Uit een manuscript dat onvoltooid wijken moest voor Dante:
Ze namen afscheid op de binnenkoer. Lucas startte de wagen en reed in een brede zwaai omheen het perk verwilderde rozen. Ter hoogte van Ugo gekomen stopte hij en zegde door het open raam: Je hebt volkomen gelijk, de eerste zin uit Johannes is wellicht de meest belangrijke zin die ooit onze westerse gedachtenwereld is binnengebracht: in den beginne was het Woord of, in den beginne was de Geest, is een slagzin waar ik mee leven kan. Ugo, salut, mijn dag is goed en je hebt hier een schitterend domein. Ugo wou antwoorden maar Lucas was al weg, hij stak nog even zijn arm omhoog en reed weg onder de torenpoort de lange eikendreef in. Ugo volgde hem, zag hoe hij vertraagde bij de overweg, zag hoe hij de bocht nam en geruisloos wegschoof tussen de rozenvelden.
De grote stilte van het huis die de woorden had opgenomen en verwerkt: En het Woord was met God en het Woord was God. Een wereld van gebeurtenissen welfde over hem, en hij dacht: Het is goed dat je weet dat alles ontstaan is uit de Geest, leef ernaar en niets kan je overkomen. Hij ging binnen in de schemerhall, de tafel tegen de muur met de vaas witte rozen, die zij was of die hij wou dat zij zou zijn. De kamer met de wijdopen haard en de rijen boeken tegen de wand en op de tafel, en alle dingen wisten hem te zeggen dat het goed was dat hij wist dat in den beginne het Woord was en, dat hij, Ugo, ontstaan was uit het Woord, zodat hem niets kon overkomen, zelfs de dood kon geen vat hebben op hem. Er was het boek, Mort voici ta défaite, dat hij wist staan in de rij boeken, maar wat erin verkondigd werd, dat elke elektron van zijn lichaam houden zou al wat hij wist en hield, en een kopie zou zijn van de persoon die hij was, scheen hem hoogst twijfelachtig toe. Maar je weet nooit, het leven is zo fantastisch dat de idee van Jean Charon wel een graad van waarheid zou kunnen inhouden. Al wat hij las in verband met de structuur van het atoom en al wat er mede verband hield, de wereld van het onzichtbare dus, was de enige wereld van de diepere realiteit der dingen, wees in die richting. Het kon dus weinig anders dan dat we grotendeeld beheerd worden door de wereld van het onzichtbare, zelfs al is dit heel onduidelijk. Het was hierover dat hij gesproken had met Lucas, die hem waarschijnlijk niet volledig had gevolgd omdat hij wellicht te onduidelijk zich had uitgedrukt of, omdat hij te veel had willen zeggen met te weinig woorden, wat ook verweten werd aan Mozart: too many notes, my dear Mozart. Laat het, dacht hij, laat de avond komen en laat mijn begeestering het halen, maar in de donkere holte van de gedoofde haard wachtte hem de eenzaamheid, hij zou er niet aan toegeven, toch nu niet.
|