Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    09-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De wereld van vandaag


     

    Welk verschil maakt het uit, een blog in meer, in een wereld waarin zovelen op de vlucht zijn, ingevolge de voor een normale mens onbegrepen heersende absurditeit waarbij kerken en moskeeën, musea en bibliotheken, zoals het gebeurt, worden geplunderd of afgebrand. Waarbij mensen worden gedood, verkracht, uitgehongerd, zo maar, of ondermeer omdat ze op een andere wijze de God - waarvan er slechts één kan zijn - opeisen voor hen alleen en het toverwoord, ‘bemin uw naaste’, voor velen woorden zijn zonder inhoud noch wat de naaste betreft als wat het beminnen aangaat.
    De media helpen ons opdat we getuige zouden zijn van leed en dood en verwoesting tot in het kleinste detail want het meest sensationele is nog niet sterk genoeg.

    Men beginne maar met het oudste verhaal dat hij kent, uit ‘Numeri’, waar Mozes, de man van Jaweh, niet aarzelt te bevelen aan de legerleiding, die wel de mannen van het overwonnen dorp had afgeslacht maar het gewaagd had de rest van de bevolking, gevangen mee te brengen naar het kamp van de Israëlieten:

    Kill every male among the little ones, and kill every woman that hath known man by lying with him, maar de meisjes die nog geen gemeenschap met een man hebben gehad, kunt u voor u zelf in leven laten.

    Horen we de kreten van de kinderen, van de moeders, horen we nog wel de kreten van de onschuldigen die gedood werden in welke eeuw en op welke plaats ook; denken we aan de laatste woorden die ze nog zeggen wilden en niet meer zeggen konden, en zo ze er nog de tijd toe vonden, het gebed dat niet aanhoord werd?
    Zien we nog wel de angst en de van pijn verwrongen gelaten van de Katharen die op palen werden geregen opdat men in hun gelaten de duivel zou zien; de angst van zij die in welke oorlog ook werden neergeslagen, gemarteld, onthoofd?
    Schreeuwen die de eeuwen scheuren terwijl hij in peis en vrede zijn dagen slijten kan en werken dag aan dag aan zijn blogs die met de jaren ook vergaan zullen en hij het lot zal kennen van al degenen die het beste van zichzelf hebben rondgestrooid in woorden die werden opgeslorpt door de tijd.

    Misschien, als hij die dame, radiësthesiste van Cap Griz Nez geloven mag die hem trachtte ervan te overtuigen dat zijn leven van nu, reeds zijn vierde leven was. Was zijn leven van nu een compensatie voor de levens van vroeger; voor zijn angstschreeuw van vroeger, als hij als kind van Numeri, het zwaard op zijn hoofd zag neerkomen, of een van de zovelen die verpletterd werden en verbrand in een of andere kerk of moskee, in een of andere kamer of, iemand die leefde in die waanzinnige XIVde eeuw van Barbara W. Tuchman.
    Zelfs indien hij geen verklaring heeft voor de vrede binnen in hem en voor het geluk dat hij kent te kunnen werken zoals hij het verlangt, niets zegt hem dat op een bepaalde dag niet de hel zal losbreken over hem, en dat hij niet al het waardevolle waaraan hij gehecht is, en dan vooral zijn geluk te schrijven, zal moeten achterlaten.

    09-08-2014, 00:55 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    08-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Respighi

     

    Ik ontwaak met Klara. Ik denk Mozart maar het is Beethoven. Ik luister naar wat er in de wereld is gebeurd. Ik bezoek Lalo, Grieg, Respighi. Wat een mogelijkheden voor de geest om, ontwaakt uit een droom, terug te keren, half slapend nog, naar een andere droom en aan te komen in de geest van Respighi die zijn gedroomde klankenwereld opgetekend heeft, vastgelegd, verankerd heeft om deze voor eeuwen door te geven in het leven van de levenden.

    Ik heb het geluk mijn morgen te beleven op deze wijze. Te ontwaken en binnen te stappen, even maar in het gevulde leven van een Respighi, ik ken de man niet, maar geïnspireerd door het geruis van de wind, de lichtinval en het schuiven van de wolken, wandelend onder de pijnbomen, luisterde hij naar de muziek die opsteeg in hem.

    Ik ken de man niet en zoek het niet uit om meer te weten over hem, maar hij luisterde, zoals ik naar de levende wind in de levende bomen, niet om het even welke wind, maar een wind die de geest van Respighi beroerde en neerviel in wondere tekens op een notenbalk, neerviel in een partituur en nu omgezet in klanken die ook deze zijn van de bomen, van de pijnbomen van Rome.

    Gelukkig leef ik ruim, de wereld van de muziek en van het woord is die waar ik me elke dag ophoud. En gelukkig dat ik mijn dag vandaag kan beginnen met Respighi, met Lalo, met Grieg en daarna kan afdalen in de boeken van anderen, van Capra, van Borges, van om het even wie, zelfs van Dante.

    Gelukkig dat ik daarna kan neerzitten en schrijven wat ik te schrijven heb, uitgelaten, al de rest vergetend, opnieuw geboren, telkens opnieuw als ik neerzit voor mijn klavier, zoals ver voor mij, Respighi neerzat voor zijn piano. Ik om daarna de dag in te gaan die zich al geopend heeft op de dingen van de geest en, opgetekend, ook nazinderen zullen in de klanken die van het woord zijn.
    Hopelijk blijven ze lang hangen, echter niet zoals deze van Respighi als hij is gaan neerzitten, ook om te verdwijnen, ook om opgeslorpt te worden door zijn wereld van klanken.

    Maar beleven van wat is doen we beiden, hij met klanken, ik met woorden. Het verschil in interpretatie van het essentiële hierbij, is heel klein, het essentiële dat is van de de ongrijpbare, onverklaarbare geest die in de bomen drijft, over de velden, de stromen en de zeeën, over de bergen, de steden en de dorpen, de woestijnen.
    Geest is alom, is woord en klank, hij is ‘des mensen’ en eens hij zich losrukt is hij van de Kosmos.

    08-08-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    07-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Uit een manuscript


     

    Uit een manuscript dat onvoltooid wijken moest voor Dante:

    Ze namen afscheid op de binnenkoer. Lucas startte de wagen en reed in een brede zwaai omheen het perk verwilderde rozen. Ter hoogte van Ugo gekomen stopte hij en zegde door het open raam:
    ‘Je hebt volkomen gelijk, de eerste zin uit Johannes is wellicht de meest belangrijke zin die ooit onze westerse gedachtenwereld is binnengebracht: in den beginne was het Woord of, in den beginne was de Geest, is een slagzin waar ik mee leven kan. Ugo, salut, mijn dag is goed en je hebt hier een schitterend domein’.
    Ugo wou antwoorden maar Lucas was al weg, hij stak nog even zijn arm omhoog en reed weg onder de torenpoort de lange eikendreef in. Ugo volgde hem, zag hoe hij vertraagde bij de overweg, zag hoe hij de bocht nam en geruisloos wegschoof tussen de rozenvelden.

    De grote stilte van het huis die de woorden had opgenomen en verwerkt: ‘En het Woord was met God en het Woord was God’. Een wereld van gebeurtenissen welfde over hem, en hij dacht: ‘Het is goed dat je weet dat alles ontstaan is uit de Geest, leef ernaar en niets kan je overkomen.
    Hij ging binnen in de schemerhall, de tafel tegen de muur met de vaas witte rozen, die zij was of die hij wou dat zij zou zijn. De kamer met de wijdopen haard en de rijen boeken tegen de wand en op de tafel, en alle dingen wisten hem te zeggen dat het goed was dat hij wist dat in den beginne het Woord was en, dat hij, Ugo, ontstaan was uit het Woord, zodat hem niets kon overkomen, zelfs de dood kon geen vat hebben op hem.
    Er was het boek, ‘Mort voici ta défaite’, dat hij wist staan in de rij boeken, maar wat erin verkondigd werd, dat elke elektron van zijn lichaam  houden zou  al wat hij wist en hield, en een kopie zou zijn van de persoon die hij was, scheen hem hoogst twijfelachtig toe. Maar je weet nooit, het leven is zo fantastisch dat de idee van Jean Charon wel een graad van waarheid zou kunnen inhouden. Al wat hij las in verband met de structuur van het atoom en al wat er mede verband hield, de wereld van het onzichtbare dus, was de enige wereld van de diepere realiteit der dingen, wees in die richting. Het kon dus weinig anders dan dat we grotendeeld beheerd worden door de wereld van het onzichtbare, zelfs al is dit heel onduidelijk. Het was hierover dat hij gesproken had met Lucas, die hem waarschijnlijk niet volledig had gevolgd omdat hij wellicht te onduidelijk zich had uitgedrukt of, omdat hij te veel had willen zeggen met te weinig woorden, wat ook verweten werd aan Mozart: too many notes, my dear Mozart.
    Laat het, dacht hij, laat de avond komen en laat mijn begeestering het halen, maar in de donkere holte van de gedoofde haard wachtte hem de eenzaamheid, hij zou er niet aan toegeven, toch nu niet.

    07-08-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    06-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ecrire

     

    Een artikel in de Standaard der Letteren van 1 augustus houdt me vandaag weg van Dante. Het is van de schrijfster Claire Castillon die schrijft over het boek ‘Ecrire’ van Marguerite Duras, een boek dat ik niet las maar, als ik lees hoe Castillon er met zoveel lof over spreekt dan is het een boek dat ik lezen moet.
    Castillon vertelt over het waarom van haar schrijven, ze doet het 'omdat ze geen andere dingen kan, omdat het vanzelfsprekend is, omdat het een tekort is dat gevoed wordt door woorden of beelden op te pikken en die neer te schrijven'

    Ook ik kan niet anders meer dan de afzondering op te zoeken om me terug te vinden als schrijver. Ik word een ander mens met een totaal andere ingesteldheid op de dingen en de gebeurtenissen en leef een ander leven dan het alledaagse dat zeker ook mijn deel is. Het is dit alledaagse dat ik van mij wegduw om binnen te treden in een wereld die dichter aansluit bij de droom dan stoelt op de realiteit.
    Ik heb dit wellicht allemaal al geschreven en indien niet dan heb ik het gedacht, zou Pessoa zeggen. En heb ik het nog niet gezegd of gedacht dan is het omdat ik nu, geïnspireerd door het artikel van Castillon ben gaan nadenken over het fenomeen, schrijven. Want schrijven is een fenomeen, is een kosmische aangelegenheid wist Eco – maar dit heb ik onlangs reeds vermeld – en ik vermoed dat het is omdat je iets nieuw brengt, een massa woorden bijeen schrijft die een beeld zijn van iets dat voorheen nog niet was.

    Je creëert, een nieuwe zwelling op een tak van de boom van de letterkunde, waaruit ofwel een nieuwe scheut zal ontstaan, die verder groeien zal, zoals bij Duras, ofwel na enkele dagen terug zal verdwijnen in de zwelling van de schors waar het als een potentieel iets zal blijven wachten, hunkerend om verder te groeien.
    En in vele gevallen is het enkel de hunker die overeind blijft, die jaren lang hangen blijft en misschien nog aanwezig zal zijn in de laatste ademstoot.

    06-08-2014, 06:35 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    05-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Acht (2)




    Opnieuw valt hier het bevreemdende op in het plan van de Commedia. Vergilius is de theoloog, is hij die de Bijbel kent en de Evangeliën las. Is hij die weet welke de aartsvaders waren, weet over de nederdaling ter helle van Christus; die van oordeel is dat Dante respect moet hebben voor de beslissingen van de Allerhoogste. We kunnen ons hierbij de vraag stellen waar Vergilius dit allemaal geleerd heeft, maar we doen het niet uit respect voor Dante, want het verbazende is dat Dante de onwetende is en Vergilius, wat de theologie betreft, de alles wetende.
    Dit is de finesse eigen aan Dante ( hij weet wat hij schrijft, weet hoe hij alles inkleden moet en hij kent zijn boeken!) waarbij Vergilius het antwoord van Christus aan de vrouw uit Lucas verzwijgt, namelijk: ‘Gelukkig zij die naar het woord van God luisteren en het onderhouden’ (11: 28), wat er duidelijk op wijst dat Dante de beslissing van God heeft aanvaard zonder enige vorm van kritiek. En het is om deze reden dat Vergilius Dante heeft omhelsd, of was er nog een andere reden?
    En verder in Canto Acht:

    Mijn zoon’, zegt Vergilius,’nu naderen we de stad met de naam Dis met haar massa zwaar gestrafte zielen:

    Meester, duidelijk kan ik al de torens (meschite, moskeeën) onderscheiden die een helrode kleur hebben alsof ze van vuur zijn gemaakt.[1]

    Dis (ook bij Vergilius en Ovidius) is hier de naam van de troosteloze stad van de gevallen engelen. Het schijnt Dante toe dat de muren van de stad van ijzer zijn. Met het bootje van Flegias bereiken ze de diepe grachten die de stad omgeven en de schipper roept hen toe uit te stappen.
    Het beeld dat Dante te zien krijgt is huiveringwekkend:

    Ik zag daar meer dan duizend (duivels) bij de poort staan die uit de hemel in de hel waren gestoten die riepen: ‘wie is degene die hoewel zonder dood te zijn het rijk der doden betreedt’ [2]

    En de wijze meester antwoordt dat hij met hen een secreet gesprek wil hebben maar krijgt als antwoord dat hij alleen moet komen.

    En dat hij die het waagde tot hier te komen nu maar alleen terug moet langs de weg die hij zo vermetel is geweest te volgen, als hij er tenminste toe in staat is en jij, jij die hem geleid hebt door deze duistere plaatsen moet daarna hier blijven.

    Denk maar, lezer, hoe ik me ontredderd voelde bij het aanhoren van deze vervloeking zodat ik dacht dat we nimmer meer terug zouden kunnen. [3]

    Dit te horen is teveel voor Dante, hij wil terugkeren:

    En die heer die me tot hier had gebracht zegde me: ‘Vrees niet, niemand kan ons deze tocht beletten als een zo machtige dit heeft toegestaan.’ [4]

    ‘Wacht hier op mij, sterk je vermoeide geest en voed hem met goede hoop want ik zal je niet verlaten in deze lage wereld.’ Zo verliet me mijn zachte vader terwijl hoop en vrees vochten in mijn geest.



    [1] Ed io: “Maestro, già le sue meschite / là entro certe nella valle cerno / vermiglie, como se di foco uscite. (canto VIII: 70-72).
    [2] Io vidi più di mille in su le porte, / dal ciel piovutti, che stizzosamente / dicean : “chi è costui che sanza morte / va per lo regno della morte gente?» (canto VIII, 82-85)
    [3] Pensa, lettor, se io mi sconfortai / al suon delle parole maledette; / ch’io non credetti ritornarci mai.(canto VIII: 94-96)
    [4] E quel signor, che l m’avea menato, / mi disse: “Non temer, ché il nostro passo / non ci pu trre alcun, da tal n’è dato. (canto VIII: 103-105)

    05-08-2014, 04:58 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    04-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Styx en Christopher Fry

     

    Alvorens verder te gaan met Canto Acht, eerst nog dit. De Styx herinnert me aan een lezing van Christopher Fry, handelend over de dood, gehouden in de Cathedral van Chichester. Enkele dagen erna bezocht ik deze kathedraal en vond er een kopie van zijn voordracht, die ik zorgvuldig heb bewaard. Zijn woorden zijn passend voor het verhaal van Dante alhoewel ik denk dat Fry deze niet bij Dante is gaan halen, wel bij Vergilius uit zijn Aeneis.

    En Christopher Fry:

    ‘Through all the ages that Man has been on this earth we can see him, primitively or in civilisations, prehistorically or historically, thinking of death as a journey, providing himself with the material necessities for making it; as a river crossing, for instance: Charon ferrying the dead across the Styx, though not free of charge. It cost you a couple of pearl-barley cakes and a bottle of honey drink called hydromel, not to mention a sop for Cerberius.’

    Verder lezend in Fry’s lecture val ik op deze zin die zo toepasselijk is op mezelf dat ik hem hier hernemen moet:

    ‘As we grow older we may often regret the times when we have undervalued the gift of life, wasted it, mishandled it, obscured the light by our stupidity…’

    Dit ook is de reden waarom ik nu inderhaast Dante lezen wil en schrijven wil over zijn Commedia, of die nu goddelijk zou zijn of helemaal niet, om hiermee de laatste levensdagen (het zullen effectief geen vele jaren meer zijn) te vullen, te verrijken, te kleuren, te verluchten en te verlichten en ingekaderd op te hangen voor het raam van de wereld, in compensatie voor al de stupiditeiten die ik gevolgd heb in mijn leven.
    En incalculerend de dood die op mijn drempel wacht: het was ook Christopher Fry die in zijn stuk ‘The Dark is Light Enough’, de stervende Countess Rosmarin zeggen laat, als Jakob haar vraagt: how so willingly she can bear to think of death.

    But you’ve always thought of it, Jakob,
    In the pleasure and conversation of these evenings.
    The argument, philosophy, wit and eloquence
    Were all in the light of this end we come to.
    Without it their would have been very little
    To mention, except the weather. Protect me
    From a body without death…[1]

    Bescherm me van een lichaam dat de dood niet kennen zou!



    [1] Christopher Fry: Plays, p.153)

    04-08-2014, 04:47 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    03-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ontwaking



    Alsof ik uit een lange slaap kom geef ik er me pas vandaag rekenschap van dat de lijsterbes een rode glans gekregen heeft, dat het veld tarwe plots gerijpt is en de rozenvelden waar ik langs wandelde in volle bloei staan en dat de zomer al ver gevorderd is.
    En nu, schrijvend aan mijn stenen tafel in de tuin, wagen het een paar jonge Vlaamse gaaien heel dicht tot bij mij te komen.

    Waar was al die tijd, vraag ik me af, mijn verbondenheid met de natuur, waar mijn binding met de bomen hier omheen het huis, de eiken, de beuken, de berken, het geruis van de wind in het gewemel van de bladeren?
    Heb ik wel opgemerkt hoe het blad zich gevormd heeft uit de kleverige botten na de winter, hoe de eikels, de kastanjes zich gevormd hebben, de noten in de notelaar, heb ik er wel iets van gemerkt terwijl ik doende was met Alighieri en zijn te ontcijferen verzen van zijn, bij momenten hard om lezen Inferno?

    Het is, ruw geschetst, alsof ik pas ben ontwaakt nu het meer dan zomer is geworden, nu de kersen zijn gerijpt en weg gehaald door de lijsters en de merels, door de spreeuwen. Ik meen niet dat er iets van deze diepgaande bewegingen in de natuur is doorgedrongen tot mijn geschriften, alles heeft zich gecentreerd op Dante. Pas nu wordt me duidelijk, de alles opslorpende inzet waarmede ik er mee begaan ben geweest, en dit sedert heel wat dagen.
    Maar ik beken ook, ootmoedig, dat het niet nu, dag aan dag is, dat mijn Dante-tekst ontstaat. Dat het niet enkele maanden geleden is dat ik begonnen ben met het schrijven over het Inferno van Dante, dit gebeurde veel vroeger.
    Ondertussen is er een lange, te lange tijd over heen gegaan, terwijl – en ik ontdekte dit een maand geleden – de tekst die ik had achtergelaten, diep in mij aan het gisten was en dat er onvermijdelijk een ogenblik komen zou dat hij terug uit de schemer van de tijd opduiken zou.
    Dit is, waarde vriend(in) lezer(es) wat nu aan het gebeuren is. En als ik deze bekentenis vandaag doorgeef dan is het omdat ik van tijd tot tijd nood heb aan een herademing, er nood aan heb Dante even op zij te leggen om uit te komen, gelukkig, waar ik vandaag ben uitgekomen zijnde de rode bessen van de lijsterbesboom, de boom van Zhivago, zijn symbool voor Lara, in het bevroren ondergesneeuwde bos.

    03-08-2014, 05:04 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    02-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Terug Dante: Canto Acht (1)

     

    Het valt onmiddellijk op dat de Dante van Canto VIII, een totaal andere Dante is dan die van de vorige canti. Zijn medelijden met de zondaars is opgelost en het is met grote minachting dat hij nu reageert tijdens hun tocht over de Styx. Ik vermoed dat de reden is dat de tijdsspanne die lag tussen het schrijven van canto VII en VIII heel wat langer is geweest dan normaal. Giovanni Boccaccio in zijn ‘Trattatello in laude di Dante’, vertelt hierover dat de zeven eerste canti van zijn Inferno geschreven waren op het ogenblik van zijn verbanning uit Firenze en dat hij pas veel later, terug is gaan werken aan zijn canto VIII dat begint met het vers: ‘Io dico, seguitando…’ dat Boccaccio begrijpt als ‘continuando la composizione’. Wat heel goed aanvaardbaar is en de wijziging van zijn houding tegenover de zielen die hij ontmoet na zijn verbanning verklaren moet.

    Ik ook ken een soort van metamorfose, mijn conversatie met Dante is soms een rechtstreeks contact met hem, alsof hij onder een of andere vorm aanwezig zou zijn, en soms gebeurt het dat ik me beweeg, zonder zijn aanwezigheid, tussen zijn woorden. De reden hiervoor is dat ik soms dagen heb die onvruchtbaar zijn althans wat Dante betreft.

    Trouwens het weze hier vermeld dat Dante eens verbannen uit Firenze in 1302, naar alle waarschijnlijkheid, zwervend van de ene plaats naar de andere, pas rond 1305 ernstig verder beginnen werken is aan zijn Inferno en dat hij tot in augustus-september 1321, zijnde zestien jaar, geschreven heeft aan de drie delen van zijn Commedia. Er moeten dus lange periodes geweest zijn dat hij met andere zaken bezig is geweest, ondermeer met het schrijven van zijn Convivio, zijn De Vulgari eloquentia, zijn De Monarchia en tal van gedichten. Zijn werken vullen trouwens meer dan 1.700 pagina’s in de vertaling van André Pézard (la Bibliothèque de la Pléiade).

    Frans Van Dooren van zijn kant, heeft het zelfs aangedurfd de plaatsen te bezoeken die door Dante vermeld of beschreven worden in de drie delen van zijn Commedia. Hij heeft de moed gehad het resultaat van zijn diverse tochten door Italië te bundelen in een zeer merkwaardig boekje : ‘Met Dante door Italië: reizend in het voetspoor van de dichter’ en heeft er ruim 230 pagina’s mee gevuld.

    De weg van Dante als banneling was geen weg bezaaid met rozen. In zijn Convivio I,iii,5 vertelt hij ons dat, sedert het aan de burgers van de zeer schone en fameuze dochter van Rome, zijnde Firenze, behaagde hem buiten te gooien hij veel heeft gereisd en als pelgrim, bijna bedelaar, tal van regio’s heeft bezocht. Hij noemt zichzelf een schip zonder zeil en zonder roer, gedreven naar diverse havens, door een droge wind die zijn pijnlijke armoede uitwasemde (che vapora).

    02-08-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    01-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Heimwee



    Ik zocht deze morgen naar een versregel aangehaald door Jorge Luis Borges in zijn verhalenbundel ‘ El Aleph’[1], waarin hij het heimwee belicht van een Afrikaanse palmboom overgeplant naar de tuinen van Ruzafa[2] .
    Aldus - en het is Averroës die spreekt - sedert jaren gekweld in Marrakech omwille van mijn heimwee naar Cordoba troostte het me een apostrof te herhalen die Abdurrahma richtte tot een palmboom in de tuinen van Ruzafa [3]:

    Tú también eres ! oh palma !
    En este suelo extranjera…

    Ook jij, oh palmboom, kent het
    in deze grond die je vreemd is …

    Eigenaardige gunst van de poëzie, zegt Borges, woorden geschreven in Afrika door een naar Cordoba verlangende Averroës, die de woorden herhaalt van Abdurrahma gericht tot een palmboom in de tuinen van Ruzafa, in zijn verlangen naar Afrika.

    Ik dacht aan die vreemde kracht, eigen aan de poëzie, om vandaag – en ook op vele andere dagen - overspoeld door mijn heimwee naar de Val d’Anniviers in Wallis, en meer in het bijzonder de dorpjes Grimentz en Zinal, uiting te geven aan mijn niet te stelpen verlangen.
    Jarenlang beleefde ik er, in alle eenvoud en rust en geestelijk rijk, mijn maand augustus, die begon met de dag van de Nationale Feestdag dat een groot gebeuren was.
    De voorbereiding ervan en, naar de avond toe, de optocht met les fifres et tambours en tête, gevolgd door de notabelen en de kinderen, elk met een brandende kaars in een papieren lantaarn in de hand, samen met de ouders en dorpelingen waarvan ik er velen bij naam en toenaam kende. Om dan aan te komen op de plaats, Roua, waar de chorale enkele liederen bracht, naast een grote stapel takken en brandhout, klaar om aangestoken te worden.
    Een traditie van oudsher, een vreugdevuur dat zou aangestoken worden en doorgegeven als boodschap naar de dorpen in de vallei, Ayer, Mission en hoger naar Saint-Luc en naar de alpages in de flanken van de bergen aan de overkant van de vallei.

    Grimentz, de bergen en de wijnkelders, chaque famille avait sa cave, en het was daar dat je ontvangen werd, in alle eenvoud om le vin du glacier te proeven, met wat brood, viande de Grisons, of een sneetje gedroogd spek. Waar was het beter om te zijn. Waar kunnen de kinderen beter zijn die er elk jaar blijven heen gaan, die ginds zijn vandaag en vast en zeker mee zullen opstappen in de optocht, met les fifres et tambours en de ganse rij van wandelende lantarens.
    Na al die jaren was je geen toerist meer, je waart van het dorp en ze noemden je met je voornaam. En je hebt de kinderen van je vrienden zien opgroeien en de kinderen van de kinderen en wat jou betreft weet je dat al ben je er niet vandaag, ze naar jou zullen vragen: ‘Et, Charles, ton père, comment va-t-il?’
    Ze zullen over jou spreken met de kinderen van mijn vrienden aldaar, les Salamin, les Epinay, les Solioz, les Cotter, les Rouvinez, want van de vele vrienden die je er had blijft er, behalve Lucien Epinay - je bent met hem le doyen du village - nog één over, Jacques Deck. een Parijzenaar, die er ook, met Annic, zijn echtgenote, elk jaar terugkwam in de maand die onze maand was.
    En dan de namen van de bergen die zingen in jou: le Marenda, la pointe du Zirouc, Bendola, Lona, Moiry et sa cabane, les Aiguilles de la Lé, la Couronne de Breyonnaz, en ga maar verder, bergen die je meermalen beklommen hebt. En dan de flora: edelweis, génépi, soldanelle, arnica, lys arpagon, myrtille, niet op te sommen verscheidenheid van bloemen en planten.

    Je droomde er begraven te worden op het kerkhof naast de kerk, de enige plaats waar je rust zou vinden, dacht je en denkt je nog steeds, al weet je het anders want, zegt de Ecclesiasticus, er is een tijd van komen en een tijd van gaan.


    [1] Jorge Luis Borges, El Aleph, Biblioteca Borges, Alianza Editorial, 2001, ‘La busca de Averroes’, pag 115.
    [2] Ruzafa is een van de hipste wijken van Valencia, leert me Google.
    [3]Así, atormentado hace años en Marrakech por memorias de Córdoba, me complacÍa en repetir el apóstrofe que Abdurrahman dirigió en los jardines de Ruzafa a una palma africana.

    01-08-2014, 05:31 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    31-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een dwaze verliefdheid.

     

    De woorden blijven komen, bestormen me om genomen te worden, bezeten te worden. Ik kan er me niet vlug genoeg van bevrijden. Schrijf  ik een bepaalde richting dan willen ze tezelfdertijd een andere richting uit een richting die zich dan op haar beurt splitsen wil, en er een nieuwe richting opduikt die ik evengoed had kunnen nemen of beter wel had genomen. Het proces van het schrijven is lijk het proces van het tekenen, een lijn getrokken op het blad draagt in zich vele andere lijnen maar een tweede lijn en een derde pas op het einde zal blijken of het de meest expressieve waren. Zo gaat het en zo zal het altijd blijven.

    Dante is hoe zeg ik het, een kwestie van een dwaas verliefd zijn. Maar is het niet meer dan dat?
    Is het niet de grote ernst in het werk van Dante, is het niet mijn respect voor het verbazend creatieve van hem, het creatieve dat ook George Steiner heeft opgemerkt?
    Trouwens staat het niet geschreven dat hij, na Christus, de eerste is geweest  die er in geslaagd is Hel en Hemel binnen te dringen en terug te komen van zijn tocht om achteraf te gaan neerschrijven al wat hij zag en hoorde, en dit met een ongekende, verbazende levendigheid, een accuraatheid en beeldenrijkheid die zo treffend waren dat zijn lezers achteraf - wat ik ook las bij Steiner en ik totaal ignoreerde - ‘dat de fictie hier de waarheid wordt en dat deze paradox bevestigd werd door de verhalen over hem die de ronde deden, als zou de auteur van de Commedia teruggekomen zijn met verbrande vlekken op zijn huid’[1].
    Om maar te zeggen hoe zijn Commedia ontvangen werd en gelezen, hoe er over gesproken werd en hoe dit gesprek en geschrijf over zijn werk al zevenhonderd jaar gaande is en duidelijk gesteld mag worden dat de dag waarop dit gesprek stoppen zal de mens een totaal andere richting zal ingeslagen hebben. En of de nieuwe richting een betere en meer creatieve zal zijn valt sterk te betwijfelen

    Houd ik mijn Dante-avontuur vol tot het einde, is de vraag die ik me telkens stel als ik in mijn verbeelding het aantal canti overschouw die nog onbesproken overblijven. Het is maar dat de dagen voorbijsnellen en dat mijn vorderingen, althans op het eerste zicht, geen gelijke tred houden met de snelheid van het schuiven van de dagen.


    [1]Here as in no other secular text, the fiction must be that of truth. This paradox is made graphic by the early rumour according to which, the author of the Commedia carried on his skin the burn-marks of Hell. ( pagina 66)

    31-07-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    30-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Steiner, Joyce en ... Ugo



    Het vergt - en ik word er me meer en meer van bewust - moed om je Divina Commedia te lezen zoals een boek moet gelezen worden. Je schreef voor de mens van je tijd en dacht wellicht niet aan zij die eeuwen later zouden kennis maken met je werk, misschien dacht je zelfs dat er geen eeuwen meer zouden komen?

    Vreemd is het, want als ik zie waar ik aangekomen ben - en wat is het nut ervan? - dan vrees ik dat ik nimmer voldoende ga hebben met de dagen die me nog resten. Temeer daar ik rekening moet en wil houden met tal van werken of korte teksten over Dante die hier en daar, alsof het een afspraak betrof, opduiken uit het niet.
    Zo weet ik, dat ik zeker niet over het hoofd mag zien wat George Steiner schrijft over Dante in zijn zeer hoogstaande, moeilijk te volgen Grammars of Creation, al was het maar omdat Steiner ziet in de Commedia: concepts of creation now as lost or forgotten as is Adamic speech! [1]
    Anderzijds wordt ik nu overrompeld met werken over Dante en mijn arme ik, is nu bezig met er nog een aan toe te voegen, terwijl in het begin, mijn bedoeling zich beperkte tot een bezig-zijn, een soort van ouderdomstherapie, nadenken over het werk al schrijvende. Maar ik had zeker niet de bedoeling te komen tot een studie of, wat meer zou zijn, tot het het ontdekken, onder het vertellen, van iets totaal nieuw, wat dan aan mijn inspanning een zekere waarde zou geven.

    Wat ik aan jou nog zeggen wou, Alighieri, is dat James Joyce, een collega van jou, een typische Joyce-expressie had voor je Commedia. De Hel was een ‘spiritual-heroic refrigerating apparatus’, door jou uitgevonden en gepatenteerd. Hij legt deze woorden in de mond van Stephen Dedalus die, totaal onverwacht zijn eerste jeugdliefde ontmoet[2].



    [1] Grammars of Creation, pagina 69
    [2] ‘Asked me if I was writing poems? About whom? I asked her. These confused her more and I felt sorrow and mean. Turned off that valve at once and opened the spritual-heroic refrigerating apparatus, invented and patented in all countries by Dante Alighieri.James Joyce: ‘A portrait of an artist as a young man’, page 252

    30-07-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    29-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Zeven (2)




    De sterren, weet Dante, die opkwamen toen ik op weg ging zijn ondertussen verdwenen onder de horizon en langer hier stil staan is ons niet toegelaten[1] en wel omwille van het feit dat de reis niet te lang duren mag.

    We doorliepen de cirkel tot de andere kant, hoger is er een kokende bron die zich langs een greppel die ze vormde naar beneden stort. Het water was donkerder dan blauwgroen (persa?) en wij, in gezelschap van deze donkere waters, daalden af langs een andere weg. Hier vormde zich een moeras, Styx genaamd…[2]

    Het creatieve inzicht van Dante - en dit geldt voor alle versregels van zijn Commedia - om het gepaste, perfect rijmend woord te vinden, verbaast me telkens: riva en deriva, riversa, persa en diversa, bige en Stige. Begrijpelijk als men dergelijke zinnen vertalen moet, dat het woord dat Dante gezocht heeft en gebruikt, niet altijd passend om te zetten is in een andere taal. Zo verwringen woorden als persa en bige enigszins het beeld dat we ons vormen.
    Frans van Dooren heeft de grote inspanning gedaan om het verhaal van Dante op een meer dan voortreffelijke wijze in proza te omschrijven en heeft aldus, op vele plaatsen, de tekst van Dante verbreedt en heel wat toegankelijker gemaakt. Als men de Commedia anders lezen wil dan in het Italiaans, is van Doorens vertaling een excellente tekst om met Dante kennis te maken.

    Maar ik ga verder - met jou, Dante, toekijkend in de schemerhoek naast de haard - ik lees nu wat je schrijft over de Styx waar je met Vergilius langsheen moet:
    Een poel gevuld met mensen wier gezicht met modder besmeurd, door de smart en woede onherkenbaar is. Ze stormen op elkaar in, de borst vooruit, slaande met de vuisten, en met de tanden scheuren ze elkanders vel van het lichaam. Vergilius weet je te vertellen dat het hier de zielen zijn van hen die zich door hun driften lieten overmeesteren. Ze kunnen geen woorden meer uitbrengen maar zingen een droevig gezang.

    Ik herhaal dat mijn beschrijving van de feiten slechts een afgietsel is van de beschrijvingen van Dante. Echter meen ik dat mijn woorden voldoende typerend zijn om een beeld op te hangen van de zwarte poel gevuld met mensen die blijvend modder slikken. Ik kan me echter evenmin voorstellen onder welke vorm deze zielen er aanwezig zijn. Ze botsen tegen elkaar, scheuren elkanders vel van het lijf en schijnbaar blijven ze dit maar doen. Het zijn dus in feite geen loutere geesten, zonder vlees en bloed, maar beschikken wel over een soort ingebeeld lichaam dat hen mogelijk maakt te lijden.



    [1] e il troppo star si vieta. (canto VII: 99).
    [2] Noi ricidemmo il cerchio all’altra riva,/ sopra una fonte che bolle e riversa / per un fossato che da lei deriva. / L’acqua era buia assai più che persa;/ e noi, in compagnia dell’onde bige, /entrammo giù per una via diversa. / Una palude fa, che ha nome Stige,(canto VII: 100-106).

     

    29-07-2014, 03:36 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    28-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Zeven (1)




    Je daalt verder, dieper en dieper de weg af, in de trechtervormige holte. Je bent aangekomen in de vierde hellecirkel en je wordt opgehouden door Pluto met de opgeblazen kaken die onmiddellijk door Vergilius het zwijgen wordt opgelegd zodat hij ter aarde valt, lijk een mast middendoor gebroken door de stormwind die de zeilen te bol opspant.
    En jij, daar beneden, getroffen door de pijnen en smarten die er geleden worden, kan je niet nalaten uit te roepen:

    Ah, goddelijke rechtvaardigheid, zovele nieuwe folteringen en pijnen die ik daar zag. Waarom worden we zo verscheurd voor onze fouten? [1]

    en dit een vraag blijft waarop geen antwoord komt noch van jou, noch van Vergilius.

    En ik, waarde Dante, me zelfde vraag stellen blijf waarom het nodig is, aan de afzondering in de Hel, een plaats zonder wensen of verlangens, zonder vreugdes, zonder de minste mogelijkheid tot creatief zijn, nog pijnen, smarten en folteringen aan toe te voegen in een mate die elke verbeelding tart.
    Want dit is de draagwijdte van de vraag die je stelde en als je die vraag stelde dan was deze gericht aan de Allerhoogste en het was niet alleen een vraag maar ook een soort verwijt tot Hem gericht, omdat je vond dat hij te streng was in zijn straf. Het was de vraag van de theoloog die er geen antwoord op wist maar enkel aanvaarden kon.
    Is het nog steeds de vraag die vandaag wordt gesteld of is het zo dat de theoloog van vandaag nog altijd geen antwoord heeft, maar zo wijs is geworden dat hij de vraag over de pijnen te lijden in de Hel, niet meer stellen wil?

    Je vermoedt dat de zielen, waarvan de kruin is kaalgeschoren, geestelijken waren en Vergilius bevestigt je, dat de schaduwen (?) wier hoofden niet met haar zijn bedekt, inderdaad wel degelijk geestelijken zijn, zelfs kardinalen en pausen, allen verblind door de rijkdom en jij, Dante, vermoedt ook dat er onder hen zeker enkelen zijn die je kent.
    En ik bewonder je scherpzinnigheid, als je de vraag stelt aan Vergilius en de ‘Vergilius-Dante’ je antwoordt dat, door het leven dat ze op aarde geleid hebben, hier in deze plaats, hun gelaatstrekken zo verduisterd worden dat het onmogelijk is ook maar iemand te herkennen. Wel blijft er nog de haartooi over om iemand te identificeren, maar je weet wel dat de gierigaards uit het graf zullen verrijzen met de vuisten gesloten en de verspillers met kaalgeschoren hoofden.
    Eigenlijk is dit alles maar bijzaak een andere vraag ligt op je lippen:

    ‘Meester’ vraag ik hem, ‘zeg me eens, deze Fortuna waar je het over hebt, wie is ze die de rijkdommen van de aarde in haar klauwen heeft [2].

    En Vergilius:

    ‘Luister nu goed mijn zoon, ik zal je vertellen hoe het te begrijpen is.
    Hij, die alles weet en de hemelen schiep (bedoeld wordt hier de negen hemelkoren die we in Paradiso ontmoeten) gaf aan elke hemel een leider zodat nu elke hemel op een gelijke wijze zijn goddelijk licht ontvangt.
    En op zelfde wijze stelde Hij, voor de rijkdommen van de wereld, een beleidsvrouw (Dame Fortuna) aan die tot taak heeft de verdeling van de rijkdommen te regelen, ervoor zorgende dat deze ten gepaste tijde overgaan van het ene volk naar het andere en van de ene familie naar de andere en wel zo dat de mens er niet de minste zeg over heeft.
    Zij is het die regeert en beslist en haar beslissingen liggen als een adder verborgen in het gras. Haar tussenkomsten houden niet op en velen beschimpen haar, maar het deert haar niet het minst, net als de anderen laat zij haar draaien wat draait'.

    Dit betekent dat het Vrouwe Fortuna is die beslist over geluk en ongeluk, schijnbaar wisselt ze wel eens af, jij eerst, daarna een andere jij, maar jijzelf hebt niets in de pap te brokken. Het is het lot, vrouwe Fortuna, zegt Vergilius - dus ook Dante - die beslist of je rijk bent of arm, gelukkig of ongelukkig, ziek of gezond. Jij als individu hebt maar te aanvaarden. Het is het lot van Job en het is ook ons lot. In het geval van Job was het de Allerhoogste, in het geval van wij, stervelingen, is het Vrouwe Fortuna. En wie ze ook treft of wie ze ook gelukkig maakt, het deert haar geen zier, hoewel ze maakt dat haar slachtoffers daarna ook de overwinnaars kunnen worden.
    Dante, de banneling, weet dit maar al te goed want hij heeft het aan den lijve ondervonden. Hij hoeft er dus niet verder op in te gaan.

    En zegt Vergilius, laat ons nu verder gaan en afdalen naar plaatsen waar het lijden nog groter is.



    [1] Ahi, giustizia di Dio, tante chi stipa / nuove travaglie e pene, quante io viddi?/ E perché nostra colpa s ne scipa? (canto VII: 19-21)[2] 'Maestro', diss’io lui: or mi di’anche :/ 'questa Fortuna, di che tu mi tocche: / che é, che il ben del mondo ha si tra branchi?'(canto VII: 67-69)

    28-07-2014, 04:44 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    27-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Zes (3): Reflexie



    Vandaag, gemeten aan wat het mij kost aan tijd en inspanning, Alighieri Dante, stel ik me de vraag, hoe jij te werk zijt gegaan, jij als banneling uit je geliefde Firenze, reizend van plaats tot plaats, welke inspanning het jou kostte om telkens en telkens de draad weer op te nemen om te schrijven wat je schreef en in de vorm waarin je je gedachten opbouwde. Gebeurde het ook, soms, op een windloze hete zomerdag, gezeten in de schaduw van de hoge zingende bomen met het gegons van bijen en de vlucht van kleurrijke vlinders, met dicht bij jou het stille vloeien van water of het gekrijs van jonge eksters en de luchten groot open over de golvende aarde met het licht, het heilige licht als een teken van de Eeuwige erover uitgestrooid?
    Zoekend, zoals ik, maar jij metend en rekenend, aftastend de juiste klank, het precieze woord, de meest passende metafoor die je ineens te binnen valt of helemaal niet, helemaal niet, een volgende dag misschien.

    Schrijven dag aan dag of ook met tussenpozen zoals ik die je lees. En stelde je ook vast hoe enorm bewoond onze geest wel is, verbaasd hoe die werkt, zo dat je die openen kunt en sluiten terug en dat die geest, eens gesloten, verder zoekt en verder schrijft in je onderbewustzijn?
    Herinneringen die je los kunt laten, anders inkleuren, anders bevolken, een enorme vrijheid die je bezit te goochelen met woorden en gedachten, te schrijven en te herschrijven, te overschrijven. Keer na keer te herlezen wat je gisteren schreef en te herdenken in functie van wat je de volgende morgen, of vele morgens erna, meende te moeten schrijven.
    Nimmer aflatend, de holte van het nog niet geschrevene binnen. Tot het ogenblik komt dat je beslist de woorden die geschreven staan te verzegelen omdat je moe gedacht en geschreven bent en ook, maar de twijfel is er altijd, omdat je meent te weten dat wat geschreven staat en verzegeld werd, goed geschreven staat en bepaalde passages je bij momenten gelukkig hebben gemaakt omdat ze niet beter konden geschreven worden. Dit is dan toch het gevoel dat ik, je bewonderaar, ken.
    En nu, opdat je er niet meer zou op terugvallen de verzegelde woorden, als een geboetseerde kruik die beschilderd in de oven gaat, de woorden door te sturen zoals jij, naar de heer (en vriend) Can Grande.

    Alles samen zul je er voorzeker lang, heel lang aan gewerkt hebben en je creativiteit zal deze van mij, die de betrachting heeft schaamteloos je voetsporen te volgen, honderdvoudig overtreffen. Ik zal dus niet die bijna kwetsende creativiteit gekend hebben, zoekend naar en verwervend het perfecte woord in de meest perfecte vorm gegoten.

     

    27-07-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    26-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Zes ( 2)



    Ik ga aannemen, Dante, dat in jou tijd hierover niet zoveel werd nagedacht, dat niemand zich vragen stelde bij wat je schreef. Ik denk dat je geloofde wat je las bij Homerus en Vergilius over Cerberus en de Hades en dat de geketende Cerberus die door Hercules was meegevoerd, een beeld was waamede je vertrouwd waart. Het donkere woud waarin je verdwaalde, was de wereld van de zonde, de donkere duistere, vooral geesteloze wereld waaruit je ontkomen wou. En je beschrijving van Cerberus en consoorten die je ontmoette was het mythologische beeld van de verschrikking die er heerste in de Hel. Wat niet belet dat mijn vraag, in hoeverre je hieraan geloof hechtte en of je wel geloofde in de hereniging van het lichaam met de ziel, staande blijft.
    Je schreef natuurlijk voor de mens van je tijd, de mens van het begin van de veertiende eeuw die nog steeds geloofde in het Laatste Oordeel dat dichtbij was en waaraan niemand zou ontkomen. En dit Laatste Oordeel was nu precies gekenmerkt door het scheiden van de gelukzaligen van de verdoemden. Opdat geluk en verdoemenis effectief zouden zijn, was het nodig dat lichaam en ziel herenigd werden, (denken we maar aan de in doeken gewikkelde lichamen van de overledenen in de catacomben van Rome, klaar gelegd voor het Laatste Oordeel), alhoewel de beschrijving die je geeft over het lijden van geest of ziel in de Hel, reeds alle verbeelding overtreft zodat er nog moeilijk meer lijden en afzien kan aan toegevoegd worden.

    In mijn verre jeugd, heb ik geloof gehecht aan het bestaan van de Hel waar ik kans maakte voor eeuwig te zullen branden, maar mijn geloof in de hereniging van lichaam en ziel de dag van het Laatste Oordeel, en zelfs in het bestaan van dit Laatste Oordeel was heel zwak. Echter ben ik ook nimmer geconfronteerd geweest met een aarde die het centrum van het Universum zou geweest zijn met een toeziende God erboven. Had ik deze engheid van visie gehad dan was het bijna zeker dat ik geloof zou gehecht hebben aan de verhalen en helden van Homerus en Vergilius en Ovidius en van nog vele anderen en dat ik zeker de Divina Commedia zou gelezen hebben met een totaal andere benadering. Zelfs met angst en vrees om het hart. Bij het ontwaken vorige nacht, met de Hel van Dante in mijn hoofd, betrapte ik me er op dat ik een ogenblik ervoor droomde voor de poort van de Hel te staan om er te lezen: lasciate ogni speranza, voi ch’entrate.

    26-07-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    25-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Zes (1)



    Toen ik, overmand als ik was door mijn medelijden voor de twee geliefden, terug tot mezelf was gekomen, zag ik waar ik ook ging of waar ik me ook keerde of waar ik ook keek, omheen mij nieuwe folteringen en nieuwe gefolterden.

    Dante en Vergilius zijn aangekomen in de Derde Cirkel, het oord van eeuwige regen, hagel en sneeuw in de schemer-luchten. Daar staat Cerberus, de hond met de drie hoofden als bewaker van de Hel. Hij heeft rode ogen, heeft een vettige zwarte baard, gezwollen buik en lange nagels waarmee hij de zielen verscheurt. En als hij Dante en Vergilius opmerkt opent hij zijn drie grote muilen en toont hij zijn hoektanden. Opdat hij zou zwijgen raapt Vergilius een handvol aarde op en gooit dit in de gulzige muilen van Cerberus.
    Dante heeft hier Vergilius niet gevolgd want in boek VI van de Aneïs waar Aeneas, samen met zijn gidse, de Sibille, de Hades doorkruist op zoek naar zijn vader, is het een homp honing en een gedrogeerd maal die de profetes Cerberus toegooit:

    Seeing his neck begin to come alive with snakes, the prophetess tossed him a lump of honey and drugged meal to make him drowse[1].

    De bedoeling van Dante komt hier eens te meer op het voorplan. Hij wil Homerus en Vergilius evenaren met zijn Divina Commedia, (en niet alleen evenaren) en zich bewegen in de voetsporen van de traditie. Zoals Homerus en Vergilius als bewaker van de Hel, Cerberus gekozen hebben, zo plaatst ook Dante de hond met de drie hoofden aan de ingang van de derde cirkel.
    Als eerste van de verdoemden ontmoeten ze er Ciacco, een gulzigaard, tijdens zijn aardse leven een inwoner van Firenze. Deze herkent Dante en beschrijft hem de komende evolutie in Firenze, om hem dan te vragen:

    Als je terug zult zijn in de zoete wereld vraag ik je mijn naam te herinneren aan de anderen en nu zeg ik niets meer en zal ik je ook niet meer antwoorden.[2]

    en Dante aankijkend valt hij neer in de glibberige massa zielen. Waarop Vergilius, die alles weet, de Vergilius met een ongebreidelde verbeelding, tot Dante zegt :

    Pas met het geluid van het bazuingeschal van de engelen wanneer hij de vijandige machthebber (Christus) zal zien, zal hij zich weer oprichten [3].

    Elke ziel zal dan zijn triestig graf opzoeken, zijn eigen aardse vlees en vorm aannemen en zijn eeuwige verdoemenis aanhoren.[4]

    Dante doet alsof hij niet de minste notie heeft over theologie; datgene wat hij verlangt te weten vraagt hij aan zijn gids die uitzonderlijk goed op de hoogte is en een antwoord heeft op alle vragen. Hier ook blijkt alles nieuw te zijn voor hem. Wel wetende nochtans dat het zo opgetekend staat in de geschriften wenst hij toch de vraag te stellen, opdat het antwoord van Vergilius, zijn gids in alles, zou komen en terwijl ze verder gaan in de regen, over de afzichtelijke mengeling van zielen onder hun voeten, vraagt Dante of de zondaars, eens verenigd met hun lichaam, evenveel of meer zullen lijden dan voorheen. Vergilius verwijst naar wat Dante hierover moet gelezen hebben:

    Keer terug naar je kennis die wil dat de zielen, na met hun lichaam te zijn hererenigd, perfecter zullen zijn en hoe perfecter iets is, des te groter de smart.[5]

    Vergilius bedoelt hiermee dat Dante terug moet keren naar wat Aristoteles en Thomas van Aquino hem geleerd hebben. Maar ik kan toch moeilijk aannemen dat Dante geloven kon dat het rottende lichaam of wat er nog van overblijven kon na enkele eeuwen, de ziel zou gaan vervoegen bij het bazuingeschal van het Laatste Oordeel.
    Ik denk aan Paolo en Francesca, wat zal er met hen nog steeds in de Hel, gebeuren eens ze hun lichamelijke, jeugdige vormen zullen herwonnen hebben; zullen ze verder de liefde bedrijven zoals ze het deden tijdens hun aardse leven en zal hen dit als een nieuwe zonde worden aangerekend, of zal er geen hunker naar enige liefde, zoals deze hier nog immer in de Hel schijnt te bestaan, in hen aanwezig zijn; en wat de gulzigaard Ciacco betreft zal hij, eens in de vorm van zijn aardse lichaam gekropen, zich kunnen gewachten overdadig te eten?


    [1] The Aeneid, book VI, 566-569).
    [2] Ma quando tu sarai nel dolce mondo, / priegoti che alla mente altrui mi rechi: più non ti dico en più non ti rispondo. (canto VI: 88-90)
    [3] … Più non si desta / di qua dal suon dell’angelica tromba / quando verrà la nimica podesta. (canto VI: 94-96).
    [4] Ciascun rivederà la trista tomba, / ripiglierà sua carne e sua figura,/ udirà quel che in eterno rimbomba./(canto VI: 97-99).
    [5] … Ritorna a tua scienza, / che vuol, quanto la cosa è più perfetta,/ più senta il bene, é cos la doglienza. (canto VI: 106-108)

    25-07-2014, 07:25 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    24-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Vijf (4)



    Het probleem van de Dante die veroordeelt en medelijden toont met de veroordeelden, moeten we aanvaarden, want diverse Dantes treden tezelfdertijd op. In de eerste plaats de maker Dante, die, zogezegd teruggekomen is van zijn tocht door Hel, Vagevuur en Hemel en met de hulp van zijn Muzen neerschrijft wat hij zag en hoorde en, wat Vergilius, die ook Dante is, wist over dit alles. Maar dit schrijvende kan hij niet anders dan medelijden hebben met de personen in de Hel die hij ontmoet en hij laat dit voldoende blijken. Dit is de Dante, de echte, de schrijver van de Divina Commedia die we in ons hart dragen.
    En we laten ons overtuigen als hij schrijft: giustizia mosse il mio alto fattore (canto III, 4), rechtvaardigheid bewoog mijn hoge maker, en het is dezes beslissing die hij aanvaardde en beleefde op een voor elk van ons normale wijze. 

    Maar, beste Dante, in heb verwarrend nieuws voor jou, dat al enkele tijd (jaren) in mijn schuif lag, een voor jou toch wel groot bericht, alhoewel het je, gelukkig, weinig deren zal, een knipsel uit La libre Belgique :” Le Vatican signe la fin des limbes”.
    Les théologiens du Vatican ont convenu après plusieurs mois de réflexion (eeuwen zeker!) que les limbes n’existaient pas et que les petits enfants morts sans baptême allaient directement au paradis…Le texte a été adopté par la commission avec l’accord du pape Benoît XVI… En précisant toutefois que les conclusions n’ont pas valeur de dogme.

    L’absurdité du non sens, Dante. Weg je logisch bedacht Voorgeborchte. Echter geen woord over Hel, Vagevuur of Hemel deze blijven behouden al was het maar op papier, maar ik vermoed dat deze ook geleidelijk zullen opgeslorpt worden door de tijd eens ze begrepen zullen hebben wat vers 3, 19 van Genesis inhoudt. Weet evenwel dat hoe verder we ons in de tijd verwijderen van je Commedia, des te sensationeler deze worden zal. Pas dan zal je werk naar waarde geapprecieerd worden en gelezen als een Unicum in de wereldliteratuur.
    Geen Voorgeborchte meer, geen Arcadia, je vijf dichters en je grote filosofen zullen toch niet in de Hel terechtgekomen zijn, dat kunnen noch Paus, noch Concilies ooit gewild hebben.

    24-07-2014, 06:54 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    23-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Vijf (3)




    William Blake heeft de wervelende lichamen van Paolo en Francesca op een schitterende wijze geschilderd, met aan hun voeten de gevallen Dante en de toekijkende Vergilius.
    Waarom dit grote medeleven van Dante die als dood neervalt bij het aanhoren van de geschiedenis van Francesca en Paolo. Heeft het iets te maken met zijn door de dood verbroken band met Beatrice, is het daarop dat hij aludeert. Of, is het de noodzaak van het rijm op pietade dat hem als een dode vallen deed: e caddi come corpo morte cade ? De lezer, die ik ook ben, kan enkel gissingen formuleren.
    Met Dante weet je nooit. Keren we bijvoorbeeld terug naar versregel 103. Een vreemde zin: Amor che a nullo amato amar perdona.
    Mijn vertaling tracht zo goed mogelijk aan te sluiten bij de woorden van Dante: Liefde die aan geen enkele beminde het beminnen vergeeft.

    Veelbetekenend voor de intensiteit, gevatheid en gecondenseerdheid van Dantes woorden zijn de vele vertalers van de Commedia die hun toevlucht nemen tot een omschrijving om hogervermelde versregel te vertalen:

    Pézard: Amour qui onque à l’aimé ne fait grâce d’aimer aussi;
    Sayers: Love that to no loved heart remits love’s score;
    Risset: Amour qui ne consent à nul aimé de ne point réaimer;
    Portier: Amour qui a l’aimé ne fait grâce d’aimer;
    Magugliani: Amor, che non consente che chi è amato non riami;
    Van Dooren: Liefde die niet toestaat dat iemand die bemind wordt op zijn beurt niet bemint.

    Het is Dante, die denkend aan Beatrice, zijn eigen woorden in de mond van Francesca legt: de liefde, zegt ze, laat niet toe dat de Paolo die zij bemint, haar zou beminnen.
    Ik veronderstel dat Dante dit verhaal zelf heeft opgebouwd uit de weinige gevens die hij bezat of had gehoord over het koppel en dat hij het is die de idee van het boek en de kus in het boek, heeft uitgedacht. Om deze reden al vind ik het een groot verhaal. Velen zijn er door getroffen geweest en Borges ook geeft zijn visie op canto V: 121-141 , in een van zijn negen ‘ensayos’, met als titel ‘El verdugo piadoso’, de genadige beul, waarin hij stelt:
    Niemand twijfelt eraan dat het Dante is die Francesca in de Hel plaatst en met een oneindig medeleven het verhaal van haar schuld aanhoort. Hoe deze tegenstrijdigheid te milderen en hoe te rechtvaardigen[1]?
    Borges heeft hiervoor vier ‘conjeturas posibles’, vier veronderstellingen, waarover ik niet wens uit te weiden, maar toch dit:

    De eerste en de derde conjeturas zijn technisch en hebben te maken met de aard van het verhaal. Dante heeft de algemene vorm van zijn Commedia bepaald en gevoeld dat dit zou kunnen leiden tot een topografische beschrijving en een opsomming van de verdoemden wat vervelend zou overkomen daarom heeft hij voor elke cirkel in de Hel, een personage voorzien die zijn verhaal doet. Borges haalt Lamartine aan die dit ‘une gazette florentine’ genoemd zou hebben. Maar hij die het volgens Borges juist zag was Benedetto Croce in zijn ‘La poesia di Dante’: Dante als theoloog, als gelovige, als ethisch mens, veroordeelde de zondaars, maar als gevoelsmens wilde hij noch veroordelen noch vergeven.
    In zijn tweede veronderstelling, verwijst Borges naar Jung en dezes onderscheid tussen literaire vindingen en onirische. Dante, zich spiegelend aan zijn liefde voor Beatrice, droomde de pijn van Francesca, en heeft medelijden met het verhaal dat hij droomde. En Dante is onze droom nu en we aanvaarden wat hij schreef, zelfs zijn vallen als een dood lichaam.

    Ik zelf heb de aftakeling meegemaakt van mijn broer, de laatste dagen van zijn leven. Ik was er zo mee begaan en het hield me in dergelijke mate bezig dat ik de twee laatste dagen van zijn leven een tiental gedichten heb geschreven over zijn heengaan. Ik heb hem de getypte bundel gegeven één dag voor zijn vertrek (avant de rendre l’âme au propriétaire de son âme). Hij heeft de gedichten gelezen met tranen in de ogen. Maanden erna heb ik die gedichten met tranen in de ogen herlezen. Tranen omwille van een tekst die ik zelf geschreven had, wat is er verkeerd aan.
    Is het zelfs niet normaal dat men bewogen wordt door wat men leest wie het ook moge geschreven hebben, want is het niet zo dat wat geschreven staat, van elk van ons is en niet alleen van hij die het schreef of van hij waarover geschreven werd?

    En schreef Borges niet in La Cifra (1981):
    El que lee mis palabras està inventàdolas. Hij die mijn woorden leest is hij die ze bedenkt.



    [1] Dante (nadie lo ignora) pone a Francesca en el Infierno y oye con infinita compasión la historia de su culpa. ¿ Como atenuar esa discordia, como justificarla?(pag.113).

    23-07-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Vijf (2)



    Zodra de wind de twee zielen in hun richting joeg vroeg Dante hen, even met hem te komen spreken.

    En zoals duiven, bewogen door het verlangen, met wijdopen vleugels naar hun nest toe zweven, verlieten ze de schare waarin Didone(!) zich bevond, om door de onheilspellende lucht naar ons toe te komen [1].

    En het is Francesca die het verhaal doet aan Dante en het is met Dante en zijn Francesca in mij, dat ik het verhaal hier overneem.

    O, lieve en welwillende levende die ons hier in deze duistere luchten komt bezoeken, wij die de aarde besmeurden met ons bloed, ware de koning van het Universum onze vriend, we zouden hem bidden u vrede te schenken, omdat u medelijden toont met onze afschuwelijke toestand.
    Van wat u graag wil horen en spreken, zullen wij horen en spreken tot u, zolang de wind, zoals hij nu is, zwijgt. [2]

    En de woorden in de mond van Francesca zijn de woorden van Dante:

    Liefde, die aan geen enkele beminde het beminnen vergeeft maakte dat hij me z beviel dat, zoals u bemerkt, hij me nog niet heeft verlaten. De Liefde leidde ons naar een zelfde dood: Caïn wacht op hem die ons van het leven benam. [3]

    Toen ik begreep hoe ongelukkig deze zielen waren sloeg ik de ogen neer en bleef ik in deze houding tot Vergilius me vroeg : ‘Waaraan denk je? Toen ik antwoordde begon ik:
    helaas, hoeveel zoete gedachten, hoeveel verlangens brachten hen tot dit smartelijk gebeuren?
    [4]

    En vervolgens wendde ik me weer tot hen met deze woorden:
    Francesca, je smarten brengen me van droefheid en medelijden de tranen in de ogen. Maar vertel me, hoe in tijden van zoete verlangens het gebeurde en hoe liet de liefde toe dat je je twijfel-gevoelens hebt leren kennen”?

    Geen groter verdriet dan de herinneringen aan de tijden van geluk in momenten van smart. Dat weet uw meester.[5]

    Maar als u zo verlangt het prille begin van onze liefde voor elkaar te kennen, dan zal ik het doen als iemand die weent en spreekt. Op een dag lazen we voor ons plezier over Lancelot en de liefde die hem beving; we waren alleen in de kamer en hadden niet het minste vermoeden. Meermaals gebeurde het echter dat bij het lezen onze ogen elkaar ontmoetten en dat we verbleekten.
    Maar één passage was er die ons te machtig werd, toen we lazen dat de begeerde mond
    [6] gekust werd door de minnaar, toen kuste hij die nooit van mij gescheiden wordt, bevend mijn mond. Koppelaar was het boek en degene die het schreef: en die dag lazen we niet verder.[7]

    Maar, vraag ik me nu af, Chrétien de Troyes lezend, weten ze dat ze op elkaar verliefd zijn, maar wie of wat zette de auteur er toe aan een boek te schrijven over de geschiedenis van Lancelot en Ginevra en wie was het die het boek in hun handen had gelegd? Niets of niemand anders dan de verwevenheid van kleine feiten en gebeurtenissen die in en over elkaar bewogen en maakten dat geschiedde wat geschieden moest.
    En Dante:

    Terwijl de ziel dit vertelde weende de andere zo dat ik diep ontroerd door dit verhaal, het bewustzijn verloor alsof ik stervende was. En ik viel zoals een dood lichaam valt.[8]



    [1] Quali colombe, dal disio chiamate, / con l’ali alzate e ferme al dolce nido /volan per l’aer dal voler portate; / cotali uscir della schiera ov’è Dido,/ a noi forte fu l’affettuoso grido. (canto V: 82-87)
    [2] Di quel che udire e che parlar vi piace,/ noi udiremo e parleremo a vui, mentre che il vento, come fa, si tace. (canto V: 94-96).
    [3] Amor, che a nullo amato amar perdona / mi prese del costui piacer s forte,/che, come vedi, ancor non m’abbandona / Amor condusse noi ad una morte:/ Caina attende chi vita ci spense. (canto V: 103-107).
    [4] Quando risposi, cominciai:”Oh lasso!/ Quanti dolci pensier, quanto diso / men costoro al doloroso passo! (canto V: 112-114).
    [5] E quella a me:” Nessun maggior dolore / che ricordarsi del tempo felice / nella miseria; e ci sa il tuo dottore./ (canto V: 121-123).
    [6] Il disiato riso, wat we vertalen door de begeerde lach. Terwijl Dante hier riso gebruikt wellicht omwille van het rijmen met diviso van vers 135.
    [7] Questi, che mai da me non fia diviso,/ la bocca mi baci tutto tremante./ Galeotto fu il libro e chi lo scrisse: / quel giorno più non vi leggemmo avante.” (canto V: 136-138). (Galeotto is een koppelaar in het Italiaans. Het boek en hij die het schreef waren koppelaars).
    [8] Mentre che l’uno spiro questo disse,/ l’altro piangeva s, che di pietade / io venni men cos com’io morisse; / e caddi come corpo morto cade.( V:139-142)

    23-07-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    22-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Vijf (1)



    Dante en Vergilius verlaten de vier dichters en dalen af naar de tweede cirkel die weliswaar kleiner is maar des te meer gevuld is met kreten van pijn en smart. Het is hier dat Minos regeert, Minos die met een grote grijns de zielen opwacht, de fouten aanhoort en oordeelt als kenner van de zonden

    En met zijn staart die hij omheen hun lichaam slingert, het aantal cirkels aanduidt tot waar de ziel moet afdalen.[1]

    Na een discussie met Minos die verbaasd is een levende te zien en de repliek van Vergilius dat Dante niets in de weg mag worden gelegd want dat het de wil is van hierboven, waar een eenheid is tussen willen en kunnen, komen ze aan op de plaats waar de zondaars van de liefde zich bevinden. Het is een plaats die zonder enig licht is en waar de wind loeit zoals de stormwind die op de golven beukt, een orkaan die de zielen meesleurt in oneindige wervelingen. Dante begrijpt dat zij die hier gefolterd worden,

    de zondaars zijn van het vlees dat hun verstand verblindt[2].

    Het is hier dat Dante schittert door zijn metaforen. Het keren en wentelen van de zielen vergelijkt hij met de kolkende winden tijdens een storm op zee en nog met een jacht spreeuwen in de herfst die in een dwarrelende wolk de luchten worden ingedreven lijk

    kwade geesten, naar hier, naar daar, naar beneden, naar boven, meegevoerd,[3]

    zonder ooit enige hoop op een mildering ervan. En het geweeklaag van de zielen vergelijkt Dante met de klaagroep van de kraanvogels op één lijn hoog in de lucht.
    Hij vraagt wie deze zielen zijn die hier op dergelijke wijze worden gestraft, en het antwoord van Vergilius.

    De eerste waarvan je nieuws wilt hebben was keizerin van vele talen, ze was zo gedompeld in de zonde van het luxeleven dat ze in haar wetten elk genot veroorloofd maakte om de schande die over haar hing te bedekken. Het is Semiramis over wie men leest dat ze de vrouw was van Ninus en hem daarna opvolgde. Ze heerste over het land dat nu bestuurd wordt door de sultan (il Soldan).[4]

    Wat geweten is over Semiramis, de eerstgenoemde, staat geschreven in het boek van Orosius, in zijn ‘Adversus Paganos’, zijn Geschiedenis tegen de Heidenen, een boek dat aanvangt met de schepping van de wereld en, schrijft Jacqueline Risset: ‘le premier nom de païen qu’il signale, dans les temps les plus reculés de l’histoire de l’humanité, est celui de Semiramis’.
    Van haar was geweten dat ze incestueuse betrekkingen had met haar zoon. Ze kondigde af, om zich in te dekken, dat ouders met hun kinderen alle betrekkingen mochten hebben die ze ook maar wensten.
    Na de poëten, filosofen en geleerden die Dante in het Voorgeborchte ontmoette, is Semiramis de eerste zondares die bij naam genoemd wordt. Want, van haar staat te lezen in oude verhalen dat haar zondig leven al de zonden van de overigen overtreft. En Vergilius noemt de anderen: Dido die bewogen door liefdesverdriet zich zelfmoordde; Cleopatra, Helena, Paris, Tristan, allen slachtoffers van de liefde.

    ‘Ik zag Paris, Tristan…’ en hen noemende toonde hij met zijn vinger meer dan duizend schaduwen die de liefde uit het leven had weggerukt.[5]

    Dante is uiterst verbaasd al deze vrouwen en helden uit vroegere tijden te horen vernoemen en dan wordt hij geïntrigeerd door een paar geesten die, meegevoerd door de wind, samen de luchten doorkruisen. Hij wil weten wie deze zijn en Vergilius zegt hem dat hij hen, in naam van de liefde, zelf vragen moet om dichterbij te komen.
    Het is een van de prachtige passages uit de Divina Commedia, de geschiedenis van Francesca en Paolo die verliefd waren op elkaar zonder er zich rekenschap van te geven[6].



    [1] Cignesi con la coda tante volte /quantunque gradi vuol che giù si messa.(canto V: 11-12). Risset pag.129 schrijft hierover: Minos est dans l’Enfer dantesque comme dans la tradition antique, juge des Enfers.
    [2] …i peccator carnali / che la ragion sommettono al talento.(canto V, 38- 39).
    [3] …spiriti mali, / di qua, di là, di giù, di su, li mena. (canto V: 42-43)
    [4] “La prima di color di cui novelle / tu vuo’ saper”, mi disse quegli allotta, “fu imperadrice di molte favelle. / A vizio di lussuria fu srotta / che libito fe’ licito in sua legge,/ per trre il biasmo in che era condotta./ Ell’è Semirams, di cui si legge/ che succedete a Nino e fu sua sposa;/ tenne la terra che il Soldan corregge». (Canto V: 52-60).
    [5] “ Vedi Paris, Tristano…; e più di mille / ombre mostrommi, e nominommi, a dito / che amor di nostra vita dipartille». (canto V: 67-69).
    [6] Hun liefde was echter een onmogelijke liefde gezien Francesca de vrouw was van de broer van Paolo. Maar op een dag, samen de geschiedenis lezend van Lancelot, realiseren ze zich plots wat ook in hen levend is als ze ontroerd lezen dat Lancelot zich over Ginevra buigt en haar kust. Hun liefde wordt hun ongeluk want in hun liefdesspel worden ze verrast door de echtgenoot van Francesca en beiden door hem gedood.

    22-07-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs