Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    26-08-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Er zijn van die dagen, soms.

     

    Het feit is dat ik nog eenmaal, de 105 Fragmenten kritisch, heel kritisch herlezen moet en deze binden aan elkaar om er een sluitend geheel van te maken. Dit is een moeilijk werk omdat ik al zovele malen, fragment na fragment kritisch heb bekeken voor ik het heb laten gaan. Ik moet dus een maximum aan kritiek opbrengen voor wat er staat, wat een bijna, voor mij, onmogelijke opdracht geworden is. Het zal er vooral op aankomen te schrappen wat geschrapt moet worden, want ik ben heel gul geweest in mijn gedachten en bewoordingen. Dit is wat me tussendoor te wachten staat de komende dagen: een voorbode op de herfst, die van mij dan.

       Ondertussen moet ik me verontschuldigen voor de vele typefouten in mijn tekst van gisteren. Ik had die klaar in de namiddag en wou die inloggen voor het slapen gaan. Echter als ik de tekst terug wou nemen vond ik hem niet meer terug op mijn pc en heb ik er een nieuwe tekst moeten schrijven, die onvoldoende herlezen en onverzorgd werd ingelogd. Het zijn zaken die meer en meer gebeuren. Het wordt me duidelijk, mijn dromen beginnen me te overstijgen, ik moet de realiteit onder ogen zien en weten dat ik te ver aan het gaan ben, veel te ver; dat wat ik doe elke dag niet meer voor mijn leeftijd is.

       Ik ondervond het ook met de documentaire over Petra - ik was ooit in Petra - op Canvas een paar dagen terug. Ik had moeite deze te volgen, al heb ik wel begrepen dat bij de bouw van Al Khazneh, de tempelgevel bij het binnenkomen in Petra, de houwers ervan, van boven af begonnen zijn, dat ze die gevel afdalend naar de basis uit de rots hebben gehouwen met alle details erop en eraan, en dit over de ganse breedte ervan, laag per laag dus, zodat ze geen stellingen nodig hadden, ze hadden het uitstekend deel rots onder hen.

       Ik moet dit bezoek aan Petra beschreven hebben staan in mijn dagboek van die tijd, maar de moed ontbreekt me om die tekst te gaan opzoeken. Zo wat was het nut van het dag aan dag bijhouden, waar ik ook was of wat ik ook deed of las, van die dagboeken?

       Als ik er vandaag over uitweid dan is het omdat ik nu weet ik dat het bijhouden ervan een nutteloze zaak is geweest, zoals ik heel wat nutteloze zaken heb gedaan in mijn leven; zoals het me thans toeschijnt dat mijn ganse leven  nutteloos is geweest, omdat er, als uiterlijk teken van mij, de kinderen uitgezonderd, weinig zal overblijven.

       Ook deze geschriften die nu al meer dan tien jaren doorlopen zullen op een dag verdwijnen. Verloren moeite ook, want ze hebben me moeite gekost, de ene dag wat meer dan de andere.

       En toch ga ik verder, wie denkt ik wel te zijn, een andere dan een veelschrijver?

       Sla ditmaal geen acht op wat je te lezen krijgt. Er zijn van die dagen in een leven dat het minder gaat, soms minder dan minder.

     

    26-08-2020, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    15-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een vriend schrijft me.

     

    Een vriend die, evenals ik, niet weet wat er gaat gebeuren met zijn boeken nadat hij vertrokken is naar de Eeuwige Boekenvelden, schreef me deze morgen een mooie e-mail, en hij ontroerde me diep. En waarom? Omdat hij het is. Omdat ik weet dat hij de zorg heeft om op elk ogenblik van de dag het juiste suikerpeil van zijn lichaam in stand te houden. Zo, met zijn woorden ontroerde hij me.

    Vooral nu, omdat deze geschreven zijn in wat we gedwongen zijn ‘coronatijden’ te noemen en hij de kracht vond en de juiste instelling om als een feniks op te staan uit deze barheid van dagen, dagen waarin ik me geroepen voelde uit te weiden over de donkere zijde ervan terwijl hij zich wist staande te houden in het licht, het grote licht dat van de hoop is.

    Hij is jonger dan ik, maar zo veel nu ook niet, eens de vijfenzeventig voorbij zijn alle jaren elk jaar iets minder. Maar, hoe hij ingetogen zijn dagen doorbrengt roept bewondering op. Hij schrijft me:

    Zelfreflectie mag, maar met maat en gewicht, ‘In pondere et mensura’ zoals luidt in het devies van kloosteroverste Isabella de Colins, te zien boven de toegangsdeur van de kapel van het Hospitaal in de Gasthuisstraat en indachtig dat: ‘Les jours se suivent et ne se ressemblent pas! Aber hinten den Wolken scheint die Sonne. Ga mijn vriend, ga wandelen in de natuur, ‘Nature, thou art my godess’ (King Lear 1, 2)’, luister naar haar stilte, die de stilte is van de bloeiende aarde en geniet ten volle van haar rust en haar schoonheid, geniet van je verbonden zijn met haar en, niets meer zal je deren.’

    Ik lees dit en denk aan het andere gezicht van de natuur waar ik het al enkele dagen over heb. Wie heeft het bij het rechte eind, welke wereld wacht er op ons: de wereld die hij beschrijft en, gezien de omstandigheden, thans achter ons ligt en die we wellicht niet meer kennen zullen, of de wereld van de natuur met het Janusgezicht?

    Het heeft er alle schijn van dat het dan toch een tijd vóór en een tijd nà zal worden, al is het nog niet doorgedrongen, zeker niet bij hem. Hij staat er boven, hij kent de gemoedsrust eigen aan de mens die een leven leidt, voor wie het sacrale geen ijdel woord is.

    Ik weet niet op wat hij gereageerd heeft, is het op wat ik voorheen geschreven heb, heeft hij me willen gerust stellen met een goede afloop die hij voorziet? Het kan, maar voor mij zijn de feiten heel zwaar en verontrustend wat de toekomst aangaat.

    Mijn ingesteldheid is een negatieve en al wat negatief is, is gevaarlijk. Beter ware dat ik hem volgen zou en geloven dat het coronavirus, het covid 19, zeker geen wapen is van de natuur tegen de inbreuken van de mens op het ecologisch evenwicht in de natuur, maar een gewone oprisping onder de virussen, die van voorbijgaande aard is.

    Het is in elk geval beter rond te lopen met een positieve gedachte dan met een negatieve, zoals bij hem het geval is, want hij ziet het anders: na regen komt er zonneschijn.

    'En, wie weet, tot morgen', zegde Bart Vanhoudt gisteren - een variatie op 'misschien' - even voor middernacht toen hij zijn programma op Klara afsloot. Ik ook zou dit kunnen zeggen, nu: 'en, wie weet, tot morgen.'

     

    15-05-2020, 10:03 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    14-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nederigheid om te herrijzen.

     

    Als ik hoor in welke toestand een groot deel van de bevolking in dit land zich bevindt dan voel ik me bevoordeligd. Ik ken, vooral niet, de ongemakken van eenzaamheid en innerlijke leegte. Mijn blog vangt die op, vult mijn dag en een deel van de nacht, eens geschreven, voel ik me even bevrijd en kan ik beginnen denken aan mijn blog van de volgende dag. Er komt dus geen einde aan en ik heb geen minuut tijd om me te vervelen, want tussenin heb ik mijn boeken en, als er nog tijd over is - de vijver houd ik in gedachten - heb ik Klara, heb ik de televisie, heb ik het dagblad nu en dan, niet elke dag, want daar precies heb ik geen tijd voor.

    Wat niet belet dat het me deert dat, naar ik hoor, een groot deel van de mensen om me heen, zich diep in de penarie voelen en ik hen niet helpen kan. En ik zie niet in, en dat is het ergste, dat hun toestand zich wijzigen zal in de eerstkomende maanden, jaren misschien. Ik denk aan wat ik de vorige dagen schreef, het abnormale van de toestand die een normale toestand riskeert te worden, met het gevolg, grote delen van de economische om te beginnen, en de culturele bedrijvigheid die stilaan uitdooft en stil valt.

    De enige oplossing, maar die is science fiction, in de oorlogstoestand - president Macron - waarin we ons eventueel zouden kunnen bevinden, is een doemscenario, is doen en handelen alsof Covid 19 niet bestaat en hopen op the survival of the fittest. Zoals het destijds gebeurde bij een aanval van de pest of van de cholera (waarvan ik moeilijk kan zeggen dat het een wapen van moeder Aarde was).

    Maar in de in de XXIste eeuw schrijf je zo iets niet, weet je dat de medische wereld, dat de wetenschap, een oplossing zou kunnen vinden, een vaccinatiemiddel of een medicijn dat sterk genoeg is om dit te voorkomen. Maar wat in de tussentijd en wat indien geen van beide zou gevonden worden?

    Ik durf er niet aan denken, maar zoals de zaken staan, er wel aan denken dat, zoals de pest verdween na verloop van tijd, ook Covid 19 uitgeraasd, verdwijnen zal en we als verwittigd mens er twee zullen waard zijn.  Echter,  hoe en in welke levenssfeer? Hopelijk, wijzer en nederiger wat het leven van de Natuur om ons heen betreft.

    Enkel grote nederigheid kan ons redden, wat dit behelst is waar we van nu af moeten aan denken. Hier van sterven zullen we niet, integendeel, misschien herrijzen we uit de asse?

     

    14-05-2020, 06:32 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    13-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het is inderdaad,

     

    Het is inderdaad, een zware gok die ik deed in mijn blog van 10 mei. Maar telkens ik om me heen kijk zie ik de glimlach, de lach zelfs, van de lente, nochtans, de spiegeling van de natuur is oogverblinding, want die spiegeling is niet deze van de Annamiet, rood met witte stippen in het bos, die niet aan te raken is, maar zich toch toont open en bloot, terwijl Covid 19 een sluipmoordenaar is, een uitstoot van die zelfde natuur. Eens je dit denkt en schrijft is het, het bewijs dat er iets verkeerd is gegaan en zoek je naar een mogelijke verklaring die er zo maar niet is.

    De grote welwillendheid die van de lente is wordt hier gefnuikt en is een vergif geworden. Vraagt dit niet om het waarom ervan, nu we ineens niet meer kunnen handelen, zelfs niet meer kunnen denken zonder Covid 19 in ons achterhoofd?

    Ik was gisteren uren weg op de Mississippi met Huck Finn en Jim en Tom Sawyer, maar eens het boek terzijde gelegd dook er het spook van de virus op om alles te vergallen. Het abnormale is schijnbaar het normale aan het worden. De vraag die ik me stel: kunnen we nog een roman voortbrengen waarin die virus geen rol zou spelen?

    De functie van de mens op aarde heeft een andere wending genomen, is nu te voorkomen dat hij niet gevat wordt, niet besmet. Hij durft het huis niet meer uit en als hij het toch waagt, hij elke andere aanwezigheid schuwen moet: ‘I beg you don’t come nearer, stay where you are, no handshaking, no hug, no kiss, but social distancing.

    Durf je nog een hond strelen, een kat, zijn zij ook niet gevaarlijk geworden als drager van het onheil opgenomen te worden in de ‘intensiv care’ van het ziekenhuis?

    Ons leven bousculeerde in de totale onzekerheid van wat is en van wat komt, je neemt geen boek meer op in een boekenwinkel om er even in te bladeren, een andere kan het voor jou in handen genomen hebben, alles is negatief geworden, niet meer dit, niet meer dat, een nieuwe leer- en leefmethode dringt zich op.

    En dan zou ik aarzelen te schrijven wat ik schreef in die blog van 10 mei? Als ik dit plaats tegenover wat verkeerd was aan het gaan in onze wijze van leven - oorzaak van de opwarming van de aarde - en de aarde die zich zo maar liet afslachten met alle gevolgen voor het leven dat ze droeg en draagt, kan het dan niet dat ze intervenieert op haar manier om een rem te leggen op de vele activiteiten die haar immense schade berokkenen?

    Een gok, is het een gok dit te beweren?

    Het kan, maar toch, het heeft er alle schijn van, alleen is het vreemd zo iets te zeggen, heel vreemd en daarom onwaar, omdat denken we, de aarde zelf, niet reageren kan, geen zelfverdediging in zich draagt. Daarom geloven we het niet, is er zelfs tot op vandaag hierover niet de minste twijfel.

    Maar opgepast, het kan dat de twijfel toeneemt in de dagen, de maanden, de jaren die op ons afkomen. En dan, hoe zullen de gedachten hierover evolueren, wat gewordt van de twijfel, als de vooropgestelde 15% van nu opklimt tot 50%, tot 55%: het begin van een revolutie in onze gedachtewereld: de aarde die heerst over de onderdanen die we maar zijn.

     

    13-05-2020, 06:55 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    12-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe een dag verlopen kan, soms.

     

    ‘Car toute un siècle s’ébruitait dans la sécheresse de sa paille, parmi d’étranges désinences : à bout de cosses, de siliques, à bout de choses frémissantes.’ (Vents)

    Hoe begrijpen we zo iets, hoe vertalen we dit naar het Nederlands, naar het Japans want het gebeurde of, hoe ik het waag te vertalen:

    ‘Want een ganse eeuw werd ruchtbaar in de dorheid van haar stro tussen vreemde toevoegsels: stukjes peulschil, stukjes hauw, stukjes trillende dingen.

    (Ik denk aan Cees Nooteboom als ik dit lees. Nooteboom wiens werk nu bekroond werd met de ‘Premio Formentor de las Lettras 2020’, wat hij zeker, meer dan wie ook, verdient.)

    Hoe vreemder het woord hoe des te gebruikelijker het is voor Saint-John Perse; wiens bundel nog altijd naast mij ligt en die ik wel eens durf meenemen naar de kleinste plaats in het huis.

    Terwijl ik al een paar weken ‘Huckleberry Finn’ aan het lezen ben. Nadat ik het boek jaren onleesbaar heb geacht, ben ik er eindelijk toegekomen, alle moeilijkheden van de dialecttaal erin, op zij te zetten, en ben ik nu, als een schooljongen, aan het lezen ervan begonnen.

    Ik ben aangekomen aan het zoveelste hoofdstuk waar ze aan het overleggen zijn hoe een gevangen gezette runaway nigger, een vriend van Huck Finn, te bevrijden.

    Drie elementen, drie werelden die zich kruisen in mij die zich in de dag mengen in mij: de resten van de poëzie van Perse, de avontuurlijke wijze wereld van Huck Finn en Jim, en de woorden die ik vinden moet voor mijn blog.

    Wat een wereld waar ik in verzeild ben geraakt en hoe het kan dat ik op mijn (hoge) leeftijd tot in mijn verre jeugd ben afgedaald om weg te dromen in de wondere, fascinerende avonturen van een knaap nog die met een weggelopen ‘nigger’ de Mississippi afvaart op een vlot.

    En toch, ik voel me er goed bij, ik heb nog de echo in mij van een Frans dichter, ben binnen in de tijd en het leven rond New Orleans, waar ik ooit was, op de Mississippi waar ik ooit was, en ik schrijf dingen waar ik soms, vol van ben, zoals mijn ‘bevalling’ van gisteren.

    Mijn geest, mijn gedachten, zitten overvol met beelden, met namen. Bijvoorbeeld een vriend die me schrijft over de ‘Processy Theory’ van Alfred Whitehead, die overeenkomt met wat ik herhaaldelijk in mijn blogs geschreven heb dat alles verweven is met alles. Toeval bestaat dus niet ofwel, alles is toeval.

    ‘There is urgency in coming to see the world as a web of interrelated processes of which we are integral parts, so that all of our choices and actions have consequences for the world around us.

    Woorden van Whitehead die ik lees bij Google. De zin ervan die ik las bij Fritjov Capra, bij ( de vriend van wijlen Hubert v. M. ) Gérard Bodifée, bij zovele anderen en die uitermate tekenend zijn voor de omgeving waarin we onze handelingen stellen.

    En zoals het altijd verloopt, hoe ben ik deze morgen terecht gekomen in de woorden die ik zo-even geschreven heb. Wat zette me er toe aan, was het Mark Twain, was het Saint-John Perse, was het een vriend die me schreef over Alfred Whitehead.

    Het is simpelweg het bewijs dat al wat was en is en komen zal, verweven zit in een immens web, waar we ons nimmer kunnen uit loswrikken, nimmer of te nooit.

    12-05-2020, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    11-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Covid 19, wat indien?

     

    Niemand denkt er aan, of beter, niemand durft er in de verste verte aan denken dat ‘Covid 19’ - ik schrijf het met hoofdletter - het verdedigingsmechanisme is in gang gezet door de Aarde zelf om haar ecosysteem terug in goede banen te leiden en, dat deze autodefensie een verwittiging is voor de mens, tot waar hij kon gaan, maar geen stap verder. We durven er niet aan denken omdat we alsdan beseffen dat we geleid worden door een kosmisch systeem en dus ondergeschikt eraan. Ik waag het niet dit te zeggen met een 100% zekerheid - ik wil nog niet gek verklaard worden - maar geef het toch een kans van 15% dat het zo is. Welke betekenis zou er moeten aan gegeven worden?

    Wat we er ook mogen van denken, de 15% mogelijkheid blijft, en in dit geval betekent dit dat er een omwenteling plaats vindt in ons leven, in onze wijze van denken en in onze wijze van handelen. Alles zou basculeren alsof het noorden het westen wordt en het zuiden het oosten en dit in alles wat we doen en plannen te doen, want we zouden plots geconfronteerd zijn met de onvermijdelijke vaststelling, dat er ineens een Heerser is opgedoken boven de horizon, dat we in het oog gehouden worden door de Natuur zelve, wie die ook moge zijn en hoe die er moge zijn, en dat er, in plaats van een leegte, wat we altijd gedacht hebben, er een Aanwezigheid is. Ik spreek niet over God, ik spreek over een Eigenheid van de aarde als deel van de Kosmos.

    We zouden eindelijk gaan inzien dat er altijd, van in den beginne, een lijn ligt in de evolutie - een evolutie naar binnen - die de geest van de mens, want daar komt het op neer, doorgemaakt heeft van het ogenblik af dat hij beginnen rechtop lopen is tot het ogenblik dat hij het Higgsdeeltje heeft ontdekt; dat deze evolutie helemaal niet te wijten is aan de mens zelve maar aan de impulsen die komen van uit het diepste van de kosmos: de stuwende kracht van de geest erin, inwerkend op de geest van ons.

    Wat ik hier vooropstel is - houd je vast! - dat wat we noemen Covid 19, een wapen is van de Aarde zelf en dat er al dergelijke voorbeelden zijn gedaan in een dichtbij verleden. Deze zouden wijzen op het bestaan van een macht die alle leven hier in haar greep houdt en beschermt. Gekheid zul je zeggen, maar het is een ander aanvoelen van - een grote stap verder kijken naar - wat er voor het ogenblik in feite aan het gebeuren is, hier op aarde. Het besef dat wij, de mens, het zo maar niet voor het zeggen hebben dat er een macht is, welke ook, boven ons, waaraan we groot respect verschuldigd zijn.

    Een paar dagen al dat ik rondloop met deze gedachte en ik denk niet dat ik de enige ben om deze15% mogelijkheid in te zien. Onze enige verdediging is vaccinatie die echter geen absolute zekerheid biedt, misschien wel een wapen tegen Covid 19, echter niet tegen een mogelijke Covid 20.

    Het kan dus dat we in de toekomst moeten leren leven met een ‘Covid’ om ons heen, dat we van nu af aan, het risico zullen kennen - de ogen moeten sluiten, denkend dat wij het niet zullen zijn die getroffen worden - maar stel je dan voor dat, ingeval onze medische wetenschap falen zou en er meer en meer besmettingen van deze aard zouden afkomen op ons, dat de ziekenhuizen overvol komen, zoals dit nu al het geval is geweest op bepaalde plaatsen. En dan wat? Het is geen fictie dat ik schrijf.

    Een vriend sprak me over het herlezen van ‘La Peste’ van Albert Camus, de toestand erin geprojecteerd op de toestand die we kennen zouden, maar ik zie voldoende welke de gevolgen ‘ooit’ zouden kunnen zijn.

    In de Standaard der Letteren van 8 mei, las ik het interview van Luc Devoldere met de Sloveense schrijver Boris Pahor, ‘106 jaar oud, blind maar lucide. Vandaag roept hij op tot een wereldparlement dat niet zal toestaan dat iemand nog van honger sterft.’

    Pahor heeft ingezien, dat de aarde één geheel geworden is, dat er geen afstanden meer zijn tussen de volkeren, en zijn die er nog, dan zijn die technisch, in een virale wereld te overbruggen. Covid 19, indien het er is als wapen van de Natuur, zou een dergelijk Parlement noodzakelijk maken.

    Houden we onze gedachte even bij de 15% mogelijkheid, wat de betekenis ervan zou zijn. En, indien 100%, want dan zitten we met een groot probleem.

     

    11-05-2020, 06:13 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    10-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verbondenheid

     

    Ik weet dat dit gesprek dat ik onophoudend voer met mezelf, bijna op elk ogenblik van de dag - anders kom ik er niet - tezelfdertijd een gesprek wordt met een wereld buiten mij, vooral dan met de vrienden die me kennen en me lezen. Ik denk er niet aan, of amper, als ik schrijf. Ik denk er wel aan als ik mijn tekst laat gaan en zou er dan graag willen aan toevoegen: ‘het ga je goed, jij die me leest, het ga je heel goed’.

    Want het is het ogenblik dat ik weet, dat er mettertijd tussen ons iets gegroeid is, iets dat er is zonder er te zijn: een verwachten bij mij dat je me lezen zult en een verwachten bij jou dat ik er zal staan met wat je nog niet weet. En dikwijls moet ik erin slagen je te verrassen. Weet dan als dit gebeurt, de verrassing bij mij even groot was.

    Dit is het fenomenale dat van het schrijven is. Ik heb een vriend beeldhouwer, vrienden die schilderen. Ik ben ervan overtuigd dat zij, eens hun werk af, verrast zijn van wat ze presteerden. Ik heb er die reisverhalen schrijven, die verhalen schrijven op hun facebook, ik heb er die elke maand minstens één gedicht schrijven - heb dit van mei nog niet ontvangen - of e-mails rondstrooien. Zoals ik mezelf ken weet ik welk gevoel ze kennen als iets af is. Het is een gevoel dat we als mens gemeen hebben, een soort fierheid gedaan te hebben wat in een zekere zin van ons, als mens, wordt verwacht.

    Ik wil dit zien als een optreden, een verschijnen op het toneel van het mens-zijn, met een soort boodschap tot onszelf en tot onze medemens.

    Dit ‘optreden’ hoeft niet zo heel veel te zijn, een mail, met welke boodschap ook, een late brief nog met de hand geschreven - wat een zeldzaamheid aan het worden is - maar in elk geval een prestatie is van ons mens-zijn.

    Het mooie is dat het tekens zijn van verbondenheid, een verbonden zijn dat het begin is van de vriendschap die ontstaat en een warmte uitstraalt én naar binnen in ons, én naar buiten. Het gebeurt dan bij mij dat ik persoonlijk iets te zeggen heb aan iemand en ik kan dan niet anders dan beginnen met een, ‘mijn beste’, en ik meen dit oprecht, want je bent of je wordt alsdan de beste vriend die ik heb, één van hen.

    Het is die verbondenheid die het doet. En ik ben een gevoelig mens, ik heb vlug tranen in de ogen en hoe verder ik opschuif in de tijd, des te gevoeliger ik word. Een eigenschap van het oud worden, van een teveel aan herinneringen die meer en meer de smaak krijgen van het voorbij zijn; een weemoed die je eigen wordt, en lijkt op een stilaan uitdoven, wegglijden in een wereld die het begin wordt van wat je te wachten staat. Elk ‘optreden’ is dan als een stuiptrekking van wat vroeger was.

    Tot hier ben ik vandaag gekomen. Ik had het helemaal niet verwacht toen ik begonnen ben. Ik weet dus ook dat jij die me leest, dit evenmin zult verwacht hebben;

    En, bij dit ‘evenmin’ dacht ik even aan Stefan Hertmans en zijn vertaling van het ‘neither’ van Samuel Beckett. Maar dat is een andere geschiedenis die je terugvindt o.m. in mijn blog van 6 april van dit gezegend (?) jaar 2020.

    10-05-2020, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    09-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Misschien (2)

     

    Ik kreeg een mooie, zo vond ik toch, een bijna ontroerende reactie op mijn blog van 07 mei. Ontroerend omdat hij zijn ware aard bloot gaf, want, vroeg me een vriend, waarom dit akelige, dit weinig zeggende ‘misschien’ niet vervangen door ‘als het God belieft’. Klara, voegde hij er aan toe, troont elke dag met de muziek van Bach, en wie Bach zegt, zegt God, wat kan de Directie van Klara er tegen inbrengen als Bart Vanhoudt, zijn programma elke nacht sluiten zou met: ‘als het God belieft, tot morgen’?

    Weet evenwel niet wat Bart Vanhoudt erover denken zou, is hij uit hetzelfde hout gesneden als mijn vriend, voor wie God nog altijd is wie hij was: een toevlucht, iemand met wie hij converseert van in zijn jeugdjaren, die een baken is in zijn leven, en nu verwacht dat diezelfde God een baken bleef in het leven van Vanhoudt. Wat kan, maar gezien het verschil in leeftijd, wellicht niet het geval zal zijn. Maar toch, stel dat het programma op Klara zou afgesloten worden met God als centrale figuur. Zou dit zo misstaan in deze tijden van nu?

    Lang geleden ontmoette ik in de Bank een stagiair van de Centrale Bank van Vietnam, dit ver voor de oorlog aldaar die alles overhoop halen zou. Hij vertelde me dat de radioprogramma’s in zijn land altijd afgesloten werden met een gedicht waarin de gedachte: alles is Tao centraal stond. Zou het niet een donderslag zijn in klaarlichte dag te eindigen met een afscheid ‘als ’t God belieft ben ik er morgen terug’ dat het Vlaanderen van nu, dan toch zeker de helft ervan, onterecht op zijn kop zou zetten ?

    Bart Vanhoudt, ken ik van zijn foto, en als ik hem hoor praten, als een wijs man. Trouwens je moet een wijs man zijn als je elke dag er bewust van bent, wat al heel diepzinnig is, dat het kan, dat de volgende dag niet deze van jou kan zijn, maar deze van het lot, dat in de handen ligt van Hij of Het met de naam God getekend, een God die de bundeling is van alles wat van het leven en van het zijn is, het punt waar alles begon en alles eindigen zal. Er is in dit geval totaal niets verkeerd aan, de naam van God aan te roepen. In tegendeel, je presenteert jezelf als een man die grondig heeft nagedacht over wie die God kan zijn.

    Ik hoor Vanhoudt dan zeggen: ‘ik sluit hier af, maar als het de God die ik ken belieft, dan ben ik hier morgen weer terug voor jullie.

    Het is de mooiste gedachte die je hebben kunt en ik dank mijn vriend dat hij me hier op gewezen heeft. Het is ons aller ‘inch Allah’ maar dan doordacht tot op het been, tot in het merg ervan.

    Heb Bart Vanhoudt mijn blog gestuurd. Heeft hij mijn woorden gelezen? Ik weet het niet, maar ik heb die avond van 23.00 uur af, geluisterd naar zijn programma ‘Late Night Shift’. Spijtig genoeg ben ik ingeslapen en ik ben pas ontwaakt toen hij zijn laatste nummer, het ‘Moritz Von Oswald Trio’ al had aangekondigd en al had afgesloten zoals hij gebruikelijk afsluit met zijn ‘misschien tot morgen’.

    Ik weet dus niet of er op het ogenblik van het afsluiten, een aarzeling, een lichte aarzeling was in zijn stem. Weet ook niet of hij deze tekst hier, gaat opzoeken en lezen.

    Wat ook, als hij er ‘misschien’ zal zijn vanavond, kan het, dat ik kort vóór middernacht, bij zijn heengaan - en hopelijk ben ik dan nog klaar wakker - van hem een uitspraak als een donderslag ga horen.

    Al vrees ik ervoor.

    09-05-2020, 05:25 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    08-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.En wat erna met mijn boeken?

     

    Welke betekenis er ook aan mijn woorden zal gegeven worden, deze zijn uit mij ontstaan, uit de zoekende die ik was en gebleven ben. Ze zijn het bewijs dat ik levend in de wereld stond, mijn dagelijkse handelingen aanvullend met mijn spirituele, in geschrift. En aldus, elke dag achter mij latend een ‘boompje’ woorden, woorden die er niet zouden gestaan hebben indien ik onder de wol was gebleven of uitgestrekt op de sofa[1], terwijl er nu een bos vol bomen staat waar kan in gewandeld worden.

    Telkens ik neerzat voor mijn dagboek dat me overal vergezelde of, zoals het nu gebeurt, gezeten voor mijn klavier - leesbaar schrijven met mijn oude pen is moeilijk geworden - heb ik gehandeld als iemand die zich afvroeg waarom hij leefde als het niet zou geweest zijn om creatief te zijn, om meer te zijn dan een slaper, een eter, een languitgestrekte tv-kijker.

    En wat me gisterenavond bezig hield, wachtend op het ‘misschien tot morgen’ van de commentator was, wat er na mij gebeuren zal met mijn boeken en geschriften. Ik trachtte me de kamer voor te stellen, totaal leeg van mij met de boeken zwijgend in hun rekken. Me voor te stellen hoe die plaats in de kamer zou zijn, zoals ik me altijd heb afgevraagd hoe de plaatsen waren waar ik me goed, waar ik me gelukkig heb gevoeld, de vele plaatsen waar ik was en regelmatig aan terugdenk; Ze zijn er nu ook zonder mij en leven verder. Zullen mijn boeken verder leven, in andere kamers, in andere handen?

    Ik heb een vriend, Pierre H. - ik verwaarloos hem in deze tijden - die de bibliotheek van zijn vader heeft geërfd, hij vindt het een grote rijkdom af te dalen in de boeken van zijn vader, omdat hij het fascinerend vindt terug te gaan naar de persoon die zijn vader was in zijn boeken. Echter wat is de waarde van een boek voor mijn kinderen nog, de dag van vandaag. Bijvoorbeeld, Ik heb meters woordenboeken tot een Arabisch woordenboek toe. Wie zal zich hier nog over ontfermen, nochtans het zijn boeken die me nauw aan het hart liggen omdat ik er mee geleefd heb.

    Dus, ik weet niet of de kinderen of kleinkinderen er aandacht zullen voor hebben, een kleinzoon misschien, Anthony of Arnaud, een kleindochter, Katiana, Lisa, Margot misschien? Een deel ervan, de filosofisch-religieuze boeken, andere dan in het Nederlands, heb ik voorbestemd voor een andere kleindochter Gwendolyne, die in Zwitserland woont en geschiedenis studeerde aan de Universiteit van Lausanne, maar Nederlands onkundig is.

    In al mijn boeken, welke ook, zijn sporen van mij terug te vinden, soms kleine tekeningen, soms bemerkingen, maar vooral in potlood onderlijnde passages. Mijn dagboeken met de pen geschreven, zijn moeilijk te lezen. Ik ondervind dit, telkens ik het waag een ervan ter hand te nemen om er in te bladeren, het lezen ervan is monnikenwerk waarvoor niemand nog de tijd zal nemen. Enkel de foto’s erin zullen enige waarde behouden. En, zal er zich iemand de moeite getroosten mijn blogs bij elkaar te houden, 3 à 4 duizend pagina’s, ik betwijfel het.

    Eigenlijk zijn het zorgen om heel weinig. Zijn het zorgen die opduiken voor het inslapen en in de morgen worden samengevat en neergeschreven, zo maar voor het plezier van het schrijven.

     

    [1] . Zoals Vergilius het zegt tot Dante, in Inferno XXIV, 46-51: ‘het niet onder de wol is of liggend op de sofa dat je eer verwerft’ of: ‘seggendo in piuma, in fama non si vien, né sotto coltre’.

    08-05-2020, 05:51 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    07-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Misschien.

     

    Op Klara, na het nieuws van 22.00 uur, het ‘Late Night World’ programma dat doorloopt tot het nieuws van 00.00 uur. Een vreemde wereld van de klassieke muziek, klassiek omdat zo geprogrammeerd, maar een allegaartje van, wat ik zou noemen klassieke pogingen om in het spoor van de grote klassiekers, eigentijdse muziek te maken die ons, mij dan toch, soms over hoop haalt, zoals dit soms ook het geval is met om het even welke andere vorm van hedendaagse kunst.

    Ik wil het hier niet hebben over de muziek zelf, bijwijlen verrassend, maar wat me hierbij het meest treft als ik de moed heb te luisteren tot het einde van het programma, is het afscheid van de presentator Bart Vanhoudt, hij eindigt elke avond met een ‘misschien tot morgen’, een bevestiging dat hij er morgen zal zijn én tezelfdertijd, een verontschuldiging indien hij er niet zou zijn.

    Het is zijn ‘misschien’ dat me raakt, omdat het een wijsheid inhoudt die me even nadenken doet: ‘what if?’Ja, wat als ik er morgen niet meer zou zijn, heb ik wel afgesloten wat er af te sluiten was?

    En ik moet hier negatief op antwoorden, al heb ik wel al een poging gedaan, maar de abruptheid van een dergelijk gebeuren heb ik niet voorzien. Ik denk en ik verwacht, dat ik een beter voorbereid dan een abrupt afscheid kennen zal. Wat natuurlijk een verkeerde denkpiste is. Maar de ‘misschien-man’ van Klara, al laat hij het blijken, heeft hij wel zijn voorzorgen genomen indien hij er de volgende dag niet meer zou zijn? Ik betwijfel het.

    Ik zal het hem echter niet vragen, hij heeft trouwens een sympathieke stem, al zou ik hem wel willen zeggen dat zijn ‘misschien’ wel kan overkomen als een uitdaging en dat je misschien beter de uitdaging met ‘onze aller vriend’ niet zou aangaan. Ikzelf zal het zeker niet zeggen of schrijven, want stel je voor dat ik elke dag mijn blog zou eindigen met een ‘misschien tot morgen’.

    Ik weet wel in mijn achterhoofd - wat is er verkeerd aan mijn achterhoofd? - dat de mogelijkheid er is, maar dat ik nog altijd vooropstel, dat ik er de volgende morgen nog zal zijn, tenware… Maar dat zien jullie dan nog wel. Mijn ‘misschien’ als ik het gebruiken zou, zal me dus niet doen wegvluchten, zeker niet naar , Isfahan.

    Ik weet dat dit geen onderwerp is om over te schrijven. Maar ik neem nooit een slaappil, en toch heb ik wat men noemt een slaapmutsje nodig en dat is, sedert jaren, Klara’s ‘Late Night World’. Ik gebruik dan deze muziek, die ik beluister en sourdine, via een draad met oortjes een draad die fungeert als antenne. Ik voel me dan als in een soort Arcadië in het klein, waar ik hangen blijf en dat me de gelegenheid biedt - en dit is zo - na te denken over wat ik de volgende dag zou kunnen schrijven.

    Soms vind ik iets, soms niet. Maar als ik iets vind voel ik me zoals Hemingway die altijd iets overhield om de volgende morgen mee te beginnen - maar ik heb dit al gezegd, zeker minstens tweemaal in die lange periode dat ik nu al blogs aan het produceren ben, wat je me wel vergeven zult - zodat ik gerust inslapen kan. Gebeurt dit niet, wat dikwijls het geval is, dan wacht ik tot het ‘misschien’ van de man van Klara. Tussen haakjes ik vind waardevol, het verrast me telkens en het doet nadenken.

    Of hoe mijn blog er deze morgen zou uitgezien hebben zonder het ‘misschien’ van Bart Vanhoudt. Waarvoor ik hem dank weet.

    07-05-2020, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Misschien.

     

    Op Klara, na het nieuws van 22.00 uur, het ‘Late Night World’ programma dat doorloopt tot het nieuws van 00.00 uur. Een vreemde wereld van de klassieke muziek, klassiek omdat zo geprogrammeerd, maar een allegaartje van, wat ik zou noemen klassieke pogingen om in het spoor van de grote klassiekers eigentijdse muziek te maken die ons, mij dan toch, soms over hoop haalt, zoals dit soms ook het geval is met om het even welke andere vorm van hedendaagse kunst.

    Maar ik wil het hier niet hebben over de muziek zelf, wat me hierbij het meest treft als ik de moed heb te luisteren tot het einde van het programma, is het afscheid van de commentator - wiens naam ik niet ken - hij eindigt elke avond met een ‘misschien tot morgen’, een bevestiging dat hij er morgen zal zijn én tezelfdertijd, een verontschuldiging indien hij er niet zou zijn.

    Het is zijn ‘misschien’ dat me raakt, omdat het een wijsheid inhoudt die me even nadenken doet: ‘what if?’Ja, wat als ik er morgen niet meer zou zijn, heb ik wel afgesloten wat er af te sluiten was?

    En ik moet hier negatief op antwoorden, al heb ik wel al een poging gedaan, maar de abruptheid van een dergelijk gebeuren heb ik niet voorzien. Ik denk en ik verwacht dat ik een beter voorbereid dan een abrupt afscheid kennen zal. Wat natuurlijk een verkeerde denkpiste is. Maar de ‘misschien-man’ van Klara, al laat hij het blijken, heeft hij wel zijn voorzorgen genomen indien hij er de volgende dag ‘misschien’ niet meer zou zijn.

    Ik zal het hem niet vragen, al zou ik hem wel willen zeggen dat zijn ‘misschien’ wel kan overkomen als een uitdaging en dat je misschien beter de uitdaging met ‘onze aller vriend’ niet zou aangaan. Ikzelf zal het zeker niet zeggen of schrijven, want stel je voor dat ik elke dag mijn blog zou eindigen met een ‘misschien tot morgen’.

    Ik weet wel in mijn achterhoofd - wat is er verkeerd aan mijn achterhoofd? - dat de mogelijkheid er is maar dat ik nog altijd vooropstel, wat ik al zo dikwijls heb gezegd, dat ik er morgen nog ben, tenware… Maar dat zien jullie dan nog wel. Mijn ‘misschien’ zal me dus niet doen wegvluchten, zeker niet naar Isfahan.

    Ik weet dat dit geen onderwerp is om over te schrijven. Maar ik neem nooit een slaappil, en toch heb ik wat men noemt een slaapmutsje nodig en dat is, sedert jaren, Klara’s ‘Late Night World’. Ik gebruik dan deze muziek, die ik beluister en sourdine, via een draad met oortjes een draad die fungeert als antenne. Ik voel me dan als een soort Arcadië in het klein, waar ik hangen nblijf en dat me de gelegenheid biedt - en dit is zo - na te denken over wat ik de volgende dag zou kunnen schrijven.

    Soms vind ik iets, soms niet. Maar als ik iets vind voel ik me zoals Hemingway die altijd iets overhield om de volgende morgen mee te beginnen - maar ik heb dit al gezegd, zeker minstens tweemaal in die lange periode dat ik nu al blogs aan het produceren ben, wat je me wel vergeven zult - zodat ik gerust inslapen kan. Gebeurt dit niet, wat dikwijls het geval is, dan wacht ik tot het ‘misschien’ van de man van Klara en sluit ik pas af na het late nieuws van middernacht.

    Of hoe het schrijven van een blog een leven vorm kan geven. Misschien doet je er goed aan het eens zelf te proberen.

    07-05-2020, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    06-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'Wat waar is wordt een beeld.'

     

    Ik vond in mijn Bijbel, een witte kaart met op de ene zijde, ondertekend met zijn naam, van Stefan Hertmans, zijn woorden van dank, naar aanleiding van een blog van mij, over hem, die  hij gelezen had en, op de andere zijde, gedrukt, een paar dichtregels van hem:

    Wat waar is wordt een beeld’, en, ‘de plaats van wat gezegd wordt is beweging’.

    Zuiver Sibillijns, of moeilijk te vatten wat hij hiermee precies bedoelen kan, maar in zijn gedichten zitten heel wat dergelijke zinnen, waarom deze twee dan uitverkoren en gezien als een duidelijke stellingname, want de twee ‘berichten’ werden in 1991 op postkaart verspreid door de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten, Academiestraat, 2, 9000 Gent.

    Ik heb het kaartje lang meegenomen als een ‘signet’ in een of ander boek. Me steeds afvragend wat de bedoeling van Hertmans was als hij dit schreef: iets dat waar is - de waarheid dus - dat een beeld wordt, zichtbaar dus. Ik dacht aan een kapelletje van bij ons in de velden, langs een wegel waar niemand nog komt; ik dacht aan een oude eik of liefst aan een linde in bloei met zijn takken tot op de grond, eenzaam, als een baken op de lijn van de horizon, waar we aan voorbijrijden, soms, en aldus meer en meer boom en baken wordt en meer een waarheid wordt, een waarheid die van alle tijden is.

    Over geen van beide beelden moeten we ons vragen stellen, het zijn beelden van de waarheid. En als ik erover schrijf, als ik beide beelden tracht te beschrijven als beelden die waar zijn, opduikend in mijn gedachten, en dit uit de mist van de vele waarheden die er aldus zijn, dan is wat ik schreef een gedicht geworden: het, ‘ut pictura poesis’ of ‘het gedicht, een schilderij’ - van Horatius, de vriend van Dante in het Arcadië, canto IV van het Inferno - of, breder uitgesponnen: wat we schrijven is voor ons allen als een schilderij van de waarheid.

    Ik volg wellicht Hertmans niet, noch de mensen van de Koninklijke Academie, maar als het over waarheid gaat zijn de beelden die er van zijn alle waardevol, omdat het de vele uiterlijke aspecten ervan zijn. Aldus zijn alle beelden waarheden.

    Ik loop Hertmans niet achterna, hoe zou ik ooit kunnen, een encyclopedie van de kunsten die hij is, en de encyclopedische elementen eruit die hij verwerkt in een aaneensluitend geheel. Zijn pogen: ‘Oorlog en Terpentijn’, ‘De Bekeerlinge’, meesterwerken zijnde op dat gebied, is hij onnavolgbaar, om dan maar niet te spreken van zijn volumineus poëtisch oeuvre, waarvan de twee op het voorplan geplaatste versregels een voorbeeld zijn.

    En wat zeg ik over die tweede zin die verspreid werd: ‘De plaats van wat gezegd wordt is beweeglijk’. Hoe lees ik dit, denkend aan T.S. Eliot die het heeft over

    The stillness, as a Chinese jar still
    Moves perpetually in its stillness,[1]

    De plaats waar ontstond wat ontstond, is drijfzand, want wat vandaag is zal morgen niet meer zijn. Wat we ook zeggen of schrijven, niets is voor altijd, omdat we bewegen met de tijd en de tijd een bouwer is van nieuwe huizen uit de stenen van de oude.

    Zo, ik heb me willen laten verleiden, ik heb de dichter Hertmans gevolgd die zich aan het spiegelen was in zijn eigen woorden, ik heb me laten verleiden tot een half filosofisch betoog wat ik oorspronkelijk niet wilde.

    Maar ik zag het als een uitdaging en, deed ik het niet vandaag ik had het morgen moeten doen. Wat dus op hetzelfde neerkomt. Alleen voel ik me rustiger nu, nadat ik er gisteren, een ganse dag ben mee bezig geweest.

     

    [1] Four Quartets : Burnt Norton, 142-3

     

     

    06-05-2020, 06:36 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    05-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Et alors.
     

    Ik voel en ik weet dat indien ik zou stoppen met schrijven, mijn leven heel wat gemakkelijker zou verlopen, maar ook dat als ik stop mijn geestelijk leven zou aftakelen. Schrijven is voor mij een noodzaak geworden.

    Het is niet meer iets ‘waarmede ik wat onsterfelijkheid kan ruilen tegen wat tijd’, zoals Karel Jonckheere het formuleerde. Gisteren dacht ik er zo nog over, maar in de nacht is er een klaarheid gekomen: heb ik het anders gezien, praktischer, soberder, het gaat er niet meer om, of ik hiermee een pak eeuwigheid verwerf of niet, het is nu, zo dacht ik, een strijd geworden van leven of aftakeling, volle ernst, ik weet nu dat ik elke dag voluit moet gaan - en dit is ook nieuw - ongeacht of ik nu, en wanneer ook, gelezen word of niet.

    Dit verandert heel wat. Dit geeft me een grotere vrijheid in wat ik schrijf, als ik maar schrijf. En ook, het is geen drug meer waar ik naar toe gezogen wordt, het is een medicament, het zijn vitamines A tot D die ik inneem, absoluut noodzakelijk. En deze noodzakelijkheid heeft de voorrang op elke andere bijbeschouwing. Het is dus zelfs geen kosmisch gedoe meer, geen sacraal iets, het is leven op een bepaalde strenge wijze, als een Benedictijner, niet zoals een van Cluny, maar wel een van Cîteaux, een Cisterciënzer, een volgeling van Bernardus die de regel van Benedictus scherp stelde.

    Hiermede heb ik gezegd wat ik vannacht heb gedacht en vanmorgen te zeggen had. Ik voel voldoende hoe de krachten, hoe de soepelheid, de veerkracht van mijn lichaam aan het wegkwijnen zijn, dat ik reageren moet wil ik niet dat de veerkracht uit mijn geest verdwijnt, wat rampzalig zou zijn, er zijn voorbeelden genoeg. Ik maak wel geen nieuwe plannen, heb geen plannen nodig, enkel een andere ingesteldheid, een soort verbetenheid om recht te blijven. Kaarsrecht zo figuurlijk als werkelijk, want in het werkelijke leven hebben de jaren de neiging me gebogen te houden, met mijn witte haren, haalt dit me nog verder naar de grond toe. Mijn reactie komt dus op het juiste moment, overleven, als Levende, is mijn stelregel geworden en dit meer dan ooit. Daarom ook geen tierlantijntjes meer, geen zoeken naar eeuwigheid, maar bestendigheid en wegglijden in het verrassende dat van de geest is. Het is voortaan, in de eerste plaats voor mezelf dat ik optreden wil.

    Verandert dit iets, zal het opgemerkt worden? Ik geloof het niet, trouwens indien wel, ‘et alors’?

     

    05-05-2020, 06:47 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    04-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Metamorfose

     

    Ik zegde het al, als ik schrijf ben ik een ander mens. Ik ben dan meer van de Kosmos dan van mezelf. Schrijven wordt en is iets sacraals, zoals schilderen of beeldhouwen of componeren. Aan Henri Matisse vroeg men eens of hij in God geloofde. Ja heeft hij geantwoord, als ik schilder,

    Ik treed buiten mezelf eens ik begin te schrijven. Ik vergeet alles omheen mij, ook de pijnen van mijn lichaam, ook de tijd, ook de plaats waar ik ben, alles is geconcentreerd op het woord, dat komt aangelopen en dat ik bij de keel grijpen moet of het is voorbij.

    Ik heb dus duidelijk een dubbel leven, een normaal of dan toch schijnbaar normaal. Het gaat dan over dingen waar ik zelden over spreek, maar die van ons allen zijn, die beginnen bij het opstaan en eindigen bij het slapen gaan. Handelingen die we stellen om in leven te blijven en te doen wat een normaal mens doet in zijn dag, in zijn avond, in zijn nacht. Echter eens ik het ritme ervan breek door voor mijn klavier te gaan zitten vindt in mij een metamorfose plaats en word ik iemand anders. Ik ben niet meer van het ogenblik, ik ben van het tijdloze en ik blijf in het tijdloze tot ik leeg geschreven ben.

    Il fut un temps dat deze spanne tijd ver uitliep, maar nu heb ik het gevoel te veel terug te gaan naar plaatsen waar ik al eens geweest ben en voel ik me enigszins ongemakkelijk hiermede want het wordt een rem en een beletsel om verder te gaan.

    Ik denk dat de lezer meer dan ik oog heeft voor dergelijke herhalingen. Ik daarentegen weet niet met zekerheid of mijn gedachten, gedachten zijn gebleven of neergeschreven werden. Ik metamorfoseer me dus ook naar iemand die ik al geweest ben.

    Elk geschrijf wordt aldus het resultaat van een alleenspraak met mezelf - zijnde de andere persoon in mij - de enige manier om het te zeggen. En, waarom doe ik het, waarom zijn er nu, op dit ogenblik, duizenden aan het schrijven, over hun klavier gebogen of met de pen in de hand, gedachten zaaiend die er voorheen nog niet waren, die zich meestal vormden onder het schrijven, verder schuivend in de tijd die komt. Is het zoals bij een schrijver-dichter van bij ons, Karel Jonckheere[1] die al schrijvend, biddend vragen 'dorst':

    Zal ik nu pas doorgronden
    het Vlaams en koninklijk geheim
    hoe ik in ’t onvolprezen onvoltooid
    grootwoordenboek der moedertaal
    het vers zal vinden onvervangbaar
    waarmee ik wat  onsterfelijkheid
    kan ruilen tegen eigen tijd?

    Jonckheere werd 87, heeft dus wat eigen tijd ingeruild want vanmorgen heb ik aan hem gedacht, heb ik achteloos zijn bundel meegenomen op mijn wandeling door het huis, heb ik hem toch even uit de vergetelheid gehaald en iets verteld over hem. Zal hij het vernomen hebben?

    Zoals ik het soms verneem dat men me las.

     

    [1] Karel Jonckheere (1906 - 1993): ‘In de wandeling lichaam geheten’. 1969 A. Manteau nv.

     

    04-05-2020, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    03-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gedicht.

     

    Een eikel op een bed van mos,
    het regent maar en tortels in de bomen
    Zo denken we en peis
    aan hen die deze dag niet zagen opengaan.

    En niet het gewentel hoorden
    van de aarde om de zon
    noch zagen van de sterren het bewegen,
    en peis aan hen die onverstoord
    hun wegen gaan.

    Alsof er ook maar niets was te beleven,
    geen overgang, geen tinteling van leven,
    al was het maar geweten,
    van de eikel op het mos
    de doffe plof, de schommeling,
    en van tijd ontdaan
    hij kiemen zal.

    De jaren die je bent
    in je lijf verankerd,
    je oude geest nog jong gebleven:
    God vergeve het:
    de hand die simpel schrijven durft:
    in het bos, het regent maar,
    een eikel op een bed van mos,
    wat tortels opgevlogen,
    als alles zo oneindig is, zo vol, zo gul,
    zo opgetogen er de stilte is.

    Hoe groot denkt je,
    hoe groot is onze eenzaamheid,
    soms?

    Een eikel die valt is geen gedicht waard als hij niet valt op een plaats in goede aarde, waar hij liggen blijft of, meegenomen wordt door een ekster of een eekhoorn en verborgen ergens waar hij vergeten wordt. Waar hij, bezeten door de krachten van de Kosmos, kiemen kan, In alle peis en eenzaamheid en eik zal worden, zoals het gebeurt in de wereld van de eiken; zoals het gebeurt in de wereld van de zaden, wat Saint-John Perse zag als hij schreef:

    les graines flottantes s’ensevelissent au lieu même de leur atterrissage, il en naîtra des arbres pour l’ébénisterie.

    Wat een geschiedenis is van jaren, van eeuwen misschien om, uiteindelijk toch te vergaan als boom of als een of ander meubel. Niets is eeuwig, alleen het wonder van het ontkiemen en het groeien trotseren de tijd.

     

    03-05-2020, 07:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    02-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Another kind of poetry

     

    Wat is het dat de opeenvolging van dagen me brengen zal In deze maand mei?

    Ik vroeg het me af in de nacht toen ik even ontwaakte en ik toen wist waarmede ik beginnen kon. Ik nam de gedachte mee in de dromen die me bevolkten, gestalten die me benaderden en me meenamen naar oorden waar ik nooit was. Maar in de morgen, bij het eerste licht, kon ik me niet meer herinneren wat ik gedacht had noch wat ik gedroomd had.

    Nu, zo belangrijk zal het wel niet geweest zijn, niets meer dan een verloren zin, een van de vele die me ooit ontglipten omdat ik ze niet onmiddellijk genoteerd heb. Of toch, Ik had een voorgevoel dat er vandaag, eigen aan de eerste dagen van de maand, geen zekerheid was om over te schrijven, tot alles omsloeg nadat ik, gevolg gevend aan een plotse ingeving, Eileen Myles, op Google heb opgezocht.

    Ze is niet het jong meisje dat ik zag in haar taalgebruik, wel de vrouw van 71 (°1949) die ik op het scherm ontmoette, die voor las uit haar werk, springlevend, zelfverzekerd, stevig en klaar zonder de minste aarzeling in haar stem. Amper een generatie jonger dan ik en ik die hoor dat ze uit een andere wereld komt, een ander soort beschaving, dan deze die van mijn jeugd is geweest - de jeugd die ons gevormd heeft - we hebben elk op zijn manier, anders geleefd en anders geschreven.

    Het is maar, als ik lees hoe haar leven verlopen is, dat ik begrijpen kan hoe ze geworden is wie ze is en dat ze schrijft zoals ze schrijft en waar haar zelfzekerheid vandaan komt. Ze stond in de politiek van America als de hulp van Hillary Clinton, zoals ze ook een voorvechter was van alles wat Poëzie betrof.

    Als ik haar hoor en bezig zie dan weet ik dat ik met de ogen dicht heb geleefd de laatste dertig à veertig, zelfs à vijftig jaar; dat deze jaren voor mij ‘largely wasted’ zijn geweest, zonder ruime contacten met de literaire wereld omheen mij, deze van mijn taalgebied op enkele uitzonderingen na, en zeker deze van schrijvers in andere taalgebieden. Terwijl ik er de tijd voor had die ik dan verspilde aan wat ik meende zelf te schrijven te hebben.

    Ik had de wereld van boeken nooit uit het oog mogen verliezen, had minstens moeten geweten hebben dat er in de wereld van de Letteren een Eileen Myles bestond, zoals ik het had moeten weten van tal van andere schrijvers. Maar ik leefde, o, zo kleinburgerlijk, lezend en herlezend de boeken die er waren in de jaren vijftig, zestig, zeventig misschien, toen ik gestopt ben met verder te volgen wat er verscheen aan boeken in de wereld om, zo dacht ik, zelf ‘letteren’ te worden.

    A lost life in literature, opkijkend nu, met grote verbazing als ik plots op het scherm een persoonlijkheid zie verschijnen zoals Eileen Myles:

    Poetry, she said
    comes from the soul
    and the spirit is
    in between the words
    waiting, she said
    for a richer meaning.

    She was standing upright,
    reading the poems she wrote,
    reinterpretating them
    rewriting what she had written,
    her hand accentuating
    the beat.

    The words she spoke,
    reinventing them
    as if not being written before,
    words coming out of the blue.

    Holding the book as if it was
    a conductor’s baton,
    a magician’s wand
    sowing words as seeds in the streets
    and seeds
    becoming endless rows
    of gentianes,
    overwhelmingly.

    Het leven van een auteur, een schrijfster, waar we plots binnen wandelen en we niet weten, zelfs niet in het minst vermoeden, wat of wie we ontmoeten zullen op de weg die is van de uren dat we er zijn. En je iemand ontmoet die een andere blik heeft op wat jij verstaat onder poëzie. Zij, het spirituele in haar, bloot gevend op een andere wijze die je vreemd is, in andere woorden, in een totaal ander ritme dat tot de verbeelding spreekt.

    Verschillend omdat ze komt uit een andere background en een stijl heeft gevonden die tot haar lezers spreekt. Jij, te ver gevorderd in jaren opdat er van haar nog iets zou doordringen tot jouw woorden, iets dat van de wereld is die je gemeen hebt met haar, maar anders hebt beleefd.

    Woorden zijnde als van dromen.

     

    02-05-2020, 07:13 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    01-05-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wij, we oordelen niet.

     

    ‘Toute la terre aux arbres, par là-bas, sur fond de vignes noires, comme une Bible d’ombre et de fraîcheur dans le déroulement des plus beaux textes de ce monde (Vents, II, 1). 

    Dit is wat we schilderen willen, lijk een Bijbel, het bos in de verte, een donkere wolk gekleefd op een bult in de aarde, zoals er hier bossen zijn: Saint-John Perse verlaat je zo maar niet voor een dochter van onze tijd die het waagt te schrijven en het is haar volste recht:

    In de pizzeria was er een flesje met een etiket
    waarop alles stond
    dus gooide ik het lekker over mijn pizza
    en sprong in
    een taxi. Ik ben een old school New Yorker
    ik vertelde Adam dat ik
    hou van het inexacte
    van taxi’s van het contant betalen
    die hele ana
    loge ervaring …

    De tijd van vroeger en de tijd van nu, ruim twee generaties verder. Twee uitzonderlijke documenten naast elkaar gelegd of de schreeuw in mij, en ook, hoe zeg ik het? de drang, de wil te aanvaarden en te zeggen tot die Eileen Myles, je hebt dat goed gedaan, het houdt wel geen steek wat je schrijft, maar je hebt dat goed gezegd, het strookt met de tijd waarin we leven, en ik luister graag verder naar wat je weet

    Van taxi’s. Ik herinner me niet meer
    alle details van Joe & Charlie
    hun bezoek. Ik vertelde
    hem over mijn lunch
    met Gail (weliswaar
    niet alles) de quote
    die ze me gaf die ik gebruikte
    in ons stoelengesprek
    voor een publiek
    was perfect deze ook? Hier is hij
    la chance dans la malchance
    en nu sirenes ...

    Ik kan nog verder gaan in dezelfde trant, want er volgt nog een stuk tekst vooraleer ik kom aan de ‘staart’ van het gedicht dat ik gisteren verspreidde. En ik beken, ik word gegrepen door het ritme van de beelden die opgeroepen worden - jammer dat het een vertaling is, maar zelfs dan - er zit een poëtische wijsheid in wat ze vertelt en ik begrijp waarom dit gedicht een plaats heeft gekregen in de Standaard der Letteren. Het is daar waar het moet staan.

    Ik voel het als ik het lees, er zit een echo in die je aangrijpt, een alledaagsheid die verrast om wat er niet wordt gezegd, maar er toch aanwezig is en het is dit niet gezegde dat van de poëzie is. Ze overrompelt me op een andere wijze dan dat Perse me overrompelt met de golfslag van zijn woorden:

    ‘Nous descendons au dernier val d’enfance, vers la mer, par les sentiers de ronces où frayent, frémissants, les vieux flocons d’écume jaunissante, avec la plume et le duvet des vieilles couvaisons.’ (Strophe VII)

    Caligrafie van het woord: schrijven is leven in de dieptes van het bestaan, is van werelden, is van gebeurtenissen die ons ontgaan - het ondergrondse bos van wortelingen - deze van Saint-John Perse, als deze van Eileen Myles. Ze zijn als tijdsbeeld, even waardevol. Het is geen kwestie van keuze maken, het is een zich gewild verplaatsen in de tijd, naar deze van vroeger en deze van nu. En voor Myles, het is niet aan haar om te volgen dat wat is van Perse, wel om het te vernieuwen, wat ze gedaan heeft tot op het been. Beide gaan terug tot het merg van het ogenblik.

    Wij, we oordelen niet, we kijken op, verrast misschien, en aanvaarden dat is wat is.

     

    01-05-2020, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    30-04-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het nieuwe gedicht.

     

    Al de vierde maal dit jaar, dat ik het einde van de maand bereik. Ik noem het een succes (vooral in deze tijden). Ik noem het een verder gaan zoals het was, telkens ook hopende het volgende maandeinde te bereiken en wetende dat het steeds maar moeilijker wordt, of worden zal; wetende dat er een dag zal komen dat ik het einde van de maand - dit een kleine mijlpaal zijnde - niet meer bereiken zal. Echter, dit is niet mijn geval alleen, dat is een niet gewenste hoedanigheid van ons allen, de ene met wat meer zekerheid dan de andere.

    Ik kan niet beletten dat dit gedachten zijn die opwellen als de dag aanbreekt en de uren zich aanbieden, soms rijk gevuld, soms armtierig, het gebruik ervan voor een nieuw optreden wordt door het lot bepaald..

    Dit is hoe ik me voel: een acteur in een toneelstuk dat elke dag gewijzigd wordt, in andere woorden, in een andere mise-en-scène. En acteur die optreedt, ongeacht of er een publiek aanwezig is en zich zelf niet de vraag stelt of dit wel zinnig is, een verspilling van krachten, on-noodzakelijk, enkel om gevolg te geven aan een ingeving die ver in de tijd haar oorsprong heeft en stand heeft gehouden, omwille van een soort fierheid, een soort eigenliefde, om zich zelf te zien als die acteur die optreedt voor een publiek dat er potentieel zou kunnen zijn.

    Dit is het naakte kader waarin alles zich afspeelt, telkens een schot naar de roos die opgesteld staat achter de horizon. Wie houdt dit vol, wie is er zo gemotiveerd om elke dag opnieuw een schot te wagen, niet wetende waar de pijl terecht is gekomen?

    Ik aarzel en blijf aarzelen. Een zaak is zeker ik wil niet in een donkere holte terecht komen eens ik stoppen zou, ik wil niet aangewezen zijn op het volgen van programma na programma op een uitgedoofde TV zender, het beeld van een uitgedoofde beschaving of, aangewezen zijn op het passief ondergaan van boeken die verschijnen of van poëzie waarvan de Standaard der Letteren ons een voorbeeld gaf: een gehuppel van feiten in en naar feiten en over feiten, van plaats naar plaats en weg uit die plaats.

    Hoe beschrijf je zo iets? En als het er staat, hoe lees je zo iets, en dan toch met een zeker respect voor de jonge vrouw die je ten volle begrijpen kunt in de wereld waarin ze leeft.

    Ik neem de staart van het gedicht over, het had even goed het begin kunnen zijn of het middendeel:

    ‘ik open de deur / en ik sluit hem (sic) / om te slapen moet je / af en toe stoppen / met dat spul en mijn teen bonst / van de pijn omdat ik er / dat kryptonieten slot op heb / laten vallen / en ik ga niet / naar Europa ja toch wel / volgende week ga ik / naar London zo raar en / donker niet zoals wij / en dat is waar / de kans op iets goed zit / in al het slechte dat de / gedachten even verplicht parkeert / en dat stuk doet opeten / zoals Frank of / Charles bu / Kovski. [1]

    Zij is niet de schuldige, zij is een dochter van haar tijd. ik ben het die vastgeroest zit in wat was van de poëzie van vroeger die al lang van het toneel verdwenen is.

    Heb ik er nog nood aan me te bekeren in mijn late dagen?

     

    [1] Eileen Myles, vertaald uit het Engels door Piet Joostens en Tessel Veneboer (de SdL van 24 april 2020)

    30-04-2020, 06:09 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    29-04-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het bos: zijn geheimen

     

    Niet versagen, niet aanvaarden dat het je lichaam is dat de bovenhand neemt en dat je zou verzeien in een doodlopende straat.

    Hoe mooi dit gezegd kan worden: jong blijven met een oud hart en verder gaan op het pad dat je ingeslagen hebt, jaren terug, een halve eeuwigheid geleden, en nog steeds rechtop staande, zoals het hoort voor iemand die schrijft zoals hij ademt. Want niet meer ademen is sterven.

    Het is zo gemakkelijk een geestelijke moeheid, een slaperigheid aan te wenden om je schrijven van de morgen uit te stellen tot de namiddag, maar ik weet dat dit nefast kan uitvallen, de namiddag is geen tijd om creatief te zijn. En dit wou ik zijn, creatief, vandaag meer dan gisteren en iets minder dan morgen, als ik denk aan de manier waarop Saint-John Perse het was, in lange, breed uitgesponnen zinnen, waar de poëzie van afdroop.

    Ik ook zou dit willen, dat uit mijn eeuwige verzuchtingen een boom van een gedicht zou opstaan, liefst een bos van bomen en dan in de lente en het regent.

    Ken je de geluiden van een bos als het regent, een stille regen, geen wild gedoe als bij een onweer met zwiepende takken en schreeuwende geluiden, neen, het warme, tere geruis van de regen in de bomen, een effen, uitgesponnen gezang lijk het doffe gewrijf op de trom, een zwijgen, geen berusten maar een zich openen, en groot ontvankelijk zijn voor de regen die op de bladeren valt en door de aarde dringt tot in de wortelingen van het bos.

    Soms zoek ik naar een beeld van deze wortelingen van een bos bomen. Hoe die getekend moeten liggen elkaar rakend elkaar voedend, een gans netwerk van wortels tot ver buiten de bosrand uitgestrekt. Een vreemde wereld moet het zijn, zware wortels die tot ragfijne draden uitlopen en een tapijt vormen, een netwerk in de aarde.

    Geweven in ongekende, niet vermoede tekeningen, onverzadigbare, veelzeggende tekeningen van een innige verbondenheid, zoals in een Perzisch tapijt, alles zeggend over deze verbondenheid.

    Ik dacht er nimmer aan, maar het bos in de regen is meer dan de geluiden in de bomen, het is een vloeien van water tot in de verste hoeken van de humus tot in de kleinste holtes in de aarde eronder. We hebben er geen idee van, we weten niets af van de geheimenissen van het water in de wortelingen, van de pieren, de maden in de aarde, van de kevers, de virussen, de vertakkingen van mossen en zwammen, de zuren, de sappen van rottende bladeren die zich mengen met de vochtige aarde, met de mieren en de spinnen, met het ondergrondse leven dat van het bos is, dat is van wat er gebeurt onder onze voeten, terwijl we enkel oog hebben voor de gele ranonkel, of de salomonszegel of het dalkruid of het lelietje-van-dalen of de bosanemoon of de druifhyacint met de kikkers erin, de vuursalamander, het wiemelende leven dat zich zichtbaar manifesteert en al het leven dat verborgen blijft maar dat we vermoeden er te zijn met de vreemde geluiden ervan die niet te horen zijn maar kleine fraseringen zijn van tintelingen naar binnen toe en naar buiten.

    We hebben er geen schijn van een beeld van dat de werkelijkheid zou kunnen benaderen. We weten enkel dat het een groot leven moet zijn onder de humus, een leven dat het water opzuigt en, door de humus en de mossen en de sporen van de mossen en de zovele vertakkingen van de zwammen, dringt tot het hart van dat woekerende en toch ordelijke leven, al wat er aanwezig is, wetende wat er te doen is opdat het immense van het bos er boven, leven zou in de grootste gloria die deze is van een bos.

    Een wereld die enkel ingewijden kennen kunnen. Wij, maar blinde toeschouwers als we dat al zouden kunnen zijn.

     

    29-04-2020, 07:34 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    28-04-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boeken en hoe ze leven in mij.

     

    Een boek dat, eens gelezen of half gelezen, in zijn rek geschoven wordt en niet meer wordt in de hand genomen, is een vergeten boek, is een verloren boek. Je weet dat je het bezit maar het staat daar maar tussen de andere als een dood voorwerp, zonder zeggingskracht. Je bezit er zo enkele, en in feite behandelt je hen, en de schrijver ervan, op een oneerlijke wijze, want je weet niet wat ze je te vertellen hebben omdat je niet bent doorgedrongen tot het hart ervan.

    Zij zelf kunnen niet anders dan wachten op het ogenblik dat je er naar toe verwezen wordt door het onverwachte, en je erin lezen gaat wat al lang klaar stond voor jou. Het boekje van Eugen Herrigel ,‘Zen in the Art of Archery’ was er zo een, ‘The Waste Land’ was er zo een. Er moeten er nog andere zijn die ik op een bepaalde dag - ook ‘The Insecurity’ van Alan Watt was er zo een - zal trachten te geven waar ze recht op hebben.

    Ik moet dus in de komende dagen alle boeken eens uit hun rek halen om te zien in welke mate ze me, met een of andere zin, bekoren kunnen;

    Maar er is ook een werk dat ik regelmatig in de handen neem, jaren lang al, maar dat uiterst weerbarstig is, waar ik maar niet binnen geraak, behalve op een paar plaatsen - die ik nu en dan - het is altijd dezelfde passage - als het past eens overneem. Echter, in zijn totaliteit genomen blijft het werk gesloten, ontoegankelijk voor mij. Het betreft ‘l’Oeuvre poétque’ van Saint-John Perse, 1887-1975, Nobelprijs Letterkunde in 1960,

    Hoewel vlot en met veel zorg uitgegeven door Gallimard in 1960, slaag ik er maar niet in, te lezen en te begrijpen wat er te lezen staat. Saint-John Perse (Marie René Auguste Alexis Leger) is even duister voor mij als Arthur Rimbaud - over wiens ‘Illuminations’, Paul Claes een uitzonderlijk essay geschreven heeft - maar ik heb geen enkele poging gedaan om iets te lezen over zijn werk. Ik heb er me regelmatig over gebogen hopende zelf enige klaarheid te zien, maar tot op heden tevergeefs, en ik zie niet in dat ik er ooit zal in slagen hem nog te begrijpen in de tijd die me nog rest. Trouwens, is het wel waard hem te begrijpen. Hij filosofeert niet al is hij sterk natuur gebonden, maar hij schrijft gevleugelde woorden in een context die moeilijk te vatten is. Ik in elk geval heb er moeite mee. Maar ondanks dat, lees ik hem, al geraak ik verstrikt keer op keer in de woorden die hij bij elkaar schrijft; lees ik hem om de schoonheid van zijn woorden, de geladenheid ervan, het vreemd poëtische ervan.

    Ik denk dan in de eerste plaats aan vatbare zinnen zoals:

    Et ce n’est point, qu’un homme ne soit triste, mais se levant avant le jour et se tenant avec prudence dans le commerce d’un vieil arbre, appuyé du menton à la dernière étoile, il voit à fond du ciel à jeun de grandes choses pures qui tournent au plaisir…’

    Of

    ‘Or il y avait si longtemps que j’avais goût de ce poème, mêlant à mes propos du jour toute cette alliance, au loin, d’un grand éclat de mer - comme en bordure de forêt, entre les feuilles de laque noire, le gisement soudain d’azur et de ciel gemme : écaille vive, entre les mailles, d’un grand poisson pris par les ouïes.

    Ik kan er zo talrijke passages uithalen die druipen van de poëzie en andere die ik op geen enkele wijze kan thuis brengen, alleen het poëtische van het woord heeft waarde, de betekenis is ver te zoeken.

    Maar het volstaat me, het brengt me in vervoering, het zet me aan hem na te volgen had ik maar de inspiratie eigen aan de wijze waarop hij zijn woorden kiest en in elkaar schuift.

    Hoe zijn leven ook moge verlopen zijn, en le lisant il me possède.

     

    28-04-2020, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs