Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    19-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Overgang van Tien naar Elf



    Bij Dante is alles mogelijk, vooral als ik vaststel hoe hij zijn Hel heeft ingedeeld. Zijn tocht vangt aan - in navolging van de Profeet, en hij wist het - ergens in een holte in de aarde van Jeruzalem – het donkere woud was duidelijk een symbool - de plaats waar Christus gekruisigd werd en dit op de morgen van Goede Vrijdag, om na de oversteek van de Acheron, aan te komen in het Limbus of het Voorgeborchte met het kasteel - waar beroemde schrijvers en filosofen staan te keuvelen - de trechtervormige holte te bereiken en de eerste van de negen cirkels geleidelijk af te dalen.
    De eerste vier hellecirkels vormen de bovenhel. In de vijfde cirkel aangekomen staan ze voor de poorten van Dis, die ze dankzij een bijzondere gezant (die de donkere luchtlaag wegzwaait met de linkerhand – waarom de linkerhand? - ) betreden kunnen om daarna aan te komen in de zesde cirkel, waar ze zich nu bevinden, (canto XI), bij de graven van de ketters, de volgelingen van Epicurus.

    Dante, geloofde hij in het bestaan van Lucifer en zijn gevallen engelen, en wat meer is, geloofde hij in het bestaan van de mythologische figuren waarover hij gelezen had zowel bij Ovidius als bij Vergilius als bij vele anderen?
    In elk geval hij deed alsof en hij schrijft over al deze personages omdat in zijn tijd hun naam in was en hij wellicht niet anders kon, wou hij geloofwaardig overkomen bij zijn lezers, dan aan de belangrijkste onder hen een rol toe te kennen in zijn tocht door de Hel.
    Hij voegde er nog Minos aan toe, de legendarische, mythologische koning van Kreta (canto V) die daar als rechter van de onderwereld verschijnt. Minos vervangt hier de Opperste Rechter want het is hij, - maar door wie werd Minos geïnspireerd? - die, na de biecht te hebben gehoord van de zondaar, met zijn staart beslist naar welke cirkel van de Hel deze verwezen wordt. Hij, Minos, is dus, zoals Vergilius, op de hoogte van de classificatie van de zonden.

    Hij zal dus ook geloofd hebben (zoals nu velen nog!) in het bestaan van de engel Gabriël die we ooit hebben ontmoet in Zuid-Frankrijk[1].



    [1] Op het snijpunt (Saint-Gabriel), van twee Romeinse wegen (lopende van Tarascon naar Maussane-les-Alpilles en van Arles naar Avignon), op de plaats wellicht van een Keltische of Romeinse tempel, ontdekten we, op een van onze tochten met vrienden, een prachtig kerkje van de XIde eeuw er opgericht ter ere van de Engel Gabriël dat we niet hebben kunnen bezoeken omdat gesloten en omdat de sleutel ergens te wachten lag op de bezoekers bij een of andere buurtbewoner.

    19-08-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    18-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Tien (2)

     

    Dante herkende Farinata (degli Uberti) die hem na enkele plichtplegingen vraagt wie zijn voorouders waren, waarop Dante alles vertelt wat Farinata verlangt te weten. Daarna verneemt Dante dat zijn voorouders hevige tegenstanders waren van Farinata’s voorouders. Ik heb hen tweemaal verbannen voegt Farinata eraan toe. Ja, antwoordt Dante ze werden wel tweemaal verbannen maar ze zijn ook tweemaal teruggekeerd.
    Een andere geest onderbreekt hun gesprek - dus zijn de graven niet zo leeg als ik eerst dacht en is het hun ziel, waarin ze niet geloofden dat deze eeuwig was die spreekt - de nieuw gekomene is verbaasd Dante te zien maar begrijpt niet waarom hij niet vergezeld is door Guido, zijn zoon die een vriend is van Dante.
    Gezien de plaats waar hij begraven ligt weet Dante dat hij Cavalcante Cavalcanti heet en, zoals Farinata, een volgeling van Epicurus[1].

    En ik tot hem: ‘Ikzelf ware hier niet, als hij die daar wacht, voor wie je Guido misschien een afkeer had, me niet had geleid.[2]

    Het kon dat Dante voldoende wist dat Guido, zijn vriend in het leven en een dichter zoals hij, een volgeling was van Epicurus en dat hij om deze reden Vergilius niet waardeerde.
    Daarna is er Farinata terug die Dante waarschuwt dat hem het lot te wachten staat dat hijzelf heeft ondergaan en dat hij uit Firenze verbannen zal worden

    wanneer de maankoningin die hier heerst (Proserpina) minder dan vijftig maal haar gezicht zal getoond hebben[3].

    Toch wil Dante weten van Farinata of het correct is dat hij kan zien wat de toekomst brengen zal.

    Wat God ons nog gunt is de dingen te zien die ver voor ons liggen maar wat dichterbij is en wat het nu bij jou op aarde betreft, zijn we blind. En dan weet je dat we volledig onwetend worden de dag dat de poort van de toekomst door het Laatste Oordeel zal gesloten worden.

    Hij is uitermate nieuwsgierig Dante, hij wenst ook te weten of er nog andere volgelingen van Epicurus zijn die hier liggen. Er zijn er duizenden nog, zegt Farinata, met onder meer Frederik II en hij die men de Kardinaal noemt, maar over de rest verkies ik te zwijgen.
    Dante weet nu dat hem een verbanning wacht (een verbanning die hij op het ogenblik van zijn schrijven reeds heeft ondergaan). Vergilius wenst hem te troosten. Denk eraan zegt hij tot Dante:

    ‘Als je die lieve blik in die mooie ogen zult zien, dan zal ze jou je ganse levensloop onthullen en zul je weten wat er jou te wachten staat’.

    Het is vroeg in de morgen van Paaszaterdag van het jaar 1300. Dante en Vergilius verlaten nu de stad Dis en lopen over een pad dat eindigt aan de rand van een diepe vallei.



    [1] André Pézard: ‘Dante, Oeuvres complètes’ pag 937:
    ‘Epicure: Dante réprouve la doctrine qui nie l’immortalité de l’âme (Conv. II viii 8), et bien plus chez certains Florentins dits ‘épicuriens’que chez Epicure même. En tout cas Dante est loin de mépriser la morale d’Epicure…
    [2] E io a lui : “Da me stesso non vegno :/ colui (Vergilius) ch’attende là per qui mi mena / forse cui Guido vostro ebbe a disdegno. (canto X: 61-63). In zijn “noti” bij de tekst van de Divina Commedia schrijft Ludovico Magugliani in verband met deze versregel 63: verso di dificile interpretazione. Betekent wellicht dat er een periode was in het leven van Guido Cavalcabti in cui egli non apprezzò Virgilio…
    [3] Vijftig nieuwe manen betekenen ongeveer veertienhonderd dagen, hetzij minder dan vier jaar, Dante’s verbanning vindt plaats in 1302.

    18-08-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    17-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Tien (1)

     

    Langs een smalle weg, tussen de muur van Dis en de graven dalen Dante en Vergilius verder af langs de zesde hellecirkel. En Dante wordt ongeduldig om te weten wat deze graven betekenen:

    O, hoogste deugd (virtù somma), die me leidt langs deze cirkelwegen, als het je past, spreek tot mij en voldoet aan mijn verlangen. Zouden zij die hier in de graven liggen kunnen zien, alle stenen staan reeds omhoog en niemand houdt hier de wacht?

    ‘En hij tot mij: alle graven zullen gesloten worden als ze na het oordeel in de vallei van Josafat, hier zullen terugkeren, samen met de lichamen die ze daarboven hebben achtergelaten. Op deze begraafplaats liggen Epicurus en zijn discipelen die de ziel met het lichaam laten sterven [1].

    De aanhangers van Epicurus (en met hen de ketters) kregen dus een speciale behandeling, namelijk een open graf dat wachtte op het dode lichaam dat op de aarde was gebleven, en pas na het Laatste Oordeel afdalen zal naar de hel. Dante verwijst hier naar hoofdstuk 4 van het Boek van de profeet Joël:

    1.Want weet het wel in die dagen, in die tijd als ik Juda en Jeruzalem herstel; 2. breng ik alle volkeren bijeen en doe hen dalen naar het dal van Josafat. Daar begin ik met hen mijn rechtsgeding over mijn volk en mijn erfdeel Israël dat zij onder de volkeren hebben verstrooid… 14. Drommen, drommen in het dal van het oordeel want nabij is de dag van Yaweh in het dal van het oordeel.[2]

    Hij weet dus dat het Laatste Oordeel zal plaats vinden in de vallei van Josafat waar er drommen en drommen verwacht worden.

    Hier, op de plaats waar Epicurus met zijn volgelingen hun graf hebben, is er geen geklaag te horen en heerst er de doodse stilte van een leeg open graf.
    Eruit wijs geraken doe ik niet, want als Dante de vraag stelt aan Vergilius of er op die plaats ook volgelingen van Epicurus zijn die hij mogelijks kennen zou, heeft Vergilius  deze vraag natuurlijk voorzien en vraagt hij even geduld te hebben want, er is dan toch beweging, iemand (een geest, een schaduw?) heeft zich half opgericht uit een van de graven.
    Dante is verrast en wendt zich verschrikt tot Vergilius maar deze zegt dat hij die oprijst voor hem, Farinata is en dat hij in passende woorden moet spreken tot hem. Maar het is Farinata die Dante toespreekt:

    O, Toscaan die levend door de vlammenstad wandelt en wijze woorden spreekt, doe me het genoegen even te blijven staan, je taal vertelt me dat je herkomstig bent uit dit nobele land dat ik misschien te zeer heb gemolesteerd.[3]

    Dante herkent Farinata (degli Uberti) die hem na enkele plichtplegingen vraagt wie zijn voorouders waren, waarop Dante alles vertelt wat Farinata verlangt te weten.


    [1] Ed egli a me:”Tutti saran serrati / quando, di Giosaffat, qui torneranno / coi corpi che lmassù hanno lasciati./ Suo cimitero da questa parte hanno / con Epicuro tutti i suoi seguaci,/ che l’anima col corpo morta fanno”. (Canto X: 10-16)
    [2] Willibrordus, uitgave 1975.
    [3] O Tósco che per la città del foco / vivo ten vai cos parlando onesto,/ piaciati di restare in questo loco./ La tua loquela ti fa manifesto / di quella nobil patria nato / alla qual forse fui troppo molesto. (canto X: 22-27)

    17-08-2014, 00:16 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    16-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat ik vertellen wou aan Dante

     

    Hoe, mijn beste Dante, hoe geraak ik uit deze soms verwarrende beelden en omstandigheden van je Commedia? Hoe kom ik ertoe om in al deze gebeurtenissen, in al deze voor mij vreemde elementen, een schifting te doen om het essentiële eruit te halen als ik ondervind dat alles essentieel is?
    En dan je taal die ik ontcijferen moet, of ik er volledig in slaag betwijfel ik. Al de vertalingen die ik bezit, een Engelse, twee Franse, een Nederlandse en de voetnoten van de oorspronkelijke Italiaanse versie, heb ik broodnodig om tot een eindversie te komen.

    Een tijd geleden, schreef ik in een blog, wat Samuel Beckett wist te vertellen over die taal van jou. Zo, ik neem over wat hij schrijft in zijn Disjecta[1].
     
    Je schreef in een volkstaal, zegt hij, die 'gesproken had kunnen worden door een denkbeeldige Italiaan die, alles wat goed was aan dialecten van zijn land in zich had opgenomen, maar die feitelijk zeer zeker niet gesproken werd of ooit gesproken was. En, Dante, hij maakt de vergelijking tussen die taal van jou en deze van James Joyce, die je zeker al moet ontmoet hebben:
    Je schreef, zegt hij nog, 'wat in je stad op straat werd gesproken terwijl geen sterveling op aarde of in de hemel ooit de taal van ‘Work in Progress’ (Finnigans Wake) heeft gesproken'.
     
    Daarenboven was je publiek Latijns en de vorm van je Commedia werd beoordeeld door Latijnse ogen en oren en door een Latijnse esthetica die vernieuwing niet duldde en die wel ontstemd moest raken toen de zoetgevooisde elegantie van ‘Ultima regna canam, fluido contermina mundo,’ (ik zal van volmaakte landen zingen die grenzen aan deze vluchtige wereld) werd vervangen door de barbaarse directheid van ‘ Nel mezzo del cammin di nostra vita’. Net zoals Engelse ogen en oren de voorkeur geven aan ‘Smoking his favourite pipe in the sacred presence of ladies’, boven ‘ Raucking his favourite turkvu in the smukking precincts of lydias’.

    Je moet natuurlijk Beckett zijn, om sprekend over de kracht van de taal, het Italiaans van jou te gaan vergelijken met het Engels(!) van Joyce. Echter, als ik het aantal taal-voetnoten zie bij mijn Italiaanse tekst van je Divina Commedia dan is het me duidelijk dat je taal problemen stellen moet aan de doorsnee Italiaan van vandaag. Zelfs al beweert Jacqueline Risset[2] : ‘un Italien contemporain peut encore, sans difficulté excessive, lire la langue médiévale de la Comédie’.
    Ik ben ook nog in staat het middeleeuwse Nederlands te lezen maar of ik het begrijp zoals het hoort begrepen te worden is een andere zaak.

    Zo, mijn beste Dante, de vertaling van je Commedia is geen sinecure, komt daarbij, het me inbeelden van het verhaal dat je me voorschotelt over gesloten en openstaande graven en stemmen die plots opduiken van mensen die je herkent en bij naam weet te noemen, en je begrijpt, zo hoop ik toch, hoe eenzaam ik me soms voelen kan.



    [1] Samuel Beckett: Disjecta, Beschouwelijk Werk, 1999, Historische Uitgeverij, Groningen. Nederlndse vertaling uit het Engels: Vertalerscollectief & Ronald Kuil, pag. 63.
    [2] Jacqueline Risset: ‘Dante écrivain ou l’intelletto d’amore’, Ed.Le Seuil ,1982.

     



     

    16-08-2014, 04:54 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    15-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tussendoor, in afwachting

     

    Zich verliezen in de Divina Commedia, is dit meer dan een studie maken over de Romaanse bouwkunst of over de diepere zin van de eerste gotische kathedralen, zoals deze van Chartres of Amiens, - beide met labyrint?
    Ik denk niet dat ik de vergelijking moet maken, het is en blijft een betreden van gronden die overwoekerd zijn met nieuwe vormen en nieuwe gedachten waarbij een teruggaan in de tijd, naar de basisgrond, uiterst bemoeilijkt wordt.
    Zo vraag ik me af welke de gemoedstoestand was van de meester-bouwer die de opdracht kreeg Chartres te bouwen, hoe hij er naar op keek en hoe hij begeesterd werd door zijn opdracht en ook hoe de steenkappers, de metsers en de andere stielmannen die er bij betrokken waren, er tegenover stonden, want het werk dat allen te presteren hadden was meer dan immens en in de aanvang onoverzichtelijk-avontuurlijk.
    We weten enkel dat ze zochten naar de perfectie in hun werk, en dat ze fier waren op het gepresteerde is zeker, je hoeft maar de beeldhouwwerken te bewonderen die de kapitelen van abdijen en kerken versieren, zoals deze op de binnenkoer van Moissac of deze in de Madeleine van Vézelay. Men kan hierbij moeilijk negeren dat er bij hen ook, in meer, het spirituele draagvlak moet geweest zijn dat voorzeker de meester-bouwer moet gekend hebben. Zo, wat we er ook over denken, ik kan me moeilijk inbeelden dat deze werken niet gevoed werden door de hoop dat ze hiermede hun hemel konden verdienen.

    En, om terug te keren waarmede we begonnen zijn, zou dit voor Dante ook het geval geweest zijn, hij die in zijn Vita Nova - een werk-je) dat hij abrupt heeft gestopt - verkondigde dat hij nu een werk wou schrijven dat nog nooit over een dame geschreven werd, wellicht hopende tezelfdertijd dat dit werk hem plaatsen zou op een voet van gelijkheid met Vergilius, Ovidius en al die andere beroemdheden van zijn tijd, maar ik denk niet dat hij in de allereerste plaats gedacht heeft aan de redding van zijn ziel.
    En dan de idee, een tocht te doen door Hel, Vagevuur en Paradijs, haalde hij die uitsluitend bij Vergilius en zovele anderen die nederdaalden in de Hades, of was er een andere aanleiding die plots is opgedoken?

    We hebben dus, schijnbaar althans, nog heel wat, naast de tekst ervan,  over deze Commedia te verhalen. Ik kom hier (ooit!) op terug om ‘mijn Dante’ op mijn manier te illustreren.

    Morgen - nu iemand me vroeg vol te houden - evenwel Canto Tien

    15-08-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    14-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verleiding



    Mon Dieu, qu’ai-je commencé? Hoe heb ik me kunnen laten verleiden om al wat in mij is in te zetten op een tekst van de dertiende, begin veertiende eeuw?
    Dit is de vraag die ik me stel, telkens ik me onderdompel in zijn terzines en dan vaststel dat ik, met het systeem dat ik volg, amper vooruitkom en met dit ritme, nog een hele tijd met Dante zal bezig zijn, zodat een tweede vraag oprijst, wie, wie onder jullie die me lezen heeft hier interessse voor.
    Ik ben dus eens te meer aangekomen op een tweesprong en aarzel de weg te blijven volgen, de meest hobbelige, die ik me voorgenomen had te volgen. Maar wat indien ik de andere weg zou nemen, de gemacadamiseerde, de gemakkelijkste, en mijn verhaal af te sluiten?

    Het is een keuze die er geen is, met mijn blog die een verbintenis is tegenover mezelf heb ik al een beslissing genomen. Heel ons leven stoelt op beslissingen. Ouspensky wist dit maar al te goed, hoe, eens de beslissing genomen, we bestormd worden door ‘ik’-personen binnen in ons die tegenstrijdige gevoelens oproepen en aanzetten om te laten vallen wat we begonnen waren omwille van, en er zijn tal van redenen, te onbelangrijk, totaal irreël, te onwaarschijnlijk en uit een tijdsperiode die te ver achter ons ligt.
    En het is met een dergelijk personnages dat ik opsta en met wie ik slapen ga, zelfs tot op de drempel van mijn eerste woorden volgt hij me en valt hij aan met zijn argumenten.

    Maar de Ugo in mij leeft van het schrijven, ademt met het schrijven en diep in mij wens ik niet dat hij op zij geschoven wordt, in de hoek gedrumd, zoals een bankzitter in de voetbal, toekijkend, gedumpt met een groot verlangen.
    Ik kan dit niet en mag dit niet. Ik moet doorgaan, ik moet Ugo blijven opstellen, zelfs indien dit, zoals vandaag, noodzaakt op te staan, zoals zovelen die schrijven; om vier uur in de morgen.

    14-08-2014, 04:45 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    13-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Negen (2)



    O voi ch’avete gl’intelletti sani,
    mirate la dottrina che s’asconde
    sotto il velame de li versi strani. (canto IX: 61-63)

    O, jij met een gezond verstand, bekijk (doorgrond) de leer die zich verbergt onder de sluier van deze vreemde verzen.

    Welk is deze ‘leer’ en waarom zijn het enkel zij, met een gezonde geest, die het vreemde in zijn verzen begrijpen kunnen?
    Hoe ook, deze drie versregels zijn een waarschuwing dat de tekst zo maar niet gelezen kan worden voor wat er staat; dat dus de woorden een betekenis verbergen voor de lezer met gezond verstand.
    Hoeveel lezers con gl’intelletti sani zijn er die zijn Commedia hebben gelezen en hoeveel zijn er, die de draagwijdte van deze drie mysterieuze verzen hebben kunnen ontcijferen?
    Opvallend is dat hij met deze terzine voor de dag komt onmiddellijk nadat hij door Vergilius, zijn gids, zijn heer en meester (meester in wat, enkel in de dichtkunst?) geblinddoekt werd met dezes handen en het is onmiddellijk erna dat hij ons verwittigt, op te passen opdat voi ch’avete gl’intelletti sani, niet door zijn verzen worden 'geblinddoekt'. Staat dit blinddoeken symbool voor zijn initiatie tot een geheime genootschap - zoals het nu nog gebeurt in de vrijmetselarij - en weet hij, dat slechts zij die vroeger geïnitieerd werden, zijn broeders in de geest dus, weten zullen wat hier wordt bedoeld ?

    (René Guénon, in zijn ‘L’ésotérisme de Dante’, indachtig zijnde en op onze hoede gebracht door Van Dijk hebben we gemeend een bijzonder hoofdstuk te moeten wijden aan de mogelijke draagwijdte van deze ‘vreemde’ verzen. Dit komt op het einde, na canto XXXIV, samen met een vaststelling van een gans andere aard.)

                                                                                                                                *

    En reeds kwam van over de donkere golven een krachtig geruis dichterbij dat beide oevers beven deed,[1]
    Een geluid als van een geweldige storm die losbreekt over het woud, takken afrukt en met zich meevoert en wilde dieren en herders voor zich uit op de vlucht jaagt.

    Zo aanhoort Dante het geraas van de wind en pas dan maakt Vergilius Dantes ogen vrij en ziet hij, zoals kikkers wegvluchten voor de waterslang, duizende zielen wegvluchten voor iemand die de Styx droogvoets oversteekt,

    van zijn gezicht sloeg hij de vette lucht weg hierbij dikwijls voor zich uit zijn linkerhand gebruikend , dit was het enige angstgevoel dat hij scheen te hebben.[2]

    Vergilius doet Dante teken kalm te blijven en de engel eerbiedig te groeten. Deze opent de poort zonder de minste weerstand te ontmoeten.

    ‘O’, begon hij, op deze afschuwelijke drempel tegen het gespuis van de weggejaagden uit de hemel: ‘Waarom je verzetten tegen deze wil, vanwaar deze aanmatiging die schuilt in jullie, wat helpt het in te gaan tegen het noodlot, herinner je Cerberus die er de sporen van draagt op kin en keel.’

    De engel gunt noch Vergilius noch Dante een blik en keert terug over de Styx zonder ook maar een woord tot hen te richten.Nu kunnen ze de poort binnen en worden ze geconfronteerd met een enorme vlakte vol graven,

    zoals het was in Arles waar de Rhone tot stilstand komt en in Pola, dicht bij de golf van Carnaro die Italie afsluit en de oevers bespoelt, waar allerlei graven de grond oneffen maken.

    Zo was het ook daar in de hel, maar de aanblik was veel gruwelijker. Want overal flikkerden vlammen en lagen de graven roodgloeiend, geen smid zou ooit zijn ijzer meer gloeiend willen hebben. Alle grafstenen stonden rechtop en gejammer steeg op uit de graven. Dante wil weten wie er hier in de graven liggen te kermen en Vergilius zegt hem dat dit de plaats is waar de ketters en hun volgelingen zich bevinden en dat de graven veel voller zijn dan Dante wel denkt en dat, zegt hij nog, al naargelang de leer die ze verkondigden, de graven meer of minder gloeiend zijn.



    [1] E già vena su per le torbid’onde / un fracasso d’un suon pien di spavento / per che tremavan amendue le sponde.(canto IX: 64-66).[2] Dal volto rimovea quell’aer grasso / menando la sinistra inanzi spesso / e sol di quell’angoscia parea lasso.(Inferno: canto IX: 82-84)

    13-08-2014, 02:15 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    12-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Negen (1)

     

    Toch zullen we dit gevecht winnen, zegt Vergilius, ‘ Zo niet…’ ( hij rekent op de hulp van Beatrice) biedt zeker zij zich aan[1]. Maar oh, wat duurt het lang vooraleer die andere komt.”[2]

    Terwijl ze staan te wachten vertelt Vergilius dat hij ooit al eens binnen de stad is geweest toen hij pas zijn omhulsel had afgelegd. Hij moest er een geest weghalen uit de laagste en donkerste plaats, uit de plaats waar Judas verbleef en dit in opdracht van Erichtho, een tovenares. Ik ken dus de stad, je hoeft je geen zorgen te maken.

    En wat hij nog zegde herinner ik me niet meer want mijn oog werd met alle kracht gericht naar de hoge toren met het rood gloeiend dak waar ineens drie helse bloedrode Furieën oprezen,[3]
    Hun lichaam geleek op dat van vrouwen. Groene hydra’s slingerden zich om hun lichamen en slangetjes en adders kronkelden om hun slapen.

    Vergilius kende deze wraakgodinnen bij name: Megaera, Alecto en Tisiphone. En de drie krabden, onder groot geklaag en geschreeuw hun borst open zodat Dante verging van schrik. Ze erkenden Dante als een nog levende en schreeuwden: ‘Laat Medusa komen opdat hij versteend worde’.
    De Medusa is een Gorgoon, de dochter van de zeegod Phorcus, ze versteende allen die het waagden haar aan te kijken. [4]

    ‘Keer je om en sluit de ogen, want indien de Gorgoon komen zou en je zou haar bezien dan keer je nimmer meer terug”. Zo sprak de meester en hij draaide me om en niet zeker van mijn handen, hield hij de zijne voor die van mij [5].

    En hierna komen volgende mysterieuze versregels:

    O voi ch’avete gl’intelletti sani, /mirate la dottrina che s’asconde / sotto il velame de li versi strani.(canto IX: 61-63).
    O, Gij met uw gezond verstand, bekijk de leer die geborgen ligt onder de sluier van de vreemde verzen.

     


    [1] Beatrice die hen aanzette de tocht te ondernemen.
    [2] “Pur, a noi converrà vincer la punga”,/ comminció ei, se non …tal ne s’offerse…/ Oh, quanto tarda a me ch’altri qui giunga. (canto IX: 7-9).
    [3] Ed altro disse, ma non l’ho a mente;/ per che l’occhio m’avea tutto tratto / vér l’alto torre, alla cima rovente,/dove in un punto furon dritte ratto / tre Furïe infernal di sangue tinte, (canto IX: 34-38).
    [4] Dorothy L.Sayers schrijft dat, her face was so terrible that anyone who looked upon it was turned to stone. In the allegory she is the image of the despair which so hardens the heart that it becomes powerless to repent. Pagina 127. Lodovico Magugliani, in zijn voetnoten, weet er niet veel meer over: Non é chiaro, per esempio, il significato delle Furie, di Medusa, e dell’Angelo che sta per giungere.
    [5] «Vlgiti indietro e tien lo viso chiuso;/ ché, se il Gorgn si mostra e tu il vedessi/ nulla sarebbe del tornar mai suso/ Cos disse il maestro; ed egli stessi / mi volse, e non si tenne alle mie mani / che con le sue ancor non mi chiudessi. ». (canto IX: 55-60)

    12-08-2014, 02:02 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    11-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Acht (3)

     

    Ik moet verder met Dante. Ik heb het gevoel dat hij, na Canto Zeven – zoals ik - het ritme kwijt was en dat hij er problemen mee had hoe het verder moest, en wel omdat hij een bepaald gebeuren, dat hij wenste in te brengen, op het oog had.
    Dante en Vergilius staan dus voor de ijzeren poort van Dis, het verblijf van de duivels – de gevallen engelen - Vergilius gaat naar hen toe om met hen te spreken en, vertelt Dante, horen wat hij zegde kon ik niet, maar plos breken de duivels het gesprek af, lopen weg en de poort wordt voor de neus van Vergilius gesloten. Hij heeft het dus niet gehaald, hij en komt traag terug en:

    de ogen naar de grond gericht en met een onzekerheid in de blik zegt hij zuchtend “Wie heeft mij deze akelige plaats hier ontzegd”.[1]

    Maar zegt hij tot Dante, als ik bedroefd ben, wees jij maar niet bezorgd, ik zal dit te boven komen wie ook er zich daar binnen tegen verzet. Hun aanmatiging is niet nieuw. Ze maakten er reeds gebruik van aan de minder geheime poort die zonder slot is gebleven. Boven de ingang[2] heb je gelezen wat het lot was van zij die er binnenkwamen,

    en aan deze kant daalt reeds, langsheen de cirkelgangen, zonder geleide, hij die de stad zal openen.” [3]

    Ondanks de voorspraak ‘de tal’  die hem gevraagd had Dante te vergezellen doorheen de Hel, was Vergilius niet in staat de duivels te overtuigen om hen binnen te laten.
    Het is pas in Canto Negen dat de poort geopend wordt en dat Dante ons verrassen zal met een uiterst vreemde uitspraak die volgens mij – maar hoe goed kan een mens zich soms vergissen? – wijst in de richting van een initiatie ceremonie.



    [1] Gli occhi alla terra e le ciglia avea rase / d’ogni baldanza e dicea ne’ sospiri : /“chi m’ha negate le dolenti case!” (canto VIII:118- 120).
    [2] Dorothy Sayers : Hell, p.121: the gate of Hell, when the devils sought to oppose Christ’s entrance into the Limbo.
    [3] e già, di qua da lei, discende l’erta /passando per li cerchi, sanza scorta, / tal che per lui ne fia la terra aperta. (canto VIII: 128-130)

    11-08-2014, 07:39 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    10-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Uitvloeisel

     

    Maar alvorens verder te gaan met Dantes Canto Acht, na mijn blog van gisteren, eerst nog dit:

    Het is absoluut nodig, de God van hier en van daar en van ginds, te ontdoen van zijn schors, die de mens van hier, van daar en van ginds eromheen gewikkeld heeft en door te dringen tot de diepste essentie van dat goddelijke. Dit is de opdracht voor de mens van het derde millennium - of is het reeds het tiende of het vijftiende millennium - pas dan zal Zijn woordeloze boodschap die enkel metafysisch en transcendent kan zijn, kunnen benaderd en begrepen worden. Want de geest in ons is geen toeval maar een toegift, is a vehicle, een middel om te komen tot de echtheid van het zijn, tot de ware betekenis van onze aanwezigheid hier in deze kosmos.
    Dit wordt alsdan de spirituele revolutie, de nieuwe middeleeuwen, die de mens verheffen moet.
    Gebeurt dit niet dan mogen we, de bewoners van deze aarde die de Geest waarover ze beschikken konden niet meer waardig zijn, als afgeschreven voor de eeuwigheid beschouwen en is het pogen van zovelen die geïnspireerd als ze waren, kerken en moskeeën, die tempels en kathedralen hebben gebouwd, vruchteloos, totaal vruchteloos geweest.

    Dit alles vloeit nu weg uit hem, krijgt vaste vorm. Het zijn maar mijmeringen, gevoed door de beelden op tv of de woorden in de weinige kranten die hij nog leest. Maar het zijn ook ideeën uit de boeken, die hij naast en over elkaar heeft gelegd en waaruit hij getracht heeft, bedenkingen te puren die thans in de luttele tijd van een paar minuten vorm en armslag hebben gekregen om uit te zwermen.
    Gelukkig heeft hij deze blog-manie, zodat hij zien kan aan het aantal van de volgeschreven pagina’s, hoe ver het jaar, dat eerder moeilijk begon, reeds gevorderd is en nog steeds een uitvloeisel is van de droom die hem nimmer verlaten heeft, het schrijven over leven en beminnen en over wat van God kan zijn.

    Blijvend zich hiervoor inzetten is het vreemde verlangen dat hem rechthoudt en aan zijn leven kleur en betekenis geeft. Want wat indien hij dit betrachten niet kennen zou?

    10-08-2014, 00:05 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    09-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De wereld van vandaag


     

    Welk verschil maakt het uit, een blog in meer, in een wereld waarin zovelen op de vlucht zijn, ingevolge de voor een normale mens onbegrepen heersende absurditeit waarbij kerken en moskeeën, musea en bibliotheken, zoals het gebeurt, worden geplunderd of afgebrand. Waarbij mensen worden gedood, verkracht, uitgehongerd, zo maar, of ondermeer omdat ze op een andere wijze de God - waarvan er slechts één kan zijn - opeisen voor hen alleen en het toverwoord, ‘bemin uw naaste’, voor velen woorden zijn zonder inhoud noch wat de naaste betreft als wat het beminnen aangaat.
    De media helpen ons opdat we getuige zouden zijn van leed en dood en verwoesting tot in het kleinste detail want het meest sensationele is nog niet sterk genoeg.

    Men beginne maar met het oudste verhaal dat hij kent, uit ‘Numeri’, waar Mozes, de man van Jaweh, niet aarzelt te bevelen aan de legerleiding, die wel de mannen van het overwonnen dorp had afgeslacht maar het gewaagd had de rest van de bevolking, gevangen mee te brengen naar het kamp van de Israëlieten:

    Kill every male among the little ones, and kill every woman that hath known man by lying with him, maar de meisjes die nog geen gemeenschap met een man hebben gehad, kunt u voor u zelf in leven laten.

    Horen we de kreten van de kinderen, van de moeders, horen we nog wel de kreten van de onschuldigen die gedood werden in welke eeuw en op welke plaats ook; denken we aan de laatste woorden die ze nog zeggen wilden en niet meer zeggen konden, en zo ze er nog de tijd toe vonden, het gebed dat niet aanhoord werd?
    Zien we nog wel de angst en de van pijn verwrongen gelaten van de Katharen die op palen werden geregen opdat men in hun gelaten de duivel zou zien; de angst van zij die in welke oorlog ook werden neergeslagen, gemarteld, onthoofd?
    Schreeuwen die de eeuwen scheuren terwijl hij in peis en vrede zijn dagen slijten kan en werken dag aan dag aan zijn blogs die met de jaren ook vergaan zullen en hij het lot zal kennen van al degenen die het beste van zichzelf hebben rondgestrooid in woorden die werden opgeslorpt door de tijd.

    Misschien, als hij die dame, radiësthesiste van Cap Griz Nez geloven mag die hem trachtte ervan te overtuigen dat zijn leven van nu, reeds zijn vierde leven was. Was zijn leven van nu een compensatie voor de levens van vroeger; voor zijn angstschreeuw van vroeger, als hij als kind van Numeri, het zwaard op zijn hoofd zag neerkomen, of een van de zovelen die verpletterd werden en verbrand in een of andere kerk of moskee, in een of andere kamer of, iemand die leefde in die waanzinnige XIVde eeuw van Barbara W. Tuchman.
    Zelfs indien hij geen verklaring heeft voor de vrede binnen in hem en voor het geluk dat hij kent te kunnen werken zoals hij het verlangt, niets zegt hem dat op een bepaalde dag niet de hel zal losbreken over hem, en dat hij niet al het waardevolle waaraan hij gehecht is, en dan vooral zijn geluk te schrijven, zal moeten achterlaten.

    09-08-2014, 00:55 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    08-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Respighi

     

    Ik ontwaak met Klara. Ik denk Mozart maar het is Beethoven. Ik luister naar wat er in de wereld is gebeurd. Ik bezoek Lalo, Grieg, Respighi. Wat een mogelijkheden voor de geest om, ontwaakt uit een droom, terug te keren, half slapend nog, naar een andere droom en aan te komen in de geest van Respighi die zijn gedroomde klankenwereld opgetekend heeft, vastgelegd, verankerd heeft om deze voor eeuwen door te geven in het leven van de levenden.

    Ik heb het geluk mijn morgen te beleven op deze wijze. Te ontwaken en binnen te stappen, even maar in het gevulde leven van een Respighi, ik ken de man niet, maar geïnspireerd door het geruis van de wind, de lichtinval en het schuiven van de wolken, wandelend onder de pijnbomen, luisterde hij naar de muziek die opsteeg in hem.

    Ik ken de man niet en zoek het niet uit om meer te weten over hem, maar hij luisterde, zoals ik naar de levende wind in de levende bomen, niet om het even welke wind, maar een wind die de geest van Respighi beroerde en neerviel in wondere tekens op een notenbalk, neerviel in een partituur en nu omgezet in klanken die ook deze zijn van de bomen, van de pijnbomen van Rome.

    Gelukkig leef ik ruim, de wereld van de muziek en van het woord is die waar ik me elke dag ophoud. En gelukkig dat ik mijn dag vandaag kan beginnen met Respighi, met Lalo, met Grieg en daarna kan afdalen in de boeken van anderen, van Capra, van Borges, van om het even wie, zelfs van Dante.

    Gelukkig dat ik daarna kan neerzitten en schrijven wat ik te schrijven heb, uitgelaten, al de rest vergetend, opnieuw geboren, telkens opnieuw als ik neerzit voor mijn klavier, zoals ver voor mij, Respighi neerzat voor zijn piano. Ik om daarna de dag in te gaan die zich al geopend heeft op de dingen van de geest en, opgetekend, ook nazinderen zullen in de klanken die van het woord zijn.
    Hopelijk blijven ze lang hangen, echter niet zoals deze van Respighi als hij is gaan neerzitten, ook om te verdwijnen, ook om opgeslorpt te worden door zijn wereld van klanken.

    Maar beleven van wat is doen we beiden, hij met klanken, ik met woorden. Het verschil in interpretatie van het essentiële hierbij, is heel klein, het essentiële dat is van de de ongrijpbare, onverklaarbare geest die in de bomen drijft, over de velden, de stromen en de zeeën, over de bergen, de steden en de dorpen, de woestijnen.
    Geest is alom, is woord en klank, hij is ‘des mensen’ en eens hij zich losrukt is hij van de Kosmos.

    08-08-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    07-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Uit een manuscript


     

    Uit een manuscript dat onvoltooid wijken moest voor Dante:

    Ze namen afscheid op de binnenkoer. Lucas startte de wagen en reed in een brede zwaai omheen het perk verwilderde rozen. Ter hoogte van Ugo gekomen stopte hij en zegde door het open raam:
    ‘Je hebt volkomen gelijk, de eerste zin uit Johannes is wellicht de meest belangrijke zin die ooit onze westerse gedachtenwereld is binnengebracht: in den beginne was het Woord of, in den beginne was de Geest, is een slagzin waar ik mee leven kan. Ugo, salut, mijn dag is goed en je hebt hier een schitterend domein’.
    Ugo wou antwoorden maar Lucas was al weg, hij stak nog even zijn arm omhoog en reed weg onder de torenpoort de lange eikendreef in. Ugo volgde hem, zag hoe hij vertraagde bij de overweg, zag hoe hij de bocht nam en geruisloos wegschoof tussen de rozenvelden.

    De grote stilte van het huis die de woorden had opgenomen en verwerkt: ‘En het Woord was met God en het Woord was God’. Een wereld van gebeurtenissen welfde over hem, en hij dacht: ‘Het is goed dat je weet dat alles ontstaan is uit de Geest, leef ernaar en niets kan je overkomen.
    Hij ging binnen in de schemerhall, de tafel tegen de muur met de vaas witte rozen, die zij was of die hij wou dat zij zou zijn. De kamer met de wijdopen haard en de rijen boeken tegen de wand en op de tafel, en alle dingen wisten hem te zeggen dat het goed was dat hij wist dat in den beginne het Woord was en, dat hij, Ugo, ontstaan was uit het Woord, zodat hem niets kon overkomen, zelfs de dood kon geen vat hebben op hem.
    Er was het boek, ‘Mort voici ta défaite’, dat hij wist staan in de rij boeken, maar wat erin verkondigd werd, dat elke elektron van zijn lichaam  houden zou  al wat hij wist en hield, en een kopie zou zijn van de persoon die hij was, scheen hem hoogst twijfelachtig toe. Maar je weet nooit, het leven is zo fantastisch dat de idee van Jean Charon wel een graad van waarheid zou kunnen inhouden. Al wat hij las in verband met de structuur van het atoom en al wat er mede verband hield, de wereld van het onzichtbare dus, was de enige wereld van de diepere realiteit der dingen, wees in die richting. Het kon dus weinig anders dan dat we grotendeeld beheerd worden door de wereld van het onzichtbare, zelfs al is dit heel onduidelijk. Het was hierover dat hij gesproken had met Lucas, die hem waarschijnlijk niet volledig had gevolgd omdat hij wellicht te onduidelijk zich had uitgedrukt of, omdat hij te veel had willen zeggen met te weinig woorden, wat ook verweten werd aan Mozart: too many notes, my dear Mozart.
    Laat het, dacht hij, laat de avond komen en laat mijn begeestering het halen, maar in de donkere holte van de gedoofde haard wachtte hem de eenzaamheid, hij zou er niet aan toegeven, toch nu niet.

    07-08-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    06-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ecrire

     

    Een artikel in de Standaard der Letteren van 1 augustus houdt me vandaag weg van Dante. Het is van de schrijfster Claire Castillon die schrijft over het boek ‘Ecrire’ van Marguerite Duras, een boek dat ik niet las maar, als ik lees hoe Castillon er met zoveel lof over spreekt dan is het een boek dat ik lezen moet.
    Castillon vertelt over het waarom van haar schrijven, ze doet het 'omdat ze geen andere dingen kan, omdat het vanzelfsprekend is, omdat het een tekort is dat gevoed wordt door woorden of beelden op te pikken en die neer te schrijven'

    Ook ik kan niet anders meer dan de afzondering op te zoeken om me terug te vinden als schrijver. Ik word een ander mens met een totaal andere ingesteldheid op de dingen en de gebeurtenissen en leef een ander leven dan het alledaagse dat zeker ook mijn deel is. Het is dit alledaagse dat ik van mij wegduw om binnen te treden in een wereld die dichter aansluit bij de droom dan stoelt op de realiteit.
    Ik heb dit wellicht allemaal al geschreven en indien niet dan heb ik het gedacht, zou Pessoa zeggen. En heb ik het nog niet gezegd of gedacht dan is het omdat ik nu, geïnspireerd door het artikel van Castillon ben gaan nadenken over het fenomeen, schrijven. Want schrijven is een fenomeen, is een kosmische aangelegenheid wist Eco – maar dit heb ik onlangs reeds vermeld – en ik vermoed dat het is omdat je iets nieuw brengt, een massa woorden bijeen schrijft die een beeld zijn van iets dat voorheen nog niet was.

    Je creëert, een nieuwe zwelling op een tak van de boom van de letterkunde, waaruit ofwel een nieuwe scheut zal ontstaan, die verder groeien zal, zoals bij Duras, ofwel na enkele dagen terug zal verdwijnen in de zwelling van de schors waar het als een potentieel iets zal blijven wachten, hunkerend om verder te groeien.
    En in vele gevallen is het enkel de hunker die overeind blijft, die jaren lang hangen blijft en misschien nog aanwezig zal zijn in de laatste ademstoot.

    06-08-2014, 06:35 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    05-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Canto Acht (2)




    Opnieuw valt hier het bevreemdende op in het plan van de Commedia. Vergilius is de theoloog, is hij die de Bijbel kent en de Evangeliën las. Is hij die weet welke de aartsvaders waren, weet over de nederdaling ter helle van Christus; die van oordeel is dat Dante respect moet hebben voor de beslissingen van de Allerhoogste. We kunnen ons hierbij de vraag stellen waar Vergilius dit allemaal geleerd heeft, maar we doen het niet uit respect voor Dante, want het verbazende is dat Dante de onwetende is en Vergilius, wat de theologie betreft, de alles wetende.
    Dit is de finesse eigen aan Dante ( hij weet wat hij schrijft, weet hoe hij alles inkleden moet en hij kent zijn boeken!) waarbij Vergilius het antwoord van Christus aan de vrouw uit Lucas verzwijgt, namelijk: ‘Gelukkig zij die naar het woord van God luisteren en het onderhouden’ (11: 28), wat er duidelijk op wijst dat Dante de beslissing van God heeft aanvaard zonder enige vorm van kritiek. En het is om deze reden dat Vergilius Dante heeft omhelsd, of was er nog een andere reden?
    En verder in Canto Acht:

    Mijn zoon’, zegt Vergilius,’nu naderen we de stad met de naam Dis met haar massa zwaar gestrafte zielen:

    Meester, duidelijk kan ik al de torens (meschite, moskeeën) onderscheiden die een helrode kleur hebben alsof ze van vuur zijn gemaakt.[1]

    Dis (ook bij Vergilius en Ovidius) is hier de naam van de troosteloze stad van de gevallen engelen. Het schijnt Dante toe dat de muren van de stad van ijzer zijn. Met het bootje van Flegias bereiken ze de diepe grachten die de stad omgeven en de schipper roept hen toe uit te stappen.
    Het beeld dat Dante te zien krijgt is huiveringwekkend:

    Ik zag daar meer dan duizend (duivels) bij de poort staan die uit de hemel in de hel waren gestoten die riepen: ‘wie is degene die hoewel zonder dood te zijn het rijk der doden betreedt’ [2]

    En de wijze meester antwoordt dat hij met hen een secreet gesprek wil hebben maar krijgt als antwoord dat hij alleen moet komen.

    En dat hij die het waagde tot hier te komen nu maar alleen terug moet langs de weg die hij zo vermetel is geweest te volgen, als hij er tenminste toe in staat is en jij, jij die hem geleid hebt door deze duistere plaatsen moet daarna hier blijven.

    Denk maar, lezer, hoe ik me ontredderd voelde bij het aanhoren van deze vervloeking zodat ik dacht dat we nimmer meer terug zouden kunnen. [3]

    Dit te horen is teveel voor Dante, hij wil terugkeren:

    En die heer die me tot hier had gebracht zegde me: ‘Vrees niet, niemand kan ons deze tocht beletten als een zo machtige dit heeft toegestaan.’ [4]

    ‘Wacht hier op mij, sterk je vermoeide geest en voed hem met goede hoop want ik zal je niet verlaten in deze lage wereld.’ Zo verliet me mijn zachte vader terwijl hoop en vrees vochten in mijn geest.



    [1] Ed io: “Maestro, già le sue meschite / là entro certe nella valle cerno / vermiglie, como se di foco uscite. (canto VIII: 70-72).
    [2] Io vidi più di mille in su le porte, / dal ciel piovutti, che stizzosamente / dicean : “chi è costui che sanza morte / va per lo regno della morte gente?» (canto VIII, 82-85)
    [3] Pensa, lettor, se io mi sconfortai / al suon delle parole maledette; / ch’io non credetti ritornarci mai.(canto VIII: 94-96)
    [4] E quel signor, che l m’avea menato, / mi disse: “Non temer, ché il nostro passo / non ci pu trre alcun, da tal n’è dato. (canto VIII: 103-105)

    05-08-2014, 04:58 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    04-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Styx en Christopher Fry

     

    Alvorens verder te gaan met Canto Acht, eerst nog dit. De Styx herinnert me aan een lezing van Christopher Fry, handelend over de dood, gehouden in de Cathedral van Chichester. Enkele dagen erna bezocht ik deze kathedraal en vond er een kopie van zijn voordracht, die ik zorgvuldig heb bewaard. Zijn woorden zijn passend voor het verhaal van Dante alhoewel ik denk dat Fry deze niet bij Dante is gaan halen, wel bij Vergilius uit zijn Aeneis.

    En Christopher Fry:

    ‘Through all the ages that Man has been on this earth we can see him, primitively or in civilisations, prehistorically or historically, thinking of death as a journey, providing himself with the material necessities for making it; as a river crossing, for instance: Charon ferrying the dead across the Styx, though not free of charge. It cost you a couple of pearl-barley cakes and a bottle of honey drink called hydromel, not to mention a sop for Cerberius.’

    Verder lezend in Fry’s lecture val ik op deze zin die zo toepasselijk is op mezelf dat ik hem hier hernemen moet:

    ‘As we grow older we may often regret the times when we have undervalued the gift of life, wasted it, mishandled it, obscured the light by our stupidity…’

    Dit ook is de reden waarom ik nu inderhaast Dante lezen wil en schrijven wil over zijn Commedia, of die nu goddelijk zou zijn of helemaal niet, om hiermee de laatste levensdagen (het zullen effectief geen vele jaren meer zijn) te vullen, te verrijken, te kleuren, te verluchten en te verlichten en ingekaderd op te hangen voor het raam van de wereld, in compensatie voor al de stupiditeiten die ik gevolgd heb in mijn leven.
    En incalculerend de dood die op mijn drempel wacht: het was ook Christopher Fry die in zijn stuk ‘The Dark is Light Enough’, de stervende Countess Rosmarin zeggen laat, als Jakob haar vraagt: how so willingly she can bear to think of death.

    But you’ve always thought of it, Jakob,
    In the pleasure and conversation of these evenings.
    The argument, philosophy, wit and eloquence
    Were all in the light of this end we come to.
    Without it their would have been very little
    To mention, except the weather. Protect me
    From a body without death…[1]

    Bescherm me van een lichaam dat de dood niet kennen zou!



    [1] Christopher Fry: Plays, p.153)

    04-08-2014, 04:47 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    03-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ontwaking



    Alsof ik uit een lange slaap kom geef ik er me pas vandaag rekenschap van dat de lijsterbes een rode glans gekregen heeft, dat het veld tarwe plots gerijpt is en de rozenvelden waar ik langs wandelde in volle bloei staan en dat de zomer al ver gevorderd is.
    En nu, schrijvend aan mijn stenen tafel in de tuin, wagen het een paar jonge Vlaamse gaaien heel dicht tot bij mij te komen.

    Waar was al die tijd, vraag ik me af, mijn verbondenheid met de natuur, waar mijn binding met de bomen hier omheen het huis, de eiken, de beuken, de berken, het geruis van de wind in het gewemel van de bladeren?
    Heb ik wel opgemerkt hoe het blad zich gevormd heeft uit de kleverige botten na de winter, hoe de eikels, de kastanjes zich gevormd hebben, de noten in de notelaar, heb ik er wel iets van gemerkt terwijl ik doende was met Alighieri en zijn te ontcijferen verzen van zijn, bij momenten hard om lezen Inferno?

    Het is, ruw geschetst, alsof ik pas ben ontwaakt nu het meer dan zomer is geworden, nu de kersen zijn gerijpt en weg gehaald door de lijsters en de merels, door de spreeuwen. Ik meen niet dat er iets van deze diepgaande bewegingen in de natuur is doorgedrongen tot mijn geschriften, alles heeft zich gecentreerd op Dante. Pas nu wordt me duidelijk, de alles opslorpende inzet waarmede ik er mee begaan ben geweest, en dit sedert heel wat dagen.
    Maar ik beken ook, ootmoedig, dat het niet nu, dag aan dag is, dat mijn Dante-tekst ontstaat. Dat het niet enkele maanden geleden is dat ik begonnen ben met het schrijven over het Inferno van Dante, dit gebeurde veel vroeger.
    Ondertussen is er een lange, te lange tijd over heen gegaan, terwijl – en ik ontdekte dit een maand geleden – de tekst die ik had achtergelaten, diep in mij aan het gisten was en dat er onvermijdelijk een ogenblik komen zou dat hij terug uit de schemer van de tijd opduiken zou.
    Dit is, waarde vriend(in) lezer(es) wat nu aan het gebeuren is. En als ik deze bekentenis vandaag doorgeef dan is het omdat ik van tijd tot tijd nood heb aan een herademing, er nood aan heb Dante even op zij te leggen om uit te komen, gelukkig, waar ik vandaag ben uitgekomen zijnde de rode bessen van de lijsterbesboom, de boom van Zhivago, zijn symbool voor Lara, in het bevroren ondergesneeuwde bos.

    03-08-2014, 05:04 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    02-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Terug Dante: Canto Acht (1)

     

    Het valt onmiddellijk op dat de Dante van Canto VIII, een totaal andere Dante is dan die van de vorige canti. Zijn medelijden met de zondaars is opgelost en het is met grote minachting dat hij nu reageert tijdens hun tocht over de Styx. Ik vermoed dat de reden is dat de tijdsspanne die lag tussen het schrijven van canto VII en VIII heel wat langer is geweest dan normaal. Giovanni Boccaccio in zijn ‘Trattatello in laude di Dante’, vertelt hierover dat de zeven eerste canti van zijn Inferno geschreven waren op het ogenblik van zijn verbanning uit Firenze en dat hij pas veel later, terug is gaan werken aan zijn canto VIII dat begint met het vers: ‘Io dico, seguitando…’ dat Boccaccio begrijpt als ‘continuando la composizione’. Wat heel goed aanvaardbaar is en de wijziging van zijn houding tegenover de zielen die hij ontmoet na zijn verbanning verklaren moet.

    Ik ook ken een soort van metamorfose, mijn conversatie met Dante is soms een rechtstreeks contact met hem, alsof hij onder een of andere vorm aanwezig zou zijn, en soms gebeurt het dat ik me beweeg, zonder zijn aanwezigheid, tussen zijn woorden. De reden hiervoor is dat ik soms dagen heb die onvruchtbaar zijn althans wat Dante betreft.

    Trouwens het weze hier vermeld dat Dante eens verbannen uit Firenze in 1302, naar alle waarschijnlijkheid, zwervend van de ene plaats naar de andere, pas rond 1305 ernstig verder beginnen werken is aan zijn Inferno en dat hij tot in augustus-september 1321, zijnde zestien jaar, geschreven heeft aan de drie delen van zijn Commedia. Er moeten dus lange periodes geweest zijn dat hij met andere zaken bezig is geweest, ondermeer met het schrijven van zijn Convivio, zijn De Vulgari eloquentia, zijn De Monarchia en tal van gedichten. Zijn werken vullen trouwens meer dan 1.700 pagina’s in de vertaling van André Pézard (la Bibliothèque de la Pléiade).

    Frans Van Dooren van zijn kant, heeft het zelfs aangedurfd de plaatsen te bezoeken die door Dante vermeld of beschreven worden in de drie delen van zijn Commedia. Hij heeft de moed gehad het resultaat van zijn diverse tochten door Italië te bundelen in een zeer merkwaardig boekje : ‘Met Dante door Italië: reizend in het voetspoor van de dichter’ en heeft er ruim 230 pagina’s mee gevuld.

    De weg van Dante als banneling was geen weg bezaaid met rozen. In zijn Convivio I,iii,5 vertelt hij ons dat, sedert het aan de burgers van de zeer schone en fameuze dochter van Rome, zijnde Firenze, behaagde hem buiten te gooien hij veel heeft gereisd en als pelgrim, bijna bedelaar, tal van regio’s heeft bezocht. Hij noemt zichzelf een schip zonder zeil en zonder roer, gedreven naar diverse havens, door een droge wind die zijn pijnlijke armoede uitwasemde (che vapora).

    02-08-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    01-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Heimwee



    Ik zocht deze morgen naar een versregel aangehaald door Jorge Luis Borges in zijn verhalenbundel ‘ El Aleph’[1], waarin hij het heimwee belicht van een Afrikaanse palmboom overgeplant naar de tuinen van Ruzafa[2] .
    Aldus - en het is Averroës die spreekt - sedert jaren gekweld in Marrakech omwille van mijn heimwee naar Cordoba troostte het me een apostrof te herhalen die Abdurrahma richtte tot een palmboom in de tuinen van Ruzafa [3]:

    Tú también eres ! oh palma !
    En este suelo extranjera…

    Ook jij, oh palmboom, kent het
    in deze grond die je vreemd is …

    Eigenaardige gunst van de poëzie, zegt Borges, woorden geschreven in Afrika door een naar Cordoba verlangende Averroës, die de woorden herhaalt van Abdurrahma gericht tot een palmboom in de tuinen van Ruzafa, in zijn verlangen naar Afrika.

    Ik dacht aan die vreemde kracht, eigen aan de poëzie, om vandaag – en ook op vele andere dagen - overspoeld door mijn heimwee naar de Val d’Anniviers in Wallis, en meer in het bijzonder de dorpjes Grimentz en Zinal, uiting te geven aan mijn niet te stelpen verlangen.
    Jarenlang beleefde ik er, in alle eenvoud en rust en geestelijk rijk, mijn maand augustus, die begon met de dag van de Nationale Feestdag dat een groot gebeuren was.
    De voorbereiding ervan en, naar de avond toe, de optocht met les fifres et tambours en tête, gevolgd door de notabelen en de kinderen, elk met een brandende kaars in een papieren lantaarn in de hand, samen met de ouders en dorpelingen waarvan ik er velen bij naam en toenaam kende. Om dan aan te komen op de plaats, Roua, waar de chorale enkele liederen bracht, naast een grote stapel takken en brandhout, klaar om aangestoken te worden.
    Een traditie van oudsher, een vreugdevuur dat zou aangestoken worden en doorgegeven als boodschap naar de dorpen in de vallei, Ayer, Mission en hoger naar Saint-Luc en naar de alpages in de flanken van de bergen aan de overkant van de vallei.

    Grimentz, de bergen en de wijnkelders, chaque famille avait sa cave, en het was daar dat je ontvangen werd, in alle eenvoud om le vin du glacier te proeven, met wat brood, viande de Grisons, of een sneetje gedroogd spek. Waar was het beter om te zijn. Waar kunnen de kinderen beter zijn die er elk jaar blijven heen gaan, die ginds zijn vandaag en vast en zeker mee zullen opstappen in de optocht, met les fifres et tambours en de ganse rij van wandelende lantarens.
    Na al die jaren was je geen toerist meer, je waart van het dorp en ze noemden je met je voornaam. En je hebt de kinderen van je vrienden zien opgroeien en de kinderen van de kinderen en wat jou betreft weet je dat al ben je er niet vandaag, ze naar jou zullen vragen: ‘Et, Charles, ton père, comment va-t-il?’
    Ze zullen over jou spreken met de kinderen van mijn vrienden aldaar, les Salamin, les Epinay, les Solioz, les Cotter, les Rouvinez, want van de vele vrienden die je er had blijft er, behalve Lucien Epinay - je bent met hem le doyen du village - nog één over, Jacques Deck. een Parijzenaar, die er ook, met Annic, zijn echtgenote, elk jaar terugkwam in de maand die onze maand was.
    En dan de namen van de bergen die zingen in jou: le Marenda, la pointe du Zirouc, Bendola, Lona, Moiry et sa cabane, les Aiguilles de la Lé, la Couronne de Breyonnaz, en ga maar verder, bergen die je meermalen beklommen hebt. En dan de flora: edelweis, génépi, soldanelle, arnica, lys arpagon, myrtille, niet op te sommen verscheidenheid van bloemen en planten.

    Je droomde er begraven te worden op het kerkhof naast de kerk, de enige plaats waar je rust zou vinden, dacht je en denkt je nog steeds, al weet je het anders want, zegt de Ecclesiasticus, er is een tijd van komen en een tijd van gaan.


    [1] Jorge Luis Borges, El Aleph, Biblioteca Borges, Alianza Editorial, 2001, ‘La busca de Averroes’, pag 115.
    [2] Ruzafa is een van de hipste wijken van Valencia, leert me Google.
    [3]Así, atormentado hace años en Marrakech por memorias de Córdoba, me complacÍa en repetir el apóstrofe que Abdurrahman dirigió en los jardines de Ruzafa a una palma africana.

    01-08-2014, 05:31 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    31-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een dwaze verliefdheid.

     

    De woorden blijven komen, bestormen me om genomen te worden, bezeten te worden. Ik kan er me niet vlug genoeg van bevrijden. Schrijf  ik een bepaalde richting dan willen ze tezelfdertijd een andere richting uit een richting die zich dan op haar beurt splitsen wil, en er een nieuwe richting opduikt die ik evengoed had kunnen nemen of beter wel had genomen. Het proces van het schrijven is lijk het proces van het tekenen, een lijn getrokken op het blad draagt in zich vele andere lijnen maar een tweede lijn en een derde pas op het einde zal blijken of het de meest expressieve waren. Zo gaat het en zo zal het altijd blijven.

    Dante is hoe zeg ik het, een kwestie van een dwaas verliefd zijn. Maar is het niet meer dan dat?
    Is het niet de grote ernst in het werk van Dante, is het niet mijn respect voor het verbazend creatieve van hem, het creatieve dat ook George Steiner heeft opgemerkt?
    Trouwens staat het niet geschreven dat hij, na Christus, de eerste is geweest  die er in geslaagd is Hel en Hemel binnen te dringen en terug te komen van zijn tocht om achteraf te gaan neerschrijven al wat hij zag en hoorde, en dit met een ongekende, verbazende levendigheid, een accuraatheid en beeldenrijkheid die zo treffend waren dat zijn lezers achteraf - wat ik ook las bij Steiner en ik totaal ignoreerde - ‘dat de fictie hier de waarheid wordt en dat deze paradox bevestigd werd door de verhalen over hem die de ronde deden, als zou de auteur van de Commedia teruggekomen zijn met verbrande vlekken op zijn huid’[1].
    Om maar te zeggen hoe zijn Commedia ontvangen werd en gelezen, hoe er over gesproken werd en hoe dit gesprek en geschrijf over zijn werk al zevenhonderd jaar gaande is en duidelijk gesteld mag worden dat de dag waarop dit gesprek stoppen zal de mens een totaal andere richting zal ingeslagen hebben. En of de nieuwe richting een betere en meer creatieve zal zijn valt sterk te betwijfelen

    Houd ik mijn Dante-avontuur vol tot het einde, is de vraag die ik me telkens stel als ik in mijn verbeelding het aantal canti overschouw die nog onbesproken overblijven. Het is maar dat de dagen voorbijsnellen en dat mijn vorderingen, althans op het eerste zicht, geen gelijke tred houden met de snelheid van het schuiven van de dagen.


    [1]Here as in no other secular text, the fiction must be that of truth. This paradox is made graphic by the early rumour according to which, the author of the Commedia carried on his skin the burn-marks of Hell. ( pagina 66)

    31-07-2014, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs