Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    07-03-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Loslopend gedicht
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    7 maart

    Loslopend gedicht

     

    The day will stand before us.

    The day will follow us

    into the day’.(Paul Auster[1])

     

    De maan

    vannacht is vol

    de dag zal later

    geschreven staan

    loom

    losgegooid

    op oude bladen,

     

    losgekomen verlossing

    waar de bomen

    nog botten gaan

    vannacht,

     

    Tot de dag ons volgt:

    je dacht Scriabin,

    je dacht piano,

    achtte lelies klanken,

    sonates

    van vingers in het licht,

    van parels

    die toetsen waren,

    vol uitgestrooid.

     

    Een kluizenaar die alles hoorde

    van in zijn schelp,

    zijn koninkrijk.

     

    Unknown

    is meer ongekend

    dan ongekend.



    [1] Paul Auster:’Poesía completa. Editorial Seix Barral 2012, traducción del inglès y prólogo por Jordi Doce

    07-03-2015, 00:40 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    06-03-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dringend toe te voegen aan Blog van heden.

     

     

    Nagekomen, en wat ik niet verzwijgen kan.

    De IS onthoofdt niet allen de ongelovigen – waaronder zij zelf – maar ook de beschaving waar Bronovski zijn boek, ‘The ascent of man’ over schreef, dat bij hen geworden is ‘the annihilation of man’.

    Ik hoorde gisteren avond ook wat Rutte vertelde over de Nederlandse Syriëstrijders, dat ze beter zouden sneuvelen dan terug te komen op een beschaafde boden. Ik geef hem volmondig gelijk en bewonder hem omdat hij dit als eerste minister heeft durven zeggen. Weinigen nog hebben die moed, nochtans zijn ze een tijdatoombom. 

    Het was één uur in de morgen toen ik dit vernam én van de vernieling van de kunstwerken in Mossoul – wat ik gezien had en waarbij ik rilde en de ogen sloot – én wat nog erger was wat overbleef van de Assyrische beschaving 20 km verder. Gelukkig had ik daarna nog een deel van de Unvolendete van Schubert, een balsem om bij in te slapen.

     

     

    06-03-2015, 09:54 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat overbleef
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

     

    'Plant gered van de versplintering door de bulldozer nivellando las terrazas de las huertas del cabo (San Juan-Alicante). Heb de structuur ervan nieuw leven willen geven parce que ‘les petites choses n’ont l’air de rien mais elles donnent la paix’

    Aldus wordt hier het woord verinnerlijkt, de bekrompenheid van de wereld wordt weggeschoven en we betreden een totaal andere dimensie waar oorsprong en bestemming in een wondere osmose in elkaar vervloeien en we, al was het slechts de fractie van een ogenblik, in het minimale een volheid herkennen die niet te bepalen is, niet te omschrijven is, en de impressie nalaat van een aanwezigheid die ons lijk een verre echo zoekt te benaderen.

    Zo heeft deze plant haar raakvlak behouden met wat Umberto Eco[1] noemt : ‘het ene vast punt van het Universum’, zijnde het punt dat inwerkt op de slinger van Foucault die, naar het zeggen van Hubert Reeves : ‘de aanwezigheid van onze kleine planeet ignoreert om zijn beweging af te stemmen op de confrérie van de melkwegstelsels.’[2]

    Reeves zal dit wel geschreven hebben, in een wolk van poëtisch-kosmische verbondenheid, zoals Eco trouwens en ook zoals Ernst Mach de volheid van deze verbondenheid ervaart – ook zoals ik mijn verbondenheid met het plantje ervaar - en spreekt over een mysterieuze kracht die uitgaat van de massa van het Universum, zodat het in zijn totaliteit mysterieus aanwezig is op elk ogenblik op elke plaats van deze wereld.[3]

    Ibn Arabi, een Perzisch poëet uit de XIIIde eeuw, verwoordt dit op een sublieme wijze: ‘Elk deeltje, elk stukje van de wereld is de wereld in zijn totaliteit”[4]

    En ik vraag me af of dit Universum, verstrengeld in al zijn geledingen, niet het uiterlijke beeld – het lichaam - is van de geest of minstens, alle materie doordrongen van geest, de mens hiervan het voorbeeld zijnde.

    Indien we ons, al is het slechts even maar, inbeelden kunnen wat het betekent gegrepen te zijn, getekend te zijn door de krachten die de slinger van Foucault in beweging houden; wat het betekent meegezogen te worden door de ‘creatio continua’-beweging van het Universum, dan moeten we stellen dat het van ons afhangt opdat deze krachten inwerken zouden op onze spirituele ingesteldheid en dat het enkel via deze krachten kan zijn dat het stuifmeel, geconcretiseerd in een poëtische geladenheid zich alsdan uitwinnen zal in de zes richtingen die van hier uit de wereld van morgen zal bestuiven.

    Dan waag ik het ook te zeggen dat, in wat rest van dit meer dan simpel plantje, deze bijna utopische gedachte die me bezighoudt, namelijk deel te hebben aan het mysterieuze leven van deze ‘wereld in zijn totaliteit’, nog altijd geldt. Zelfs indien deze transcendente idee slechts heel vaag operatief zou aanwezig zijn, vooral dan in de dorre bloem en wortel, dan toch is deze stellingname, en enkel deze, eigen aan de dimensie van de mens die we zijn, eigen aan de dimensie van de “mens-in-wording” die we zijn.

    Deze blog is hoog gegrepen, situeert zich in het gebied van de transcendentie, geïnspireerd als hij is door de afbeelding hier, van een plantje weg gehaald van onder de bulldozer, dat indien ik het zijn vrijheid terug geven zou, terug tot bloei zou komen als was het maar in potentie.



    [1]     Umberto Eco : “De Slinger van Foucault”, uitg. Bert Bakker, 1989, pag. 11.  [2]   Hubert Reeves : “Patience dans l’Azur”, Ed. du Seuil, 1988, pag. 257-259. [3]   Hubert Reeves : idem. [4]   Roger Garaudy : “Comment l’homme devint humain”, Ed. J.A. 1978, pag. 217

    06-03-2015, 00:21 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    05-03-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Qui rate les aubes, rate sa vie

     

    ‘Qui rate les aubes rate sa vie’.

    Elke morgen als ik aan de ontbijttafel zit, als ik zie hoe het licht door de nog steeds naakte boomkruinen springt, op sommige dagen hel verblindend op andere in een beloftevol parelgrijs, denk ik aan deze zin van Louis Pauwels, de man van ‘Blumroch ou le Déjeuner du Surhomme’.

    Pauwels die evenmin als vele andere schrijvers niet weg te halen is uit mijn leven. En ik denkt dat het inderdaad het morgenlicht is que je ne rate pas, qui me fais écrire, nu ik aangekomen ben waar ik sta.

    En de woorden zijn er, de ene dag wat vlugger dan de andere, maar ze duiken op van tussen de bomen aan de overkant en ze bieden zich aan zodat ik ze maar mee te nemen heb naar de schrijftafel waar ze zich zelf gaan neer zetten, gevormd en ingekleed, op het witte blad van mijn scherm.

    Ik zegde het al, schrijven is mijn gebed, is de kracht die opstijgt uit mijn diepste ik en verwoord wordt door die fameuze Ugo in mij, die mij geen respijt laat, me gestaag op de hielen zit opdat ik toch maar niet verpozen zou; die me geen morgenslaap gunt, geen neerliggen op de sofa, geen morgendagblad, maar die woorden wil neergezet zien: words and words.

    Hij is verliefd op het woord, het is zijn voedsel en hij is zelden voldaan. Wat erger is, hij dringt aan en hij overhaalt me. Zoals de vorige dagen dwong hij me terug te grijpen naar wat ik lang geleden geschreven had, drong hij aan om het te hernemen, te herwerken en dit sans pitié, want hij wou niet weten wat het me kost aan inspanning en schroom terug te gaan naar wat van vroeger was, me eens te meer naakt uit te kleden en me zelf te dwingen, zoals Pauwels elke dag zijn dag begon, zo winter als zomer, met een duik in zijn zwemkom, de sprong te doen in het woord.

    Hij, Ugo, wenst dat ik me verder en dieper pijnig om te doen wat ik node doe: een derde persoon er bij te halen en te laten leven met delen die van mij zijn, wat nog haalbaar is, maar ook met delen die ik vinden moet in wat is van de mens, dooreengeschud door de dagelijkse gebeurtenissen die op hem afkomen en die hij te ondergaan heeft. 

    Opgestaan even vóór het licht opkwam, met nog enkele verlate sterren boven mij, zal ik eens te meer, mijn blog niet gemist hebben. Open ik mijn dag met een ‘ontboezeming’, als een door het woord opgejaagd iemand, strompelend, met pijn in de knie die hem gekluisterd houdt maar niets kan de Ugo in mij vermurwen, integendeel.

     

    05-03-2015, 00:29 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    04-03-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Manuscript (vervolg 2)



    Vele herinneringen blijven aldus toegedekt. Hij leeft ermee, ze kleven aan de dingen van het leven, en duiken plots op in kleine, onooglijke gebeurtenissen: een glas wijn gehouden naar het licht, een lege stoel op een terras, een lied van Grieg, krijgen soms een andere inhoud, verslingeren zich in woorden die volgen op woorden en andere beelden oproepen die ooit beelden waren of dromen waaruit we allen bestaan, de grote stilzwijgende massa van de dingen die waren.

    Maar nu hij vergroeid zit in de dagen en het leven in hem begint te vertragen, zijn er herinneringen die bij het minste teken opduiken. Herinneringen die niet meer te wissen zijn, die in hem zijn gebrand, en dan denkt hij aan dat dorp in de Val d’Anniviers[1] waar hij was met haar en de kinderen, vakanties lang, elk jaar opnieuw, er verblijvend in een oude maar comfortabele chalet. En na haar sterven, had hij dit dorp en deze chalet elk jaar herop gezocht. Hij verbleef  er telkens de ganse maand augustus, samen met de kinderen en kleinkinderen. Het was een door de zon verbrande chalet, un chalet brûlé par le soleil, geplant en gegroeid tussen sparren en lorken met enkele berken ook en een pracht van een lijsterbes die glansde van de vruchten. Een eiland van rust waarover het grote licht van de bergen was en in de nacht de ruisende stilte van de bergstroom in de diepte. Een chalet die lijk de voorsteven van een boot de vallei scheen binnen te schuiven. En het was daar en in die tijd dat zijn leven een andere dimensie kreeg.

    Het is daar dat het zaad van zijn verlangen te schrijven, vallen zou in goede aarde en vruchten leveren zou, ‘deels dertig-, deels zestig-, deels honderdvoudig’. Het is daar en toen dat, uit de talrijke impulsen van die maand, hij zich gerealiseerd heeft dat uit die dagen van toen, een nieuwe Ugo is opgestaan, herrezen in een wereld, gevoed door haar plotse dood met de echo ervan klevend aan de dingen, die zich opende voor hem.

    En nimmer heeft hij een kamer gehad of zal hij ooit een kamer bezitten waar hij zich zo goed heeft gevoeld, totaal in harmonie met de houten wanden met de foto’s en tekeningen, met de vele boeken, met de haard die wachtte om te worden aangestoken. Hij voelde een ziel in die kamer die de eigenaars la chambre des preux hadden genoemd, zo iets als de kamer van de dapperen. Een ziel die tevens een binding was met wat zij had nagelaten in hem.
    De kinderen betrokken op het verdiep de vele kamers, hij wist zelfs niet wie waar sliep maar de kamer op het gelijkvloers die hij voor zich gehouden had louterde zijn alleen-zijn, en hij voelde in zich een diffuus geluk telkens hij neerzat aan de door de tijd gepolijste schrijftafel die, ingelegd in het bovenblad, de initialen C.H.E.E. droeg en het jaartal 1699.
     
    En terwijl zij toekeek die er niet meer was, was het aan die tafel, waarin de houtworm aan het graven was en waarover de geest nog hing van de vele geslachten die er zich over gebogen hadden – Titus Burckhardt was er een vriend des huizes - dat zijn eerste zinnen van het manuscript dat hij nu heeft teruggehaald, geschreven werden en dat eens terug thuis, doorlopen zou tot het einde van het jaar om dan een volume te bereiken van meer dan honderd pagina’s en stil te vallen, alsof hij leeg geschreven was.
     
    Was het juist als hij schreef nu dat zijn verblijf in deze chalet, het keerpunt betekende in zijn leven; kon het dat haar afwezig zijn en de geest van de kamer, een dergelijk impact hadden gehad, zo dat hij begonnen was alle gedachten op te tekenen die opstonden in hem alsof hij er plots nood aan had de essentie van al het voorbije terug te halen en neer te schrijven opdat ook maar niets van al wat geweest was zou verloren gaan?

    Het is in die chambre des preux, met het veldbed tegen de wand dat hij sliep en schreef en waar hij kennis maakte met het werk van Titus Burckhardt, een schrijver die voor hem een revelatie betekende.
    Nimmer zou hij vergeten hoe gelukkig hij toen was, als hij, in afwezigheid van de familie die naar het dorp was om boodschappen te doen, neerzat in de zon om te lezen of te schrijven aan de oneffen leien tafel op het terras. Was er ooit groter geluk geweest en groter weemoed?
    En nimmer ook zou hij Anja vergeten die hij ontmoette in een berghut, op meer dan 2.800meter hoogte, de dag dat hij er was met twee vrienden uit de Valais, Robert Panchard en Gustave Cotter.
    Alhoewel alles met Anja toen te herleiden was tot een vluchtige ontmoeting, bleef het impact ervan  opduiken in zijn gedachten met nog de indruk van haar woorden en haar tederheid naar hem gericht. En hij wist dat zijn dagboek van die maand augustus de echo droeg van hun lange afdaling over de gletsjer naar Zinal toe.



    [1] Val d’Anniviers, begint voorbij Sierre op de weg Sion-Brig. Het omvat de dorpen Vissoie, St.Luc, Chandolin, Grimentz, Ayer, Zinal.

    04-03-2015, 05:57 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    03-03-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fragment uit een manuscript, vervolg.

     

    De aantrekking van het landgoed zou zich evenwel anders gaan manifesteren nadat een vriend hem had aangeraden ‘Elias of het Gevecht met de Nachtegalen’ van Maurice Gilliams te lezen. Het was het boek dat hij las en herlas vooral dan die fameuze passage waar Aloïsius, op een fiets die hij ‘ontleend’ had daar waar hij geplaatst stond tegen de gevel van een woning, traag op en neer rijdt in de dreef, terwijl de passieve Elias, met de schrik in zijn leden, luistert naar de geluiden van stemmen en van lepels in borden, komende uit het open venster van de eigenaar van de fiets. Hij vond deze passage als de trage beweging in een sonate. De ganse ‘Elias’ is lijk een pianosonate. In elk geval Gilliams moet eraan gedacht hebben bij het schrijven ervan.

    Er was de geschiedenis met de papieren bootjes die werden uitgezet door Elias en Aloïsius in de beek achteraan het park, waarin hij zijn jeugd terugvond want ook hij had papieren bootjes, met zijn naam erop, uitgezet op het helder stromend water van de sloot achteraan de boomgaard, die hij als boodschap meegaf voor haar die verder, in de vijver in het bos, de bootjes misschien vinden zou.

    En dan was er het verhaal van de plots opstekende storm en van de eeuwenoude beuk die ontworteld wordt en neerstort voor de steigerende paarden van de koets, en de woorden van tante Henriette: ‘Elias nu hebben we tijd genoeg’, dat een verwijzing was naar een gebeuren uit zijn jeugd.

    Hij was met moeder de dreef naar het landgoed ingewandeld, toen ze ineens verrast werden door een verschrikkelijk onweer waarbij, in een helser dan hels lawaai, de bliksem insloeg in een enorme eik op korte afstand van hen zodat ze beiden tegen de grond werden gesmakt tussen de opdwarrelende, aarde en afgerukte takken. Toen ze zagen dat de boom middendoor was gespleten nam moeder hem heel dicht bij haar en fluisterde ze : ‘Het is helemaal niet erg, Ugo, ons Heer is altijd met ons’.
    En ‘ons Heer’ was met hem geweest want achteraf vertelde moeder aan wie het horen wilde dat hij, juist voor het inslaan van de bliksem ver voor haar de dreef was ingelopen en dat ze, gevolg gevend aan een vreemd voorgevoel, hem juist op tijd teruggeroepen had. Teruggeroepen opdat hij het vandaag zou kunnen vertellen om er zich van te bevrijden..

    Het is duidelijk, het is vooral Gilliams geweest – en later T.S. Eliot - die zijn hunker tot het schrijven sterk zou beïnvloeden. Zonder Gilliams zou hij misschien nooit die dringende behoefte hebben gekend. Maar eigenlijk kan het maar een korte aanleiding zijn geweest, het schrijven zat hem in de genen.
    Maar dit zijn verre herinneringen die hij nu oproept: de bootjes op het water, de dreef naar het landgoed en de hand van moeder die hij nu, hij de Ugo van nu, met pijn in het hart herbeleeft en het voor-altijd-voorbij-zijn ondergaat.
    Hij beseft dat dit impressies zijn uit het zorgeloze landschap van zijn jeugd. Er zijn er evenwel ook andere die hij niet opnemen wil, omdat zijn geest niet is ingesteld om in te gaan en te herbeleven het veel minder aangename van bepaalde gebeurtenissen. Duiken deze donkere herinneringen op, en weinig is er nodig, ze worden gesmoord, alsof ze nimmer waren of dan toch niet zoals ze zich hadden voorgedaan.
    James Joyce ook kende maar al te goed dergelijke gebeurtenissen die opduiken op de meest onverwachte ogenblikken..

    03-03-2015, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    02-03-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fragment

     

    Fragment uit een manuscript

    Als hij dan terugdenkt aan zijn droomlandgoed uit zijn jeugd, gelegen aan de rand van een bos dat park was geweest en waar het licht opkomt, is hij deze morgen de knaap van tien, twaalf, veertien jaar. Hij heeft geen globaal beeld meer van die knaap van toen, maar hij weet wel dat het uitzicht van park en landgoed totaal verwilderd was, de gracht er omheen, dichtgegroeid met els en struikgewas, met varens en mossen, met waterplanten en salomonszegel terwijl verdorde takken en omgewaaide bomen het nog verder in de tijd duwden.
    Er hing een sfeer van geheimzinnigheid over erf en park – nu nog als hij eraan terugdenkt - mede doordat de bewoners ervan leefden als kluizenaars, scheen het alsof het geheel gestold lag in de greep van de tijd; was het alsof de geest van de geslachten die er geleefd hadden nog tussen de bomen hing en het landgoed als een eiland boven de aarde dreef.
    Als knaap werd hij er als het ware naar toe gezogen en op een namiddag was de roep ervan zo groot dat hij het gewaagd had, over de uitgedroogde gracht die rook naar modder en rottende bladeren, die rook naar de kamperfoelie aan zijn mond, het park binnen te dringen tot de witgekalkte muren van een prieeltje, in wat eens de achtertuin van het vroegere kasteel dat er stond, zal geweest zijn.
    Hij had binnengekeken door het raam om een fractie lang te staren in de wijd open ogen van een halfnaakte vrouw met donkere haren in slierten over haar bezweet gelaat, en over haar gebogen de rug van een man.
    Wat hij nog wist was dat hij toen hals over kop was weggerend, de handen voor zich uit, zijn adem schreeuwend in zijn borst en dat hij was blijven lopen tot de eerste huizen van het dorp, om dan in een brede zwaai, langs een veldweg terug te keren over de boomgaard naar het ouderhuis.
    Moeder dacht dat hij gevochten had toen ze de klonter bloed zag op zijn wang, maar hij vertelde dat hij in de bramen was blijven hangen. Van het koppel repte hij met geen woord en zeker niet wie hij gemeend had te herkennen.

    Nu vraagt hij zich af of dit voorval geen inbeelding is geweest, of tal van feiten die hij zich herinnert wel werkelijk hebben plaatsgevonden; of het wel zo is geweest dat er, toen ze op een avond aan het spelen waren op de weide, een man voorbijkwam op de fiets die hen toeriep dat drie mannen verdronken waren in een waterput die ze wilden reinigen; of het wel echt was dat hij op een dag aan de rand van het bos een vuursalamander had gedood - er werd verteld dat een beet ervan giftig was - en dat hij daarna de moed had gehad zijn vinger te plaatsen op het roerloze, koude, geel-zwarte vel.

    Maar werkelijkheid of niet, deze beelden en vele andere blijven hem bezoeken, krijgen een nieuwe omkleding, een lossere inhoud en vervagen, en van de vrouw en de man die de liefde bedreven in het prieel gaat nu geen verwarring meer uit zoals dit vroeger, heel lang het geval was geweest.
    Ook omdat hij heeft liefgehad op vele plaatsen: in het rijpend koren, waar hij Knut Hamsun las; in het wilde gras, tussen de bloeiende brem die woekerde rond dolmen en menhirs en op zovele andere plaatsen, getuigen van het leven dat opspringt, onhoudbaar, herdacht en herschreven. Alles verstrengeld in alles, of de knaap die hij geweest is en de man die hij is elk ogenblik samengebald in die ene, zich steeds hernieuwende herinneringen. En als hij een beeld aanraakt daagt een ander beeld op, wordt het een snoer van herinneringen die elk hun beurt willen krijgen. Echter hoe komt het dat er gebeurtenissen zijn die verder zijn doorgedrongen en zich dieper in hem hebben vastgehecht en andere die totaal vervaagden en zich oplosten.

    De aantrekking van het landgoed zou zich evenwel op een andere wijze gaan manifesteren.

    02-03-2015, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    01-03-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Spiegelvijver (herwerkt)



    Nota 
    Mijn hakkelend gedicht in mijn blog van 20 februari, te vlug geschreven, dat ik vandaag gemeend heb te moeten herwerken
    :

    Spiegel is de vijver,
    bomen er gegroeid,
    naar boven en naar onder,
    naar binnen en naar buiten
    als van wat zichtbaar
    en onzichtbaar is, het evenbeeld.

    Bomen nu de sappen zijn
    opstijgend uit de fijnste wortels
    tot in de luchten,
    roekeloos roerloos.

    Al dacht je het niet, je geest hoorde het,
    al dacht je niet de wereld is me vreemd,
    je wou hier toch de tenten bouwen
    om er te zijn en er te blijven,
    zoals de vijver,
    bij sperwer en bij havik
    bij alken neergestreken, vertrouwend,
    geen verlatenheid er was.

    Alsof van alle tijden, dit de tijd hier was
    om te worden opgetild
    de lucht tot in je aderen,
    tot in je dromen
    ademloos.

    Van vele zaken heb je
    nooit geweten wat je beroerde
    om van vijver te zijn.
    Er te staan, er groot te leven
    in wat van water is, van aarde,
    van wolken en van regen is
    van vogels is,
    getekend in de bomen.

    En je ingetogen spreken
    tot de spiegel die de vijver is
    niet rakend met je woorden
    omdat zo effen waar de zon in duikt
    bij valavond.

    Op één plaats, heel schuchter
    sneeuwklokjes
    bij elkaar.

    01-03-2015, 00:43 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    28-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.NBB versus ECB

     

    Heuglijk of niet, te bewaren of niet, het is de laatste dag van de tweede maand van het jaar 2015 die ik ga inkleuren om simpelweg te zeggen, denkend aan Jan Smets die morgen Gouverneur van de Nationale Bank van België wordt dat ‘Central bank’-bankier zijn een angstwekkend beroep is in deze dagen.
    Monetaire wapens waarover de Bank, binnen het grondgebied van de nationale munt destijds beschikte, als daar waren, controle van de waarde van de munt, van de intrestvoet op korte termijn, van het volume van de geldcirculatie zijn, nu de Bank opgenomen is (en verzwolgen) in één Europese Centrale Bank, op het eigen territorium, niet meer beschikbaar.
    Dit territorium valt nu ten prooi aan de golfbewegingen – hopelijk geen Kondratiev-bewegingen – komende uit de Eurozone, en is de Bank, in haar eigen doen en laten, onderworpen aan de voor de Eurozone genomen beslissingen uitgaande van de ECB waarbij elke, vroeger bestaande mogelijkheid als central banker, wordt uitgedoofd.

    Dit wat ik te zeggen heb, van uit mijn blog gelezen elke dag door een twintigtal lezers, aan Jan Smets, die ik – alles in acht genomen - een vriend durf noemen. Wat echter zeker niet belet dat ik hem, uit ganser harte alle succes en alle gemoedsrust toewens, ook de vreugde te doen wat hij zeker goed zal doen.

    Ik luisterde gisteren naar zijn uiteenzetting, schitterend, zoals hij is, over zijn beschouwingen naar aanleiding van het verslag 2014 van de Nationale Bank van België, en dit te Gent, de stad die hem en mij nauw aan het hart ligt. Ik ga niet herhalen wat hij gezegd heeft, enkel aan zijn uiteenzetting een paar randbemerkingen toevoegen.

    Een eerste betreft de Openbare Schuld van de Landen van de Eurozone.

    Het jaarverslag 2014 van de NBB publiceert hierover een veelzeggende Tabel. Belangrijk hierbij is dat we cijfers krijgen, én van de gezamenlijke Openbare Schuld van de landen van de Eurozone, uitgedrukt in % van het bruto binnenlands product - het bbp - én van elk land afzonderlijk.
    We weten dat de toename van de globale openbare schuld t.o.v. het globale bbp van de Eurozone zich heeft geaccentueerd sedert het begin van de Euro in 2002.
    Schijnbaar – ik zeg wel schijnbaar - pas in 2010 werd dit een zorg voor de ECB en de Europarlementsleden. Want in 2010 pas, toen het duidelijk werd dat het percentage Openbare Schuld/bbp, op weg was om de kaap van 100% te bereiken, zijn de Europese leiders wakker geschoten en zijn ze gaan kijken waar de oorzaak lag van deze stijging, om tot hun ontsteltenis (!, ?) vast te stellen dat Griekenland met zijn 160% en Italië met zijn 120%, een zeer gevaarlijke zone waren ingegaan, ook Ierland, Portugal en Spanje hadden de 100% overschreden en België stond op het punt deze landen te vervoegen.
    Ondanks alle pogingen die, pas van dan af, gedaan werden om de stijging in te dijken of dan toch minstens te vertragen, is de toestand er allesbehalve op verbeterd.
    Voor alle Eurolanden samen, evolueerde de Openbare Schuld t.o.v. het bbp, van 62 % in 2007, tot 88% in 2011, tot 90.8 % in 2012, tot 93.1 % in 2013 om per einde 2014 op te klimmen tot 94.5% - ik ben niet de cijfers gaan opzoeken waar de lat lag bij het ontstaan van de Euro, maar ik vermoed dat dit rond de 45 à 50 % lag.
    De door de ‘ziekte’ meest getroffen Eurolanden, zijn per einde 2014 : Griekenland 175.5, Italië 132.2, Portugal 127.7, Ierland 110.5, Cyprus 107.5 en, België 106.5.

    Voor een beeld naar de toekomst, wijzen de negatieve inflatie die we thans kennen en de weinig beloftevolle vooruitzichten wat de economische groei betreft helemaal niet in de richting van een verbetering van de toestand wat de evolutie van de Openbare Schuld/bbp betreft, integendeel.
    Maar er wordt aan gewerkt om de banken meer liquide middelen ter beschikking te stellen, in de hoop dat hiervan gebruik zal worden gemaakt om de economie meer zuurstof te geven en vers leven in te blazen.
    Echter heel groot is die hoop niet, de NBB verwacht dat de economische groei van de totale Eurozone, die 0,8 bedroeg in 2014, voor 2015 en 2016 amper stijgen zal tot respectievelijk, 1,0 en (hopelijk) tot 1,5.
    Of hierdoor de inflatie oplopen zal tot de gewenste 2,0 %, en voorkomen zal worden dat het schuldratio niet verder zal stijgen valt af te wachten, het huidige ondernemersvertrouwen wijst in elk geval niet in de goede richting.

    Ik laat deze cijfers voor wat ze zijn, en ook de economische en financiële toestand, maar als ik terugblik, vooral dan naar de evolutie van 2007 tot 2011, dan wil ik er toch op wijzen dat de goed betaalde verantwoordelijken van Europa en ook de ECB veel te laat hebben gereageerd op de evolutie die te lezen was in de toename van de globale openbare schuld van de Eurolanden en dat hun reactie, als beschermer van het Eurogebied, veel vroeger, en zeker in 2007 had moeten komen en niet in 2010/2011 als het te laat was.
    Er bestaat hiervoor, mijne Europese Heren, een term: ‘schuldig verzuim’.

    Een tweede aspect dat ik er aan toevoegen wou is het aspect ‘central bankpolicy’ of de poging waarover hoger sprake is, en die er op gericht is de banken meer zuurstof, meer liquide middelen te verschaffen.
    Ik hoorde aldus, dat begin 2015 door de ECB een programma werd opgestart - een aanvulling van het programma 2014 voor de aankoop van ‘ABS en gedekte obligaties’ – nu voor de aankoop ‘van obligaties die zijn uitgegeven door overheden van het eurogebied, door agentschappen en Europese instellingen’.
    Deze aankopen starten morgen en zullen in totaal 60 miljard per maand bedragen en dit, indien nodig tot eind september 2016 en in elk geval, ‘tot de Raad van Bestuur van de ECB een duurzame verandering ziet in het beloop van de inflatie die in overeenstemming is met zijn doelstellingen’. (Aldus het Verslag van de NBB over 2014, pag.77).
    Dit betekent dat, wat de ECB betreft de waarden die ze in portefeuille gaat nemen, in ruil voor de liquiditeiten in de markt, van een mindere kwaliteit – beter ware meer risicovolle kwaliteit - zullen zijn dan deze aangekocht in 2014.

    Il fut un temps, en dan denk ik aan mijn (gelukkige) tijd in de NBB, dat de Directie van de Bank uiterst kieskeurig was voor wat betrof de waarden die ze, in tegenpartij voor de door haar uitgegeven biljetten, aanhield.
    Toen stond er op de NBB-bankbiljetten nog vermeld dat ze betaalbaar waren op zicht. Wat ook de zin van de betaalbaarheid op zicht betekende, het kon, de Bank was bij machte die belofte te vervullen.
    Deze eigenschap van het bankbiljet in omloop, deze terugbetaalbaarheid staat vandaag niet meer vermeld op de ECB-Eurobiljetten, de ECB kan zich dus permitteren minder waardevol papier in tegenpartij van haar biljetten in omloop, aan te houden.

    Is het een of ander teken aan de wand?

    28-02-2015, 00:55 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    27-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Poëet uit de 10de eeuw


    Poëet uit de 10de eeuw.

    Amper mijn blog geschreven moet ik denken aan mijn volgende. Onuitputtelijk moet ik zijn, telkens de zelfde woorden gebruikend in een ander verband, maar alle met een zelfde onderliggende betekenis. Zo gaat het nu eenmaal in het leven, in de dagen die zich ongeremd opvolgen, zonder rustpunt, zelfs geen vertraging, geen herademing, immer verder, tot aan de lijn die de horizont is.
    Een hulp is deze morgen Eddy Van Vliet die In zijn essay, ‘Poëzie een pleidooi’, de woorden aanhaalt van een Japanse dichter uit de 10de eeuw:

    Ach dat men maar
    wanneer de ouderdom aankomt
    de deur kon sluiten
    en zeggen
    ‘er is niemand thuis
    we ontvangen niet.’

    Ik zou zo iets nooit schrijven, ik ben niet de persoon die zich opsluiten zou om te vergaan in eenzaamheid, maar ik leef niet in de 10de eeuw, ergens in Japan, ik leef niet alleen, ik heb een echtgenote, ik heb boeken, muziek, vrienden en, ik schrijf. En als dit alles me niet zou voldoen dan heb ik nog de televisie. Ik leef, in vergelijking met de arme Japanse ouderling, in een weelderige omgeving en eenzaamheid is geen woord voor mij, alhoewel dit nog komen kan, men weet maar nooit hoe de dingen verkeren zullen.
    Ik vermoed trouwens heel sterk dat de poëet in kwestie de vreugde heeft gekend te schrijven wat hij schreef, misschien was het in een haiku vorm, misschien heeft hij honderden haiku’s geschreven, was zijn oude dag één lange haiku en wenste hij het sluiten van zijn deur opdat niemand hem zou storen bij het schrijven.

    Oude man in het verre Japan, ik groet je eerbiedig, zoals ik mijn overleden vriend van gisteren heb gegroet. Ik weet niet veel van jou, kan enkel gissen hoe je leefde, oud geworden met een lichaam dat kraakte maar niet begaf. Maar je schreef, je geest kraakte niet, wat je ook moge geschreven hebben over zijn en half of niet zijn. Het is dankzij mensen als jij die me zijn voorafgegaan dat ik het geluk ken te schrijven, het geluk ken elke dag in afzondering te gaan om mijn vier- à vijfhonderd woorden te schrijven, zelfs om te zeggen: ‘er is niemand thuis, we ontvangen niet’.

    Hoe ik me verbonden voel met allen die schrijven, die wakker worden voor het hanengekraai – wakker worden voor de muëzzin – om met de slaap nog in de ogen, luisterend naar de stem in hem en te schrijven alsof de woorden uit zijn vingers kwamen, uit zijn pols, uit zijn arm, uit zijn hoofd, uit wat is omheen zijn hoofd, de kreten van de geest van de oude man uit de 10de eeuw en van deze van ver voor hem als van ver na hem, tot Einstein toe, tot Jung toe, tot Van Ostaijen tot Eliot, tot Claus toe, in een woord, tot allen die nu op dit ogenblik ergens, waar ook, maar ergens aan het schrijven zijn, de aarde - die zijn zetel is, zijn geboortegrond, zijn plaats van afscheid - kerend naar het licht, onverstoorbaar zoals de man die hij is, onverstoorbaar bezig blijft, verankerd in het spel, dat van het woord is.

    Vergeef me als ik je er mee storen zou, vergeef ook de oude man in mij die teruggrijpt naar wat is van een broeder in de geest, uit de 10de eeuw.

    27-02-2015, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    26-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Bron (van woorden).


    Je denkt regelmatig, mijn bron is uitgedroogd en ik wil nochtans productief te blijven tot ver voorbij de lente, tot na de zomer en de herfst. Ik wil me aldus, schrijvend in leven houden. Ik voorzie nu al, alsof ik nog maar twintig was, wat ik schrijven zal als de herfst gekomen is, en verder nog in de tijd, als het ovenhuisje uit mijn droom, bedekt zal zijn met sneeuw terug, zoals het was en blijven zal in mijn herinneren. Terwijl, denk ik nog, er velen zijn die moe gelezen/geschreven, definitief de boeken al hebben dicht geslagen en zijn heengegaan.
    Een weelde dus die ik me zo maar toe-eigen, alsof ik onsterfelijkheid beogen zou wel te verstaan, enkel in mijn geschriften dan, die ik zie als mijn verlenging naar het erna, zoals Ciccolini spelen blijft in zijn erna, zoals er zovelen zijn die nog eens ter sprake komen, in stilte bewonderd, gelezen, beluisterd.

    Zoals het gedicht dat ik terugvond deze morgen – omdat ik het vinden moest - ‘Bij het graf van Rilke’, dat in potlood getekend staat, maar waarvan ik weet dat het van Willy Minten is – een oud bankmedewerker van me - over zijn te jong gestorven zoon, een poëet, die begraven werd met een tak kersenbloesems op de kist waarin zijn lichaam was, toen er het stille vallen van de regen was bij zijn laatste tocht door de straten van Tienen.

    Ik neem dit gedicht over onderaan mijn blog, met alle respect voor de vader en vriend die dit schreef toen de pijn hem te zwaar werd.

    Een wereld van diepe gevoelens, opgeslagen voor de eeuwigheid. Of het wonder, waar Aristoteles het over had, dat in de mens schuilt en als te gewoon als normaal wordt gezien, terwijl in deze gevoelens het mysterie van het leven wordt toegelicht, in de kijker wordt gesteld, het zo hel verlicht wordt dat we er door verblind zijn zodat we niet meer zien wat er van is.
    Ik herhaal me, ik moet me herhalen om te noemen welk mirakel de materie ons verbergt als we doordringen tot de geest ervan, een doordringen dat nog maar een begin is want het doordringen is, a never ending story, tot voorbij het Higgs deeltje.
    Waar ben ik uitgekomen opnieuw, welke weg heb ik afgelegd om af te sluiten eens te meer en te wachten tot morgen om verder te gaan met wat gefezel, zoals dat van de vogels in de hagen, voor het licht opkomt?

    En dit is het gedicht dat me werd toegestuurd, toen hij nog in leven was, getekend in potlood met wat zijn naam niet was, W.Verhegghe, geborgen in een uitgave van het Poëziecentrum Gent, ‘Poëzie, een pleidooi’, een essay van Eddy Van Vliet.

    Bij het graf van Rilke in de bergen
    dacht ik aan jou, mijn zoon:
    jouw ziekte die ook hem kwam tergen
    weerkaatste er haar gruweltoon.

    Ik weende bij dit dichtersgraf,
    liet er de mooiste woorden sterven.
    Ik weet: treuren is soms laf,
    maar hoe lijm ik van jou de scherven?

    Je wou zo graag naar Zwitserland,
    je droomde van de hoge, witte sneeuw.
    Ik hou je nu niet langer bij de hand,
    je cirkelt boven mij en bent een meeuw.

    Ik geef aan dit gedicht een nieuw leven en teken dit gedicht in grote genegenheid, met heimwee aan de tijd dat we samen waren, met de naam van de maker ervan, Willy Minten, een groot man en waardevolle vriend die er aan ontsnapte een dichter te zijn.

    26-02-2015, 00:32 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    25-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Terugvallend op wat ik gisteren

     

    Ik val terug op wat ik de vorige dag(en) schreef, en mijn vraag hierbij, zijn dit maar wat woorden bij elkaar geplaatst, of is het een vorm van kunst die literatuur wordt genoemd?
    Het is nu wel niet aan mij om hierover te oordelen maar het is in elk geval wat ik beoog: mijn taal op een kunstwaardige en zelfs liefdevolle manier te behandelen en door te geven.
    Dit vergemakkelijkt misschien niet de vlotte lezing, bezorgt haperingen wellicht, zoals er soms haperingen zijn bij mij om de precieze opeenvolging van de woorden te vinden. Zo kan het uitkomen dat mijn werkwoorden zich niet bevinden op de plaats waar ze normal verwacht worden, wat dan in vele gevallen, zo niet in alle, te maken heeft met het ritme, omdat ik denk in een poëtische vorm en deze in mijn taal wordt opgenomen.
    Zo had ik een groot deel van mijn blog van gisteren als een gedicht kunnen weergeven, omwille van de gedachten die door mijn hoofd speelden: de zieke man en wat hij maar te eten had gekregen, de wind en de regen tegen het raam en Ciccolini, pas overleden, die Satie speelde.

    Als je schrijven gaat met dergelijke beelden in je hoofd dan kom je onvermijdelijk uit waar je niet dacht uit te komen. Maar ik had ook geen enkele waarheid of vermeende waarheid te verkondigen. Ik liet me drijven op de golven van mijn gevoelens. En het waren deze sterk persoonlijke gevoelens die overheersten, met het gevaar dat deze niet op een gelijkwaardige wijze door mijn lezers gedeeld zouden worden. Want zij zijn niet, op een bepaald ogenblik in hun leven gaan slapen met het boek van Vittorini, dat bij mij een diepe indruk had nagelaten; hebben misschien niet geluisterd naar Ciccolini die Satie speelde; niet geluisterd naar de regen tegen het raam; niet gekeken naar de meesjes in de struiken. Beelden, gedachten en gevoelens die de achtergrond waren van mijn blog.

    Schrijven is een vreemd iets, is wat ontstaat in de werkplaats van de geest - in of buiten ons - is zoals het beluisteren van de aanhef van een sonate die ons overvalt en meeneemt.
    Mijn God, vraag ik dan, wat is dit mooi gebracht, waar heeft de componist deze aanhef gehaald, deze eerste regel waaruit een lange sonate zal worden opgebouwd?
    Zoals ik elke dag een eerste zin nodig heb om mijn blog te schrijven.

    Vanmorgen was dit niet anders, gelukkig kan ik zeggen van het woord dat het aanwezig is in mijn aderen.

    25-02-2015, 00:06 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    24-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Niets is meer onbepaalbaar

     

    Niets is meer onbepaalbaar, soms, dan wat ik zal schrijven in de vroege ochtend, als ik opsta en het gordijn open schuit op het nog donkere laken, waar geen sterren staan, geen maan, geen teken dat van het leven is.
    Ik kan dus alle kanten uit, hoewel een flard is blijven hangen van het gesprek tussen VIttorini en zijn moeder die samen op bezoek zijn bij bewoners van grotwoningen. Zij die haar ronde doet om inspuitingen te geven en hij, de zoon, die haar vergezelt.
    En de moeder tot de zieke in de totale duisternis van de holte in de rots:

    ‘Che avete mangiato oggi?’
    ‘Ho mangiato una cipolla’, la voce de l’uomo rispose.
    ‘Era una buona cipolla’, disse la voce della donna, Gliel’ho arrostita nella cenere.
    ‘Bene’ mia madre disse, ‘dargli anche un uovo’.
    ‘Domenica gliel’ho dato’, disse la voce de la donna.
    E mia madre disse: ‘Bene’

    ‘ Wat heb je gegeten vandaag?’
    ‘Een ui heb ik gegeten’, antwoordde de stem van de man.
    ‘En het was een goede ui’, zegde de stem van de vrouw, ‘Ik heb hem geroosterd in de asse.’
    ‘Goed’ zegde mijn moeder, ‘geef hem ook een ei’.
    ‘Hij heeft er zondag een gehad’, zegde de stem van de vrouw.
    En mijn moeder zegde ‘Goed’

    Je draagt deze passage in jou sedert jaren: de ui in de asse en het ei dat hij ‘s zondags gegeten had. En met dit beeld kom je naar beneden en in de kamer is er Aldo Ciccolini[1] die Eric Satie speelt, het perfecte paar in de morgen met de regen en de wind tegen het raam.
    Of hoe je leeft, hoe je de dagen eet en hoe je binnendringt in het mysterie van de dingen, met opgeheven hoofd, gedragen in dankbaarheid, of zoals gezegd op Klara: de oude man die nog piano speelde als iemand van vijfentwintig. Waarop je ooit vragen wou hoe Ciccolini gestorven is en het antwoord hierop: vraag me hoe hij leefde.
    Want er is geen afstand tussen wat het leven was en hoe het andere leven nu is, of Ciccolini, die nog steeds Satie speelt, la vita geen sordo sogno, maar een helderheid, een ritseling van klanken, aarzelend en vragend, teder en langoureus naar wat van het leven is.

    Of, vraag je je af, is het wel Ciccolini die Satie speelt, of is het Satie die Ciccolini speelt?

    Mysterie dat van de dingen is: zoals je hoorde dat het Satie was die aan zijn tafel – was het in ‘Le Lapin agile’op Montmartre? - de mooie verleidelijke dienster heen en weer zag gaan, en hij zijn ‘Je te veux’, zijn wals die eeuwig is, toen componeerde, zijn noten neergezet op het tafelkleed.
    Dit is dan wat je schrijft: Ciccolini die de morgen is, dit voor de dag ingaat: de bezigheden, het schrijven, het herlezen en het aanpassen: Vittorini en Ciccolini, of de regen tegen het raam en regendroppels getekend lijk ‘blaadjes vroege bloesems van de kerselaar’ over het raam gestrooid, terwijl in het vale licht, buiten in de tuin, meesjes onderste boven hangen in hoge struiken.

    Of, hoe de dag begon en hoe hij eindigen zal.



    [1] Aldo Ciccolini, 1925 – 2015 (1 februari).

    24-02-2015, 00:35 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    23-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Elio Vittorini

     

    Heb nog het boek van Vittorini naast mij op de tafel:
    ‘e cosí mi venne una scura nostalgia come di riavere in me la mia infanzia’.
    Niets bijzonders ware het niet dat het ons allen overkomt op de meest onverwachte ogenblikken, dat een donkere nostalgie binnensluipt en we overvallen worden door wat was van onze jeugd.
     
    En hoe verder we vorderen in dagen, in seizoenen, des te veelvuldiger komen dergelijke momenten op ons af. We kunnen/willen ze zo maar niet afschudden, ze nemen ons mee naar plaatsen, naar gebeurtenissen, zo goede als mindere goede, als naar momenten die je niet meer herbeleven wilt. Het zijn gevoelens die opwellen, die ons stil houden, in ons zelf gekeerd, met de blik in de diepte van ons bestaan.
    We herinneren ons ineens wat heel ver achter ons ligt, vandaag is het dit, morgen is het dat. Sommige blijven lang hangen, geraak je niet meer kwijt gedurende dagen, andere bezoeken je nu en dan. Zo is er het beeld van een zondagnamiddag in de lente, je waart in slaap gevallen onder de kerselaar in bloei en toen je ontwaakte lag je bestrooid met bloesems; of een ander beeld, einde oktober, je waart in de appelaar gekropen omdat er nog een appel, hoog in de boom was overgebleven, een Jacques-le-Bel, nu nog voel je de appel in je hand, licht kleverig, nu nog hoor je het kleine geluid van de steel die brak; en verder nog terug, de knaap die je waart en bladen papier plooide tot bootjes met je naam er op geschreven die je uitzette op de gracht op het einde van de boomgaard – ook Gillliams moet dit gedaan hebben zoals hij het vertelt van Elias en Aloïsius in zijn ‘Elias’ - en die je daarna terugvond in de vijver waar Maria woonde. Maria die, later dan, veel later, op een dag voor jou zou staan met ogen groot en verlangend, met wie je het heerlijke bos in wandelde, en naast haar neerlag tussen de varens in het dennenbos, of de geur van varens die Maria gebleven is.

    Dit zijn de beelden die zich aanbieden terwijl je aan het schrijven bent. Er zijn er duizend andere die verdoken blijven, de boshut die je maakte in de droge bedding, van de vijver in het bos, of toen de vijver nog vol water stond, waar je naakt zwemmen ging tussen de torren en de stekelbaarsjes en de salamanders.

    En nu Elio Vittotini die een meester is als hij schrijft:
    ‘La vita in me come un sordo sogno, e non speranza, quiete’ – ‘het leven in mij als een doffe droom, en geen hoop, rust’ – een gevoel dat jezelf ook meermalen al hebt gekend.
    En die Vittorino die plots ontwaakt uit zijn sordo sogno, een biljet koopt in Milaan en met de nachttrein, over Rome doorheen Calabrië reist waar hij de boot neemt naar Sicilië waar hij zijn moeder zal bezoeken.
    De hele reis wordt una conversazione met zichzelf, met de Lombarden op de trein, met de Sicilianen op de boot, en dan met zijn moeder en de mensen die hij ontmoet in haar omgeving.
    Meer is het boek niet, voluminous is het evenmin, maar het is en blijft een meesterwerk al werd het geschreven in 1936.


    PS. Elio Vittorini: 'Conversazione in Sicilia', i grandi romanzi BUR, luglio 2006

    23-02-2015, 05:57 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    22-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het web waarin we verweven zijn

     

    Na een nacht van dromen komt vlug de morgen en, terwijl de aarde zich keert naar het licht, lees je in de Vedanta[1]:

    The Lord spoke: ‘Now learn from me, the five causes of all actions: the body, the self, the senses, the functions, and the fifth of these, Providence: these five are the causes of every action, good or bad, that man sets himself to do, whether with body, or with speech, or with mind.

    Je aarzelt bij Providence.
    Ooit las je in Psalm 139 dat wat was en is en nog komen zal, opgetekend werd – door de Heer - in het Grote Boek. Of dit, vertaald naar de dagelijkse realiteit, dat al wat ons betreft opgetekend staat in het kosmische web, geweven door de gebeurtenissen die er waren – deze van onze voorvaderen – en die wij hebben verder geweven door onze handelingen, woorden en gedachten, in het zog van wat voorafging.
    Aan dit web, dat anderen ‘Providence’, lot, karma bestemming, noemen, ontkomen we niet.

    Of dit web ook beïnvloed wordt door de toekomst, is niet duidelijk. Rupert Sheldrake waagt het hierop positief te antwoorden en wij wagen hem te volgen als we Teilhard de Chardin geloven die voor houdt dat we, vertrekkende van het Alpha op weg zijn naar het Omega; wat inhouden zou dat het Omega hierbij een functie hebben moet.

    Dit zijn mooie woorden, gesofistikeerd wat de draagwijdte ervan betreft, en weinig troostend als we verkeren in een toestand waarbij the body, the senses and the functions, het laten afweten omdat ze – en ik denk nu aan velen van mijn vrienden en kennissen - ondergaan wat in het web voor hen staat getekend: de kwaal die het licht verduistert, de kilte is die de zon niet overwint, de lucht verdunt die ze inademen.
    Elio Vittorini schrijft ergens, in zijn ‘Conversazione in Sicilia’ dat hij die lijdt meer mens is dan de andere. Alsof het lijden het mensgebonden deel zou zijn van onze aanwezigheid hier op deze aarde en we niet anders kunnen dan dit te aanvaarden.
    Te aanvaarden uiteindelijk, omdat we geboren zijn uit het Licht en terugkeren zullen naar het Licht – wat het allerbelangrijkste is - en als we nadenken over wie of wat we zijn, het leven maar een vergroeiïng betekent in het web waarin we gedompeld zijn en dat doorgegeven wordt aan zij die komen na ons.
    Wat houden we over, wij die schrijven, denkend aan T.S. Eliot:

    My life is light, waiting for the death wind
    Like a feather on the back of my hand .
    (A Song for Simeon).

    Dat de veer nog lang op ons hand mag blijven liggen en, voor zij bij wie de kwaal is opgedoken, dat ze met al hun krachten blijven hopen, dat het niet zo een vaart zal lopen, en ook en misschien in het bijzonder, dat het web, zoals het nu zich verder ontwikkelt, op het medische vlak, eerder vroeg dan laat, nog heel wat positieve verrassingen in petto houdt.



    [1] Bhagavad-Gita, a book of Hindu scriptures, The Peter Pauper Press, Mount Vernon, New York, 1959

    22-02-2015, 00:17 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    21-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ademnood

     

    Ik stond op met het Andante uit het tweede piano concerto van Dimitri Sjostakovitsch, een van mijn favoriete nummers, een andante dat mag gehoord worden op mijn uitvaartdienst.
    Maar dan was er ook wat ik las op een nieuwe uitgave van een flesje Schweppes Tonic: ‘blended to enhance the enjoyment of great spirits’, met de vraag van mij, wijst dit op een verhoging van de vreugdes van de geest, of op een verhoging van het genot bij het drinken van geestrijke dranken?
    Ik zal maar het eerste nemen, het ligt immers in de lijn van mijn verwachtingen van elke dag. Vooral dan als ik in ademnood ben om te schrijven, wat ik gisteren heb ondervonden en wat het je kost aan inspanning om een gedicht te schrijven.
    De vele pogingen, zoekend naar de juiste vorm, het juiste woord, om aan te komen waar je niet dacht aan te komen, bij een bosje verloren sneeuwklokjes als de avond valt.
    Of wat het je kost ook om een blog te schrijven, niet op te geven, geen blanke dagen tussenin, maar een snoer van wat je kwijt kon dag na dag. Je doet maar alsof het schrijven je adem is, het kloppen van je hart, je levensweg. Wellicht is het om te bekoren of toch niet. Wellicht is het om te zijn en te bestaan, of toch niet. Wellicht is het omdat het moet, het niet anders kan, omdat je jezelf niet verliezen wilt in ledigheid.
    Je wacht op het eerste teken van de lente om open te bloeien, de eerste anemoon in het bos, het eerste speenkruid, als het er nog is, waaraan je twijfelt, zoals je twijfelt aan het bestaan nog hier of daar van een bloemenweide, met vlinders en kevers en het gegons van bijen, met distels en koekoeksbloem en smeerwortel en ereprijs en weegbree.

    Tijdloos is de opeenvolging van dagen, eens voorbij, eens gesloten, eens opgeborgen voor de eeuwigheid. Je schrijft het maar, je hebt geen zin om het te herlezen, het schrijven zelf is al genoeg geweest. Zo wordt het een ‘Steinmann’ op je wegen achtergelaten, een soort vergeet-me-nietje, of, ik ben hier langs geweest, mijn tent heeft hier gestaan, de sporen nog zichtbaar in het gras.
    Zo schrijf ik maar tot er niets meer resten zal van de woorden in mijn omgeving die nu nog worden aangevuld, maar waarvan de schaarsheid me wordt aangemeld in vele tekenen.

    Ik denk, ademnood komt er aan.

    21-02-2015, 02:37 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    20-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Spiegelvijver
    Klik op de afbeelding om de link te volgen



    De spiegel die de vijver is,
    de bomen er gegroeid,
    naar boven, naar beneden,
    naar binnen en naar buiten
    osmose van wat zichtbaar
    en onzichtbaar is.

    Het evenbeeld
    als van het hart het kloppen is.

    Als van de bomen
    het de sappen zijn die stijgen
    van uit de fijnste wortels
    tot in de luchten,
    roekeloos roerloos
    in alle stilte, tot er stilte is alom.

    Al dacht je het niet te horen,
    je hoorde het,
    al dacht je ook,
    de wereld is me vreemd,
    en laat ons hier de tenten bouwen
    om er te zijn en te verblijven,
    zoals de vijver
    met havik en met sperwer,
    met alken neergestreken, 
    geen eenzaamheid er was, geen verlatenheid
    geen verlies van waarden.

    Alsof van alle tijden,
    dit de tijd hier was er te worden
    opgetild
    tot in de hoogste toppen
    waar je zitten blijft
    de lucht tot in je aderen,
    ademloos.

    Je hebt van vele zaken
    nooit geweten wat je beroerde 
    om van de vijver te zijn, 
    je erin spiegelend..

    Er te staan en er te wonen,
    opgenomen in wat van water is en aarde,
    van wolken en van luchten is,
    zwermen die van kraaien zijn,
    getekend in de bomen.

    En je ingetogen spreken kunt: 
    de spiegel die de vijver is,
    niet rakend, niet verstorend
    met je woorden
    omdat zo effen waar de zon
    in duikt.
     
    Terwijl op een plaats, sneeuwklokjes
    bij valavond
    als verrassing staan,

    heel schuchter.

    20-02-2015, 00:56 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    19-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nederig en dankbaar



    Jacob Bronovsky, in zijn ‘The Ascent of Man[1]’ leert me dat

    When Pytagoras had proved the great theorem, he offered a hundred oxen to the Muses in thanks for their inspiration’.

    Bronovsky voegt er nog aan toe:

    It is a gesture of pride and humility together, such as every scientist feels to this day when the numbers dovetail and say. This is a part of, a key to, the structure of nature herself.

    Ik ook heb een geschenk te offeren in alle nederigheid aan de Muzen die me elke dag bezoeken en me elke dag in de mogelijkheid stellen een blog te schrijven, de ene wat beter dan de andere, maar dit ligt dan aan mij die niet volledig begrepen heeft wat de Muzen me duidelijk wilden maken.
    En de Muzen komen soms uit een onverwachte – en toch verwachte – hoek. Zo stuurde een vriend van vele jaren me deze morgen een ‘mooie tekst’, van een volgens hem onbekende schrijver – deze kan even goed hijzelf geweest zijn – ik licht er uit de volgende passage:

    Vieillir en beauté, c'est vieillir avec son cœur;
    Sans remords, sans regret, sans regarder l'heure.
    Aller de l'avant, arrêter d'avoir peur ;
    Car, à chaque âge, se rattache un bonheur.
    Vieillir en beauté, c'est vieillir avec son corps ;
    Le garder sain en dedans, beau en dehors.
    Ne jamais abdiquer devant un effort.

    L'âge n'a rien à voir avec la mort.

    Ik kan alleen maar dankbaar zijn dat ik mijn dagen doorbrengen kan met creatief te zijn in wat van de wereld van het woord is ‘et de ne jamais abdiquer devant un effort’.
    En het is juist, de leeftijd heeft niets te maken met de dood. Ik schrijf wel over de dood maar zoals Cheng zegt, schrijven over de dood is schrijven over het leven en het zijn de Muzen die me geestelijk in leven houden.
    Het is enkel dit dat telt, en ik ben er zeer dankbaar om, ook omdat ik denk te schrijven in de richting van, en me zelfs reeds met de toppen van neus en voeten bevind in zijn domein, van de homo sapiens sapiens.

    Waar kan ik beter vertoeven dan daar, in een toestand van nederigheid en dankbaarheid?



    [1] Jacob Bronovsky: ‘The Ascent of Man’, Little, Brown & Company, Boston/Toronto, 1973, pag.115

    19-02-2015, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    18-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Leeg geschreven zijnde

     


    Bijna leeg geschreven zijnde, hoorde ik van een wijs man op de Nederlandse TV dat de natuur zelfregulerend is, dat planten en bomen weten hoe te groeien, hoe te bloeien, hoe vruchten te dragen. Wat wel correct zal zijn maar niet belet dat ze in heel wat gevallen de hulp nodig hebben van bijen, kevers, vliegen om bestoven en bevrucht te worden. Hoe die hulp er gekomen is of wie daar voor gezorgd heeft zegde die man niet, wel wees hij er op dat het zo was, dat flora en fauna het samen heel goed deden en er onder hen een eenheid van ingesteldheid bestond, zoals die nog bestaat op de strook grond van vier kilometer breed die Noord- en Zuid-Korea van elkaar verwijderd houdt.
    In feite kwam het er op neer, dat de mens hier totaal overbodig was, en niet alleen overbodig, maar dat hij zich gedroeg als een indringer, an intruder, die de orde die er bestond, zelf naar zijn hand wou zetten maar, en hier wringt het schoentje, hiervoor niet de wijsheid bezat die fauna en flora wel bezaten.

    De mens een indringer? - Ja, want zelfs de strook grond tussen beide Korea’s heeft hij, alvorens er te vertrekken, bezoedeld met landmijnen die er nu liggen te ‘verkommeren’.

    Maar waar ik toe komen wil is het volgende. Als de Natuur zelfregulerend was en is op de meest perfecte wijze, waarom is dan de mens gekomen die deze grote, zelfregelende orde zou komen verstoren?
    Waarom heeft de Natuur er voor gezorgd, de aap die hij toen nog was, op een dag een impuls mee te geven, opdat hij er aan denken zou om de afdruk van zijn hand na te laten op de wanden van de grot waar hij verbleef en aldus buiten het bestel van de fauna te treden en om van dan af, in etappes, verder te groeien om uit te komen in de mens van nu, in al zijn variëteiten en soorten, met inbegrip van de Taliban in Afghanistan, de IS in Syrië en Iran, de strijdende legers in Oekraïne om van de rest niet te spreken, maar ook te groeien naar de mens als verdelger van de regenwouden op aarde?

    Mijn antwoord hierop blijft een vraag, ofwel ging het fout met de mensaap die we uiteindelijk nog zijn; ofwel was het einddoel van de Natuur niet de flora en fauna, niet de aap noch de mensaap, maar was alles – en dit is een diepzinnige gedachte - er van in den beginne op gericht, via flora en fauna, een homo sapiens te doen ontstaan die verder evolueren moet - en hij is volgens mij aan die totaal nieuwe stap in de evolutie begonnen - naar een homo sapiens sapiens.

    Ik wil hier stoppen en eindigen met een andere vraag, indien dit zo zou zijn waarom zou de Natuur, een homo sapiens sapiens gekozen hebben als uitloper van de grote orde die er destijds voor hem heerste op aarde?
    Ik houd mijn antwoord – een antwoord dat ik reeds geschreven heb en herhaaldelijk vernieuwd – voor een verdere, latere blog.

    Zo zien we tot wat, voor een schrijver van blogs, enkele zinnen, beluisterd op een zondagvoormiddag voor TV gezeten, in plaats van gezeten in de zondagsmis, kunnen leiden. Dit nog altijd en blijvend het gevolg zijnde van de Ecclesiasticus van enkele dagen terug.

    ‘And I gave my heart to seek and search out by wisdom, concerning all things; that are done under heaven: this sore travail hath god given to the sons of man to be exercised therewith.

    18-02-2015, 00:02 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    17-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Levensboom in ons geplant

     

    De levensboom in ons geplant
    verliest zijn bladeren,
    het grasperk is al vol gestrooid.

    We hopen dat het niet vandaag
    zal zijn en ook nog morgen niet,
    dat we de tijd nog krijgen, zo
    dat dit gedicht maar niet het laatste is.

    Hoewel eigenlijk, wie zal het deren
    of we veel of weinig schreven,
    want wat we zeggen konden
    was een herhalen maar van wat
    zovele malen al verkondigd werd,
    met trommels en met fluiten
    over de velden uitgebazuind.

    Al denken we wat verder toch
    te zijn opgeschoten, iets,
    een bloemenkrans te hebben toegevoegd
    aan wat in oude boeken
    als waarheid staat gearticuleerd.

    We kijken uit, reikhalzend
    elke dag, of er op de verweerde
    takken geen nieuwe botten
    zijn gekomen die zich met een plof
    als nieuwe woorden zullen openen,

    nu we bijna leeg geschreven zijn.

    17-02-2015, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs