Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    19-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De planeet Jupiter in de morgen.


    Er is wel altijd een planeet voor het venster als ik slapen ga of als ik wakker word. Vandaag, leert me mijn Sterrengids, is het in het zuiden, Jupiter die aan het opschuiven is naar het zuidwesten; een aanwezigheid die als ik er lang naar kijk de indruk laat dat hij weet dat ik kijk naar hem. Het is  een lichtpunt op het doek van de luchten, een punt dat nu een naam heeft, in feite een enorme massa, een bol die daar hangt en gezapig zijn weg aflegt om de zon, met een even grote preciesheid als deze van de aarde.


    Het beeld situeert me. Het beeld zegt me wie ik ben en wat ik maar ben: slechts wat mier of minusculer nog, ware het niet dat ik weet wat ik maar ben, en dat ik denk dat ik evenveel ben als Jupiter, zo niet meer, precies omdat ik weet, en wetende schrijf ik. Maak ik gebruik van iets dat ik bezit en wellicht niet Jupiter, al weet ik dit niet met absolute zekerheid, wel van mezelf weet ik het. En dat is het fenomenale: ik weet en wat ik weet zet me aan tot schrijven, een ander fenomeen dat me toelaat om wat ik weet, wat ik denk, om te zetten in leesbare tekens.


    Jupiter hangt daar maar te bewegen naar, meegezogen door de aantrekkingskracht van de zon en deze geankerd in haar sterrenstelsel, een ander fenomenaal iets van een totaal andere orde, maar iets dat is, dat vaststaat, iets onoverzichtelijk, zo onoverzichtelijk dat we er niet meer naar opkijken, dat het geen verwondering meer wekt. Trouwens waarom zou het? Het is, en al wat is, is er zonder meer.


    Ik kan dan ook zeggen dat ik er ben, zonder meer, want wie of wat ben ik, gezien van op welk punt ook in het sterrenstelsel, van welk punt op de zon, of van welk punt op Jupiter? Wel, ik ben niets, ik ben nada, niets in het veelvoudige van het niets.


    En toch, en toch beeld je in, is er in dat niets van het niets, iets dat de totaliteit van al wat is overschouwen kan, er een idee heeft, en van de nietigheid van zijn lichaam en tezelfdertijd van de ontzaglijkheid van de geest in of over hem. Alsof hij, en ik wik mijn woorden, gebruik zou kunnen maken van de geest die het Universum is.


    En dit is iets dat Jacques Monod over het hoofd heeft gezien in zijn ‘Le hasard et la nécessité’, waarin hij het heeft over het toeval dat de mens is, ‘un lot sorti à Monte Carlo’. Wat de realiteit, het uitzicht van de mens zelf betreft, kan het dat hij gelijk heeft, het deert me niet, maar dat de geest waarin we zijn ondergedompeld en waarover we beschikken, een toeval zou zijn dat betwijfel ik ten zeerste.


    Integendeel als we er zijn dan is het omdat we gewild waren er te zijn, dan is het alsof alles, zegge het ganse Universum er is, en de mens er is, omdat de geest in het Universum - en die moet er zijn - een uitweg wou, en dus niet anders kon dan een uitweg te zoeken.


    Bedenkingen die ik vastknoop aan de planeet Jupiter. Ware die er niet geweest deze morgen, ik zou niet hebben geschreven wat je  nu gelezen hebt.


    Zo alles heeft zijn reden.


    19-07-2018, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    18-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat ik hen achterlaat


     

    Hoe het was en wat ik nalaat aan de achterkleinkinderen: Amaury en Bastièn, Lucca en Liam, Alexia en Lou, ook aan Jane.


    Ik was op weinig na jullie ouderdom, misschien iets ouder, maar veel ouder was het niet, toen ik met ‘mijn’ grootmoeder, op een dag in volle zomer, zoals het nu zomer is, barrevoets door de velden liep, langs een holle weg.


    De bermen langs beide kanten begroeid met heide, met thymus en salie, met ereprijs en herderstasje, met boterbloem en margriet en andere, waarvan ik de naam niet kende. En wat me vooral is bij gebleven van die wandeling, is de geur van thymus, is het gezoem van bijen en van vliegen, zijn de kleuren van de vlinders, en er waren er vele toen.


    Ik hield haar hand stevig vast - zoals jullie nu mijn hand zouden houden - en wandelde met haar tot een kleine stenen kapel midden in de bloeiende korenvelden, waar ze bidden ging om verlost te worden van een pijn of een zorg  die ze me niet vertelde. Ze bad het eerste dat ik kende, een Onze Vader en een Wees Gegroet, gezeten op een houten bank voor de kapel, starend naar het vlammetje van de kaars die ze had aangestoken.


    Ze bad met haar hart en er was een leeuwerik, die zingend opsteeg uit het koren om dan plots, hoog in de lucht, waar hij hangen bleef, stil te vallen.


    Dit was van het kind dat je overgrootvader ooit was. Niets van toen blijft er nu van over. Noch de thymus, noch de bijen, noch de vlinders, en zeker niet de leeuwerik en zijn gezang. Misschien is er nog het kapelletje in de velden, vergeten en vervallen.


    Nog niet zo lang geleden, maar voor dat jullie geboren waren, heb ik dat stukje weg door de velden nog eens opgezocht. Het was geen holle weg meer, er groeide geen heide meer, geen salie, geen thymus er was alleen de wind en de grote stilte van het verlaten land, met wat duiven erover en wat kraaien.


    Er was ook, wat ik me herinner van toen, de boomgaard van grootmoeder en grootvader met de kweeperenboom en de mispelaar. Ook een tuin die afgesloten was voor de kippen op de boomgaard. En op een dag was ik in die tuin gegaan en had ik achter mij het hek open gelaten toen ik weg ging, en onmiddellijk erna waren de kippen binnen en hadden ze al de mooie groenten opgepikt.


    Maar ook van de tuin en de boomgaard blijft niets meer over. Geen appelaars, geen perelaars ook geen notelaar, alles was leeggehaald, bebouwd, begroeid met wat sparren; maar geen meidoornhaag meer met vogelnesten, geen kerselaar, geen pruimelaar met witte en roze bloesems in de lente, met bijen en wespen en kevers en vlinders en vliegen en meesjes en vinken en merels en kleine en grote lijsters. En geen afgevallen appels op de grond, geen peren, geen vuistdikke pruimen.


    Geen grootvader die zijn pijp rookte tegen de notelaar geleund. En ook geen verhalen meer van grootmoeder, geen liedjes meer, geen wafelen, geen pannenkoeken, geen confituren meer, geen water van de pomp  buiten.


    En geen kinderen meer die in korte broek, zo zomer als winter, en met klompen aan de voeten, twintig minuten te gaan hadden tot de dorpsschool en twintig minuten om naar huis te gaan middagmalen en twintig minuten om terug naar school te gaan en terug twintig minuten om in de namiddag thuis te komen, bij moeder én, in de winter, te gaan glijden op het ijs van de overstroomde weiden. De stemmen klaar en helder en vuurtjes aangestoken als er ooit iemand met de voeten door het ijs was gezakt.


    De wereld van jullie nu, een oneindigheid ver af.


    En toen ik elf, twaalf jaar was, de boeken die ik las - er was geen televisie - De Witte, Wannes Raps, Robert en Bertrand, Vijf weken in een Luchtballon, of Twintigduizend mijlen onder zee, of Vlaamse Filmkens. Wat blijft er nog over van al dat er was en niet meer komen zal, een straat zonder auto’s maar met boerenkarren, getrokken door boerenpaarden, of een jonge knaap die om zes uur ’s morgens, de kannen melk wegvoerde op een klein karretje, getrokken door de hond, naar de melkerij, om daarna naar school te gaan in winter en in zomer en in de herfst als de noten te rapen lagen op de weg, of de rapen vol waren op het veld en fazanten opvlogen voor ons voeten, als we het waagden een raap te nemen en te pellen om al gaande of al lopende, op te eten zoals het hoorde in die tijd.


    Jeugd, waarom heb ik er geen verhaal over geschreven hoe het was en hoe het niet was, zoals Ernest Claes het zo schitterend heeft gedaan, maar vandaag, wie leest hem nog? 


    En het grote moment als ik er nu aan denk, de schoolmeester, Van Oudenhove heette hij, die op het einde van het schooljaar, als alles geleerd was wat moest geleerd, ons vergastte op het voorlezen van ‘De Witte’, of van de ‘Michael Strogoff’ van Jules Verne.  


    En jullie, wat gaan jullie te vertellen hebben, aan jullie achterkleinkinderen, eens tachtig jaar en meer, verder in de tijd?



    18-07-2018, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    17-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Leielandschap


     

    Een vriend schreef me, blakend van enthousiasme, over de Leie, over l’Auberge du Pêcheur in Sint-Martens-Latem, over het Museum Dhondt-Dhaenens en over het Stedelijk Museum van de Leiestreek in Deinze. En dan vooral over de schilderijen die hij er gezien had, in het bijzonder, vond hij, twee landschappen van Constant Permeke in Dhondt-Dhaenens., twee hoogtepunten van al wat er te zien was.


    Persoonlijk  kies ik nog altijd het realistisch schilderij, de ‘Bietenoogst’  van Emile Claus in het museum van Deinze. Niet alleen, en zeker niet, omwille van de afmetingen ervan, maar omdat het een schilderij is die me herinnert aan mijn jeugdjaren op het land, een kille morgen op het einde van de herfst.


    Hij trof in elk geval bij mij een zeer gevoelige snaar, omdat ik die plaatsen aan de Leie en die musea ken en in mijn hart draag, want ik verbleef er een lange tijd.


    Ik schreef er aan de Leie mijn eerste blogs die doordrongen waren van mijn verblijf aldaar, van het licht aldaar en de innigheid van het Leie landschap dat ik heb beleefd zo in de winter als in de lente als in de herfst en de zomer. Het landschap was in mij gegroeid en is er nog altijd aanwezig met een zelfde hevigheid als de zee in San Juan-Alicante, als de bergen van de Valais, als de Highlands in Schotland, als de plaats waar ik geboren ben en opgegroeid.


    Vraag me niet welke mijn voorkeur heeft; vraag me ook niet welke ik het meest mis. Ik heb in elk van die plaatsen mijn tenten opgeslagen om er te zijn en er te blijven. Alle vormen ze een geheel waar ik regelmatig heen kan reizen, waar ik uitgebreid zou kunnen over schrijven alsof ik er deel van zou zijn.


    Zo leven we, enerzijds zijn er de plaatsen waar we waren, anderzijds zijn er de vrienden en de kennissen, is er het gezin en de familie, en over alles heen en ermee verweven zijn er de boeken; dit alles maakt deel uit van het geestelijk landschap waarin we ons bewegen.


    Het trof me te lezen hoe een vriend er over schrijft. Het sterkte me in het beeld dat ik er aan overhoud en het is met een zekere weemoed dat ik denk aan de Leiebocht waar ik elke zondagmorgen, tijdens het joggen, samen met een vriend even stilhield om uit te kijken over de beemden, de huizen met de kerk aan de einder, soms met de reiger op de oever aan de overkant, soms met de vlier in bloei in de lente of geladen met de bessen in de zomer. Een paar ogenblikken dat we er stonden, samen. Ogenblikken die zich hebben vastgehecht in onze genen, in de poriën van onze huid en die we niet nodig moeten merken met ‘una ajada violeta’ zoals Borges.


    Ik weet dat die andere vriend met wie ik daar stond, deze woorden lezen zal, dat hij zal weten welke band van vriendschap hierdoor - en door heel wat andere momenten - tussen ons beiden is ontstaan, maar de band gesmeed door de meanders van de Leie is van een heel bijzondere aard.


    En jij, mijn vriend, die de twee landschappen van Permeke het hoogste achtte van wat je er zag, ik geloof je als je dit schrijft, want je bent zelf schilder en je weet hoe moeilijk het is een landschap vast te zetten binnen de omlijsting; hoeveel inzicht en vakmanschap er vereist is opdat je, als toeschouwer, zelf verdwijnen kunt in het landschap, jij erin opgelost, jij het landschap zelf zijnde.


    Het is Permeke die dit kon in zijn beste werken, jij hebt er het oog voor om tot dit besluit te komen.


     


    17-07-2018, 07:05 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    16-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Teriugblik 2


     

    Je vergeet heel wat in dit leven, je vergeet zelfs, schrijft Jorge Luis Borges:


    Notas que no leeran los pocos días / que me quedan…/ un libro y en sus pàginas la ajada violeta, / momento de una tarde / sin duda inolvidable y ya olvidado. 


    Nota’s die ik niet meer lezen zal de weinige dagen die me nog resten. Een boek en tussen de bladen ervan een gedroogd viooltje, een moment in een namiddag om zonder twijfel nooit te vergeten en toch vergeten’[1]. 


    En het is zo van wat je terugvindt in een boek van vroeger als je erin bladert: een klavertje vier, een takje dwergvaren. Je herinnert je niet meer waar je het vond of plukte en, waarom je het bewaarde, maar wat of wie je niet vergeet zijn de vrienden van vroeger, vooral dan zij van het eerste uur die een grote impact hebben gehad op je geestelijke, zelfs literaire vorming: een Jan De Win die vroeg de Bank verliet voor het Rekenhof maar je ‘Elias of het Gevecht met de Nachtegalen’ van Maurice Gilliams heeft leren kennen, een boek dat je bent blijven lezen; een Jacques Roelandts en een gesprek met hem, in een chalet in de bergen, een avond onder de sterren, toen hij je sprak over zijn metafysische visie op Jezus; een Michel Jamar die een Brandenburgs concerto van Bach liep te neuriën als je met hem, na het middagmaal, op het dak van de Bank, op en neer wandelde en hij je tussendoor onderhield over Robert Musil en ‘Der Mann ohne Eigenschaften’; een Marcel Demaret die je ‘goeroe’ werd wat de boeddhistische leer betrof, voor een tijdje dan toch. 


    En, als ik verder ga, zijn er vele anderen om te noemen die een invloed hebben gehad op mijn vorming, want eigenlijk wist ik niet zo veel toen ik, als negentienjarige in de Bank binnenkwam. Na de oorlog en kort daarna, in de jaren ’45 en ’46, waren voor mijn ouders de mogelijkheden te beperkt, zodat ik autodidact ben geworden wat de kennis van economie en financiën betreft. 


    Zo beken ik, op deze wijze, ootmoedig dat de Bank, mijn werkterrein, me heel wat, niet alleen professioneel maar ook spiritueel heeft bijgebracht, en dit, dankzij de velen die ik er leerde kennen en die vrienden werden. Zij ook hebben er ruim toe bijgedragen dat ik werd wie ik ben, een man met een blog.  


    En, in feite, als ik er hier over spreek, is het enkel omdat ik hen, zo ze nog in leven zouden zijn, met mijn blog hoop te kunnen bereiken. Ik schreef dit al eens, want, na al die  blogs die ik de wereld heb ingestuurd is er maar één onder hen die is opgedaagd, Paul Génie. Die ik hier met deze woorden een warme groet breng. 


    Ondertussen, blijven de vele herinneringen aan hen en aan de vele vrienden van vroeger, vooral dan deze van buiten de Bank, het hoofd opsteken, komen ze me regelmatig bezoeken, zou ik er willen over schrijven omdat ik denk dat er een reden moet zijn om hen, langs deze weg, een bezoek te brengen of te benaderen.


    Je weet maar nooit, waar het schrijven je heen voert.



    [1] Jorge Luis Borges : Nueve Ensayos dantescos’.Editorial Espasa Calpe,Madrid, 1998, p.61. 


    16-07-2018, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    15-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nagelaten Panorama


    Nagelaten Panorama

     

    Een vlak van vloeiend amber,

    de luchten erover,

    de tijd die hangen blijft

    die nooit tijd is geweest.

     

    Golven komen, keren,

    de zee vandaag

    haar talenten hier gestrooid,

    ga niet weg alvorens je gedicht

    een rimpeling is

    van licht en donker op het water.

     

    Je kunt hier tenten bouwen

    als het je troosten kan,

    je dagen tot een minimum

    beperkt, want  dit zijn oorden

    die vergaan  in woorden,

    het enige dat nog blijven zal,.

     

    Want met de laatste meeuw  

    het schrift met

    volgepropte woorden, weggewaaid,

    je laatste adem, hier.

     

    Zo,

    je gaat weg, niets zal je nemen

    van wat hier aanwezig is,

    Je schaduw en je woorden,

    niets zal hier gebleven.

     

    Al wou je hier wachten blijven,

    op je laatste dag,

    geen woorden meer gaan halen

    op plaatsen waar ze nog

    te zoeken zouden zijn,

    nu je alles hebt gezegd

    wat gezegd nog kon,

    na zoveel verzwegen.

     

    Al wou je hier je standbeeld laten

    je voeten omzwachteld

    als met water.

     

    Zo, laat me,

    aan zee gezeten,

    golven die me levend houden

    tot de laatste dag me toegestaan

    is ingegaan.

     

    Toch schrijvend nog,

    tot in het allerlaatste ogenblik.

     

    Een vlak van paarlemoer,

    de tijd die hangen blijft

    die nu geen tijd meer is.


    15-07-2018, 07:06 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    14-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Terugblik


     

    Hoe dikwijls had hij niet gedacht en geschreven, dat de gang van zijn leven al vast lag voor hij eraan begonnen was. Dat alles, van af zijn geboorte of conceptie, in de lijnen van zijn handpalm was neergezet. 


    Een boude uitspraak, maar hij is tot het besef gekomen dat zijn leven bepaald is geweest, niet zo zeer door hem zelf, maar vooral door de omstandigheden waarin hij terecht gekomen is, geconditioneerd door de genen van zijn ouders en van  de vele voorouders, en - hoewel niet bewezen maar het is een grote mogelijkheid - door de stand bij zijn conceptie of geboorte van sterren en planeten. Hij kon aan deze voorwaarden niet ontkomen, evenmin als aan de omstandigheden waarin ze zich voltrokken hebben. Dit alles hem voerend tot het punt waar hij zich thans zo materieel als spiritueel bevindt. 


    Hij dacht dit, omdat er in zijn leven, achteraf gezien, te veel elementen in deze richting wezen. Ware hij in andere omstandigheden geboren hij zou anders zijn opgegroeid; had hij zich niet bevonden op de plaats waar hij was, hij zou niet ontmoet hebben wie hij nu heeft ontmoet, en zo maar verder wat plaatsen of ontmoetingen betreft. En, wat zijn spirituele evolutie betreft, want het is deze die belangrijk is, had hij dit of dat boek - ook sterk afhankelijk van de omstandigheden - niet gelezen,  hij zou zeker niet geschreven hebben wat hij nu schrijft, hij zou iemand totaal anders geweest zijn, of dan toch, hij zou wellicht niet gedacht hebben een blog te beginnen.


    Een blog waaraan, ‘El Cuaderno’, ( Het Schrift), het blog-boek van José Saramago, aan de basis lag. Om hierbij ook te vermelden, het artikel in Le Monde waarin over dat boek een recensie te lezen was; een recensie waarin een bepaalde zin van Saramago, over de vreugde die hij kende om de woorden die hij geschreven had, hem in het bijzonder getroffen had, en misschien was het deze zin die er hem had toe aangezet, zelf met een blog te beginnen.


    Het is hem verder overduidelijk dat naast de ontmoetingen met mensen en de omstandigheden waarin deze ontmoetingen plaatsvonden, er de ontmoetingen waren met  boeken die doorslag gevend waren. Zo bijvoorbeeld, om er maar enkele te noemen, zijn ontmoeting met de KIng James’Bible , met het Evangelie van Thomas, met La Langue Hébraïque restituée van Fabre d’Olivet, en verder met de werken van Velikovsky, van Bentov, van Capra, van Davies, met deze van Vittorini, Steinbeck, Faulkner, met tal van anderen, Pasternak, T.S.Eliot, namen die hem nu te binnen vallen, om Maurice Gilliams niet te vergeten, noch Stefan Hertmans.

     

    Al deze boeken - en er waren er nog honderden in meer te noemen, spijtig genoeg geen duizenden - waren zijn leven en ook zijn bestemming. Had hij deze boeken niet gelezen hij zou zeker niet de man zijn geweest die hij geworden is, de man die zich engageerde een blog te schrijven, een man die, ten overstaan van zich zelve, de  verbintenis aanging een dagboek bij te houden, opdat niets verloren zou gaan  van de impact op zijn denken van de boeken die hij las.

     

    Maar materieel is er ook een negatieve kant aan verbonden, het heeft hem blind gemaakt voor de realiteit van het leven, hij heeft te veel geleefd in de wolken en niet met de voeten op de begane grond, en het is die realiteit die hem nu overrompelt.


    Hij weet nu ook dat de dertig dagboeken die hij vulde voor hij aan zijn blog-avontuur begonnen is niet de inhoud halen van wat hij nu schrijft. Tot en met vandaag voelde hij zich heel goed met dit alles, heel goed met de evolutie die hij heeft door gemaakt, en zeker nu hij dit schrijft, wordt hij er door overweldigd. Maar hijzelf heeft er weinig toe bijgedragen, alles in alles verweven zijnde, zijn het de levensomstandigheden  die dit gemaakt hebben. 


    Het is hen die hij danken moet. 


    14-07-2018, 06:37 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    13-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dit had een gedicht kunnen zijn.


    De golflijn van de branding zien als teken van de eeuwigheid: ebbe en vloed, de lijn getekend door het water op het strand, neergezet zonder enige verzwakking, keer op keer, zelfde beweging en zelfde geluiden, eigen aan alle zeeën en oceanen, dagen en nachten, sedert het begin der tijden, alsof water, de hartklop was van de aarde en de luchten erover, de hartklop van wat onzichtbaar is en het zichtbare levend houdt, eeuwig, eeuwig.

    Dit had een gedicht kunnen zijn.

    Je loopt op de waterlijn, de zee is in je hart. De winden die gedachten zijn, gedachten die jij bent. Elke vezel ervan geladen met elke vezel van wat is geweest. Wie je bent, van waar je komt en waar je heen zult gaan, opgeslorpt door de oneindigheid van tijd en ruimte.

    Dit had een gedicht kunnen zijn.

    Het is de essentie van wat is dat het draagvlak is, En als je er bent, er toch een reden is waarom  je er bent, zelfs is je optreden hier maar een schicht van al wat is. Zelfs al weet je maar nooit wat je schrijven zult op morgens zoals deze, als woorden worden neergezet in het geluid van zeeën, en je van zeeën hier bezeten bent, beweegloos of bewegend, in een aureool van licht, een pelgrim van het woord.

    Overrompeld als je bent, niet wetend of je er bent of er niet bent: het een gedicht had kunnen zijn.

    Je blote voeten in het water, de zee die je omspoelt, en niets hoeven te houden, niets van wat was, en niets van wat nog komen zal. Niets meer dus dan wat daar te zijn, wat bewegen op en af, wat ademen nog, de adem van de golven, de zee die je wilt zijn. Het boek te lezen dat nog je leven is, omdat je van dit ogenblik bent en van niets meer, maar ook van niets minder. Het ogenblik dat er is omdat jij er bent.

    Dit had een vreemd gedicht kunnen zijn.

    Het had van vele zaken de essentie kunnen zijn van wat het leven is, ogenblikken gewenteld in ogenblikken, lang uitgerokken. En als je niets hebt opgetekend heb je geen lijn getrokken van ogenblik naar ogenblik, niets nagelaten van wat je waart en van wat je bent nu de zee er is en niet had kunnen zijn ware de zee er niet geweest.

    En niets te houden, helemaal niets: je voeten op de waterlijn neergezet, daarna uitgewist, geen sporen nagelaten dus, alleen wat woorden, achteraf, gelukkig maar.

    Dit alles hier, had een gedicht kunnen zijn, een niet aflaten uit te kijken, na te gaan wat anders had kunnen zijn, en ook niet.

    Een gedicht van oudsher.

    13-07-2018, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    12-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Denkend aan Meister Eckhart

     

     


    Ik dacht aan heel wat zaken deze morgen toen ik op mijn plaats zat aan de vijver, het water een donker spiegelbeeld van de luchten. Ik toen, ik beken het graag - waarom wist ik pas later - aan Meister Eckhart dacht, en wat hij wist over zijn God zonder naam die ook mijn God is, al heb ik ook vele van zijn twijfels.  


    En ik me trachtte even maar in te beelden hoe alles er gekomen is zonder dat er ooit Iets was? En ik er geen antwoord op wist, alsof het  ik, zoals ik daar zat in de schaduw een morgen in juli, het absoluut nodig had te weten had hoe alles wat is, er gekomen is?


    Alsof het niet meer dan voldoende was te zien met mijn ogen dat het er was, en toch, toch zoals Eckhart, me af te vragen van waar het kwam datgene dat er was?  


    Als ik me tracht in te beelden, het ook dus visueel te verkennen, hoe in al wat levend is, het leven in de cellen is, en in al wat statisch is, het leven is van de elektronen binnen de atomen ervan; en samen genomen, welke kennis er geborgen is én in de cellen, én in hun atomen, en in deze van alles wat  voor ons beweegloos is? 


    Ik me afvraag welke diepere betekenis er kan aan gegeven worden. Een vreemde morgen wordt het aldus. Maar ik ga verder. 


    Ik kan niet schrijven in den beginne was het atoom want dit is onjuist. Ik kan niet schrijven in den beginne was er het minimaalste deeltje, het Higgs deeltje - dat mijn favoriete deeltje blijft omdat nog steeds onbepaalbaar het is - want dit ook moet van ergens komen, van een Ergens dat er niet was, gezien er niets was. 


    Ik verlaat Eckhart, ik laat hem waar hij nog lang zijn zal, als een lichtende baken die je aanzet verder te denken dan wat je hoort of ziet. 


    ik dacht er over na dat, toen ik mijn eerste woord hier heb neergezet, er, het precieze ogenblik ervoor, nog geen woord was; dat er helemaal niets was, maar, dat het eerste woord er in wel in potentie moet geweest zijn, en ook in potentie, al wat uit dit eerste woord voortkomen zou, mijn geschrift, mijn blog zoals hij er nu uitziet.  


    Kan het, dat er altijd-altijd, in een Ergens dat er nog niet was, in potentie, een begin van Universum was? En er uit dit begin, gekomen is al wat is, van in den beginne, wij inbegrepen? 


    We gissen maar, gissen van waar we komen is de reden van ons bestaan. 


    12-07-2018, 06:22 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    11-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Être, Dieu et Cosmos ne sont qu'un


     

    Hoe ben ik er in 1981 ooit toegekomen het boek van Georges Lacroix: ‘Théorie de la Dialectique cosmique’[1] te kopen, een boek dat  nu al jaren onaangeroerd is gebleven en dat ik een paar dagen geleden terug heb genomen, lijk heel wat zaken terug genomen worden, zo maar, omdat is wat is.

     

    Een dialectiek - een wijze van redeneren - die voor mij, voor een groot deel niet te benaderen is omwille van de mathematische formules erin verwerkt en de vreemde woordenschat die hij hiervoor gebruikt, maar dan toch een baanbrekende bedoeling had omdat hij wilde:

     

    Edifier une théorie de l’Etre, applicable non seulement à l’atome mais à tout l’Univers et en particulier à l’homme dans la vie de tous les jours…

    Une théorie qui réside davantage dans une grande rencontre se situant entre le père du Taoisme, Lao Tseu et le père de la relativité, Albert Einstein, le flux cosmique.

     

    Omdat wist hij er een intieme affiniteit bestaat tussen de mystieke visie van het Taoïsme en de moderne fysica. (Hij was trouwens niet de enige, ook Fritjof Capra in zijn ‘Tao of Physics’, schrijft uitgebreid hierover).

     

    Lacroix puurt hieruit zijn paradigma: ‘Être, Dieu et Cosmos ne sont qu’un’ en ziet dit als een vorm van religie om naar te leven. Een religie waar we grote nood aan hebben. Ik herhaal me meer dan eens als ik hier verder over schrijf, maar het is eens iets anders dan wat je dagelijks ontmoet in onze media, vooral wellicht vandaag.

     

    Trouwens ik heb meer dan ooit het gevoel dat het leven ogenschijnlijk stilstaat in mij, terwijl nochtans alles beweegt; terwijl de cellen van mijn lichaam zich langzamer misschien, blijven vernieuwen. En ook ik weet dat voortdurend andere gedachten ontstaan in mij, die ik niet opvolgen kan, die zich lijk wolken wijzigen, wegdrijven en terug opduiken.

     

    Maar, meer dan ooit ben ik bezeten om dit alles op te tekenen, gedachten opspringend uit gedachten, lijk cellen geboren uit cellen. En aanwezig in mij de idee van Lacroix en van zovele anderen, die ik maar blijf herhalen, elke dag in een andere toonaard.

     

    We zijn allen deel van de Kosmos die IS, van het grote ZIJN; deel  van het oneindige en sublieme, deel en schakel; we zijn de voortzetting van wat is, naar wat komt. Welke naam je er ook aan geven wilt het binnenste zijnde, het Universum het uiterlijke, het zichtbare. En beiden samen, elk deeltje ervan met zijn binnenste en zijn buitenste, hoe minimaal ook, verbonden met elk ander deeltje ervan, één ineen slingerende, ineen groeiende, ordenende beweging van het Zijn.

     

    Lacroix noemt dit ‘le flux cosmique, le produit de l’Esprit.’

     

    Uiteindelijk, vanuit het oogpunt van het Zijn is er enkel beweging, is het streefdoel van het Universum, in zijn totaliteit, niet de mens, maar de Geest, zoals hij opduikt in de mens, waarvan we ons, als we maar willen, als mens een idee kunnen vormen. De Geest die het binnenste is van het Universum, het deel dat primeert, het deel dat Leeft en Heerst, het deel dat overleven zal, alle materiële beelden die we er van hebben ten spijt.

     

    Dit zijn zaken die ik schrijf, alles in mij, wat is van de zee en de bergen , wat is van de velden, van het licht en de luchten, bewegend, voluit. Ik maar wat geest zijnde.

     


    [1] Georges Lacroix: ‘Théorie de la Dialectique cosmique’, Editions Lauzeray international, 1979.


    11-07-2018, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    10-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Toetankhamon


    Ik vond het nodig, dit verhaal, want het is er een, eens terug te halen uit mijn geschriften van 2010, geschreven naar aanleiding van een artikel verschenen in het nummer van National Geographic Magazine van september 2010: ‘King Tut’s DNA, unlocking Family Secrets’, van de hand van Zahi Hawass, Egypt’s head archeologist.

     

    Op 4 november 1922 ontdekten de arbeiders van Howard Carter, in de Vallei der Koningen een graf, dat na het openen ervan, de meest sensationele archeologische vondst aller tijden worden zou, nl. het graf van Toetanchamon. De schatten in het graf waren zo aanzienlijk en van een dergelijke aard dat de wet, wat betrof het behoud van de bij opgravingen gevonden voorwerpen, gewijzigd werd en dat, de van dan af gevonden voorwerpen, eigendom werden van de Egyptische Staat.

     

    De details van deze vondsten zijn voldoende gekend en werden regelmatig tentoongesteld. Maar tot op heden blijven nog steeds de omstandigheden waarin de jonge farao, de dood vond, onopgelost. Wel werd uitgeklaard wie zijn vader was, en als we het Zahi Hawass en N. G. Magazine, mogen geloven, ook dat van zijn moeder.

     

    Dit werd uitgemaakt aan de hand van de DNA-analyse van de mummie van Toetanchamon en de analyses van tien andere mummies van wie vermoed werd dat ze leden waren van zijn nabije familie[1].

     

    Onder de ongeïdentificeerde mummies bevond zich dit van een mannelijk persoon, gemerkt als KV55, waarvan men dacht dat het waarschijnlijk dit van Akhnaton zijn kon. Bij het vergelijken van de DNA’s was het team van onderzoekers: ‘able to establish with a probability of better than 99.99 % that Amenhotep III was the father of the individual in KV55, who was in turn the father of Tutankhamun.

     

    Verder kon aan de hand van de DNA van haar ouders, Yuya en Tuyu, het graf KV35EL (Elder Lady) geïdentificeerd worden als dit van koningin Tiye, de vrouw van Amenhotep III en bleek ook, dat KV55 de mummie was van haar zoon Akhenaton, die de vader was van Toetanchamon. En ook: ‘that Akhenaten had conceived a son with his own sister, the child would be known as Tutankamon

     

    Hiermede schijnt alles gezegd wat het artikel betreft, maar niet voor mij. Het raadsel begint nu pas, want de DNA-analyse heeft wel uitgemaakt dat Tutankamon geboren is uit het huwelijk van Akhenaton en zijn zuster, beide kinderen van Amenhotep III en zijn vrouw Tiye maar, wat indien men de uitslag van de DNA-analyse, in plaats van deze van de zuster te nemen, deze van Tiye, de moeder, had genomen, ware men niet even goed, zo niet beter, tot de conclusie kunnen komen dat Tutankamon de zoon was van Akhenaton en zijn moeder Tiye. Deze laatsten, buiten hun weten, gehuwd zijnde met elkaar?

     

    Of, zoals Sophocles ons leert: Œdipus gehuwd met zijn moeder, Jocaste, en de oude Tiresias die uiteindelijk, na lang aandringen, aan Œdipus vertelt[2]:

     

    Qu’il est de ses enfants et le père et le frère,

    De la femme dont il naquit et le fils et l’époux

    Et de la même femme tour à tour fécondée

    De son père le meurtrier…

     

    Ik zelf zou nooit deze vergelijking tussen Akhnaton en Œdipus hebben gemaakt, ware er niet Immanuel Velikovsky geweest die op een schitterende wijze, een soort van detective roman uit de Oudheid heeft gebracht met zijn ‘Œdipus and Akhenaton[3], waarin hij hoopte te bewijzen dat de geschiedenis van Œdipus die zonder het te weten gehuwd was met zijn moeder, een kopie was van Akhenaton die ook, zonder het te weten, zijn moeder huwde.

     

    Het verhaal van Œdipus was trouwens al gekend door Homerus. En George Steiner in zijn Les Antigones[4] vermoedde sterk dat het Œdipus-verhaal een geschiedkundige ondergrond moet gehad hebben.

     

    Ik heb destijds, in september 2010, een e-mail gericht aan het National Geographic Magazine, (ngsforum@ngm.com.), om hen hierop te wijzen en te vragen of het niet kon, dat uit de resultaten van de DNA van Tiye en deze van Aknaton even goed blijken kon, zo niet beter, dat niet de zuster maar Tiye de moeder was van Toetanchamon. Maar hierop kreeg ik  van N.G.M. enkel een ontvangstmelding, meer niet, ze waagden het niet hierop in te gaan.

     

    Is het belangrijk dit te weten? Voor velen helemaal niet, voor anderen, o.m. voor Velikovsky was het en voor Robert De Telder is het van levensbelang. Het maakt deel uit van hun herziening van de Egyptische chronologie. Mij hebben ze weten te overtuigen, de geschiedenis van Akhnaton is voor een deel deze van Œdipus. 



    [1] Het waren deze van Toetanchamon, van Amenhotep III en van de ouders van Tiye (vrouw van Almenhotep III), Yuya en Tuyu. Plus zes andere die geïdentificeerd werden

    [2] Œdipe de Sophocle, dans la traduction intégrale de Gabriel Boissy, Robert Laffont, Marseille MCM XLI, visa de censure 1410, 25 Août 1941.

    [3] ISBN 0-385-00529-6, Doubleday & Company, Inc. New-York, 1960..

    [4] George Steiner, Les Antigones, Editions Gallimard, 1986


    10-07-2018, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    09-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Louis Pauwels, de vergeten Vlaming.

    ‘Qui rate les aubes rate sa vie’, een boodschap die Louis Pauwels de wereld in stuurde en die me, nu al een ‘eeuwigheid’ geleden, bereikte om me niet meer los te laten en , te gepasten tijde te hernemen.

     

    En, hij heeft gelijk. Getuige ervan hoe het morgenlicht de nacht opslorpt, eerst zich vermengend met de duisternis en dan plots, als de zon de horizon bereikt, in een ontploffing van licht, van kleuren en koralen. Hoe dikwijls al heb ik dit meegemaakt, hier te lande, aan zee of in de bergen. de dageraad, het ochtendgloren is meer dan een gedicht, het is een symfonie, het is een wonder en dan ook, wist Pauwels, dat wie dit mist, niet heeft geleefd.

     

    Louis Pauwels (1920-1997), was geboren in Gent, zijn moeder was een Gentse, zijn vader heeft hij niet gekend. Hij werd opgevoed in Parijs, maar hij voelde zich in hart en ziel, een Vlaming in Frankrijk. Hij schreef als een Fransman met Vlaamse roots. In zijn ‘Blumroch’, waar hij het heeft over de Icaros van Bruegel, schrijft hij :

     

    ‘J’aime Bruegel. Je suis flamand. Mon cœur flamand adore cette paix compacte, s’y repose, s’y dilate.’

     

    IK meen te weten waar hij deze zin over het ‘rateren’ van het leven opgeraapt heeft. Hij begint, schrijft hij, elke morgen, zomer als winter met een duik in de zwemkom:

    ‘Pour moi qui plonge dans l’eau froide en toutes saisons, les heures du matin ont des roses dans les cheveux, même en hiver. Quand je sors de l’eau, j’éprouve toujours l’allégresse d’exister…’[1]

     

    Ik kan aannemen dat hij zich, na zijn duik, oeverloos vol adrenaline voelt en dat hij meewarig opkijkt naar zij die dit gevoel niet kennen en bij hem, die gedachte regelmatig opduikt.

     

    Als ik zijn werken overloop dan is het zeker niet hij qui a raté sa vie. Integendeel hij moet volgens mij gezien en gerekend worden als een grote Vlaming, een geboren Gentenaar die, ingevolge de levensomstandigheden - zijn moeder huwde een Parijzenaar - opgevoed werd  in Parijs en  onvermijdelijk in het Frans schreef. Hier bij ons is hij totaal miskend, in Frankrijk was hij een groot schrijver en stichter van o.m. het tijdschrift ‘Le Planète’ en later van ‘Question de’.

     

    Ik was geabonneerd op beide tijdschriften die mijn visie op de wereld totaal hebben gewijzigd, die een ruimte hebben gecreëerd in mijn gedachten die ik anders niet zou gekend hebben. Ik heb hem als dusdanig, wat mijn vorming betreft, nog niet vernoemd, maar Pauwels vooral dan met zijn tijdschriften, heeft in een grote mate de lijn van mijn leven bepaald, ik geef er me nu rekenschap van.

     

    Dankzij hem - en beide tijdschriften - verwierf ik een uitzicht op een brede gamma van onderwerpen die ik anders niet zou gehad hebben; kende ik de verwondering van het buitengewone, wist ik dat er in het verleden dingen gebeurd zijn waarvan we niet de minste notie hebben hoe ze ooit zijn tot stand gekomen, hij opende mijn geest op Gurdjief, op Ouspenski, op Bentov, op Borges, op tal van feiten en gebeurtenissen waarvan ik anders niets zou geweten hebben.

     

    Ik had een kast vol met de tijdschriften van hem, ik realiseer me nu ook dat het een bibliotheek was waarin een kennis lag opgeslagen die al het normaal gekende ver overtrof. Het is een ramp geweest, al deze werken/tijdschriften, bij gebrek aan plaats, te hebben moeten  achterlaten op de Ajuinlei in Gent.

    Louis Pauwels was iemand die de Nobelprijs Letterkunde meer dan verdiende, maar die nooit heeft gekregen omdat hij, volgens velen, allen droogstoppels, te fantast was. Maar wat is het dat ons het meest voedt, is het niet het fantastische? 


    Wie hem nader wil leren kennen, Google weet er alles over. Voor mij was hij in heel wat zaken een baanbreker. De lay out alleen van ‘Le Planète’ was er een voorbeeld van.

     



                   [1] Louis Pauwels : ‘Blumroch, l’admirable ou le déjeuner du surhomme.’ Gallimard 1976


    09-07-2018, 06:16 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    08-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De namiddagen


    ’s Morgens overvalt me een nocturne van George Enescu, een componist (bijna) vergeten tussen de duizend andere; een stukje muziek, een van het vele dat gestapeld ligt, en opduikt uit de nevel van het verleden. 


    Ik kende wel zijn naam, wellicht hoorde ik reeds muziek van hem, maar deze morgen die niet is zoals de vorige morgens - en vraag me niet waarom - na de Egmont Ouverture en andere muziek op Klara, een nocturne van George Enescu. 


    Ik hou van de opening ervan, een warmte van klanken die je plots, onverwacht, binnen voeren in de massa stilte die het verleden is. 


    Om deze reden, om de indruk die deze cello klanken opriepen, zo dat ik het hier optekenen moet voor later; dat ik het verwoorden moet, het een must zijnde, bij het horen van de eerste klank ervan, zodat ik schrijven ging, in mijn akelig geworden geschrift, deze woorden - ik hernam die later - op een stukje papier.


    Daarna waren er heel wat andere dingen die me bezig hielden, die zich wentelden omheen de naam Enescu, was er de Romance van Antonin Dvorák, maar het was Enescu de aanstoker voor een morgen klassiek. En waarover schrijf je dan?


    Ik had een vriend die bij het opstaan de tv aanzette, niet om naar het beeld te kijken maar omdat hij, en wellicht ook zijn echtgenote, nood had aan de meest klassieke muziek om aan hun ruim huis met ruime living, een diepere, bijna mysterieuze, dimensie te geven. En in de namiddag, als ik hem soms bezocht, te weinig weet ik nu, de muziek, in sourdine, onze gesprekken, zoals ik het nu zie, kleurden of dan toch een inhoud meegaven, een betekenis in meer, iets zoals het gevoel dat ik nu haalde uit de nocturne van Enescu, dat voldoende is om lijk een rode draad, geweven te worden doorheen de dingen van mijn dag.


    Ik zeg er niet meer over , alleen dat ik die namiddagen met hem mis en dat het pas nu is dat ik me realiseer, én dat ik zijn stem mis, én die namiddagen mis.


    Veel is er niet nodig om het volmondig te zeggen; misschien was het beter verzwegen, misschien hoeft niet alles gezegd, maar Enescu trof ergens een gevoelige snaar bij mij en dit op het meest gepaste ogenblik, opdat ik me herinneren zou, wat ik mis en waarom ik het mis.


    Nu nog als ik door de velden naar de vijver rijd, of naar de vijver gebracht word, denk ik er onvermijdelijk aan; is het alsof ik op weg ben naar een namiddag met hem, gezeten voor elkaar in de veranda kijkend naar het schuiven van de wolken boven ons en het spel van de eksters in het gras en een Lied van Mahler, of een ‘una notturna’ van Luigi Dallapiccola  op de achtergrond.

    Is het voldoende om te denken dat hij er nog steeds aanwezig is, dat we er nog samen zitten, met een tonic in de hand, dat wat was, nog altijd is en er altijd zijn zal?


    Ik denk het, Enescu moet geweten hebben dat het verleden voor een part nog altijd het heden kan zijn; dat het eeuwige ervan zich afspeelt in een andere wereld die we vroeg of laat kennen zullen, een wereld die al maar door dichter komt.


    We voelen er ons goed bij nu het geschreven staat.


    08-07-2018, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    07-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto

    Begrijpe me goed - vooral nu ik in euforie ben ontwaakt - ik weet niet meer wat ik reeds geschreven heb over de boeken die ik las, de plaatsen die ik bezocht, de theorieën die ik verkondigde. Alles is een kleine bibliotheek in mijn hoofd, opgeslagen in de vier à vijf duizend pagina’s die ik al geschreven heb. Ik vul aan of wijzig wat er al staat en tussendoor verschijnt er iets totaal nieuw. Maar meestal heb ik het gevoel me te bevinden in een draaikolk van teksten. Ik doorblader mijn  oudste blogs, deze van 2010, 2011, 2012, maar als ik ze overloop, als ik ze herlees, is het alsof ik sinds die jaren niets nieuws meer geschreven heb.

     

    Is het omdat ik telkens op hetzelfde terugkom, op dezelfde boeken, meestal deze van een vorige generatie, en zijn in feite, mijn hoofd een grote verwarring zijnde, mijn blogs van nu, herkauwingen?

     

    Hoe moet ik dan verder, blindelings om me heen tastend, hopende op een goede landing. Echter je denkt of schrijft niet blindelings. Zo, ik zeg je maar dat ik het soms moeilijk heb, gisteren vooral als ik dacht Beethoven te zijn, zittend voor de piano en herinneringen oproepend die me zo overvielen en die ik nam zonder er over na te denken, en zeker zonder het gebruik van welke parameters ook, deze om te zetten, niet op een notenbalk, zoals Beethoven, maar opgetekend in paragrafen en fragmenten, hopende.

     

    En het werd een mengeling van beelden die zich aanbieden in jou als je schrijft en soms verspringen van de hak op de tak, om uit te komen op een ogenblik in een bepaalde plaats, op een bepaald tijdstip, in wel bepaalde omstandigheden.

     

    En zo gebeurt het ook, dat mijn blogs zelden in de verlenging liggen van de voorgaande, maar misschien wel in de verlengging van een fragment van  zes maand ervoor.

     

    Trouwens, en het verontrust me enigszins, niet alleen mijn lichaam maar ook mijn geest schijnt stilaan een hogere leeftijd te bereiken, ik riskeer, zoals een wortel zonder water,  uitgedroogd te raken, wat even erg is en weinig belovend.

     

    Is het de verkoudheid die aansleept, is het de hitte van de namiddag, de schemer in de kamer met de gordijnen dicht geschoven?

     

    Het is het vele samen, opgesloten in het huis, denkend aan een vriend in Bretagne, de wind, de golven, de luchten; denkend aan de bergen, en de koelte van de toppen, alle herinneringen die doorheen je gedachten vloeien, even ophouden, om dan over te gaan in andere gedachten terwijl je schrijft.

     

    Of is het beeld dat ik hier oproep, de foto van mezelf die ik je toestuur, het tegenbeeld van de euforie die opwelde na de voetbalmatch België- Brazilië; een gebeuren dat zich voltrekt, once in a lifetime. En dan denk ik onvermijdelijk aan de vraag van Pilar aan Roberto, na zijn wandeling over de heide met Maria,  in ‘For whom the bell tolls’, ‘Did the earth move?’


    07-07-2018, 07:01 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    06-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De brandende braamstruik

     

     

    Hij, denkend een ogenblik aan wat in de Talmoed over Sarah geschreven staat, dat ze negentig jaar was toen ze beviel van Isaac en dat ze stierf van geluk toen ze hoorde dat Abraham haar zoon Isaac, zoals Jahweh hem eerst bevolen had, niet had geslachtofferd op de brandstapel. 


    En, als ik aan Sarah en Abraham en hun zoon Isaac, heb gedacht dan was het omdat ik in de ‘Préface à la Bible hébraïque’[1] van George Steiner was gaan lezen:


    ‘La Bible est à nul autre pareil; tous les autres livres sont habités par le murmure de cette source lointaine’ en omdat, schrijft hij nog: ‘Tous nos autres livres, si différents soient-ils par leur matière ou leur méthode, se rattachent, fut-ce indirectement, à ce livre des livres.


    En het kan niet of het mag niet - en het gevaar is niet denkbeeldig - dat dit Boek ooit verdwijnen zou uit onze wereld, want als het verdwijnt , verdwijnt de basis van onze westerse beschaving, wordt het dak boven ons hoofd weggeschoven en wordt voor eeuwig verbannen: het enigmatische antwoord van Jahweh op de vraag van Mozes, wie Hij is die, verborgen in de brandende braamstruik, spreekt tot hem.

    En het antwoord hierop, zoals het er staat in Exodus 3,14 van de King James versie van 1611:


    ‘I AM THAT I AM, and he said, Thus shalt thou say unto the children of Israël, I AM hath sent me unto you’. 


    Het ‘I AM THAT I AM’ van de Hebreeuwse tekst - een tautologie noemt Steiner het – is Zijn auto-identificatie; een naam waar we niet overweg mee kunnen omdat die schijnbaar niet om te zetten is, als Hij er dan nog aan toevoegt: ‘zegt aan de kinderen van Israël dat het ‘IK BEN’ is die je stuurt’.


    Ikzelf vind het de meest intrigerende passage in het Oude Testament. Maar als ik zoek om het enigszins te begrijpen dan heb ik er mijn vertaling voor, namelijk, ‘Ik ben het ZIJNDE’, ‘ik ben dat wat IS’ of, ‘ik ben het Universum en al wat ermee verband houdt’ en het is het ZIJNDE die me stuurt tot jou, kinderen van Israël, én kinderen van de wereld.


    Dit, tot vreugde van velen misschien; tot ongemak, tot ongeloof van anderen. Het is slechts één regel, geknipt uit Exodus: 3, 14, één verbijsterende ingeving die eeuwen geleden uit de sterren kwam – zoals alle ingevingen - en door een groot schrijver-filosoof, op een rol oud papier werd neergezet.


    En vergeef me als ik jullie vandaag overval - in feite stond deze passage al lang als reserve opgetekend -  met de woorden van Iemand verborgen in een brandende braamstruik, als morgen - om eens terre à terre te zijn - het land in rouw of euforie ontwaken kan. Ook Brazilië kan dit overkomen.


    En dan wat?


    [1] George Steiner: ‘Préface à la Bible hébraïque’, Edition Bibliothèque Albin Michel, Idées, 2001 (traduit de l’Anglais par Pierre-Emmanuel Dauzat, Faber & Faber 1996).


    06-07-2018, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    05-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Beethoven en de sonate die ik schrijf

    Ik wou dat ik schrijven kon zoals Beethoven zijn sonates componeerde.


    Ik wou dat ik de woorden, in hun totaliteit aan betekenis en klank, bezitten kon, om te vertellen wat van het leven is, mijn zinnen bouwend om, zoals Beethoven, te zeggen wat nog nooit is gezegd, zelfs niet verzwegen. 


    Woorden lijk pianoklanken komende uit het open venster van een oud kasteel, en gegrepen in het licht bewegen van lange witte gordijnen, een spanningsveld oproepend waarvan we niet weten noch vermoeden hoe ze zullen echoën bij de lezer ervan, naar een of ander oord, naar een of ander gebeuren, in woorden die klanken zijn, klanken die een sonate zijn.


    En dan overgaan, ineens, om de spanning op te lossen, naar een tocht in de regen, komende van Hull, over York, over Inverness, doorheen de Highlands, om in Oban de laatste boot te halen, een late namiddag in de vroege zomer, en de haven van Oban verlatende, de zeeweg naar the Isle of Mull te nemen, en dit alles te toonzetten in pianoklanken en parameters, staande op de voorplecht, kijkend hoe de boot door het water schuift en lijnen trekt, onder de zwermen krijsende meeuwen. En het suizen van de wind In de oneindigheid van luchten met de grijze schimmen van eilanden in de verte. Jij dromend. 


    En in een andere beweging, waterkleurig en donker, de vage vormen van een kasteel van eeuwen her, het Eilean Donan castle, opduikend uit de laaghangende wolken. Een kasteel om er te wonen en er te schrijven voor de open haard, met in leder gebonden boeken open naast jou en, voor eenmaal,  een glas met wat malted whisky. En lezend bij de haard je gezellin. En, tot de avond valt, noten optekenend alsof je adem tegen adem, de liefde bedreef, om dan stil te vallen, leeg geschreven, leeg gedacht, een momentum lang, daarna opgelost in de schemer. 


    Om nieuwe vormen te ontdekken in de geluiden van eeuwenoude muren en open haarden gevuld met halve boomstronken,. En je schrijft er, ontdaan en ontgroeid van al wat was met een blik naar wat nog komen zal, dat opgetekend ligt in het Grote Boek der Psalmen.


    Het beleven van elke sprankel ogenblik: het ogenblik van elk ogenblik: zijn en niets meer dan zijn. Wie luistert er naar mij, die Eilean Donan castle zag zoals het te zien is en vooral zoals ik het nu, hertekend door Beethoven, heb terug gevonden. Wie heeft er nood aan om dit te weten als ik het niet zou zijn?


    Of, om verder te gaan, een opvulling bij wat al is gezegd, wie heeft er nood aan te weten dat er van Pessoa een standbeeld staat met een lege stoel ernaast, in het midden van de straat, vóór de deur van wat zijn stamcafé eens was, en dat ik in die stoel heb neergezeten?


    En of het dan beluisterd wordt of niet, heeft weinig belang. Zoals het gesteld is met mij kan het me geen zier schelen, al wou ik dat het goed is wat ik geschreven heb, dat het de sonate was die ik had willen schrijven omheen het Eilean Donan castle op de westkust van Schotland. 


    Er is een reden voor, zelfs al ken ik ze niet. Zelfs al komen andere beelden aan, zelfs al wou ik ondertussen al gaan schrijven over Sa’ana en de gesluierde vrouw die me toesprak in de lege straat, alsof ze me iets vragen of iets zeggen wou.


    Een sonate is het die hier getoonzet staat.


    05-07-2018, 06:37 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    04-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Al wat er dagelijks geschreven wordt.

     

    Heb mijn weekend-krant, met al wat ertoe behoort, pas gisteren  doorbladerd. Wat een hoop woorden; het werk van een respectabel aantal journalisten over hun klavier gebogen en neergeschreven wat hen werd ingegeven, komende van hoge en van verre oorden, waar woorden wonen die bezeten worden, elke dag en elke nacht al over de aarde. 


    Woorden die met elkaar versmolten zinnen vormen en uitgedragen worden, lijk reisduiven, in kooien bij elkaar gebracht, om in een ruk gelost te worden in Saint-Quentin, of Angoulême of Barcelona.


    Heb mijn weekend-krant, blad na blad gescreend, bekeken al wat er geschreven staat, en uitgekozen, op zij gelegd, het deel dat ik lezen zal, later, of misschien niet, omdat het aanbod te overvloedig is, omdat ik stil van  bewondering en ontzag ben voor het vele dat er plots - het was er niet de dag ervoor - te ontdekken is.


    Ik denk: de arme geest te zijn, de arme redacteur die de beste woorden vond om het beste te verhalen wat er verhaald kon worden; alles neergezet, ingekleed, geschikt, onderlijnd met tekeningen en foto’s;  pagina’s vol teksten, in de meest sprekende vormen, om geprint te worden, de nacht in te gaan en in de morgen te worden rond gedragen.


    Ik aan hen heb gedacht, aan de schrijvers en de fotografen, de tekenaars, en aan hen van de lay-outs, en ik vergeet er nu; gedacht aan allen, maar eerst en meest aan hen die schreven en aan de producten van hun geest, de ontzaglijk vele  woorden, duizend dagbladen vol, in duizend talen over duizend onderwerpen geschreven, dagelijks, zonder verpozen en wat erger, zonder enige zekerheid te weten of wat er geschreven staat, gelezen wordt of niet gelezen. Maar, is het hen een zorg?


    Het ontgaat me niet, over de krant gebogen, het ontgaat me niet een boek in de hand houdend, wat het betekent aan inzet, moed en volharding om er toch maar in te slagen de aandacht van de wereld of, al was het maar de aandacht van enkelen, gaande te houden voor een tijdje toch. Een tijd die uitzwerven kan, zoals het dagboek van Ionesco, generaties ver in landen die je niet kent, in huizen die je nimmer zien zult, in handen , de rug dooraderd en met bruine vlekken. Je schrijft maar en niets vertelt je over wat het resultaat ervan is, of hoe het zich gedragen zal.


    Ik, en mijn schamele blog, al is het maar het mini-minuscule van wat er dag aan dag geschreven wordt en aan het papier of aan de ether wordt toevertrouwd.


    Met de krant voor mij, ik de werken houd van de schrijvende, creërende mens, die mijn bewondering draagt. Wat een massa geest ik houd, de geest die ‘zon en sterren in beweging houdt’, het ganse Universum in beweging houdt, zelfs al dacht Dante dat het ‘Amor’, dat het Liefde, was.


     ik hen mijn geestes-broeders/-zusters noem, in alle nederigheid weliswaar.


    Van zij die schrijven, ik, deel ervan.

     


    04-07-2018, 06:36 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    03-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over de hitte en het verkouden zijn.

     

    Het is, zoals ook een vriend me schreef, de hitte die ons plaagt, ik ben er niet tegen bestand, toch niet de hitte van hier, ik droom van de bergen en de luchten daar, ik droom van vele dingen en van vele plaatsen waar ik was en waar de hitte geen hinder was; integendeel, het was een zalving, een streling, maar het kan ook dat ik er vroeger beter tegen bestand was en de impact van de hitte amper merkbaar was. Het ouder worden biedt weinig voordelen.

    Zelfs de vijver is geen afkoeling, je snakt er naar wat wind, wat koelte en je wordt geconfronteerd met een begin van verkoudheid, plots neergestreken in jou. Je weet het, je kent voldoende de voortekenen die onvermijdelijk hun weerslag hebben op de spontaneïteit van het schrijven, zo is er vandaag een aarzeling. Wat vermag ik er tegen?

    Ik  vermoed dat we allen wel eens een dergelijke periode doormaken dat mijn geval dus niet uitzonderlijk is, maar het legt een kwart van mijn mogelijkheden lam. Gelukkig is er nog Ionesco, the founder father of the theater of the absurd,  helpt niet altijd, maar zijn gedachten, op stevig, mooi wit gebleven papier - het boek dateert van 1990 - volgen me, verlaten me niet:

    The connection between Buddhism and the thought of Freud seems to me all the more convincing because Freud himself, towards the end of his life, discovered and asserted that we have within us, that our whole being bears within itself a death instinct, a longing for rest, the ‘Nirvana instinct’ in the words of the .great analyst himself. (p.51). 

    En ik ontken dit helemaal niet, in mij hangt dit dood-instinct, dit aanwezig zijn van, en Freud koos het correcte woord, een ‘Nirvana’-verlangen. Een gevoel van, het is genoeg geweest. Niet dat ik wens dat het ophouden zou, hic et nunc, neen, zo ver gaat het niet, maar wel een gevoel dat, als het komt, als het gebeuren moet, het mag.

    Dit is dan het doek waarop je je gedachten projecteert, het is er op de background van je blogs, en om eerlijk te zijn het voedt je, het omhult je met woorden, het is inspiratie, en zelfs al is dit niet op te merken, ‘we have it within us’ en hoe dichter we komen, hoe duidelijker het, het watermerk wordt in het papier waarop we schrijven.

    Desire or Eros, keeps us alive’, zegt Ionesco en dit ook is een waarheid voor mij, dan toch wat ‘desire’ betreft: het verlangen, elke dag te schrijven houdt me geestelijk in leven meer dan wat anders. Ik weet het voldoende opdat ik dit verlangen koesteren zou en een lichte verkoudheid niet toelaat een te grote hinder te zijn.

    Vandaag is dit een duidelijke regel om naar te leven. Toch gebeurt het dat we  elke dag een beetje meer sterven.

    We merken het.

    03-07-2018, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    02-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Les miettes de Ionesco

     

    Ik ben streng en blijf streng voor mezelf, omdat ik het beste van mezelf wil geven, omdat ‘bijna goed’ niet mijn betrachten is. Ik schreef dit reeds: geen middelmatigheid, maar de volle pot, dit is wat ik beoog en toch, soms gebeurt het dat ik het gevoel heb, maar het wankele te hebben bereikt.

    Altijd heb ik een aanloop nodig, heb ik een boek mee als ik me verplaats. Soms is het een dagboek, een van de eerste jaren – en dan ga ik ver terug – of een van de laatste jaren; soms een ander boek en dan is het altijd een van jaren terug, want op een bepaald ogenblik in mijn leven heb ik praktisch geen nieuwe boeken meer gekocht, omdat schrijven tijd opslorpend is en voor iemand die schrijft, lezen tijdrovend is.

    Vandaag - morgen van 1 juli - heb ik Eugene Ionesco meegenomen. Hij is/was een wijs man die wijze dingen heeft geschreven; dingen die de moeite zijn om over te nemen. Zo vind ik waar ik het boek opensla, met potlood onderlijnd en met een kabbalistische tekening van mij in de marge:

    I assert that learning is useless. I assert that science can never get to the essence of our being. I don’t care if I know nothing, for learning is ‘mundane’, and I am not interested in such things: what takes place, what’s done, what moves. I am not interested in the mechanisme of our movements, not at all; what lies behind, the Unknown, He or It, is alone worthy of our interest…[1]

    Ik ben gelukkig dit opnieuw te lezen. Ik ook heb altijd - is hij mijn goeroe geweest? - uitgekeken en geschreven over wat er achter de dingen is, over wat er is van de Higgs en de quarks, en het binnenste ervan. Ik vroeg me zelfs af of deze deeltjes niet de materiële vormen zijn van de geest, en dan ook van welke geest, deze van het Universum?

    Ionesco zegt ook nog:

    We were born cheated, for if we are not to know, if there is nothing to know, why do we have this longing to know? 

    En het zit in onze genen die vraag te stellen en te blijven stellen. Ofwel ligt het antwoord open en bloot en zien we het niet, ofwel zijn we nog niet voldoende ver gekomen – we tekenden nog niet zo lang geleden op de grotwanden! – om het te zien. Hoe dan ook, het antwoord is er, het ligt verscholen in de vraag, de vraag stellen is al een begin van antwoord.

    Maar ik beken het, het is een groot moment te lezen - ik zag vanmorgen heel vroeg, 04.00, de maan boven Mars, bijna in conjunctie - in de kruimels van iemand als Eugene Ionesco wat ik altijd heb gemeend te moeten vooropstellen. Ik voel me er goed bij, même si ce ne sont que des miettes.

     

    [1] Eugene Ionesco: ‘Fragments of a Journal’, translated from the French by Iean Stewart. Ed. Paragon House, New York. De Franse, oorspronkelijke versie van zijn Fragmenten dateren van 1969 (Editions Mercure de France). Pas in 1990 kwam de Engelse vertaling van zijn ‘Journal en miettes’. Fragment hier, overgenomen van pag. 33.

    02-07-2018, 06:27 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    01-07-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van de tijden die waren, of misschien niet waren.

     

    Van tijden die waren of niet waren of nog, hoe een blog ontstaan kan.

    I feel like de Maupassant, says Friedl, two lovers are better than one and three are better than two… Exactly what love is I don’t know and probably never will know. Everyone understands it in his own way.

    Een zin van Isaac Bashevis Singer, uit zijn short story, ‘A Friend of Kafka’,  die hij optekende voor hij insliep, denkend aan zijn blog van een van de komende dagen. 

    En de volgende morgen, voor hij hierop inging, een andere zin die hem bezocht, een zin van Emile Gillabert die in zijn Thomas-evangelie vertelde over nog een ander (apocrief) evangelie, dit van Philippe:

    Le Seigneur aimait Marie plus que tous les disciples et il l’embrassait souvent sur la bouche. Les autres disciples le virent aimant Marie, ils lui dirent : pourquoi l’aimes-tu plus que nous tous? Le Sauveur répondit, il leur dit : comment se fait-il que je ne vous aime pas autant qu’elle?

    Hij had dit ook kunnen antwoorden toen hij, voor haar staande in haar kamer, hij, bewogen door een gevoelen dat plots opwelde uit het diepste van zijn wezen; en overvloeide tot een roes, zijn handen nu onder haar losse bloes over haar kleine, harde borsten en de dansende Shiva op de oude linnenkast hem aanstaarde en hem betoverde.

    Omdat hij wist hoe ze wachtte op hem, en hoe alles klaar was opdat hij binnendringen zou, binnen wandelen zou, diep, heel diep; hoe ze alle krachten wegzoog uit hem, alle gedachten, alle vreugdes en alle pijnen en ze hem ontving, de totaliteit van zijn wezen ontving met een kreet.

    Hoe alle gevoelens, alle vezels, een poel, een kring vormden, lichaam tegen lichaam, woorden tegen woorden en opnieuw, zoals het altijd was geweest, de krachten rijzend in hem vlugger dan de deeg in de trog, en dit, als tijd en aarde stil blijven staan en hij neerligt naast haar, en de schemer van de lichten en de geluiden van de straat tussen hen en over hen en over zijn gedachten en over zijn hand open op de donzige warmte van haar schoot en alles te vergeten, wat was komen kon. Puurheid van het zijn en het worden.

    Die nacht, toen hij thuis kwam, waren de sterren klaarder getekend op het blauwe laken van de nacht. Kan het, dacht hij, dat wat ik beleefd heb slechts een droom is geweest, dat ik enkel een glas heb gedronken met haar in een stil café onder de toren van de kathedraal en zijn de woorden die zich nu vormen in mij, niet mijn woorden maar de woorden komende uit a short story van Singer?

    Is elke ontmoeting tussen man en vrouw niet lijk een roman die men openslaat op pagina zoveel, niet wetende en niet wensend te weten wat er in de voorgaande pagina’s reeds verteld werd?

    En wie of wat zal bepalen of we het boek zullen verder lezen of op zij zullen laten liggen, omdat we niet willen dat het ons volledig opslorpen zou, meeslepen zou in een leven naast het leven; niet willen dat het ons houden zou in de tentakels van een zelden gekende hevigheid die hij betasten kon, ruiken kon in de geur van haar haren waar zijn hand in woelde toen hij die avond en die nacht wegschoof in haar. En hij, in de echo van haar lichaam, kwetsbaar ineens, kwetsbaarder dan hij ooit geweest was.

    Dwaas hoe het nu, omgezet in woorden, geschreven staat en hoe het zal gelezen worden door de wereld?

    01-07-2018, 06:38 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    30-06-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Die avond en het huis

     

    Die avond en het huis.

     

    We spraken: hoe de ginkgo bilboa,

    hoe van alle bomen de catalpa.

    Hoe ons ogen over de pelouse,

    hoe een effenheid van gras en denkvermogen,

    het huis gedoken hield.

     

    Dit toen over ons de avond.

     

    Hoe de lissen en de waterlelies,

    de biezen en de merel laat.

    Hoe als vrienden, ook van vele tijden,

    hier gekomen om van de dingen te getuigen

    die er waren, de kleine en de grote.

     

    Dit alles toen over ons de avond.

     

    Dit alles toen de schemer

    in de kamer, met Hiroshige en Hokusai,

    en wij gezellen in een kring gezeten,

    in bezinning oosterse gedachten strooiend

    over wat al was en wat nog komen zal.

     

    Hoe wijs we waren, hoe poëzie, hoe Hamlet

    onder ons gekomen, hoe wijs gedronken,

    wijnen en waters en woorden,

    En aan de tafel waar we genodigd waren,

    een stil gebed gedacht, het niet luidop gesproken,

    omdat w'er waren, zo uitzonderlijk.

     

    Omdat we zagen hoe goed het was, hier te samen,

    en de dis, hoe die van alle dissen, uitgelezen was.

     

    Zo de avond: we avondmaalden en vertelden

    wat de omtrek van de aarde was,

    indien een meter meer.

    Dit, terwijl de aarde zich wentelde

    om de zon en het ons niet deren kon,

    omdat van alle avonden dit precies dé avond was.

     

    Zij die er niet waren, hebben enkel te begrijpen,

    van de avond dat hij enig was,

    ons niet zo vlug verlaten zal,

    maar, het hoeft gezegd toch bijna vergeten.

     

    Zo het huis dat alles hoorde, zag

    en het noteerde.

     

    30-06-2018, 06:54 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs