 |
|
 |
|
|
 |
20-11-2011 |
De Adem van de Dagen (13) |
Hij stond stil voor haar,
ze hield haar zonnebril in de handen en duwde een haarlok weg van haar
voorhoofd, haar ogen lichtend grijs, haar lippen, haar mond, haar hemd open op
haar hals. Hij zag alles van haar, hij zag dwars door haar, en zij voelde het. Ze
stond daar, een vrouw om te kussen, om in de armen te nemen. Ze stond daar voor
de man, die haar verteld had dat hij de Bijbel las, dat hij Fabre dOlivet
gelezen had en dat deze vertelde dat we niet van stof zijn maar van geest, en
dat hij geloofde in het eeuwig leven. Onderwerpen waar hij niet kon over
zwijgen en die hij haar zeker moet verteld hebben onder de sterren.
Jij, vreemde man zegde ze
nog eens, en het was alsof ze zong. En hij zag dat haar ogen donkerder werden.
Dat er iets onmetelijks was aan het ontstaan tussen hen, een gevoel van
oneindigheid en tevens een lichtheid om het hart. Dwaas, had hij gedacht, zeg
niet wat op je lippen ligt, roep het niet uit wat je voelt, houd het, houd het.
Ze waren gekomen op het
einde van de gletsjer waar de kloven heel breed zijn en verraderlijk diep en
waar het pad is gemerkt met hoopjes stenen, Steinmänner noemen de alpinisten ze.
Hier bereikten ze vaste grond, de plaats die genoemd wordt le Plan des Lettres.
De dag dat ze vertrokken
waren, had Gustave er een fles Johannisberg
weggeborgen. Hij wou haar verrassen en hij had haar gevraagd eens te gaan
kijken achter de rots, onder een steen in het water. Ze had een schreeuw
gelaten toen ze de fles vond. Hij had de fles geopend en twee bekers vol
geschonken. Een schitterende wijn was het, cest
un délice, had ze gezegd. Hij vertelde haar niet hoe die fles er gekomen
was en zij stelde geen vragen alsof ze het normaal vond dat er in een stroompje
water een fles wijn lag te wachten. Ze had enkel nog gevraagd of hij nog van
dergelijke plaatsen kende.
Daarna waren ze verder
gegaan, over de lage bedding van een stroom die steil naar beneden liep, en later
een hoge aluminium ladder op, die vast zat aan de rotswand om dan na een lange
wandeling over het moreen tot de lager gelegen berghut du petit Mountet. Het afscheid
was toen al heel dichtbij.
In de brede vallei, die
over kilometers afstand door liep tot de eerste huizen van Zinal, stopten ze
bij haar wagen die op enkele plaatsen van zijn wagen was geparkeerd. Het geluid
van de sterk stromende rivier, de Navizence, vulde de ganse ruimte. Ze stonden
er in het volle zonlicht. Er waren parels zweet op haar voorhoofd, in haar hals,
haar gezicht open, zo dicht bij hem, een groot levend iemand, waarvan hij, een
dag geleden, nog niet vermoedde dat ze bestond. En hij, hij wist het nog heel
goed, hij staande voor haar, een lang ogenblik staande voor haar, oog in oog
met haar, hij twintig jaar ouder dan zij, wachtend. En hij haar niet kuste. Hij
haar niet kuste, niet even aanraakte. Hij reikte haar de hand en haalde haar
even naar hem toe. Maar hij kuste haar niet, hij raakte niet haar mond.
Wat hij zich al vele malen heeft
verweten en blijft verwijten, tot hier in deze schemerkamer, hij had haar moeten
houden die dag, die namiddag, die uren samen op de wereld. Twee levende wezens,
naar elkaar toegezogen door de bergen, door al wat er is tussen man en vrouw,
klaar om open te barsten, klaar om elkaar te benaderen in het diepste van het
zijn. Het kon, het was, het gebeurde.
Maar er gebeurde helemaal
niets. Ze had haar rugzak in de koffer van de wagen gelegd en was weggereden,
haar blote arm door het raam. Hij keek haar na. Een paar meter reed ze, dan
stopte ze en kwam naar hem terug. Ze bleef staan op een meter van hem alsof ze
schrik had hem aan te raken.
Onze ontmoeting was geen
toeval, Ugo, geen toeval, het was een bestemming. Ik zie je terug, morgen,
overmorgen, toekomend jaar, maar dit is geen afscheid tussen ons, geen
afscheid, ik weet het. De bergen schreeuwen het uit, hoor je het, hoor je het?
Tranen sprongen in zijn
ogen. Ze had zich omgekeerd en was weggereden, slalommend over de weg tussen de
stroom en de grasvlakte, de weg met bulten en putten. Hij zag haar nog even
over de brug rijden, daarna verdween ze tussen de andere wagens op de weg naar
het dorp.
Zeker was dat hij verliefd
was op haar, dat hij van het ogenblik dat de gardien van de cabane
haar had voorgesteld aan Robert en ze zinnens was samen met ons drieën te gaan
klimmen, hij het wist dat er weinig nodig was opdat gebeuren zou wat gebeurd
was. Hij wist ook dat de minste toegeving dat hij zou doen, de minste poging
dat hij zou doen, hij het gevaar liep, radeloos verliefd te worden op haar. Nachten
erna dat hij wakker lag, en zich voortdurend verweet niets te hebben
ondernomen, helemaal niet wat zij van hem verwachtte en als er niets gebeurd
was, zij wellicht denken zou dat hij haar niet goed genoeg vond, wat een vloek
was zo iets te denken.
Maar aan de kinderen heeft
hij dit nimmer verteld, zelfs aan Robert en Gustave niet, hoewel zij het hadden
kunnen vermoeden.
Zo waarom had Robert zijn
voet verstuikt toen ze op weg waren om de Besso te beklimmen, hij een
geroutineerde bergbeklimmer die van rots naar rots sprong, zoals een gems.
Waarom?
Het was omdat het zo
geschreven stond dat hij, dankzij het ongeval van Robert, hij die namiddag
alleen zou geweest zijn op de gletsjer met Beatrice. En wat was het nut ervan
geweest, het grote spijt dat hij kende nu, haar niet te hebben gezegd wat hij
voelde, wat ook haar antwoord zou geweest zijn.
Kundera zou dit verhaal
helemaal anders geschreven hebben, hij zou verteld hebben wat er had kunnen
gebeuren indien hij gesproken had. Maar
hij is Kundera niet en heeft ook geen nood het te zijn.
De dagen, weken erna was ze
niet meer uit zijn gedachten. Hij wist dat ze in Saint-Luc was, het dorp boven
Vissoie, aan de overkant van de vallei, het dorp dat hij zien kon als hij even
naar de weg toe ging. Hij zat neer op de bank met een boek, tot laat in de
avond, als in Grimentz het
licht al aan het tanen was en haar dorp nog leefde in de zon, lang bleef hij er
zitten, soms tot de nacht inviel zich nog steeds afvragend welke planeet hij
zag tussen de duizenden sterren.
Hij had schromelijk gefaald.
Staande voor haar was het ogenblik van het beslissen geweest en hij had niet
beslist. Hij kende weinig meer dan haar naam, wist echter zelfs niet hoe haar
naam correct klonk, want ze had hem niet verbeterd toen hij haar naam uitsprak.
Schostakovitch op de radio,
of is het Dvorak, of Yanacek, wat belang heeft het nog?
*
Hij heeft de nacht doorgebracht op de sofa en hij
wordt wakker, het ogenblik tussen nacht en dag, het punt dat door de Romeinen le silencium genoemd werd, cette heure trouble qui est celle des morts
et des naissances.
Dit is waar hij zich thans bevindt, precies tussen
duisternis en licht, het silencium, het ogenblik dat noch nacht noch dag is. Hij
heeft niet de kracht op te staan maar hij heeft een boek te schrijven over zijn
zoektocht naar de zin van het leven, alsof het nodig was dat hierover geschreven
werd.
Japprends aussi longtemps que je vis, schreef de Gentenaar in Parijs, Louis Pauwels,
met wie hij dweepte tientallen jaren terug, maar hij, Ugo gaat verder, hij mag
optekenen: ik lees, ik leer, ik schrijf zo lang ik leef.
des te meer omdat het boek een werk van lange adem was.
*
20-11-2011, 01:25 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
19-11-2011 |
De Adem van de Dagen (12) |
De
Adem van de Dagen (12)
Zondagavond, na het vertrek van de kinderen, de
echo van hun stemmen die nog hangen blijft in de schemerruimte van zijn
gedachten, woorden die hij gehoord had en begrepen of niet begrepen. Maar één
zin die heel duidelijk was toen hij onverwacht in de keuken kwam waar de
dochters aan de afwas bezig waren.
Liggend op de sofa, in een deken gewikkeld, draagt
hij de moeheid van hun bezoek in zijn lichaam, tot in zijn geest. Hij heeft de
bevestiging nu dat het steeds moeilijker wordt hen allen samen uit te nodigen, bij
dergelijke gelegenheden ontbreekt hem voldoende houvast en ook hij weet het,
hij moet de wijn laten, hoogstens een glas, en water drinken, maar die flessen
Pinot Sainte Anne had hij al zo lang in de kelder en de wijn was prachtig in
het glas, lichtjes bruin naar de boorden toe. Begrijpelijk dat hij er een glas
te veel van gedronken had.
Hij had ook niet gereageerd toen de kleinkinderen naar
boven in de kamer waren geweest en evenmin toen ze met kadertjes van haar naar
beneden waren gekomen en gevraagd hadden of ze er enkele mochten behouden. Neem
maar, had hij gezegd, kies maar uit. Nu weet hij niet hoeveel er weg zijn, maar
dacht hij, zoals er lege plekken zijn in mijn herinneren, zullen er nu ook lege
plekken zijn op de muren.
Waar hij lag, in zijn deken op de sofa voor de
haard, voelde hij zich goed en voldaan omdat alles voorbij was. Hij dacht aan Tony,
zijn kleinzoon, die trouwen ging in juni, hij dacht aan Carla, zijn meisje. Er
was groot jolijt geweest toen Tony was binnengekomen met een fles champagne in
de hand, die hij hem aanreikte. Hij begreep er eerst niets van, maar Tony zegde
hem dat hij lezen moest wat op het etiket stond. Hij las de naam van de champagne
en er onder de woorden, Elle a dit oui.
En hij had begrepen. Zijn ogen waren ze hadden zo weinig nodig - vochtig
geworden, en heel de kamer was beginnen roepen en juichen. Elle a dit oui, elle a dit oui.
Zijn trouwen was een groot
onderwerp geweest: toekomend jaar in juni. Toekomend jaar is nog ver af, dacht
hij, zou hij er nog zijn? Hij had
hen iets gezegd over de ernst van het huwelijk, en dat het ook betekende samen
oud worden. En iets gezegd over wat er gebeurde in de wereld en dat niemand er
vat op had, maar hier lag de wereld achter de muren, ver voorbij het bos, hier
was de innigheid van het samenzijn in deze kamer in het licht van de haard en
van de vele brandende kaarsen. Vergeet deze dag niet, had hij gezegd toen ze
vertrokken.
Hij lag roerloos,
ontspannen nu, uitgestrekt op de sofa, de tijd stond stil in de kamer. De tijd
in de schemering is niets, dacht hij, het is het uur entre chien et loup. Alleen de smeulende haard is, alleen de zware
Luikse kast is, de tafel en de stoelen, de rekken met de boeken zijn, en het
vele gebeuren waarover gesproken was, het gebeuren uit de wereld dat zich afspeelde
buiten en het nieuwe erin dat niet meer te volgen was.
Maar hij lag er heel goed.
Hij dacht aan wat er gezegd was toen hij onverwacht in de keuken was gekomen: waarom
papa niet hertrouwd was.
Hij had gedaan alsof hij
niets had gehoord. Ofwel wisten ze dat er na de dood van hun moeder iemand
geweest was, ofwel waren ze in de waan dat er na hun moeder, niemand meer was
geweest bij hem. Maar hier lag hij heel goed, de muziek in sourdine, Haydn
dacht hij, of Händel. Toen kwamen de beelden voor de zoveelste maal en hij
herinnerde zich.
Komende van de berghut en haar
hand houdende, daalden ze de steile helling af naar de gletsjer toe. Losse aarde
en stenen de la caillasse - die
wegschoven onder hun voeten en dit over een lange afstand tot ze op het ijs
kwamen en hij haar hand, haar fijne warme hand, losliet.
Hij kende haar amper, wist
alleen dat ze gescheiden was, dat ze binnenhuisarchitecte was, zeker twintig
jaar jonger dan hij, maar uit zijn streek. Zo kende hij haar meer dan voldoende,
alsof het al jaren was, omdat ze de vorige avond lang samen waren geweest,
kijkend naar de sterren die verschoven, kijkend naar een planeet in het zuiden,
hij dacht dat het Jupiter was, maar het kon ook Saturnus of Mars geweest zijn, of
Venus had ze gezegd, maar dit kon niet. Hij had haar gesproken over dingen die
diep in hem lagen. Hij had haar ook gezegd dat haar naam de mooiste was die hij
kende omdat het de geliefde van Dante was. Noem eens mijn naam had ze gevraagd.
Hij had haar aangekeken en haar naam klaar en duidelijk uitgesproken, Beatrice,
op zijn Italiaans, terwijl hij dacht aan het gedicht op de postkaart met de
afbeelding van Akhnaton.
Hij zegde haar dat het
ngewoon was iemands naam zo maar uit te spreken. Had haar ook gezegd dat er
een vreemd gedicht was van een zekere Carl Sandburg:
You and a ring of stars
may mention my name
and then forget me.
Love is a fool star.
Het is inderdaad een
vreemd gedicht, had ze gezegd, denk jij er ook zo over?
Integendeel, had hij
geantwoord, love is a wonderful star.
Ze zaten toen naast elkaar op de
bank voor de berghut, voor hen uit, boven de besneeuwde toppen van de La Pointe de Zinal met le Col Durand, een hemel vol sterren en achter hen, binnen in de berghut de
stemmen van zingende Duitsers, Zwitsers, Italianen.
Maar voor jou, vroeg hij
dan, is liefde a fool star voor
jou? En vroeg hij nog, en zijn stem had een voor hem omfloerste klank, do I have to forget you?
Helemaal niet, had ze
geantwoord, helemaal niet.
Dit was hun avond geweest
en heel wat meer nog dat gezegd was geweest en nu bekende hij haar dat dit de
liefste plaats was die hij hier kende, deze lange afdaling over de gletsjer
naar le Plan des Lettres.
Deze tocht over de gletsjer
moet hij gezegd hebben, heeft me een altijd een heerlijk gevoel gegeven en
vandaag, nu met jou, zijn het momenten om nooit te vergeten. Hij wist dat hij
dit open en vrij kon zeggen, omdat hij de vorige nacht na hun afscheid, wist
dat er iets was gegroeid tussen hen en dat hij het nu wou laten blijken, want er
was respons bij haar en zeker hier is er een andere realiteit, hier is er het lichte
kraken van het ijs als je er over loopt, is er het geluid van het vloeien van
water in die kleine kloven, is er, alles overheersend, alles penetrerend, het
wonder van het licht. Hij moet haar zo iets ook gezegd hebben en iets over de
bergen om hen heen.
Ze was blijven staan, Ugo,
jij houdt van dit land. Ja, had hij gezegd, dit hier is de plaats die ik verkies
van al mijn tochten, deze afdaling over de gletsjer.
Het was toen dat de helikopter
met zijn twee vrienden, Robert, de enkel in het ijs, en Gustave, plots met
groot lawaai over hen vloog en in een zwaai verdween langsheen de flank van de Besso.
Ik ook zegde ze, ik ook
vind het heerlijk hier te zijn en het lichte kraken van de korrels ijs te horen
onder mijn voeten omdat het met jou is, omdat je mijn eenzaamheid van de
laatste jaren, plots doorbroken hebt, jij, Ugo, jij vreemde man die ik al jaren
ken, al is het pas van gisteren.
Hij lag zo oneindig goed en
totaal ontspannen op de sofa. Het was alsof ze in de kamer aanwezig was, of was
het zijn overleden vrouw en was het tot haar dat hij sprak.
En hij moet haar toen
nogmaals herhaald hebben dat er niets aangenamer is, dan het ijs van de
gletsjer, in het midden van de namiddag, na de inspanning van de klim, en dit
in het grote licht van augustus.
19-11-2011, 07:03 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
18-11-2011 |
Sobinco50y |
Sobinco 50 jaar
Wat geschreven over
het feest SOBINCO, bedrijf gesticht in 1961 door Remi en Paule Van Parijs, dat
op een periode van 50 jaar uitgegroeid is tot een zuiver familiebedrijf. Een
bedrijf om meer dan fier over te zijn, fier niet alleen voor de familie maar
ook fierheid voor het personeel met wie we spraken, hetzij zij die ons
ontvingen, hetzij zij die ons rond hebben geleid, hetzij de arbeider/arbeidster
aan hun werktafel of aan de machine.
We hadden het
voorrecht, dat ook een eer was, het bedrijf aan den lijve mee te maken en met
bewondering doorheen de werkruimtes te wandelen met ogen groot open op het
enorme, hoogtechnologische machinepark, even hoog geautomatiseerd waar
mogelijk.
Verbazing van de niet
technisch geschoolde, zoals ik, meer dan verbazing, omdat het bezoek een
hoogstandje was van hoe een bezoek in een ruime ruimte waar het meest moderne het
meest verfijnde hang- en sluitwerk voor metalen deuren en ramen vervaardigd
wordt op de meest effectieve wijze georganiseerd wordt.
En wat het feest zelf
betreft, zelden om niet te zeggen, never
heb ik een feest meegemaakt dat een dergelijke perfectie bereikte, van de
ontvangst af, verrassend, even verrassend als het prachtige beeld van Follon,
als de enkele kunstwerken in de ontvangsthal, en dan de rondgang, perfect,
verwondering overal tot de walking dinner, schitterend, qua inhoud en
organisatie. Bravissimo, Remi en Paule.
De nacht is gevorderd
als ik dit schrijf maar het enthousiasme is nog steeds meester over mij,
meester over de woorden die ik gebruik en maar een schamele getuigenis zijn van
de voorbije dag.
Ik heb gezegd, Remi
en Paule en allen die er aanwezig waren. Ik heb gezegd.
18-11-2011, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
|
Het gehucht Quathem |
Quathem, gehucht van Sint-Maria-Leerne
Wat ik vorig jaar op
19 november schreef in mijn Latemse Geschriften I, en vandaag nog altijd
actueel is, herhaal ik hier, op verzoek, het volgende verhaal.
In Sint-Maria-Leerne,
in het gehucht Quathem, een inventief en technisch onderlegde bewoner, stelde op
een uitgekozen plaats, een camera op die, van het ogenblik af dat iets er
duidelijk bewegen ging, beelden opnam.
Achteraf, het
opgenomen beeldmateriaal bekijkend, was hij getuige van het onheil dat de vos
betekende voor de meerkoeten, en bij extrapolatie, voor de patrijzen, fazanten,
vogels in de streek. De camera filmde een vos die een voor een de eieren halen
ging uit het nest van een koppel meerkoeten.
Zo komt het dat
fazant en patrijs, meerkoet, gans en eend en leeuwerik de zang van de
opstijgende leeuwerik is niet meer te horen in dit land - worden uitgedund en
stilaan aan het verdwijnen zijn. Wat voor onze kinderen van al deze prachtige
vogels, nog zal overblijven zijn de documentaires op tv.
Gelukkig (!) hebben we nu
in compensatie, de vos die binnendringt tot in onze woningen.
18-11-2011, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
17-11-2011 |
Salvatore Quasimodo |
En dan het gedicht Antico Inverno
van Quasimodo dat hij ooit eens opviste uit Le
Monde:
Desiderio delle tue mani chiare
nella penombra della
fiamma
sapevano di rovere e di
rose
di morte. Antico inverno.
Cercavano il miglio gli
uccelli
ed erano subito di neve,
cosi le parole
un podi sole, una
raggiera dangelo
e poi la nebbia, e gli
alberi
e noi fatti daria al
mattino.
Hij denkt, hoe vertaal ik dit gedicht van
Quasimodo. En is het wel te vertalen, is neve
niet meer sneeuw en heeft rovere
niet meer de geur van eik dan eikenhout? En als men het gedicht enkele malen heeft gelezen, zoekend naar
de preciese betekenis van elk woord, is het niet meer nodig te vertalen en is
het woord evenveel klank geworden dan inhoud.
Zo wat met una
raggiera dangelo, is het een engelenlicht dat een ogenblik de mist
doorbreekt?
Maar helder is het begin: verlangen van je blanke
handen in de schaduw van de vlammen, die geurden naar eikenhout, naar rozen, die
geurden naar de dood. Winters van oudsher.
Of, denkt hij, herinner je mijn lief, we zaten voor
het haardvuur in die oude chalet die als een boot de vallei inschoof. Je blanke
handen lijk een verlangen in de schaduw van de vlammen, de geur van eikenhout
toen, de geur van rozen, van de dood, in die winters van vroeger.
En vogels die de granen zochten in de sneeuw, die plots waren als
sneeuw, zo de woorden een weinig zon, het licht van engelen en dan de mist
erover en over de bomen, en wij, als van
lucht in de morgen.
Maar het gedicht vertalen kan men niet, wel
aanvoelen hoe het is gegroeid uit zijn eerste zin, verlangen van je handen, of
verlangen naar je handen. Een eerste veelzeggende zin met al wat verband houdt
met wat vrouwenhanden betekenen kunnen, een zin die een gedicht in potentie is,
zoals in een eerste lijn een tekening schuilt, en in enkele noten een sonate.
Hij wist het nog heel goed, ze waren verrast door
de regen en naar huis gerend. Hij had de haard aangestoken, de grote brede
haard van de oude chalet, zwart geblakerd, met de boeken omheen hen, vreemde
boeken met vreemde titels en even vreemde namen van schrijvers. Ze lagen
uitgestrekt elk op een schapenvel voor de vlammen, enkel hun vingertoppen
raakten elkaar terwijl het regenen bleef.
Quasimodo en zijn Antico Inverno, hoe dicht alles bij elkaar ligt. En nu vandaag hoe
het kan dat hij hier in deze woning gezeten, teruggrijpt naar wat Quasimodo, wie
weet waar en wie weet wanneer en onder welke omstandigheden, geschreven heeft. En
thans, eens te meer zijn woorden lijk una
raggiera dangelo.
Totaal onverwacht springt de herinnering op, een
woord, een geur, een ritseling en de beelden vertellen je. En wat al heel ver in
de tijd lag, plots te dichtbij.
17-11-2011, 00:54 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
16-11-2011 |
La Part des Anges |
La Part des Anges
Le Blog que je mefforce de produire jour après jour la
plupart du temps, nuit après nuit me vient de ces particules Higgs, incontrolablement présentes; des particules
desprit, qui ont été mises à ma disposition au moment de ma naissance, qui ont
été mises à la disposition de lhomme, blanc ou noir, rouge ou jaune, sans quil
ait dû dépenser un sou pour en disposer.
Par un simple mouvement du doigt, ce Blog, larôme de mon
être, sévapore dans les cieux. Peut-être arrive-t-il dune façon ou dune
autre, jusque chez Borges et Bernanos, chez Proust et Pasternak, et chez tous les
autres qui savent que je les ai lus, que je les ai aimés et que je continue à
parler deux avec respect et amour.
Toutefois, de ceux-là, personne ne me la jamais fait
savoir. Et de ceux ici sur terre, très peu eurent connaissance de son existence.
Ainsi, mon Blog, parcourant les ondes, est aussi volatile
que ne lest la part des anges pour la distillerie. Cest le destin de beaucoup
de choses ici sur terre, il ny a que les écrits des grands qui y échappent.
*
Also sprach Ugo dOorde, vivant dans deux mondes qui sentrelacent, le
monde des évènements et le monde de lesprit, qui est larôme de la vie. Et ce
matin, feuilletant dans son journal, il était heureux de retrouver ces mots de
Valéry, écrits en lettres dor sur les murs du Musée de lHomme à la
Place du Trocadéro à Paris:
Dans ces murs voués aux merveilles, jaccueille et garde
les ouvrages de la main prodigieuse de lartiste, égale et rivale de la pensée.
Lune nest rien sans lautre.
Le genièvre de chez nous ne vaut pas grande chose, sil ny a pas la part des anges.
16-11-2011, 01:16 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
15-11-2011 |
Les jours se suivent |
Les jours se suivent mais ne se ressemblent pas.
De
boswegel bestrooid met eikels en bladeren; eikels en bladeren die in zich het
mirakel dragen van de jonge eik, en de oude met nieuwe bladeren. De eeuwige
stofwisseling in de levende materie, de materie die geest moet zijn om te weten
hoe het verder moet eens herfst en winter voorbij.
Bij
Ithzak Bentov, een esoterieker en wetenschapper, in zijn meer dan eigenaardig
boek, zijn Stalking the wild Pendulum lees
ik over het atoom dat:
Even the most
solid matter, the one that imparts most of the mass to it - the nucleus of the
atom, which at first appeared as a solid grain of matter upon a better look
dissolved into a vortex of pulsating fields. Thus we found a void to be the
common denominator of all matter.
Rijst
dan de vraag, de eikel zijnde in essentie a
vortex of pulsating fields, waar bevindt zich dan de kiemkracht, de boom in
potentie, is deze dan al aanwezig in deze werveling van pulserende velden? En, was
het Universum, met inbegrip van al zijn evolutie-eigenschappen van zijn begin
af tot de mens van vandaag, was het Universum vóór de Big Bang, dan ook a vortex of pulsating fields?
En
een andere vraag wie of wat is het die de kiemkracht van de eikel in beweging
brengt, wie of wat komt er tussen in deze vortex
opdat uit de eikel een nieuwe eik zou ontstaan en groeien?
Het wordt me meer en meer duidelijk dat,
willen we God gaan zoeken, willen we God begrijpen als Hij ooit zou te
begrijpen zijn - we de structuur en de wetten van het Universum moeten
begrijpen. En het is niet de Bijbel die ons dit leren zal, wel de wetenschap en
dan kom ik onvermijdelijk terecht op het besluit van mijn Blog van 13 november:
de wetenschap op zoek naar the Higgs
particle, het deeltje van God.
Hoe
zullen de komende geslachten denken over ons, arme zondaars, zal het niet zijn
zoals wij nu denken over de mens van het jaar 1000: God als een anthropomorfe
God, een God die nood had aan woorden, die dacht en strafte, liefhad en
beloonde. Wagen we nu voorop te stellen dat Hij ook a vortex of pulsating fields is, voorop te stellen dat Hij deze
vortex IS.
Vertrekkende
van de eikel op de grond en de woorden van Bentov, waar kan mijn redenering
fout lopen?
Jij
die me (ooit) lezen zult, tell me!
15-11-2011, 16:01 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
14-11-2011 |
Over Politiek gesproken. |
Hoe kun je, ga je me zeggen, in een land zoals dit
hier, in een wereld zoals de Europese Unie hier, schrijven over je gehechtheid
aan stenen en verdorde wortels. Kun je daarenboven nog luisteren op BBC four,
naar een heruitzending van een schitterende negende van Beethoven, opgenomen in
2004; of gaan kijken naar een tentoonstelling over wie Maeterlinck was en zijn
binding met Minne; dit als er geen oplossing wordt gevonden, noch voor de
problemen van de Eurozone, noch voor dat vaderland van ons en als de financiële
wereld om je heen aan het instorten is.
Ja, hoe kun je met dergelijke zaken bezig zijn, als er
zich op de achtergrond van je gedachten een toestand aan het ontwikkelen is die
je levensgewoonten gaat vergruizelen. Hoe kun je dan in dergelijke
omstandigheden, in je Blog, een tekst produceren waarin je wat schoonheid van
taal wil mengen met het verhaal van een klein gebeuren.
Wat je zeker niet wilt is de toestand te nemen zoals
die zich voordoet en zich verder ontwikkelt, en hierover te gaan schrijven om het
negatieve ervan te gaan uitbuiten, en uitvergroten. Voorbeelden hiervan zijn er
genoeg hedenten- dage. Het verbazende is dat deze schijnaar gesmaakt worden. La vie nest donc pas encore assez roman pour quon en
ajoute dautres.
En wat dit land betreft, is het duidelijk dat het in
de eerste plaats om besparingen moet gaan. Heel veel hoor ik er echter niet
over, duidelijk, omdat de partijen die het voor het zeggen hebben allergisch
zijn aan besparingen. Want, waarover het hier gaat mag geen storend element
zijn voor de partij, het land er weer bovenop helpen is secondair.
Er wordt niet geraakt aan de indexatie van de lonen, alhoewel
dit een totaal onlogische principe is en dit om twee redenen. Een
loonsverhoging is een beloning voor meer en beter werk en twee, elke verhoging
betekent in dit (apen-)land, een afroming van het effect van de indexatie, ad
50% via belastingen.
Welke waarde heeft dan een verhoging gebonden aan een
evolutie van de index, en wat ingeval het tegengestelde met de index zou
gebeuren.
De Vakbonden ondertussen staan klaar om in te grijpen,
ze staan klaar om in ons democratisch land, hun
tweede stem te gebruiken en met de vuist op de tafel te slaan. Zeg me dan
eens waarom deze personen nood hebben aan een volksvertegenwoordiger als ze
toch dezes beslissingen niet willen aanvaarden.
En dan nog iets, hoe komt het dat in een land waar
waarden als sociale vooruitgang, uiteindelijk neerkomen op een algemene
verarming, zoals dit thans in diverse landen duidelijk zichtbaar is?
Is het niet
omdat sociale vooruitgang niet mogelijk is als er tevens geen vooruitgang is
wat betreft de productieve krachten in het land.
En nog iets, ik dacht hier niets over te zeggen toen
ik me neerzette om te schrijven, maar uiteindelijk zijn we getuige van de totale
onbekwaamheid van de politiek in dit land om een land te besturen. 500 dagen
nodig hebben om een land op zijn poten te zetten maar we zijn er nog niet -
gekheid, pure gekheid.
De onbekwaamheid geldt ook voor wie de sterren van
Europa in hun vaandel voeren. Zij hebben te laat ingezien hoe de zwakke
broertjes van de eurolanden aan het wegzakken waren omdat ze niet de guts hebben gehad tijdig en nu ook nog
niet - beslissingen te nemen die beslissingen zijn. Schijnbaar wachten ze
liever om te zien hoe de financiële catastrofe zich zal voordoen. Pas dan
zullen ze reageren, want wie gelooft er in de wijzigingen die opgelegd worden
aan Griekenland en Italië? En wat erger is wie gelooft er in Di Ruppo, zou
hijzelf één idee hebben gegenereerd.
Ik had geschreven dat ik over dergelijke zaken niet meer
zou schrijven, maar ik kan het niet laten, het betreft hier de toekomst van
mijn kinderen en kleinkinderen, niet de toekomst van om het even welke
politieke partij.
14-11-2011, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
13-11-2011 |
Over Stenen en Wortels |
Hij had zijn gedicht te
vroeg op zijn Blog ingelogd, het was duidelijk onvoltooid, zoals zovele zaken
van hem onvoltooid waren gebleven, al was het maar zijn studie van het Spaans
om van de andere talen die hij begonnen was niet te spreken.
Maar zijn gedicht was onaf,
hij had hij zijn stenen vergeten, stenen
gebeeldhouwd door de regen was de zin die hij er had willen aan toevoegen,
en in stenen begrepen, de stukken wortels, de versteende stukken wieren, het
verdord takje heide van Iona, the holy isle,
Al die dingen die hij
meegebracht had van zijn reizen, zo een steen die hij opgeraapt had toen ze, in
Noord-Yemen, over een hoogvlakte gewandeld waren naar Kawkaban toe. Iemand in
het hotel had er met zijn stift, in het Arabisch, de naam van de stad op
geschreven. Een andere, een heel zware die hij had meegebracht in zijn rugzak,
komende van de Col de Torrent in de
Valais die na een zware stortregen losgekomen was uit zijkant van de weg. En een
andere, een klein beeldhouwwerk, een steen met een tekening erin en een vorm
die niet na te maken was, een kunstwerk van moeder aarde, van moeder natuur,
een steen die ooit moet los gekomen zijn, een stukje bazalt gelijk, gevormd door
weer en wind en water, en door de tijd, ce
grand sculpteur, zoals Yourcenaer de tijd noemt, om te worden wat die steen
geworden is en die hier nu voor hem staat, kijkend naar hem, die weet, zo beeldt
hij zich in, dat hij over hem aan het schrijven is. Nog geen tien centimeter is
hij groot maar hij heeft een vlakke bodem en staat lijk een beeldhouwwerk zou
staan.
Als zijn dochters of
kleinkinderen dit lezen, zullen ze weten, dat hij gehecht was aan de stenen die
hij raapte in vele landen.
En dan spreekt hij nog niet
over de stukken wortels die hij bewaarde, waaronder het stuk wortel dat hij
kreeg van die oude eenzame dame, in het Noorden van Schotland - aan wie hij in
ruil een pocket book van Isaac Bashevish Singer gaf het was toen hij met
Pierre H. stopte aan de meest eenzame woning in de wereld, denkend wellicht aan
een gedicht van Rilke dat hij uit het hoofd citeert
In diesem Dorfe steht das letzte Haus,
so einsam wie das letzte Haus der Welt.
Und die das Dorf verlassen wandern lang
und viele sterben vielleicht unterwegs.
Vergeef me, denkt hij, als de tekst niet volledig zou
zijn, maar het is aldus dat ik hem onthouden heb.
Het wondere van dit stuk wortel is dat het voor hem
ook die dame is, dat eenzame huis is, en Rilke is en Pierre, dat het ook de
luchten van Schotland is.
En zo heeft elke wortel en elke steen zijn eigenheid,
zijn verhaal. Als hij er niet meer zal zijn en stenen en wortels eventueel
zouden bewaard blijven, zal het geweten zijn dat hij die verzameld heeft, maar
het verhaal eromheen neemt hij mee naar andere oorden. Welke verhalen is niet
geweten, maar heel wat is niet geweten en dit houdt ook verband met de uitzending
op BBC four van een paar dagen terug: The
end of God, een zoektocht, met heel wat omwegen naar God, om dan toch in de
Higgs particule, door de wetenschappers omgedoopt tot de Gods particle, een sprankel van Hem te vinden. Of om dan toch
tot het besluit te komen dat met de komst van de quantum fysica, wetenschap en religie in elkaar verweven zijn en
niet meer te scheiden.
Maar zijn onvoltooid gedicht is dus wel degelijk
onvoltooid en zo zal het blijven.
13-11-2011, 00:19 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
12-11-2011 |
Onvoltooid Gedicht |
Onvoltooid Gedicht.
Heb maar een klein leven
gehad,
heb geen opvallende dingen
gedaan,
geen boeken gepubliceerd,
geen symfonieën
gecomponeerd,
geen theorieën uitgeklaard
over wat het leven is en
wat het sterven.
Voel dat het einde nader
komt,
zeer dicht er komt. Mijn
Blog
een laatste stuiptrekking
om toch
te blijven uit te kijken
naar wat heel wazig in de
verste verte
als een toevlucht lijkt,
een opgenomen worden
in een rijk om geest te
zijn.
Enkel geest te zijn, het
grote wonder.
Heb wel Joyce gelezen en
Odysseus,
Wel Eliot en de
Ecclesiasticus,
wel Faulkner, wel Pasternak
en Bernanos,
wel Borges, maar niet
Sartre.
Heb wel gezorgd dat ik nog
niet gestorven
was voor de dood er was,
zoals zovelen.
Heb maar een klein leven
gehad.
Wel woorden geschreven en
opgestapeld,
woorden die mijn dagen
waren,
opgedoken en opgetekend,
jaren lang, bronnen gekend, wat inspiratie,
maar te hoog
geïnterpreteerd
waar niets te vinden is,
beschimmeld nu, bevorderd
tot vergetelheid
Heb wel lief gehad, in pijn
en vreugde,
wat kon en wat niet kon,
lief gehad,
samen gebald en uitvergroot
tot ruikers tederheid die
hun kleur,
hun eigenheid behielden tot
lang erna.
Herinneringen die kinderen
werden,
en kinderen van kinderen
om je op te peuzelen, je
meermalen
tot tranen toe, zo onlangs
nog.
Heb wel lief gehad en nog.
Heb wel vele kleine dingen
lief gehad
die vrede gaven, rust en
geborgenheid.
Heb zaden opgespaard,
geplant
in kleine plaatsen en zien
groeien.
Wie zegde me dat het salie
was,
dat het druivenranken
waren,
dat het stinkende gouwe
was,
Wie de duizend bloemen me
geleerd,
het helmkruid, nu
verdwenen,
wie de hagewinde,
de wikke, de weegbree.
Wie leerde me de namen
kennen,
de wielewaal en waar hij
woonde.
Wie de paddestoelen, de
agaric,
de cantarel, de boleet.
Hoe wijs nog toen, het
weten was.
Deze woorden hier
een onvoltooid gedicht
gebleven.
Zul je me ooit lezen?
12-11-2011, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
11-11-2011 |
Inspiratie |
Ik overloop de Blogs die ik
in het begin van dit jaar geschreven heb en die ik heb
verwijderd. Ik dacht er enkele te kunnen hernemen maar bijna allemaal zijn ze
tijd gebonden en vandaag niet meer gepast te gebruiken. Ik ben dus elke dag
aangewezen op het vinden van een nieuw onderwerp.
Het is een gewaagd iets, te
denken dat er een plots een idee zal opduiken, een nieuwe aanloop die me
brengen zal in plaatsen die ik niet verwacht had.
Soms zijn kleine dingen
voldoende, zoals een paar dagen terug toen ik een eerste zin binnenkreeg
waaruit een gedicht ontstond dat ik enkele tijd vasthouden wil omdat het nog
niet rijp is als gedicht.
Ik vraag me dan af hoe
Stefan Hertmans te werk gaat. Ik las dat hij een nieuw boek uit heeft. Ik zal
het kopen en het lezen. Hertmans is een schrijver die vol beloften steekt.
Natuurlijk is het niet iemand die een oplage van 100.000 zal bereiken al weet
je maar nooit - de markt hier is gericht op snoep- of soeplectuur en Hertmans
is een man van de geest, is elitair en dat lusten weinig.
Maar één zaak is zeker, je
zult er niet bij in slaap vallen. Hij is een man van de ruimte.
Ik schreef dit een week
geleden in afwachting van de publicatie ervan. Ondertussen is Hertmans boek
uit. Het wordt besproken in de Standaard der Letteren van 4 november. Hun
oordeel spreekt boekdelen: Je zou er
haast een hele kast boeken voor weggeven.
Ik ben benieuwd en houd jullie
op de hoogte van mijn verblijf bij Stefan Hertmans.
11-11-2011, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
10-11-2011 |
Blog voor de HH Van Rompuy en Barroso |
U hebt jaren lang de ogen gesloten voor wat zich afspeelde in
Griekenland. U waart nochtans een meer dan gewaarschuwd man. Wacht dus niet op
wat de Grieken gaan doen of niet doen, evenmin wat Italië zinnens is, dit is
maar al te gemakkelijk.
Neem uw verantwoordelijkheid want u bent ten dele
schuldig aan de toestand van vandaag, u ontkomt niet aan dit schuldig verzuim.
Waarborgt - op de vervaldag - de Overheidsleningen van
alle Landen van de Eurozone wat het kapitaal betreft.
Wijzigt het Fonds in een Bank to settle European Governments debts. Geef Eurobonds uit en
komt tussen op de markten en niet de ECB - waar nodig.
De tussenkomst voor een land, in de terugbetaling van
de vervallen obligaties, wordt ingeschreven in een Grootboek van de Schulden. Deze bedragen zullen terug te betalen
zijn door de jeugd van die landen,
aldus zijn de politiekers verwittigd. Dus absoluut geen kwijtscheldingen.
Gezien er geen devaluatie meer mogelijk is, worden in
die schuldenlanden de depositos boven een bepaald bedrag afgeroomd ten
bedrage van een bepaald %, en deze afroming belegd in Overheidsobligaties van
het land met of zonder waarborg van Europa - wat de taak van het Fonds
aanzienlijk zal verlichten.
Schrap alle vertalingen in uw Commissies. Europa heeft
één munt en één werktaal. Met wat aldus gespaard wordt kan een deel van de
verschuldigde rente op de uitgegeven Eurobonds worden gedekt.
Als de markten hierop niet positief reageren, sluit
dan de boeken. De toestand is hopeloos.
10-11-2011, 10:32 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
|
Het jaar 1927 (2) |
Het jaar
1927 (2): Psalm 139.
Je bent 18, je staat met vader
op het aardappelveld, met je blote voeten stevig in de aarde, in de warme
deugddoende aarde.
Een vriend komt over het veld
naar je toe gewandeld, de zwijgende luchten weten wat er gebeuren gaat, omdat
wat gebeuren gaat geschreven staat. Omdat hij je een boodschap brengt, enkele
woorden slechts, maar woorden die als een zweepslag zijn voor je verder leven.
Pas na zijn dood zult je even
terugblikken op de zin die hij toen sprak en het leven dat voortkomen zou uit
zijn boodschap en wat dit betekenen zou voor jou, zelfs met
deze zin hier inbegrepen.
Je herinnert je een vers uit
een psalm die
je vrij vertaalt:
Uw
ogen, Heer, zagen alles wat ik was, en nog onvolmaakt zijnde, staat alles over
mij al opgetekend in je boek, hoewel alles er nog niet is, hoewel het nog komen
moet, het staat opgetekend in je boek.
En, vandaag, met nog een
vezel vast aan de boom des levens, wat staat nu nog opgetekend voor jou, in dat Boek
van de Heer, geschreven in rode of groene, in blauwe of gele letters, of in
gouden misschien, of zilveren, maar opgetekend staat het.
Wie weet, misschien wordt het
nog een totaal nieuw beginnen. Een boodschap die uit de lucht zou vallen lijk
een meteoriet en wat rest van het blad aan de boom, terug een knop zou worden die open
barsten zal in de lente.
Wie weet?.
Het is ook om er duizelig bij
te worden, wat een wereld er al geschreven staat in de boeken en welke wereld
in de Psalmen - wat heb ik er nog aan toe te voegen, niets in meer. Ik kan het enkel
terug nemen en het verhalen op een andere wijze, een betere of een minder
goede. Dit is het enige dat ik vermag, en hernemen is een noodzaak voor mij, herkleuren
en herschikken in andere verbanden.
Dit is mijn leven, het woord
is mijn adem, is mijn bloed.
*
Een trouwe vriend, Ferdi
v.d.H. reageerde, op mijn Blog van gisteren en ik dank hem ervoor. Des te meer
omdat hij me begrepen heeft en hij herneemt hiervoor zegt hij, de woorden van
Aragon, hij vindt que je raconte ma vie
comme on fait des rêves au réveil. Waarmee hij me verraste, maar gelijk
heeft hij wel, mijn Blogs froleren wat ik wens te zijn.
10-11-2011, 00:41 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
09-11-2011 |
Het jaar 1927 |
Een jeugdvriend, Gilbert
Van Den Steen, overleed op 27 augustus ll.. Ik lees dit in Connect, het
personeelsblad van de Nationale Bank van België. Hij was van het jaar 1927.
Van in de jaren 1942 al
waren we samen. We studeerden samen in het Klein College in Aalst. We namen samen
elke schooldag dezelfde stoomtram van Wetteren over Oordegem en Erpe-Mere naar
Aalst. We vormden samen op die tram met een paar andere vrienden, een klein
zangkoor en velen stapten op onderweg, in de wagon waar wij waren, op het
platform waar we bleven rechtstaan.
Na de schooljaren kwam hij
terecht in Brussel, ik in Aalst in het Ministerie van Financiën.
Op een dag einde augustus
1947, bracht hij me een bezoek. Ik was met vader op het veld aardappelen aan
het rooien. Hij vertelde me dat er een examen was in de Bank en hij raadde me
aan deel te nemen. Wat ik gedaan heb. Ik slaagde en ben er op 1 april van het
volgende jaar begonnen. Ik ben in de Bank gebleven tot mijn 65ste.
Als ik er vandaag een Blog
aan wijdt dan is het omdat door dit ene bezoek, dat plaats vond op het
aardappelveld, mijn leven op een spoor werd gezet dat bepalend is geweest voor
de rest van mijn dagen. Een enkele zin, enkele woorden die beslissend waren
opdat ik vandaag een Blog zou onderhouden.
Hoe denk ik over zijn dood,
die heel wat herinneringen oproept, maar wat kan ik meer dan enkele woorden
schrijven over hem. Hij was totaal anders ingesteld dan ik, en op een bepaald
ogenblik is er iets tussen ons gekomen, hij is verliefd geworden op het meisje van
mijn broer Daniël, en is ermee getrouwd. En in een beginfaze, ik was toen al in
de Bank in Brussel en we zagen er elkaar regelmatig, was dit feit de reden dat
we een hele tijd elkaar uit de weg zijn gegaan. De sfeer tussen ons was niet meer
dezelfde, er waren sporadisch nog wel telefoons en ontmoetingen, maar er was
iets gebroken en in meer er was niet de spirituele ondergrond die ik wel had
bijvoorbeeld met Michel Jamar en Jacques Roelandts die ik meer zag dan hem.Na
mijn vertrek naar de provincie zijn onze wegen uit elkaar gegaan. Maar ik weet
nog van hem dat we beiden één grote droom hadden, een reis met de Transsiberische
trein naar Vladivostok. Maar dit is voor ons beiden, in elk geval wat mij
betreft, een droom gebleven.
Hij heeft me, jaren geleden
eens bezocht, hier in Latem, samen met een een paar andere vrienden en collegas,
Wilfried Van der Perre en wijlen Marcel Thys, hij had toen een begin van
Alzheimer.
In feite herhaal ik hier
wat ik al heb geschreven, als ik met een Blog begonnen ben dan was het ook met
de bedoeling vrienden van vroeger, ook deze uit de Bank te bereiken. Maar
reacties van die kant blijven uit, John Poullet, Robert Van Steenkiste en vele
anderen komen niet meer uit hun schelp. Slapen ze de ganse dag?
Gilbert en Willy De Clerck zijn
van het gezegende jaar 1927. Ik stel vast dat het, het seizoen is van het
vallen van de bladeren van 1927. Ik zie mijn blad al hangen aan de boom, sterk
vergeeld, met nog enkele vezels vast.
Zo lang mijn Blog wordt
gepubliceerd is het blad er nog, misschien zijn de vezels nog sterk genoeg om
sappen op te nemen, heeft het zelfs nog de kracht en de moed om zich iets
vaster nog te hechten, Misschien.
09-11-2011, 00:08 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
08-11-2011 |
Boris Pasternak: Dood en Leven in de Kunst |
Dacht
gisteren, werkend aan mijn vorige Blog, aan een bijzondere passage in het boek
van Pasternak's Zhivago. Ik had het
boek gelezen in een Engelse vertaling, omdat ik vond dat ik aldus
geconfronteerd bleef met een taal die niet mijn moedertaal was, waarbij de
woorden als omfloersd met hun betekenis gelezen worden. En vanmorgen heb ik het
boek ter hand genomen en de passage gelezen over Anna, de moeder van Tonya, de
verloofde van Yuri Zhivago.
In answer to the desolation
brought by death
he was drawn, as irresistibly as water funneling downwards,
to dream, to think, to work out new forms, to create beauty. He realised more
vividly than ever before, that art has two constant, two unending
preoccupations, it is always meditating upon death and it is always thereby
creating life.
Ik
dacht een ogenblik terug, na al die jaren, aan grootmoeder, de eerste dode die ik
zag, hoe wit en stil ze lag op haar doodsbed, En later, bleef ik haar zien, toen
ze in de kerk, dicht bij mij in de doodskist lag, toen de kist werd neergelaten
in de kuil en ik wenend kijken bleef tot de kuil werd dichtgegooid met aarde. En
de vraag toen aan moeder, nu ze de eeuwigheid was ingegaan, was het zo dat ze
thans neerzag op mij vanuit de hemel, en dat ze mij beschermen zou tegen de
bekoring en tegen de zonde?
Maar
Pasternak, de grote man gaat veel verder. Hij blijft tasten naar de betekenis
van de dood om nader te komen tot het leven, tot de zin ervan, de intensiteit
ervan, en het is hem duidelijk dat de aanwezigheid van de dood in het leven de
voedingsbodem is van de kunst die hierbij het eeuwige oproept.
Wat
niet meer kan gezegd worden van de kunst van vandaag. Of waarover Jan Hoet, die
ik zoëven hoorde op TV, naar aanleiding van de expositie die hij, in opdracht
van de Chinese regering gaat organiseren ergens in een nieuwe stad in China en
meer in het bijzonder in de nabijgelegen woestijn.
Zijn
oordeel over de kunst blijf heel wazig voor mij, en ik denk dan aan enkele
zinnen uit een toneelstuk van Chistopher Fry waarin countess Rosmarin zegt tegen haar butler:
Protect me from a body without
death. Death is part of life. It is included in the terms of the contract by
which we take over the lease of our living.
De dood is deel van het leven. En het is, zegt
Pasternak, mediterend over de dood dat het leven zijn zeg heeft.
Of dit ook zo is voor de kunst waar Jan Hoet
over spreekt, weet ik niet. Zeker is het dat het zo is voor de Kunst der
Letteren. En voeg er graag aan toe dat zinnen zoals ik er vele ontmoet in de
Zhivago van Pasternak, een boek groot en eeuwig maken.
08-11-2011, 01:01 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
07-11-2011 |
Bij het vallen van de bladeren |
Als
je, komende uit de kamer van de dood, de luchten voelt die zijn als van satijn,
die zijn als een klaarte in een immensiteit van geest die ons omhult, en traag
de bladeren rijzen, de wegen ermee bestrooid is groot en intens het leven in ons.
Als
je dan in de menigte om je heen, vrienden ontmoet die meer dan vrienden zijn,
die broeders zijn om te omhelzen, wordt je stil daarna, wordt je een lange tijd
stil daarna, is er een warmte in je hart, voor een lange tijd.
Je
schrijft dan maar, vóór de avond valt, van uit je warmte, een korte brief en
voegt er poëzie aan toe, gouden woorden die je hoorde, en nu de wereld worden
ingestuurd, om aan te komen bij wie ze lezen zal, zo hoop je toch.
Dan
kan het ook dat deze woorden worden doorverteld omdat het een ontmoeting was op
een ongewoon terrein, in ongewone omstandigheden, en in even ongewone
bewoordingen worden neergeschreven:
Et paix à
ceux sils vont mourir qui nont point vu ce jour. Mais de mon frère le poète on
a eu des nouvelles. Il a écrit encore une chose très douce. Et quelques-uns en
eurent connaissance
07-11-2011, 00:04 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
06-11-2011 |
Euro: Reacties en conclusies |
Euro:
Reacties en Conclusies
Ik
kreeg (positieve) reacties op mijn Euro-Blog van 4 november. Samengevat puur ik
hieruit volgende bedenkingen:
1.
De
onmacht van de Griekse Regering om haar Openbare Schuld te honoreren op de
vervaldag, zal onvermijdelijk een zwaar impact hebben op Europa en in de eerste
plaats op de landen van de Eurozone.
-
Ofwel zijn het de banken die in Griekse obligaties belegd hebben, die het
verlies zullen ondergaan;
-
Ofwel zijn het de landen van de Eurozone, de E.U. zelf, wat volgens mij het
meest logische zou zijn mijn Blog van 4 november - en zeker ook het minst
storende.
2.
Zijn
het de banken die de totaliteit of een deel van de Schuld ondergaan, dan
ontstaat er een probleem, namelijk het vinden van de nodige kapitalen ter aanvulling
van hun liquiditeitspositie. Maar in de huidige omstandigheden, wie is er
bereid in te tekenen op de kapitaalverhogingen van de banken?
3.
Is
het de Eurozone die de volledige/gedeeltelijke terugbetaling ik opteer voor
de volledige terugbetaling - van de Griekse Schuld op zich neemt, dan vermijden
de banken de aanvulling van hun liquide middelen. Op dat ogenblik stelt zich
het probleem van de financiering van de interventie van de Europese Commissie
in de markt van de Bad Bonds van
welk land ook Deze financiering kan gebeuren door de uitgifte van Eurobonds en deze
kunnen
en zullen wellicht, aangekocht worden, én door China, én door Brazilië en door
anderen, ook door de ECB, indien nodig.
4.
In
mijn vorige Blog van 4 november heb ik vooropgesteld dat de Europese Commissie,
eerlijkheidshalve, de schuld van de probleemlanden moet waarborgen de
oplossing gezocht in het oprichten van een Fonds gaat in deze richting - in dit
geval, welke beslissing Griekenland (of Italië) ook neemt, en ongeacht de tijd
die deze beslissing vergen zal, zal de bekendmaking van de beslissing van de
Europese Commissie de schulden nte waarborgen, de spanning in de markten weg te
nemen. Er hoeft enkel gewacht op de instemming van Griekenland/Italië met de voorwaarden
gesteld door de Commissie, om in actie te komen
Ik
vermoed zeker ben ik niet dat hiermede het probleem van de 8 miljard euro
die Griekenland in het begin van december nodig heeft om bestaande schulden af
te lossen, van de baan is. Het FMI hoeft dus niet aangesproken te worden.
5.
Welke
bedragen staan hier voor de Commissie op het spel?
We
spreken niet meer over nieuwe kredieten die zouden toegestaan worden. Wat dit
betreft moet Griekenland zich zelf behelpen. Het betreft enkel en alleen de Griekse
Overheidsobligaties die voor het ogenblik in omloop zijn. Het betreft evenmin
de gelopen intresten, deze moeten ingeschreven staan in het Griekse budget.
Het
maximum bedrag, wat Griekenland betreft, kan in het slechtste geval, na de
laatste vervaldag, oplopen tot 380 miljard euro, maar dit is gespreid over een
gamma van vervaldagen wellicht.
In
het Fonds was er sprake van een virtuele waarborg van 1.000 miljard euro. Er is
dus enige ruimte.
Maar,
en nu begint het pas. Een dergelijke omloop aan Eurobonds aan 3%, kost vlug 30
miljard euro aan intresten. Te verhogen met een bedrag aan terugbetalingen. Een
zwaar verdict voor het Europese budget.
Pas
nu realiseer ik me het volume en het impact dat deze schuldenmassa kan hebben
op het budget van de EU.
6.
Vanaf
het bestaan van Eurobonds in omloop, zullen de Europarlementariërs en Barroso
en Van Rompuy, weten wat het is een openbare schuld aan te houden en de dienst
ervan op een correcte wijze te verzorgen. Ze zullen tevens een duidelijk beeld
hebben van de moeilijkheden waarmede bepaalde landen geconfronteerd zijn om hun
openbare schuld in de hand te houden.
7.
De
bestaande voorstellen onlangs genomen door de Europese regeringsleiders, om 4
uur s morgens, zijn meer dan duidelijk ontoereikend en wachten op een nog
zwaarder vervolg. Wat er ook nog uit de bus moge komen, vroeg of laat moet er
betaald worden.
8.
Kwijtschelding
van Schuld is uit den boze, het schept een precedent zonder einde. Dus laat ons
hier niet aan denken. Wel aan een Inschrijving van elke wanbetaling van de
schuldenaar van zijn obligaties, in het Grootboek
van de Schuld van de eurozone Landen, wat voor vele landen een rem zal
betekenen, in elk geval is het een afschrikking.
9.
Europese
integratie betekent: één budget, één openbare schuld, één munt - en dit ware de
correcte volgorde geweest en één administratieve taal.
Deze
laatste is even noodzakelijk. De kosten van de te talrijke vertalingen zijn
absurde kosten. Wie in het Europees Parlement zetelt en zijn stem verheffen
wil, doet het in die ene officiële Europese taal.
De
vertaalkosten vallen weg, wellicht een kleine compensatie voor de te betalen
rente op de Eurobonds. (Ik ben niet gaan kijken naar het budget van de EU, het was te laat.)
10.
Mijn
kinderen en kleinkinderen, hebben heel wat te winnen bij een goede en vooral
vlugge oplossing van het europrobleem. Maar dat het Barroso en Van Rompuy, dat
het Europa in zijn geheel, heel wat zal kosten dat staat nu al vast. Illusies
hebben hier geen plaats.
*
Geschreven
na de uitvaart van een groot staatsman, Willy De Clerck de zoveelste van mijn
geboortejaar - ben ik er van bewust, dat wat ik hier verkondig niet de perfecte
oplossing biedt. Mijn woorden beogen alleen enkele formules naar voor te
schuiven opdat, getoetst aan andere, du
choc des idées jaillisse la lumière.
Weet
ook dat deze Blog, na een dag van grote emoties, het bijwonen van de uitvaart
van Willy De Clerck en de toespraken van de kinderen en vooral van Guy
Verhofstadt, me heel wat moeite heeft gekost, meer dan ooit een Blog me gekost
heeft. Wil hier rekening mee houden.
Ik
heb gezegd!
06-11-2011, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
05-11-2011 |
Eugène Ionesco |
Eugène
Ionesco.
Er
komt een dag dat ik, vooraleer deze wereld te verlaten, orde op zaken zal
moeten stellen, want het kan niet dat ik alles achterlaat zoals het er nu bij
ligt en staat. Vooral in mijn boeken moet een schifting gebeuren en ook in de
vele teksten die hier en daar, met hun klad nog, liggen opgestapeld. Er zijn bijvoorbeeld
boeken die in hun rek blijven vele ervan heb ik zelfs nog niet geopend en
andere eens overlopen misschien, en mijn teksten en gedichten zijn een grote verwarring. Maar
dan gebeurt het dat ik, om een of andere reden, die ik niet ken of niet wens te
kennen, of niet nodig heb te kennen, een van die verwaarloosde boeken zo maar
uit zijn rek neem om het in te kijken en dan te vallen op een onderlijnde
passage, met een foto als bladwijzer erbij, en te lezen wat ik maar al te graag
wou lezen, een bevestiging van wat ik ook vroeger al geschreven had.
Zo
was er deze avond voor het gaan slapen, Fragments
of a Journal van Eugene Ionesco,
waarin ik, over een passage uit zijn Exit
the King de Engelse vertaling van Le
Roi se meurt - te lezen kreeg:
Is there a universal
consciousness? Is consciousness all pervading? Is there a dormant consciousness
in stone, as I believe Leibnitz thought? Neither Planck, nor Heisenberg, nor
Einstein, nor de Broglie wholly rejects the idea of a universal, cosmic
consciousness. There may be some
plan, some intention. If there is an intention, there is consciousness. These
thinkers do not exclude the idea of a God who would be that consciousness.
Een
kosmisch bewustzijn aanwezig in de steen van Leibnitz. Of, Hij die zich, verborgen
in de brandende braamstruik in het Boek Exodus, Ik Ben noemt, aanwezig in al wat IS.
Maar
ik viel nog op een ander punt dat ik aanhalen wil. Ionesco kon niets anders
meer dan schrijven. Zo lees ik op het einde van zijn tekst in zijn Journal, over Exit the King:
Perhaps I shall keep on
to the end writing books and plays, because I cant do anything but that. Im
incapable of any other profession. Since Ive known myself, I have never done
anything else.
Schrijven
is een ziekte, is een drug, ik voel het, ik beleef het. Mijn schrijven echter
heeft niet de geladenheid die een schrijver als Ionesco heeft. Ik neem over of
inspireer me op wat ik gelezen heb en voeg eraan toe wat ik zou kunnen gelezen
hebben.
05-11-2011, 05:54 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
04-11-2011 |
Le G20 s'ouvre sur une crise européenne |
Le G20 souvre sur une crise européenne.
Een Europese crisis
waarvoor Europa zich op de borst moet kloppen, maar het niet doet, als ik
Barroso zie acteren als een pauw.
Ik heb nooit geweten dat de
NBB niet nauwgezet de regering in het oog hield wat haar budget betrof, wel
wetende dat een evenwichtig budget, een gouden regel was voor het behoud van de
waarde van de BEF. Maar weinig heeft het geholpen, de politiek wist het beter,
zodat jaar na jaar de openbare schuld toenam en het steeds maar moeilijker en
moeilijker werd om een budget in evenwicht voor te dragen. Pas na de komst van
de ploeg Martens-Verhofstadt is er enige rigiditeit gekomen wat het budget
betrof, maar lang heeft dit niet geduurd en het land België is uitgekomen waar
het zich thans bevindt met een schuld die de 100% van het BBP floreert - Le
Monde van enkele dagen terug meende zelfs dat het 120% was.
Dit alles ter inleiding, om
te zeggen en te volharden in wat ik zeg, dat Europa de schuldige is van wat
zich op het ogenblik voordoet met de euro van ons allen.
De fout of de schuld ligt
voornamelijk bij Griekenland natuurlijk, en dan vooral bij de Centrale Bank -
al weet ik niet of ze niet hebben gedaan wat bij ons de NBB regelmatig heeft
gedaan - en verder bij de Regering, en ik begrijp hoegenaamd niet dat een
Eerste Minister, die de openbare schuld van zijn land oogluikend heeft laten
groeien tot 180 % van het BBP, nog recht heeft op enig ontzag in het
buitenland.
Maar de talrijke
Europaparlementariërs, waren aan het slapen van 2005 tot en met 2010, en zagen niet
wat er aan het gebeuren was én in Griekenland, én in Italië, én in de andere
landen, waaronder, spijtig genoeg ook België, want als de toestand in Europa
geworden is tot wat hij vandaag is dan hebben zij er schuld aan niet tijdig te
hebben gereageerd. Dit is de bemerking die ik hoor om me heen.
Vandaag, en liefst niet
morgen, moeten zware, ingrijpende maatregelen genomen worden. Maatregelen die
duidelijk en doorslaggevend zijn en als ik Le
Monde lees, met aandrang - en terecht - gevraagd worden door de niet-Europese
landen van de G20.
Zo mijne Heren, Barroso,
Jüncker, Van Rompuy, toon dan dat u waardig bent de plaats te bekleden waarvoor
u verkozen werd.
Vergeet al wat u en uw
commissies hebben voorgesteld om de euro te redden want dit is onvoldoende.
De 380 miljard euro overheidsschuld
van Griekenland is meer uw zaak dan die van de banken, zoals ook de 1.800
miljard euro van Italië uw zaak is. Als deze schuld gegroeid is tot wat ze is,
had u dit al jaren vroeger moeten zien aankomen. De maatregelen die Griekenland
nu moet nemen zijn dodelijk voor de verwende burgers als voor het land. U had
dit moeten voorkomen. U als verantwoordelijke voor de euro.
Het wordt hoog tijd dat u
dit inziet en dat u deze schuld niet langer afwentelt op de banken, gezien u de
waarde van de beleggingen die de banken hebben gemeend te mogen doen, hebt
laten verslechteren - oogluikend voeg ik eraan toe, schuldig verzuim voeg ik er
aan toe.
Het is aan Europa, en aan
niemand anders, om de ramp, o.m. deze van de Griekse overheidsschulden, op te
vangen. Het principe waarin het fameuze Fonds gedoopt werd, is oog verblinding,
want vroeg of laat krijgt u, Europa, toch het deksel op de neus.
Zo, doet wat moet gedaan om
de euro te redden. En er zijn geen tien oplossingen. U hebt er één, maar een oplossing
die draagkracht heeft en een kostprijs.
U verleent mits voldaan
wordt aan de voorwaarden aan Griekenland gesteld - uw waarborg, wat de
terugbetaling op de vervaldag betreft, van de Openbare Schuld van Griekenland,
de schuld die tot op heden bestaat. De schuld van morgen is niet uw zaak, maar
die van Griekenland. U waarborgt op zelfde wijze ook de openbare schuld van de
andere eurolanden. Maar u betaalt geen cent uit zonder deze in te schrijven in
een Grootboek van de Openbare Europese
Schuld van dat land. Er is hier geen sprake van kwijtschelding, hoogstens
verschuiving van de terugbetaling ervan wat nu ook al zat in het plan van 27
oktober - op dertig jaar, maar dan een schuld van Griekenland tegenover Europa
en niet een schuld tegenover de banken.
Dit is de hoofdbrok: de
overname van de schuld, vervaldag na vervaldag, indien er om gevraagd wordt.
Ik vermoed dat, als gevolg
van de vraag aan de banken einde juli gesteld, er een idee bestaat van het volume
van de Griekse schuld in handen van de niet-Griekse banken. Er zou dus kunnen
gedacht worden, de schuld in handen van de Grieken niet te waarborgen???
Van hieruit zijn diverse
scenarios mogelijk waaronder de meest elegante, de uitgifte door Europa van
Eurobonds, geliefd bij velen naar ik hoorde.
Hierop kan zelfs door de
ECB worden ingeschreven, zullen andere, niet-Europese landen, kunnen intekenen
en is aldus de financiering van de Schuldencrisis een oplossing nabij.
Maar dan, Mijne Heren, Verkozenen
van Europa, Is het aan u om de dienst van de aldus door Europa opgebouwde Openbare Schuld te verzekeren, en te zorgen
voor de afbouw ervan. Te zorgen dat de rente op uw schuld en de afbouw ervan
terecht komt op uw budget. Het is aan u om te tonen dat u, wat budgetcontrole
betreft, betere regeerders bent dan de Grieken, de Italianen, de Portugezen, de
Spanjaarden, de Belgen.
Ik word binnenkort 84 jaar
en geloof me, ik had liever een Blog geschreven over de poëzie van Saint-John
Perse of een of andere élegie misschien ware het beter geweest en had het me
meer aanzien gegeven, maar het probleem van de euro is te intrigerend om het
terzijde te laten - dan over het mismanagement dat de euro is te beurt
gevallen.
Een zaak is zeker,
dergelijk voorstel zou Brazilianen en Chinezen misschien wel aanlokken. En in
elk geval, als Europa iemand zoekt om dit verder uit te werken, dan sta ik er
nog maar met weinig enthousiasme, Ik deed het maximum.
En nog iets, ik hoor
vandaag dat de arbeiders van Arcelor-Sidmar niet akkoord gaan met de
voorstellen van hun bazen, wensen ze het lot van hun Waalse broeders te delen?
Maar dit doet hier niets ter zake.
04-11-2011, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
03-11-2011 |
Elle a dit oui |
Elle a dit oui
De dagen komen en gaan, en
zo komen en gaan mijn Blogs. Maar er zit meer afwisseling in mijn teksten dan
dat er afwisseling steekt in de dagen die een ritme kennen van opstaan en
slapen gaan, en tussenin, de momenten dat ik neerzit om te schrijven, wat nu
ook, sinds bijna twee jaar, deel uitmaakt van mijn levensritme.
Op de dag van Allerheiligen
maar dit verschijnt pas op mijn Blog van 3 oktober - waren er twee gebeurtenissen.
Ik maakte kennis, via
Internet, dankzij Kim en Jeroen ze bezochten zijn atelier - met het verbazende
werk van een jonge kunstenaar, Nick Erwin. Nu, er kan wel elke dag een nieuwe kunstenaar
ontdekt worden op het Internet, maar Nick Ervinck is meer dan een uitzondering,
wat hij maakt is geniaal. Zoek het maar eens op, het loont de moeite.
Maar voor mij had een
tweede gebeuren, een heel bijzonder, ontroerend karakter. Meer dan een Blog is
het waard, als een kleinzoon, die je van kleinsaf heb gevolgd, op een morgen
plots voor jou staat als een ernstige jonge man, en je een fles champagne aanreikt,
je aandacht vestigend op - en je grijpt naar je leesbril het speciaal
aangebracht etiket waarop te lezen staat: Elle
a dit oui.
Hij heeft haar de vraag
gesteld en nu roept hij het uit, opdat de wereld het weten zou: Elle a dit oui of, ze is in zijn armen
gevallen en heeft, met tranen in de ogen, in haar grote liefde voor hem, ja
gezegd.
En jij, oude man met een
jong hart, toen je begreep waarover het ging, hield je tranen geborgen, omdat
hij je eerste kleinzoon is die je met dergelijke verrassing overvalt.
Nochtans, dat zoiets zich
zou voordoen was te verwachten. Anthony was al meer dan een tijd samen met die
lieve, kokette, verstandige Ruth, maar dat het zo ineens gebeuren zou dat hij
haar ten huwelijk zou vragen, en dan nog op de wijze waarop het gebeurde, en
meer nog, op de wijze waarop hij het verkondigde, geschreven op het totaal
vernieuwde etiket op een fles champagne, was meer dan origineel.
Hij, Anthony, is me totaal ontgroeid,
ik zie hem in mijn gedachten nog steeds als jonge knaap, maar hij is ondertussen
een jonge man geworden die heel goed weet wat hij wil.
Ruth en Anthony, ze zullen
samen hun wegen gaan, innig gebonden aan elkaar als één persoon. Hun verhaal zal
geschreven worden in woorden van wijsheid dat hun geluk zal zijn, aan elkaar gesmeed tot hun
haren grijzen en verder nog.
03-11-2011, 04:59 geschreven door Ugo d'Oorde 
|
|
|
 |
|
 |
E-mail mij |
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
|
E-mail mij |
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
|
Gastenboek |
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
|
E-mail mij |
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
|
|
|
 |