een foto nemen zult van mij; je zult er zijn met Gustave en Robert in Peebles waar we de whisky proefden in ‘a thimble’ glaasje; er zijn een dag ook dat we gegrilde kreeft gegeten hebben op een terras ergens in die stad van jou.

    We verlaten elkaar nimmer, de band tussen ons is een gouden lint dat niet te breken is, is een innigheid zelden gevoeld of gekend. Hoe het komt weet ik niet, hoef ik niet te weten ook. Het was en het is en het zal blijven.



    [1] Rainer Maria Rilke: Die Weise von Liebe und Tod des Cornets Christoph Rilke. Renbrandt Boekhandel Im Insel, Verlag zu Leipzig, 1947: Seid stolz: Ich trage die Faahne / seid ohne Sorge: Ich trage die Fahne, / habt mich lieb: Ich trage die Fahne’. Pag.16

     

    11-08-2016, 21:17 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat zeg je?

     

    Wat zegt je aan een boezemvriend, onbeschaamd gegrepen door ‘de’ ziekte, en onherroepelijk vastgehouden; je waart met hem in de bergen, in de wijngaarden van de Valais, met hem op Iona, het heilige eiland van de Schot?

    Wat zeg je hem, je maat van onze vele jaren? Heb geen vrees, dit is niet het einde, dit is, na de weeën van het heengaan, een herboren worden in de peis van de Geest waaruit je bent ontstaan.

    Je leven lang heb je in zijn dienst gestaan, of je het wist of niet wist, Hij wist het voor jou. Je hebt Hem altijd gediend en gerespecteerd in eer en geweten. Nu je tijd gekomen is: ‘seid ohne Sorge[1]. Wat ook moge gebeuren, je keert naar de regionen van je geboorte, waar je met groot open armen wordt ontvangen, wat een zekerheid is.

    Alles, maar dan ook alles wijst er op dat, zoals het Universum in orde en in evolutie in de hand gehouden wordt door Iets, waaraan geen naam kan gegeven worden, wij, in dit Universum, er onvermijdelijk deel van zijn. Hoe miniem ook, we zijn deel ervan, deel van wat het integrale Universum is: én van het zichtbare ervan, het lichaam dat we bewoond hebben, én deel van dat Iets zonder naam dat het dragend, het voerend, het Levend Element is, dat nimmer kan of zal een einde kennen. Hoofdzakelijk, en aldus zijn we gekend, zijn we deel van dat Iets.

    Dit is wat ik je te zeggen heb, dit is wat de essentie is geweest van ons bestaan, al dachten we het niet, al leek het te onwaarschijnlijk, te onverhoopt, te onverwacht, zo is het en niet anders kan het zijn.

     De Bhagavad Gita leert, dat er nooit een ogenblik is geweest dat jij er niet waart en, er zal nooit een ogenblik komen dat jij er niet meer bent, ofwel hier, ofwel in andere oorden.

    We staan er samen stil bij: jij bij de stap die je zetten gaat, die erna ook mijn ogenblijk zal zijn. Ik met het weten dat je gaat. Zelfs al besef ik dat je er altijd zult zijn.

    Dat je er zult zijn in mijn herinneren als ik met een kist druiven op de schouder, in de zon, de Rhône ver onder ons, langs de rijen wijnstokken loop; als ik er neer zal liggen onder de kweeperenboom na de lunch; je zult er zijn als we aankomen op Iona en de heuvel zullen opgaan tot de top ervan;  je zult er zijn als ik slapen zal in de hangmat na de raclette en je een foto nemen zult van mij;  je zult er zijn met Gustave en Robert in Peebles waar we de whisky proefden in ‘a thimble’ glaasje; er zijn een dag ook dat we gegrilde kreeft gegeten hebben op een nu ontoegankelijk terras ergens in die stad van jou.

    We verlaten elkaar nimmer, de band tussen ons is een gouden lint dat niet te breken is, is een innigheid zelden gevoeld of gekend. Hoe het komt weet ik niet, hoef ik niet te weten ook. Het was en het is en het zal blijven.



    [1] Rainer Maria Rilke: Die Weise von Liebe und Tod des Cornets Christoph Rilke. Rembrandt Boekhandel, Im Insel, Verlag zu Leipzig, 1947: Seid stolz: Ich trage die Fahne / seid ohne Sorge: Ich trage die Fahne, / habt mich lieb: Ich trage die Fahne’. Pag.16

     

    11-08-2016, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs