Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    05-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Pierre Teilhard de Chardin

     

    José Saramago was mijn voorbeeld voor het bijhouden en het doorgeven van mijn dagelijkse geschriften. Hij was echter niet mijn leermeester. Ik heb hem van in de aanvang niet gevolgd in zijn tocht doorheen de gebeurtenissen en de omstandigheden van de wereld. Ik heb me op mijn eiland gehouden en heb, vooral, geschreven over wat er op en in dat eiland van mijn geest te vermelden viel. Vandaag heb ik de indruk dat ik alles gezegd heb wat er van is, zijn er geen nieuwe elementen meer, behalve misschien wat ik nog niet gezegd heb namelijk een zin die ik terugvond op de eerste pagina van mijn allereerste dagboek dat ik begonnen ben in 1978. Een zin van Pierre Teilhard de Chardin, een zin die me altijd heeft gevolgd, die ik getracht heb op mijn manier te doorgronden en die me, na gisteren, te sterk is geworden opdat ik deze vandaag niet vermelden zou. Teilhard schreef, op een gegeven uitzonderlijk ogenblik, naar het einde van zijn leven toe:

    ‘Seigneur, parce que, par tout instinct et par toutes les chances de ma vie, je n’ai cessé de vous chercher et de vous placer au cœur de la matière universelle. C’est dans l’éblouissement d’une universelle transparence et d’un universel embrasement que j’aurai la joie de fermer les yeux.’

    Hoge woorden, verheven woorden, geschreven door een van de grootste figuren van de twintigste eeuw, die stilaan maar, volledig ten onrechte, op zij wordt geschoven door de wereld van nu. Woorden die niet zo eenvoudig te bevatten zijn, die een afbeelding zijn van de overweldigende visie die hij had over het dubbele aspect van de Kosmos als van elke particule ervan, namelijk,  een materieel aspect naar buiten en naar binnen, een psychisch, een spiritueel aspect. En het is dit laatste aspect dat hij binnen dringen zal bij het sluiten van de ogen. Zo heb ik het altijd begrepen en zo heb ik het altijd voorgesteld.

    Het is dus, destijds, en nu meer dan ooit,  de laatste zin van de aangehaalde paragraaf die me toen getroffen heeft en die ik thans herneem als een soort lijfspreuk, als een gewaad waarmede ik me omhullen wil: het sluiten van de ogen, op de vreugde die ik kennen zal  als ik binnen kom in de schittering van de psyché van de Kosmos, een doorzichtigheid en een gloed van licht.

    Al wat ik geschreven heb was in een zekere mate, hoe minimaal ook, gedragen door dit visioen van licht, door de aanwezigheid van de geest die aanwezig is binnenin alle particules van de Kosmos. En eigenlijk, als ik alles overdenk is het Teilhard geweest en zijn visie op de kosmos met er binnenin, met tentakels naar alle punten ervan het kloppend hart van ‘le Seigneur’ van Teilhard.

    Hij is het geweest, wat mij betreft, die de weg heeft geopend naar mijn totaal nieuwe visie over 'God' als de spirit van de Kosmos. Hij is het die me geleid heeft naar de visie van Spinoza en verder nog, naar de dag dat ik inzag, de New Physics helpende, dat alles ontstaan is uit het Woord dat in den beginne was dat dit de enige mogelijke oplossing was die aan het bestaan van de Kosmos kon gegeven worden, en dat aldus de Kosmos in al zijn geledingen, het Woord was, het Leven was, het Bewegen was, het ‘Nu’ was.

    Het is de weg die ik genomen heb op een bepaald ogenblik in mijn leven, Teilhard de Chardin lag aan de basis ervan. Met hem is alles begonnen.

     

    05-08-2017, 07:21 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    04-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Roc de la vache

     

    Een vriend die mijn blog van 1 augustus las over Zinal en Grimentz, vertelt me over zijn tocht, veertig jaar geleden, van uit Zinal naar le Roc de la Vache, 800 m. hoger. Hij weet het niet, maar hij opent het boek dat mijn leven was. Hoe dikwijls ben ik die weg, dat slingerpad naar boven niet opgegaan en afgekomen, met de kinderen of met de vrienden. Hoe dikwijls niet naar boven om eens het stroompje op de rand ervan doorwaad, naar links te nemen,over de open vlakte, steeds maar stijgend om aan te komen in de Cabane du Tracuit, boven de 3000 meter. Om van daar uit, de volgende morgen, voor het licht opkwam, verder te gaan over de sneeuwvlakte naar de top van de Bieshorn, 4260 meter hoog.

    Of, op andere dagen komende van de Col de MIllon, afdalend in de sneeuw en de rotsen lager, aan te komen in een vlakte van groen met het stille vloeien van water dat zich meanderde tot de rand van de voet van de Roc de la Vache. Je zegt het maar, je noemt het maar en een wereld die zich opent en de vraag hoe dikwijls was ik daar niet en,’my heart is in the Highlands, my heart is not here’.

    Ik denk eraan en ik wil niet verder meer. Ik wil er nu, dit ogenblik, veranderen in een zoutpilaar en er blijven, de ogen open en uitkijken hoe het water zich kronkelt in de effenheid van de vlakte, de bodem er begroeid met mossen en bloemen, met minuscule paddestoelen, rode en blauwe en kleurloze, en gentiaan, en arnica  en zilverdistel en noem maar. Wat je vooral weet is dat de grond er zacht was, dat je er liep als op een tapijt van mossen en heel korte grassen, en dat het heerlijk was daar te zijn. De mooiste plaats in de bergen, de meest effen plaats ook. Je dacht aan een mogelijk vliegveld als je erover wandelde.

    Je schrijft hier over, je schrijft je leeg, Je bent van je woorden en enkel van je woorden, enkel van de beelden die je tracht op te roepen, armzalig omdat er geen woorden voor zijn. Omdat het enige wat telt is er te zijn, tevoorschijn te komen uit een ophoping van losse rotsblokken en ineens te staan voor die oase van rust en groen en levend water. Je bouwt er meer dan drie tenten, je bouwt er de tent van je leven. Vandaag is de herinnering sterker dan ooit, ze is mijn adem en mijn bloed, mijn oog en mijn oor. Ik zit erin vastgegroeid en wil er niet meer weg. Ik sterf erin en wil niet meer het leven in, niet meer.

    Ik stop even, ik ga terug waar ik vertrokken ben bij een vriend die me schreef dat hij naar de Roc de la Vache was gewandeld met vrouw< en kinderen. Ik laat het voor wat er staat. Ik kan niet anders dan met hem afdalen naar de vlakte terug, Zinal vlug verlaten, de dag binnen, en zijn waar ik zit, verdoofd een ogenblik, weggezogen uit de realiteit van het zijn. Arm en gelaten, ik heb genoeg geleefd denk ik dan, de herinneringen worden me te zwaar.

    PS. Google toont je alle plaatsen die je zou wensen te bezoeken.

     

    04-08-2017, 06:23 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    03-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De weg die we bewandelen

     

    Ik heb weinig oog voor wat gebeurt in de wereld, of beter, ik schrijf er niet over, ik ben alleen maar begaan met mezelf, ik blijf schrijven in een cirkel, mezelf als middelpunt. Hoe lang nog houd ik dit vol?

    Wat is er zo interessant aan mij dat ik er blijf over uitweiden, waaruit dan tevoorschijn komt hoe ik me voel of voelde, alsof ik elk beeld, elke beweging van mij wilde optekenen om een dubbel bestaan te leiden, één te bewijzen dat ik er ben en, in meer, dit te willen bevestigen in woorden.

    Dat ik hier pas van morgen aan denk lijkt me vreemd, evenals het feit dat ik altijd mezelf als middelpunt neem. Ik heb al zoveel geschreven dat ik niet meer weet waarover ik nog niets heb gezegd. Ik herhaal me onvermijdelijk. Ik ben aldus aangekomen in een stadium dat wat ik schrijf geen belang meer heeft wel, hoe ik het schrijf. Ik ben aangekomen waar een paar vrienden van mij, schilders, zijn aangekomen die, zoals ik in een cirkel, blijven schilderen. De ene schildert landschappen van de Vlaamse Ardennen, het zit in zijn bloed, de andere schildert marines, bezeten als hij is door de tinten grijs en groen en blauw, het eeuwige dat van de zee is. Ze zijn landschap of marine, zoals ik mijn woorden ben, en over niets anders wensen we te vertellen. Wat mij betreft is het omdat ik in mijn ontboezemingen beperkt ben tot wat zich voordoet binnen in mij en ik geen verhaal kan vertellen waar ik niet rechtstreeks bij betrokken ben.

    Ik weet niet waar deze vaststelling me voeren zal, maar ik veronderstel niet dat ik morgen, of zelfs in de loop van de dag, een ontdekking ga doen en beslissen zal in een totaal andere richting te gaan dolen. Ik moet vooreerst die richting nog gaan bepalen, zoals ook mijn twee schilders dit zouden kunnen doen, maar ik vrees voor ons dat we alle drie vastgeroest zitten in onze vertrouwde wereld en dat een uitbraak uiterst moeilijk wordt; dat we ons niet meer kunnen bevrijden van de wereld waarin we verzeild zijn geraakt.

    Ik ga vandaag of morgen een maand-gebonden gedicht binnen krijgen van een dorpsdichter uit de omgeving – het verbaast me zelfs dat het er nog niet is – het zal eens te meer een verrassing zijn, geschreven in een stijl die hem, en hem alleen eigen is. En ik kan er nog een beeldhouwer aan toevoegen, de foto die hij me gisteren stuurde van een houten beeld dat hij ‘gehouwen’ heeft is overduidelijk een beeld van hem, dat niemand hem na kan/zal doen omdat het ontstaan is uit zijn geest, uit zijn persoonlijkheid, uit zijn creatief inzicht dat kosmisch gericht is.

    Om je maar te zeggen hoe ik me omringd voel met mensen die zoals ik, nood hebben zich te uiten, en telkens zoals ik, vertrekken van uit hun eigen wereld om te trachten zich keer op keer te vernieuwen. Op stap gaan in dezelfde richting om ooit iets te bereiken wat ze nog niet bereikt hebben, het hoogste punt dat gescholen zit in hun ‘Dasein’.

    Of ze dat punt ooit bereiken zullen speelt geen rol, het is het doen, het pogen, dat hun leven is.

     

    03-08-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (2)

    02-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vertrouwen

     

    Ik kende gisteren even een zwak moment, een dag die me niet paste om hier te zijn. Maar genoeg er over nu, ik ben terug in het land en wat voorbij is, is voorbij en het leven gaat verder. Ik luisterde naar het laatste kwartet dat Joseph Haydn schreef in 1809, op 67 jarige leeftijd. Wist hij, toen hij het schreef, dat het zijn laatste was of was het maar zijn zoveelste en hoopte hij er nog andere te schrijven? Ik veronderstel dat, in de toestand waarin hij zich bevond, hij het wist en dat de dood nakend was.

    En ik, denk ik er aan dat wat ik elke dag schrijf, de laatste blog zou kunnen zijn? Neen, zeker niet, maar het ware misschien wenselijk er toch maar even aan te denken dat het wel het geval zou kunnen zijn en, door het inlassen van een woord of, door er nog iets aan toe te voegen, te laten blijken dat ik de mogelijkheid onder ogen heb gezien. In dit geval zou elke blog geschreven en vooral gelezen kunnen worden als een mogelijk afscheid.

    Een lezeres die terugkeerde van een veertiendaags verlof in de Lot, riep hoera – ze meldde me dit - toen ze vaststelde dat mijn blog er nog steeds was. Dus hangt de mogelijkheid dat hij verdwijnen zou in de lucht en weet elk van ons dat er op dat punt, geen enkele zekerheid bestaat.

    Ikzelf moet er alleen voor zorgen dat elke blog die verschijnt er staat, voldoende waardig om te eindigen zoals voor het ogenblik, de meeste ervan eindigen, hetzij met een vraag die een vraag zal blijven, tenzij met een gegeven dat als een waarheid kan gezien worden.

    Ooit zal er dan wel over gezegd worden dat het de laatste blog is geweest die ik geschreven heb, en zal die fungeren als mijn laatste woorden, wat ook zijn waarde bepalen zal. Weet dus, en ik hoef dit niet elke dag te herhalen of te laten blijken dat ik er aan denk dat wat ik schrijf het laatste zou kunnen zijn, en dit moet volstaan. Ik voeg er onmiddellijk aan toe dat ik hoop dat ik nog een pak blogs zal kunnen schrijven. Echter als ik hoor dat de volgende Olympische Spelen zullen doorgaan in 2020 en de daaropvolgende in Parijs, in het jaar 2024. Dan reken ik en dan denk ik, hopelijk deze van 2020, misschien, maar 2024 zeer twijfelachtig en deze van L.A. in 2028, meer dan twijfelachtig. Ik beperk me dus, voorlopig, enkel en alleen uit te kijken naar wat augustus, naar wat de daaropvolgende herfst me brengen zal. Veel is het niet, geen buitengewone verwachtingen zijn me beschoren.

    Maurice Roelandts[1] die door niemand nog geciteerd wordt, die als doodgeboren is, schreef over het leven dat het een afstand doen was van dromen en verwachtingen. Ik ga hier niet mee akkoord, ik weet wat ik verwachten kan en ik weet ook dat het niet veel is dat me nog wacht; dat ik hierin heel redelijk moet zijn en vooral dankbaar er nog te zijn en dankbaar omwille van de verwachtingen die ik nog durf hebben. Mijn hopen op – eigenlijk op om het even wat, zelfs op het onmogelijke – is er en blijft er. Maar ik weet dat het maar normaal is dat die hoop er is, dat die inherent is aan het ‘zijn’, tot het daar nog zijn de daaropvolgende dag. We zien dàn wel wat die dààropvolgende dag ons brengen zal, vertrouwend naar de dààropvolgende toe.

    Zo lang dit vertrouwen er is kan er weinig gebeuren.



    [1] Maurice Roelandts (1895-1966) in zijn ‘Komen en Gaan’ of in ‘Het leven dat we droomden’.

     

    02-08-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    01-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag van 1 augustus

     

    Ik weet al een tijdje dat 1 augustus er aan komt, dat het een dag is waar ik niet zonder weemoed aan voorbij kan, dat het voor mij de dag is van een paar dorpen in de Val d’Anniviers[1] waar ik vele augustusdagen heb doorgebracht, voldoende om nu rond te gaan met een bijna ondraaglijk verlangen naar hoe het toen was. Zo, vandaag, ben ik hier niet, ik ben waar ik hoorde te zijn, in Grimentz, in Zinal.

    Het is, sinds mijn blog verschijnt, mijn zevende 1 augustus waarover ik iets zinnigs tracht te schrijven. Ik zocht de vorige op en telkens ging het over dat heimwee, wat eigenlijk een knagende terugblik was, naar de dagen daar doorgebracht, dagen die zich onvermijdelijk culmineerden in de dag van 1 augustus, de nationale feestdag van de vier taalgemeenschappen.

    Indien ik van de zes vorige blogs die ik erover schreef een résumé zou maken dan val ik telkens op hetzelfde gevoel terug en niets kan er iets aan wijzigen: heimwee, weemoed, en ik wens dit te houden als de laatste binding met wat die maand betekende in mijn leven en in dit van mijn vrouw en kinderen. Ik had nochtans de wereld kunnen af reizen, om te beginnen al de landen van Europa, maar ik heb er geen ogenblik aan gedacht de maand augustus niet door te brengen op die zelfde plaats, in het hart van de Val d’Anniviers.

    Weinige zullen me begrijpen, maar ik voelde me er oneindig goed, hoewel ik nog altijd niet precies zeggen kan wat er zo speciaal aan was, zo innemend, zo onweerstaanbaar, zo enorm rijk aan impressies. Ik leefde er op een andere, meer intense wijze, had er andere behoeften en verbleef er in totaal andere omstandigheden die me getekend hebben, Ik was er duidelijk een ander mens.

    Ik ga niet flouw doen; ik ga niet wenen, maar het feit dat het voorbij is, het feit dat ik maar de echo meer ben van de persoon die ik toen was, houdt me in de greep ervan. Ik kan dus mijn staat van zijn van vandaag met niets vergelijken, maar het is als van een groot verlies.

    Nochtans, ik weet dat, indien ik er vandaag zou zijn, mijn weemoed nog groter zou zijn, want ondertussen zijn al mijn vrienden daar overleden, ik zou het moeten stellen met hun kinderen en hun kleinkinderen, wat mijn pijn om het voorbije nog verhogen zou. Ik zou er rond lopen als een eenzame in een dorp dat ik niet meer ken, dat is uitgegroeid, waarvan de vrije bergflank overgroeid is met chalets en waar de oude kern met de witte kerk, wat Grimentz betreft, opgeslorpt schijnt. Ook zijn er geen zondagen meer zoals vroeger, geen pastoor meer, met na de mis, de dames in volkse kledij die rondgingen met een tinnen kan om het aperitief, ‘le vin du glacier’, aan te bieden in een simpel bekertje. Dus niets meer van wat was dat overgebleven is. Toch ben ik er zeker van, dat vandaag, naar de avond toe, ‘les fifres et tambours’ in stoet zullen optrekken, gevolgd door ouders met kinderen, elk kind met een brandend kaarsje in een lampion, naar de plaats Roua toe, om er het vreugdevuur aan te steken en te luisteren naar de toespraak van een van de notabelen van het dorp of van de regio.

    Ik ben dus, voor zij die me lezen, hier niet vandaag, de ganse dag zal ik in gedachten in de bergen zijn, me herinnerend de rust ervan in de morgenzon, hoe het licht er is, hoe de tijd er verloopt en hoe het is samen te zijn met de vrienden bij een stuk kaas en een glaasje wijn, welke ook. En de wereld die er afwezig is. Ik blijf er door gefascineerd en dit gevoel is ondanks alles gebleven. Ik zeg het maar, ik schrijf het maar, opdat het zou geweten zijn dat ik, uitzonderlijk vandaag, niet ben op de plaats in de tijd waar ik zou willen zijn. 



    [1] Valais-Wallis: Franstalig deel van CH: op de weg Sion – Brig, even buiten Sierre, over de Rhône, rechts de stijgende weg naar de Val d’Anniviers, een verrassing voor wie deze weg voor de eerste maal neemt, en in Vissoie drie mogelijkheden heeft, ofwel links naar St.Luc en Chandolin; ofwel rechtdoor naar Zinal; ofwel rechts naar Grimentz op 1600 m.

     

    01-08-2017, 06:40 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    31-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De overgang

     

    Dreifach ist der Schritt der Zeit: / zögernd kommt die Zukunft hergezogen, / pfeilschnell ist die Gegenwart entflohen, / ewig still steht die Vergangenheit.  

    Ook Johan Friedrich von Schiller (1759-1805) wist het wat er was van het  tijdsgebonden zijn. Hij vatte het samen in een viertal versregels, met als centrale punt het pfeilschnelle van het ‘nu’ dat voortdurend overgaat in een ander ‘nu’, de dagen in andere dagen, de maanden in andere maanden.

    Hoe ik dan in essentie, ga van een begin naar een einde maand, telkens verrast dat er al een nieuwe maand, zo maar, voor de deur staat. En nu is er, voor de zoveelste maal in mijn leven, de mooie maand juli die op het punt staat zich op te lossen in augustus. Het is de uitgeklaarde regel van het leven hier op aarde. Het is zo en het blijft zo, onherroepelijk

    Gelukkig, het schrijven rekt en identificeert mijn dagen. Ze spreiden zich genummerd uit over mijn bladen tekst. Het is, alles bij elkaar genomen, het enig duidelijke dat er van over blijft; echter, of die bladen er zijn of niet, het deert de gang van zaken niet, ze verwekken geen trompetgeschal, geen vuurwerk boven de huizen, ze raken amper de weinigen die zich in de morgen of de avond, geroepen weten om ze te lezen. Ik stel het vast, het zijn maar kleine dingen, wilde appeltjes om te laten waar ze hangen in de boom of te laten liggen in het gras.

    En toch willen mijn woorden krachtig zijn. Willen ze gevoelens oproepen, waarheden opwekken. Willen ze meer zijn dan voorbijgaande dingen. Ik doe er alles aan opdat ze van de grond zouden komen, ze willen steigeren, willen zich ‘smijten’. Dit is de aard van de stellingen die ik innemen wil. Een oase zijn in het vele dat dagelijks opduikt op honderdduizend plaatsen tegelijk, in om het even welk dagblad in de wereld, welk tijdschrift en welke redactie ook die kan geraadpleegd worden. En ik moet me er tussen wringen om iets te brengen wat anderen niet brachten, enkele verzen of zinnen samengeraapt, enkele wijsheden in alle nederigheid gebracht, mijn schamelheid geëtaleerd.

    Over de vijver hing deze morgen een lichte damp die opsteeg uit het water en zich, klaar en helder oploste in het heden van de luchten. Je zat er maar, je vingers tussen de bladen van het boek des levens dat je aan het schrijven waart. Je waart er niet alleen, er waren er, veel ruimer en meer zeggende dan jij: de bomen en de struiken, de grassen, de uitgebloeide irissen naast de papyrus in late bloei; er waren er kleine vogels wiegend in het riet, de duiven en de eksters hoog, de reiger die opvloog toen je aankwam.

    Je zat er maar te zijn, te kijken en te dromen, terwijl de appels rijpten, terwijl de zaden van de vele planten en struiken zich opspanden om weg te springen over de aarde, de bijen en de vlinders honig zogen uit de witte klavers; alle vormen van eeuwigheid zich openend voor jou.

    Je zat er maar, terwijl de aarde pijlsnel door de ruimte schoof. Je dacht dat je het bijwijlen voelen kon, maar je vergiste je, zoals je je vergist in vele zaken die van de aarde zijn en van het leven.

    Maar je waart aan de vijver, gehuld in het nu van het zijn, en je wist het, o, zo goed, zodat je opkeek om je heen, en in een cirkel, je alles omhelsde.

     

    31-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    30-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Betovering

     

    Er zijn van die boeken die je dierbaarder zijn dan andere, niet alleen omwille van hun inhoud, dit komt pas later, maar vooral omdat je vaststelt hoe goed het voelt als je het als boek bekijkt of in de hand houdt. Ik heb er meer zo. Ze zijn een vreugde voor het hart, ze zijn als vrienden die nu en dan iets van zich laten horen, ook en meestal in verband met wat je geschreven hebt. Wat je apprecieert, omdat je weet dat je iets hebt wakker geschud bij hen: een herinnering, een zin, een naam, het mag dan nog Zeno van Elea zijn[1], wat dan wijst op de rijke filosofische background van je vriend en tezelfdertijd op wat jij in te grote mate niet bezit.

    De boeken en de vrienden vullen je leven aan, geven diepte aan het dagelijkse gebeuren, zijn de warmte van je dagen, zijn, voor enkele momenten, het innig samen komen met een ander leven, wat dan de geest, binnenin de sterrenstof die we maar zijn - schrijft een andere vriend - verblijdt en verheft. Dit zijn geen loze woorden, dit is inhoud, betekenis, levenswijsheid: boeken en vrienden. Wat indien die er niet waren, zelfs indien een van beide ontbreken zou? De boeken bijvoorbeeld om te beginnen, omdat die het dichtst bij de hand zijn en ermee verband houdend de muziek als ik er de tv-programma’s aan toevoeg van Brava en Mezzo.

    Ik sprak over het gevoel te leven in een omgeving die overvloed is. In feite zijn we koningen wat muziek en boeken betreft, voel ik me – ik heb daarenboven een paar vrienden die schilderen en beeldhouwen - altijd in verwachting van iets dat ik zien of horen zal van hen of lezen zal in een of ander boek of, op elk ogenblik van de dag – wellicht ook van de nacht – als ik inschakel op klassieke muziek en, waarom niet, op veredelde Jazz. Verwachting dat mijn leven is.

    De zeer beperkte wereld waarin ik leef is me voldoende, ik voeg er mijn woorden aan toe, ik zou er nog andere zaken kunnen aan toevoegen maar dan wordt het te veel, dan gaat het naar het buitensporige en kalft het af. Dus, ik pas me aan met maat en rede, mijn leeftijd indachtig.

    Dit zijn de levensomstandigheden waarin ik verkeer. Waag ik het nog te dromen? Waarom niet, een mens zonder droom is een batterij zonder energie, een leeg vat, een holte zonder echo, en die wil ik niet zijn. Trouwens hoe zou ik er in slagen nog een zinnig woord te schrijven, indien ik niet in staat zou zijn me regelmatig te bevrijden van het dagelijkse dat me voortdurend bij de keel grijpt en de adem toesnoert. Je noemt het maar zoals je het noemen wilt: ogen sluitend wegvluchten in het ongerijmde, een wereld zoekend die er enkel in ons verbeelden is, weerspiegelingen van wat nooit was of nooit zal zijn. Alle denkpistes zijn valabel.

    Ik schrijf om te schrijven, het is mijn vreugde, het is mijn ingesteld zijn dat schrijft, ik zelf kijk toe, laat begaan als betoverd door de betovering van het altijd hier nog zijn.



    [1] Zeno van Elea, een presocratische filosoof die beweerde, aan de hand van een mathematisch bewijsvoering, dat Achilles nooit een schildpad die voorop loopt, kan inhalen.

     

    30-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    29-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zo ver staan we dan.

     

    Zo ver staan we dan. Hoe we er geraakt zijn heeft nu geen belang meer, we zijn aangekomen tot wie we zijn en, veranderen zullen we niet meer, toch niet in wat we verkondigen. Wat het materiaal betreft waarover we nog beschikken is een andere zaak, er is slijtage, aanzienlijk genoeg om het te vermelden als je wakker wordt met een totaal ongevoelige rechterhand, waar je eerst geen weg mee weet en je je geblokkeerd voelt in wat je optekenen wou. Een verwittiging maar dacht je, niet halsstarrig blijven doen wat je deed, maar meer bewegen dan kom je er wel, misschien, maar vooral blijven hopen dat, zo lang de geest het doet, er niets verloren is.

    Zo zijn er van die morgens die je tegen de muur plaatsen, om rechtop te blijven en niet met een bochel rond te lopen waar je leeftijd op te lezen staat. Wat je zeker nog niet wilt, evenmin toegeven, zelfs al komt die dag wel eens. Vandaag wil je hem echter wegschuiven tot in de uithoeken van je gedachten.

    En je weet waar je nog niet geweest bent, je weet tot waar je woorden nog niet zijn aangekomen, het punt dat je eens bereiken wilt voor het te laat zal zijn. Je dacht er aan toen je zag hoe een pianiste improviseren ging op een thema van een tiental noten lang haar aangereikt door iemand uit het publiek. Hoe ze er uit haar thema weg wandelde met een verrassende soepelheid en ze er naar keerde terug, in voluten uitgeschreven, opgevangen en weer neergelegd, ten volle uit en simpel neergezet, keer op keer, in andere tonen en akkoorden die lijk bogen van tederheid waren en hoog opklommen tot onder de gewelven om te dalen d an, wit en donker, dof en plots ook zo helder, alsof water. Zij licht gebogen, haar handen, haar losse vingers, dartelend, wervelend, niet in te houden over de toetsen van haar hart, zoals je het zag gebeuren, en het was toen dat je dacht, aan wat je gisteren hebt neergezet: we leven in overvloed van beelden en klanken en woorden.

    Zo, heeft elke morgen zijn eigen interpretatie en het is op deze interpretatie dat we improviseren moeten om er uit te halen al wat er in verscholen ligt, het gewone en meer nog, het ongewone, omdat uit het ongewone het essentiële te halen valt, het niet dagelijkse, het innermost perfecte en toch breed uitzwaaiend naar de toppen toe als naar de ondergrond, alles omvattende, gaande tot in het diepste van het Niets als tot in het meest volmaakte van het Alles. open en gedoken, opdat ook maar niets verzwegen zou worden van wat is als van wat nog niet is. Breeddenkend dus. Kan ik verder nog, kan ik het gooien over een andere boeg, die nog niet is, maar komen zal als we maar blijven aandringen, zoals soms wordt bewezen?

    Je hebt in deze richting nog heel wat voort te brengen, je hebt nieuwe gronden op te zoeken om er je woorden te zaaien en rekenend op de nieuwe ondergrond, andere vruchten te oogsten die verbazen zullen: de oude en de jonge en zij die glijden naar een tussenin.

    Er komt geen einde aan, vertrekkende van uit de morgen geraak je niet verder dan de middag, wat erna nog volgen kan weet je niet, je moet verder om het te weten. Zo staat het geschreven.

     

    29-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    28-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Overvloed

     

    In de nacht voltooi je geen zinnen die de dag zullen halen. Je zult ze er nog even houden en als het licht er is, ze er wegnemen met het nodige respect, en met reuk besprenkelen omdat ze tederheid kennen en gespreid kunnen worden, alsof ze vleugels hadden.

    Je woorden van gisteren waren lijk nachtvlinders, schuw amper het licht verdragend, deze van vandaag zijn van de morgen en van het licht dat opmerkelijk is van stilte, niet openspat gelijk het water uit een fontein, maar gelijkmatig is verspreid over de dingen, die er roerloos staan, als van de hand Gods geslagen, tot rust en ingetogenheid.

    Dit ogenblik van de dag is je lief, is van je eeuwigheid, is van allen die je lief zijn, ook van hen die al vertrokken zijn, en niet meer keren zullen, tenware ze hier nog altijd waren, je weet maar nooit, welke verrassing ons te wachten staat. Zo, klein gelovigen, kijk uit naar de dag van morgen als je hen vervoegen zult. Ik zal er staan om je te ontvangen met armen wijd open onder een of andere boom, een notelaar misschien, hier weggerukt.

    Heb ik me altijd openbaar gemaakt zoals het hoorde, ik houd er aan het te blijven doen, al is het me soms te eng en denk ik, nu en dan, aan het ‘neither’-gedicht van Beckett dat ik op een dag vond bij Stefan Hertmans en het sedertdien niet meer vergeten ben, hopende ooit het na te doen en mijn ‘neither-gedicht’ te kunnen schrijven, waar ik gisteren naar toe wou, maar dan op een totaal andere wijze heb klaar gekregen:  een tweede poging van wat ik ooit bracht en terug te vinden is in mijn blog van jaren terug, van 21 januari 2012 om precies te zijn.

    Zo bestaan we dan, we schrijven woorden die halve gedachten zijn van anderen voor ons, zij schrijvend op de golven van gedachten anderen voor hen, vertrekkende van uit de nevels van de tijden voor hen, en wij via via, in de voetsporen van allen die ons zijn voorgegaan en van wie overbleven hun nacht- en morgengedachten, of wij ons erop ingehaakt om te zijn zoals zij waren, niet slimmer maar meer rijker aan keuzes en verscheidenheid, bibliotheken vol wijsheden waar je uit putten kunt, kon je je maar verplaatsten zoals je het wensen zou.

    Maar je wensen zijn er, en dit is je toereikend genoeg, want in die wensen zit je inspiratie, je hebt het niet nodig te lezen, je hebt het niet nodig een boek tuit te zoeken en te lezen. Al wat ooit geschreven werd staat open en bloot in al wat ons omringt, je hoeft je maar in te stellen, de juiste golflengte op te zoeken om binnen te dringen in de oceaan van al het geschrevene dat er is. Je hoeft je geen millimeter te verplaatsen, al wat je schrijft heeft een binding met al wat er al geschreven staat, is het niet het zelfde, het heeft zijn raakvlak, en heeft het zijn raakvlak niet, het is iets nieuw of het is een aanvulling of een herhaling van het bestaande, vers geschreven en vers gedacht, of, zoals het horen zou, uitzonderlijk, in nieuwe woorden gespreid op een ander kleurvlak of in pastel, of in houtskool simpelweg, waar het vroeger gebeeldhouwd stond of opgetekend op een notenbalk.

    Wanhopen hoef je niet als je je niet meer verplaatsen kunt buitenshuis, met, al was het maar 'Brava' baden we in overvloed.

     

    28-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    27-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tussenin

     

    Dit is geen droom, ook is het geen werkelijkheid. Dit is een tussenin, als er een tussenin zou kunnen zijn, als er een wereld liggen kan tussen het zijn en het niet zijn, een rand-wereld waar het mogelijke raakt aan het onmogelijke, enkel te bereiken via het woord dat van beide is.

    Waar het op aan komt is, op de grens ervan, indien die bestaan zou, een ontmoeting te laten plaatsvinden die én droom én realiteit genegen is, maar noch is enkel van het ene, noch enkel van het andere, maar is van wat is tussenin, als zo een tussenin bestaan zou: de schemerzone tussen geloof en ongeloof waar ik me zo graag ophouden wil om van de twee te zijn zonder van het ene te zijn noch van het andere.

    Hoe besta ik dan, half geboren en half onbestaande, alsof ik voor de helft in droom zou kunnen zijn, en voor de helft in realiteit. Ik kom hier later op terug of tracht hier op terug te komen, alsof het noodzakelijke ook het on-noodzakelijke zou kunnen zijn: het woord dat geen vaste vorm hebben zou, maar enkel in gestalte te voorschijn komt, niet uit te spreken, niet te verhalen noch in precieze, noch in on-precieze vormen. Waar kom ik dan uit? Nergens anders dan in de tuin van de profeet, eenzamer dan ooit op een verlaten eiland.

    Alsof het kunnen zou dat ik van het niet bestaan zou aankomen op het eiland van het bestaan en ik er spreken zou met de mens die er niet woont en verwacht dat ik er komen zal zonder er te zijn en spreken zal in woorden die niet om te zetten zijn in beelden, even, maar die zich oplossen zullen erna en pas uitgesproken zullen worden als ik zal vertrokken zijn, klanken zullen zijn die begrepen kunnen worden door ingewijden van oudsher.

    Of nog, om duidelijker te zijn, indien dit mogelijk kan zijn, hoe uit het ongerijmde, waarheden kunnen ontstaan die ons verankeren kunnen in een schijnverhaal waar, à la Borges, is wat niet kan zijn, onheil dat redding is en redding die onheil brengt.

    Te zijn van het licht en van het niet-licht, een fractie van de tijd die altijd eeuwigheid is of niet is. Dit, van toen je nog slapende was en ontwaken ging, de wig er tussen geslagen, angstvallig opgemerkt en ervaren als tussenin het zijnde en het niet zijnde. Ademloos en ademend met volle teugen, de tijd die je rest en je niet meer rest.

    De dag als die nog komt, wat niet zo zeker is, is op dit uur, de dag tussenin de dagen, opgeraapt en verspreid zoals vallende bladeren als het nog zomer is in het vooruitzicht van de herfst die komen kan of niet nodig heeft nog te komen omdat, op het ogenblik dat de duisternis gaat wijken voor het licht, alles wat gezegd kan worden al geschreven staat, ergens in het landschap en wij er staan zullen, de ogen wijder open met vragen die tussenin ook antwoorden zijn.

    Dit, dacht hij, heb ik nog nooit geschreven, maar een alleluja is het niet, al kan het er een worden.

     

    27-07-2017, 06:27 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    26-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Metamorfose

     

    Kun je in het morgenlicht schrijven over de avond, over de nacht; kun je vrolijk zijn als alles tegenslaat en kun je schrijven als een jonge man als je op leeftijd bent? Of nog, heeft dit alles wel belang eens je aan het schijven bent, een ander persoon geworden, deze binnen in jou, je dubbelganger in vele aangelegenheden?

    Het kan allemaal, je bent wat je onderwerp betreft, de persoon die je zijn wilt, oppermachtig, todopoderoso. Niets staat je in de weg, je haalt je beelden, je woorden, je daden uit je omgeving die zowel morgen of avond kan zijn, je neemt er plaats middenin en je kijkt wat er gebeuren kan, ineens of uitzonderlijk voor een lange tijd.

    Je staat voor een bos dat je betreden gaat. Je aarzelt nog omdat het een vreemd bos is, een bos opgedoken uit een kronkel van de weg, donker, schijnbaar ontoegankelijk, alsof het sedert jaren niet meer betreden werd want de weg erin, als die er ooit was, is overgroeid met netels en bramen en een afgeknakte boom dwars erover. Maar je wijkt niet, je stapt over de bijna vergane stam, voor het eerst sinds lang, met een bonzend hart. Eiken, beuken, ceders, breed en hoog, een kastanjelaar er tussen, een opgeschoten berk. Je dringt verder het bos in, de diepe geur van humus en vergaan.  Je weet dat je op een heilige plaats bent, je las erover, dat God, als Hij is, de geest is van het bos, dat Hij hier tegenwoordig is. Je voelt het trouwens, er is bezieling, de bomen hebben je aanvaard omdat je alle gedachten van jou hebt afgezet en je hart is als het hart van hen, open en toegankelijk voor al wat van het leven is. Je er-zijn, je erin opgenomen zijn, is je gebed, is je overgave in het geruis van de wind in de wemelende bladeren hoog boven jou, dat hoorbaar moet zijn tot in de blauwe luchten waar in dag en nacht de sterren staan  en de planeten schuiven in hun baan om de zon.

    Mijn vriend, hoe klein je bent, hoe nietig als je opkijkt, als je ziet hoe de bomen er staan, roerloos als in gedachten, maar je weet van hen dat het gezellen zijn, dat ze alles weten wat er met jou gebeuren zal. En er gebeurt wat er gebeuren moet, je komt aan in een open plaats met vijver, biezen en irissen en de weerspiegeling van al wat is en nog niet is, en omgekeerd, een oude stenen bank begroeid met mos en tekeningen van lichen, waar je neer gaat zitten, weerspiegeld. Je zit er als een klein afgodsbeeld van een vroege beeldhouwer die er ooit langs kwam, zo ben je er van alle tijden die er waren en van alle tijden die nog komen zullen, want je zult hier blijven, de wereld als die er nog zou zijn is nu van andere levens, van andere te gesloten tijden. Het bos heeft zich om jou gewikkeld, je zit er, als in een cocon vol leven zit je er. Je zult er verblijven in deze toestand en niet vergaan, versteend als je bent, in boom omgezet, herboren in het ontstellende dat van het leven is: wind en aarde en licht dat je voedsel is en de warmte van de zon je adem. Je zult hier nog lange blijven en wortel schieten, misschien.

    We zullen na eeuwen eens komen kijken hoe het staat met je metamorfose, opdat we erover schrijven kunnen, een mens van vlees en bloed die boom geworden is in het bos van zijn verbeelden.

     

    26-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    25-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dr Ulrich Libbrecht

     

    Meestal verloopt mijn morgen zoals Nietzsche het ergens schreef in een gedicht: ‘Aus tiefen Traum bin ich erwacht’. Echter, en gelukkig, is het niet uit de droom die Nietzsche moet gekend hebben, is het bij mij maar een tevoorschijn komen uit een nacht-droom van een gewone kwaliteit, en is het meer van uit een leegte dat ik ontwaak zodat ik vooraf mijn gedachten ordenen moet. En vanmorgen, als ik neerzit om te schrijven, is er iemand die me toe fluistert: ‘Ash on an old man’s sleeve / is all the ash the burnt roses leave.’

    Ik weet maar al te goed wie deze regel schreef, maar waarom precies deze die me overvalt, waarom spreken over ‘the old man’ waarbij ik me geviseerd voel en eraan toevoegen de ‘as’ van verbrande rozen op mijn mouw? Is er een betekenis aan verbonden, een vingerwijzing naar iets dat me te wachten staat?

    Een man van jaren moet altijd op zijn hoede zijn. Ik vernam gisteren het overlijden (in mei) van Dr. Ulrich Libbrecht, de man van de oosterse wijsheden. Hij was een paar maanden jonger dan ik. Heeft de zin die me toegespeeld werd er enig verband mee?

    Het kan zo veel zijn, ook simpelweg een hint om deze blog te vullen op een waardige wijze; om duidelijk te maken dat ik leef op de drempel van de poort die me nog scheidt van wat, onherroepelijk, volgt op het leven, de eeuwigheid, en deze drempel altijd aanwezig is in wat ik doe of zeg of schrijf; dat ik al een tijdje, zonder het te (willen) beseffen, op weg ben en dat ik me er niet van kan ontdoen, dat het einde dat komt en het begin van het nieuwe, in mijn vingers woont, zoals het ook in de vingers woonde van Lorca toen hij – een voorgevoel op jonge leeftijd - dacht aan zijn ‘sepultura’, waar hij toen al heel dicht bij stond. En de vraag die hij toen stelde om te weten waar het gelegen was, de vraag is die het literaire Spanje zich vandaag nog altijd stelt.

    Een zaak is zeker, als ik het nakijk in de dichtbundel die me niet verlaat, heb ik Eliot correct geciteerd, en kan ik verder lezen:

    ‘Dust in the air suspended / marks the place where a story ended. / Dust inbreathed was a house – / The wall, the wainscot[1] and the mouse / The death of hope and despair, / This is the death of air.[2]

    Er zijn dus van die morgens dat alles draait om de essentie van het zijn en het niet zijn hier op deze aarde; dat er weinig nodig is om geconfronteerd te worden met wat de tijd is die ons is toegemeten. En, je weet het maar als het ogenblik daar is en je aangekomen bent vanwaar je opstijgen zult, achterlatend al wat oogverblinding was en klatergoud.

    Ulrich Libbrecht weet het al, hij wist het al van veel vroeger, hij zegde het vóór het heengaan in zijn woorden:

    ‘Het leven heeft mijn dood nodig, daarom sterf ik gelaten omdat ik weet dat ik voor altijd verder leef, niet als schamele waterdruppel, die even het licht van de zon als een kleine regenboog mocht weerkaatsen, maar onvervreemdbaar eeuwig deeltje van de zee van dit bestaan.’

    Inderdaad, het leven heeft nood aan de dood opdat we weten zouden hoe precieus het is.



    [1] Wainscot: a wooden covering on esp.the lower half of the walls of a room in an old house, vertaald door Herman Servotte door ‘het beschot’.

    [2] Four Quartets: Little Gidding, 54-61

     

    25-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    24-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spaans gedicht voor Margot

     

    Por las ramas del laurel / vi dos palomas oscuras, / la una era el sol, / la otra la luna.

    ‘Vecinitas’, les dije / ‘¿ donde està mi sepultura ?’ / ‘en mi cola’ dijo el sol’ / ‘en mi garganta’ dijo la luna.

    Y yo que estaba caminando / con la tierra por la cintura / vi dos aguilas de nieve / y una muchacha desnuda.

    La una era la otra / y la muchacha era ninguna.

    ‘Aguilitas’, les dije, / ‘¿ donde està mi sepultura ?’

    ‘En mi cola’, dijo el sol, / ‘en mi garganta’, dijo la luna

    Por las  ramas del laurel / vi dos palomas desnudas, / La una era la otra / Y las dos eran ninguna. 

    Dit, benaderend omgezet in het Nederlands: 

    Door de takken van de laurier zag ik twee donkere duiven, de ene was de zon, de andere de maan. ‘Jij zo dichtbij’ zegde ik, ‘Waar is mijn graf gelegen? ‘in mijn staart’ zegde de zon; ‘in mijn keel’, zegde de maan. En ik die aan het wandelen was, de aarde aan mijn gordel, zag twee arenden van sneeuw en een ontbloot meisje. De ene was de andere, en het meisje was niemand. ‘Arendjes’ zegde ik: ‘waar is mijn graf gelegen?’ ‘In mijn staart’ zegde de zon, ‘In mijn keel’, zegde de maan. Door de takken van de laurier zag ik twee naakte duiven, de ene was de andere en de twee waren niemand. 

    Dit is een heel persoonlijke blog voor mijn kleindochter, Margot. Ze studeert Spaans, ze bereidt zich voor, mits volharding in haar studies, wat ik meer dan hoop, om wereldburger te worden – vannacht droomde ik zelfs dat ze Arabisch aan het leren was - daarom voor haar en ook voor de liefhebbers van grote, zuivere poëzie, dit sprankelend gedicht van een te jong overleden Spaanse dichter, gefusilleerd tijdens de burgeroorlog door het leger van Franco: Frederico García Lorca (1898-1936).  

    Ook iets, mijn lieve Margot, grammaticaal om van te snoepen: twee onregelmatige werkwoorden, ver y decir, twee verleden tijden en een tegenwoordig deelwoord, meervoud en enkelvoud, vrouwelijk en mannelijk en een voorraad mooie woorden. Maar vooral een uitzonderlijk gedicht, een lange haiku om te beginnen, een schilderij van Dali en, een sonatine van Mozart doorweven met hoge en donkere gitaarklanken; een spel voor kinderen met op de achtergrond de doffe tonen van de dood voor de ouderen. In een woord een klankspel van woorden. Tevens een schilderij: ‘dos palomas en el laurel’, een meisje dat er niet is en twee arenden wit als sneeuw, de zon en de maan en de dichter, wandelend over de aarde. Een gedicht om voor te dragen, om in te kaderen en op te hangen in je kamer voor nog een lange tijd.

    Ik las het deze morgen en heb aan jou gedacht omdat je me vertelde, toen je naast mij in de ligstoel lag, wij beiden samen in de tuin, dat je Spaanse les volgde, een uur per week, maar je wist – gelukkig - nog niet wat je studeren zou. Niemand weet het op de leeftijd van, sweet sixteen. Ik zelf weet het pas nu.

     

    24-07-2017, 06:39 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    23-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zomers van toen

     

    Diep in de zomer realiseer ik me waar ik aangekomen ben, weet ik dat ik plots met beide voeten in de maand augustus zal staan, de oogstmaand, met de oogst al lang geborgen in de schuren, laat staan in de graansilo’s. Wat bleef er dan nog van de zomer dat me mogelijks herinnerde aan de zomers van vroeger?

    Niets, totaal niets, omdat het essentiële ontbrak, de rust van het zijn, het zich laten leven; zien hoe de dag zich opende en zich laten wegglijden in de dagelijkse dingen tot de avond valt en de sterren verschijnen. Wat er van over blijft zijn de zondagnamiddagen na het eten, uitgestrekt in het gras op de boomgaard, met niets dan het gefladder van de vogels in de bomen over jou en, zoals Karel Van De Woestijne het wist, een vrucht die valt. Dit waren toen de grote momenten van het leven: lijk een vrucht, liggend in de schoot van de aarde, ontbloot tot in de kern van je bestaan. Waren we toen al meer, waren we toen al een landschap van gedachten? Het zal wel, maar de gedachten waren geen vragen over het leven, hoe het er gekomen was en wat de betekenis ervan was. Geen gefilosofeer, we waren er en waren gelukkig er te zijn en God was er en de Kerk, die een hinder waren in onze dromen en onze handelingen.

    We waren er zoals de Witte als hij de school uitkwam of door de velden liep; we waren er zoals Elias en Aloysius die bootjes met hun naam erop uitzetten op het water van de beek, op het einde van het park.

    Het grote leven van de zomer in juli, in augustus:, de morgenkoelte, de helderheid van de namiddagen, blootvoets in het zand van de binnenwegen, langs weiden en korenvelden. De zang van de leeuwerik die opsteeg boven je hoofd en het spel van de wolken over de bossen en de velden, in de oneindigheid van de dagen. Je hart, je kloppend hart, een blijheid, al wist je het niet, maar van hier uit gezien naar wat vroeger was, een gelukzaligheid. En, vraag ik me nu, heb ik dit wel ooit bewust gekend?

    Het zo te houden, het zo te herbeleven is ons niet meer gegeven. We zijn te ingewikkeld geworden, het leven snoert ons vast aan de feiten en de woorden waarin we gedompeld zijn, we kunnen ons er niet meer van bevrijden. Al wilden we wel, al hoopten we het te kunnen en terug het kind te zijn dat neer gaat liggen, laat het dan nog in een ligstoel zijn, in de heilzame schaduw van wat van de zomers zijn.

    Vooral, niet te denken, niets te weten of te moeten weten, juist er te wonen, te kijken, een boom gelijk die er staat, hoog en open en totaal vrij er te zijn en te ademen. Te weten dat hij er is en niet hoeven te weten, hoe het gisteren was of hoe het morgen zal zijn. Het klare leven van het klare ogenblik in alle klaarheid doorgebracht, niets meer dan dat.

    Je hebt, in je wildste gedachten, de weide van vroeger betreden, je bent er over weggewandeld tussen de vele bloemen en het gegons van bijen, van vliegen en kevers; je hebt de hoge winden gehoord in de canadabomen, de eksters, de wolken zien schuiven die figuren tekenden tegen het blauwe van de luchten; je voelde het tintelen van het bloed in je aderen. Je waart van een andere tijd, van een andere eeuw, je zong een lied, dat nog niet gehoord werd, het lied van het leven en van de oneindige oneindigheid. Je wist enkel wat je hoefde te weten, dat je deel waart van dat alles. En over jou kwam een roerloosheid die je stolde, een fractie van een ogenblik tot een zoutpilaar, om je daarna weer los te laten vrij als een vogel in de lucht, zwevend.

    Wat, mijn vriend, is er van de zomers van toen?

     

    23-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    22-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe de dag beginnen kan

     

    Het is de man die schrijven gaat die opstaat met het eerste licht, de andere bleef achter in het bed. Dit is het gevoel dat ik overhoud, het gevoel van een dubbele persoonlijkheid: een actief man die tracht recht te blijven en een ander die de leeftijd van het lichaam draagt en volgt tegen wil en dank. De actieve zit er de ganse dag, hij denkt, hij werkt, hij schrijft altijd, tot ook hij het te moeilijk krijgt en neerliggen moet, maar dan nog is hij bezig met wat hij schreef of wat hij nog te schrijven heeft. Het is en het blijft een soort obsessie voor hem, die het normale overschrijdt en hij weet het. Hij weet ook dat hij te weinig slaap laat aan de andere, dat hij hem opjaagt, er alles uithaalt wat er nog uit te halen is, dat hij onverbiddelijk is.

    De niet zo actieve ondergaat, weet al lang niet meer wat het is rond te lopen met een gerust gemoed zonder lastig gevallen te worden door de actieve, maar hij stelt er zich in, vooral omdat deze zijn ouder worden opvangt en verlicht, draagbaar houdt.

    Hij denkt dan onvermijdelijk aan Cervantes en hoe deze het ouder worden opving, ook door het zichzelf vergeten en op te gaan in de man in hem die na zijn Don Quijote, novellas, schrijven bleef tot de verlossing erop volgde. En hij kent er andere, Christian de Duve bijvoorbeeld die uit de vermoeidheid van het zijn is gestapt, om een totaal andere oord te betreden, een oord waarvan niets bekend is, maar dat er toch zijn moet, want het is uit die plaats dat hij is opgestaan, een plaats die zich veruitwendigde precies op het ogenblik van de bevruchting van de vrouwelijke eicel; het ogenblik waarop alle geheime – en daarom sacrale - krachten eigen aan die plaats, overgingen in de eicel die Christian de Duve worden zou, en hij aldus geladen met en gedragen door die krachten leven zou. Later, als het omhulsel ervan dat zijn lichaam was, afsterven zou, had dit niet de minste betekenis; de krachten die het lichaam levend hadden gehouden, zouden zich verinwendigen nu en overgaan naar van waar ze kwamen, zijnde de oceaan van krachten die het Universum was.

    In my beginning is my end’, zegt T. S. Eliot[1] die me altijd gezelschap houdt, en ik denk dat hij wist wat hij schreef en dit hoog in het vaandel droeg, om te eindigen, regels verder: ‘…I am here / Or there, or elsewhere. In my beginning.’

    Waar hij ook is, hij is in zijn beginnen, we blijven in ons begin, eens we eruit zijn ontstaan, is het in dit begin dat we leven zullen en naar dit beginnen dat we keren zullen.

    Het is de persoon die opstond voor het eerste licht die dit geschreven heeft, de andere leest het bij het opstaan zoals het altijd gebeurt en is verbaasd over wat er eens te meer geschreven staat, Cervantes, de Duve, Eliot, helpende.

    De dag kan beginnen nu, de bakens zijn gezet. 



    [1] East Coker uit Four Quartets, eerste versregel en laatste die er op volgt.

     

    22-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    21-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Om af te sluiten, vrije wil of niet?

     

    Ik werd wakker om drie uur deze morgen, was nog aan het redeneren over vrije wil of niet. Dacht er aan dat ik, hoewel gebonden aan mijn dagelijkse blog, wel zou kunnen stoppen indien ik dit zou willen, maar dat ik het niet kan willen, dat ik me niet kan opleggen er mee te stoppen. Ik ben trouwens overtuigd dat ook mijn vrienden: beeldhouwer, schilder, poëet, niet kunnen stoppen met de vorm van kunst waar ze mee bezig zijn, zelfs al zouden ze het willen. Iets weerhoudt ons allen het te doen, het leven, herkomst en opvoeding, de omstandigheden waarin we zijn opgegroeid, alle hebben ons zo gevormd, hebben ons zo geslepen. We ontkomen er niet aan, zelfs indien elke creatieve activiteit zou ophouden, we zouden verder gaan in gedachten.

    Dit is, uiteindelijk, mijn besluit wat de vrije wil betreft: het is niet omdat ik iets niet ‘wil’ doen dat ik het niet zou kunnen doen; alleen doe ik het niet. Daarna komt de vraag: ‘Waarom doe ik het niet, hoe komt het dat ik het niet wens te doen? En ik weet niet waar ik het antwoord hierop zoeken moet, want hier beginnen de vele gevoeligheden en vanwaar deze komen weet ik niet.

    Er verder over uitweiden, zou mijn geloofwaardigheid in het gedrang brengen, ik heb me een tijdje laten verleiden door Karl Popper en zijn boek, maar wat mijn geschriften betreft dit moet volstaan, zo niet wordt wat ik schrijf onleesbaar, wat ik niet wens. Wat niet belet dat Popper voor mij een uitdaging is en blijft en ik hem verder lezen zal, tussendoor. Hij is een van de grote figuren van de twintigste eeuw en zijn essays, verzameld in ‘La Connaissance objective’, zijn mijlpalen. 

    Maar toch nog dit: ik denk aan het beeld van Charles Sanders Peirce, in zijn ‘Collected Papers’- waar Popper naar verwijst - die tot het besluit komt ‘que toutes les horloges sont des nuages en dat dus enkel wolken (van deeltjes) bestaan.

    Als ik me plaats op het standpunt van die elementaire deeltjes en ik zie om me heen, dan is het effectief een wolk van deeltjes dat ik zien zal, deeltjes en de openingen er tussen. Dit is wat ik zien zou van het Universum, een enorme massale wolk van trillende deeltjes –snaren zegt Witten – die met elkaar in verbinding staan en, denk ik toch, inlichtingen uitwisselen met elkaar.

    Als ik van hier uit vertrek, heb ik moeite om te denken aan een vrije wil die aanwezig zou zijn in de wolk deeltjes dat het lichaam is. Eens ik die wolk verlaat echter heb ik moeite te geloven dat ik geen vrije wil zou hebben. Het komt er dus op aan van uit welk standpunt men het bekijkt, maar het is bevreemdend als ik beide standpunten met elkaar tracht te verzoenen. Ik beweeg me dus op heel glad ijs want, het is niet omdat ik iets niet wil doen dat ik het niet zou kunnen doen, stoppen bv met mijn blog.

    Waar kom ik dan eigenlijk uit: beschikken we over een vrije wil – ongeacht waar we staan en hoe we er staan - om te beslissen wat we willen en hoe we het willen of, zijn het de omstandigheden – en deze zijn heel ruim te zoeken – die bepalen wat we willen en hoe we het willen, en ons de indruk laten, dat we de weg die we zijn ingeslagen vrij en onafhankelijk hebben gekozen?

    Persoonlijk denk ik dat het vooral de omstandigheden zijn die onze wil en onze weg bepalen en dat het heel moeilijk is, gewild en vrij tegen die omstandigheden in te gaan.

    Met dit voor ogen, hoe groot is onze vrijheid tot doen en laten?

     

    21-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    20-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Karl Popper en de vrije wil

     

    Ik ben gisteren in een netelige positie beland. Zeggen met Compton dat de vrije wil niet bestaat is een domein betreden dat voor mij, arme sterveling, niet toegankelijk is en het ook nooit is geweest. Ik moet het hebben van mezelf en van wat ik hier of daar opdoe in boeken. Ik moet dus, na gisteren Compton aan het woord te hebben gelaten, horen nu wat Popper erover denkt en hoe, eventueel, Compton opgestaan is uit zijn ‘waanidee’.

    Popper behandelt dit probleem over de vrije wil in zijn toespraak voor de Universiteit van Washington van 21 april 1965, met als onderwerp: ‘Des nuages et des horloges’, waarbij hij een gaswolk, of een wolk vliegjes stelt tegenover een staande klok. De wolk waarvan de handelingen onmogelijk te voorzien zijn, tegenover de klok waar deze wel te voorzien zijn. Hij plaats de ene wolk links en de andere rechts en tussenin kan hij bv. de dieren meer naar links, de planten meer naar rechts, en de auto’s in functie van hun betrouwbaarheid naar rechts toe, ‘et, peut-être à l’extrème droite faudrait-il placer le système solaire.’

    Maar zegt hij de Newtoniaanse revolutie heeft voor een andere stellingname gezorgd namelijk, wat C. S. Peirce naar voor schoof: ‘alle wolken zijn horloges’, want in de horloges ook is de moleculaire structuur ervan een wazig gegeven – de edelsteentjes in een uurwerk kennen een moleculaire agitatie bij warmteverschillen – dus beweert Peirce: al wat is zijn wolken.

    Ik resumeer in enkele paragrafen  een deel slechts van de toespraak van Popper, en dan nog, in welke mate ook ben ik erin geslaagd een deel van de sluier over zijn ‘wolk vs horloge’-voordracht op te lichten?

    En dan verschijnt bij hem Compton op het voorplan die beweert (zie 19 juli) dat al wat gebeurt in een wereld van atomen, elementaire deeltjes en krachtvelden voorafgaandelijk fysisch is bepaald, inbegrepen al onze bewegingen en aldus al onze handelingen. Zo dat al onze gedachten, al onze gevoelens, al onze inspanningen niet de minste praktische invloed hebben op wat gebeurt in de fysische wereld.

    Popper onderlijnt dat het probleem dat Compton onder ogen ziet, een ernstige discussie noodzaakt. Het is gedragen door de theorie van de fysica die de wereld ziet als een fysisch gesloten geheel van atomen, elementaire deeltjes, en krachtvelden, die met elkaar verbonden zijn en op elkaar inwerken, er niet kan worden tussen gekomen van buiten uit. Het is deze vergrendeling van het systeem dat, volgens Compton, aan de basis ligt dat de vrije wil van de mens uitgesloten wordt.

    C’est un cauchemar, zegt Popper, parce qu’il affirme que le monde entier avec tout ce qu’il contient, est un gigantesque automate, et que nous ne sommes rien d’autre que de petits rouages, ou des sous-automates dans le meilleur des cas. Il détruit ainsi, en particulier, l’idée de créativité.

    Ik ga hier niet verder op in, de waanidee van Popper en van Compton, ligt in het veld van de fysici en filosofen, het beroert ons niet. We denken vrij te zijn in onze beslissingen en wellicht is dit zo, maar er is een maar, de beslissingen die we nemen worden sterk bepaald door de omstandigheden waarin we ons bevinden, gekleurd door de persoon die we zijn in onze genen. We beslissen, totaal vrij, met de fiets de Mont Ventoux te beklimmen, echter waarom namen we deze beslissing, wat zette ons er toe aan dat het begin was van de ‘vrije’ beslissing die we namen? Waren we nog wel totaal vrij toen we ze namen, was het niet omwille van de omstandigheid waarin we verzeild waren en, alles in gereedheid gebracht aan de voet van de berg, waren we nog wel vrij de tocht niet te doen?

    Dit is waar je terecht komt als je het waagt een boek van Karl Popper te openen op een dag in juli. Ik had het anders gewild. Maar de vraag die ik me nog altijd stel: waarom ben ik op 18 juli naar beneden gekomen met het boek van Popper in de hand, was het uit vrije wil?

     

    20-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    19-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vrije Wil

     

    Bosduiven in de ceder, vroeg, heel vroeg zijn ze er. Ik denk dan telkens aan mijn broer die ging, hij noemde ze houtduiven maar ik houd het bij de naam die ik altijd heb gehoord, het blijven de bosduiven uit mijn verre jeugd, te ver nu al, opdat er nog veel zou van overblijven. Eigenlijk maar enkele flarden meer, kleine feiten, impressies, amper het melden waard, maar ze zijn er, ze duiken op, zo maar. Ik zoek er niet naar, ik droom er niet meer in weg, want het heeft geen zin te diep te gaan kijken, het is meer pijn dan wat anders, pijn om wat voorbij is die nu berusting is geworden. Mijn leven was wat het was en is, het kon helemaal niet anders geweest zijn, afhankelijk, nu gezien, van enkele luttele details, maar wat was, was zoals het geschreven stond in het boek, als ik psalm 139 geloven mag. Ik had dus maar de weg te volgen die stond uitgestippeld. Ik heb dus geen enkele reden om te zeggen, ware dit er niet geweest er zou dat niet gebeurd zijn want:

    ‘What might have been is an abstraction / remainig a perpetual possibility / only in a world of speculation’, wist mijn kameraad T.S.Eliot. Ik weet het wel mijn weg stond niet vooraf uitgestippeld maar vloeide voort uit de omstandigheden - en wat deze betreft is een oogcontact soms bepalend - die we, o zo graag toeval noemen, maar waarin ik, de ene omstandigheid volgende op, en komende uit een andere, verwikkeld geraakte en dit, geconditioneerd door mijn omgeving, én, wat ik steevast geloof, door de stand van sterren en planeten, de dag van mijn geboorte/de dag van mijn conceptie, dit alles is bepalend geweest voor waar ik nu sta en hoe ik nu ben. Als het boek van psalm 139, geschreven zou geweest zijn, ware het de resultante geweest, ogenblik na ogenblik van alle omstandigheden waarin ik terecht zou komen.

    Ik haalde gisteren mijn Karl Popper[1] nog eens naar beneden. Heb er om een onbepaalde reden in gebladerd, gezocht naar wat onderlijnd stond. In verband met wat ik hoger schreef citeert Popper het boek ‘Freedom of Man’, van Arthur Holly Compton (1892-1962, Nobelprijs Fysica 1927), waarin hij de New Physics betrekt bij de discussie over de vrije wil van de mens:

    ‘C’est la question fondamentale de la morale, c’est un problème vital pour la religion, et c’est le thème d’une recherche active dans les sciences : l’homme est-il un agent libre? Si (…) les atomes de nos corps obéissent à des lois physiques aussi immuables que les mouvements des planètes, pourquoi entreprendre? Quel sens y a-t-il à faire plus ou moins d’efforts si nos actions sont déjà prédéterminées par des lois physiques.’

    Want, zegt Compton al wat gebeurt in een dergelijke wereld: est physiquement prédéterminé y compris tous nos mouvements et, par conséquent, toutes nos actions. Si bien que toutes nos pensées, tous nos sentiments, tous nos efforts ne sauraient avoir aucune influence pratique sur ce qui se passe dans le monde physique.’(p. 334).

    Karl Popper noemde dit ‘le cauchemar du déterminisme[2] physique’

    Dit is een ongewoon verdict, maar is het wel zo? Later meer hierover.



    [1] Karl Popper: ‘La Connaissance objective’, Aubier, traduction intégrale de l’anglais et préfacé par Jean-Jacques Rosat, 1991 ; Originele titel : ‘Objective Knowledge’,Oxford University Press, 1972. Chapitre : ‘Des nuages et des horloges.’ pag. 319.

    [2] Determinisme: leer volgens welke onze wilsbepalingen en handelingen geheel door voorafgaande en uiterlijke omstandigheden bepaald worden, die dus de vrijheid van de wil ontkent. (Van Dale).

     

    19-07-2017, 07:25 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    18-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De geest wakker houden

     

    Zo is het ook dat ik elke morgen/dag vertrek van uit een zelfde punt om aan te komen op een plaats waar ik nog niet was. Soms neem ik zelfs een weg die ik al eens nam om dan, gekomen aan een tweesprong, de andere, onbekende richting te kiezen. Op mijn punt van vertrek voel ik me als een beeldhouwer die in zijn atelier een mooie blok hout staan heeft, geplaatst op een piédestal, duidelijk zichtbaar. Elke morgen als hij zijn atelier betreedt wordt hij er mee geconfronteerd, weet hij dat het wacht om bewerkt te worden. Maar hij wacht nog, omdat hij nog niet weet waar de eerste beitelslag te plaatsen.

    Ik, heb hoogstens enkele boeken naast mij die wachten om geopend te worden, wijze boeken, geleerde, overtuigende boeken die ik las en waarin ik met zacht potlood onderlijnd heb wat ik terugvinden wil op het gepaste ogenblik. Ik ben nu eenmaal zo ingesteld. Vroeger nam ik die zinnen over in mijn dagboek en vulde deze aan met wat commentaar. Vandaag reken ik op mijn geheugen en de inspiratie van het ogenblik, zoals ook mijn vriend de beeldhouwer, hij weet wellicht nog niet precies waar hij, na zijn eerste beitelslagen, zal uitkomen, ook een schilder weet het niet na zijn eerste penseel trekken, alles gebeurt initieel van uit de ondergrond van ons zijn, van uit een soort niemandsland, waar we bij goede momenten, glorierijk kunnen uitkomen.

    Meer is het niet, hoewel het al heel wat is; hoewel het lijkt op een kleine verrijzenis, een opstaan uit het onevenwichtige, het geslotene, uit een dood veld van plantenresten waaruit dan na de donkerste nacht een totaal nieuwe plant ontstaat onder de vorm van een plotse idee, een eureka van een idee die de wereld verder helpt ontstaan; of dan toch de indruk geeft nieuw te zijn, alsof er nog iets totaal nieuw zou kunnen ontstaan, alsof alles niet begrepen is in wat is, ook het nieuwe, ook het onbekende dat zich nog een tijd verschuilt in het bekende.

    Er is inderdaad, hoe we het draaien of keren, niets nieuws onder de zon, al wat is komt voort uit wat is, is er dus van lang voorheen aanwezig in potentie, ook de laatste zin die ik vandaag hier neerzetten zal, al ken ik hem nog niet, hij is er al. Ik moet enkel nog even wachten om hem te zien verschijnen, voortvloeiend uit wat ik nu aan het optekenen ben. Of ik er gelukkig zal mee zijn moet ik nog afwachten, tot vandaag toe meen ik altijd een dergelijke zin gevonden te hebben, waarom dan niet, rekenend op mijn goed gesternte, vandaag.

    En waar kom ik dan uit als ik luister naar T.S. Eliot, geïnspireerd door Juan de la Cruz (1542-1591): ‘And what you do not know is the only thing you know / And what you own is what you do not own / And where you are is where you are not[1].

    Dan ook, wat ik schrijf is wat niet nodig was te schrijven, het staat er al ergens, en stond het er nog niet het zal er morgen staan, misschien zelfs als de zoveelste overlapping van wat er veel vroeger stond.

    Het is maar een spel, een spel van de geest om jou wakker te houden, ingesteld op wat van het land van de geest is, en meer nog opdat mijn geest wakker blijven zou, toch nog een tijdje.



    [1] T.S.Eliot: Four Quartets – East Coker, verzen 143-145, Faber & Faber editions.

     

    18-07-2017, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    17-07-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.L'Ascension du mont Ventoux

     

    De plaats waar we wonen is stilte, is rust, is bezinning, maar we waren toch in Arles in 2005 – hoe is het mogelijk, twaalf jaar geleden al – we stonden daar op 28 november voor de etalage van een boekenwinkel, toen mijn oog viel op een dun boekje, met een titel waar velen van dromen: ‘L’Ascension du mont Ventoux’: Petrarque[1]. Ik ben de boekenwinkel binnengegaan en heb, een gelukkig man, het boekje gekocht.

    Een droom van een boekje, met bladen die nog los te snijden waren, uiterst verzorgd, het papier, zacht en warm aanvoelend en prachtig van druk. Ik heb de bladen ervan – had eigenlijk twee exemplaren moeten kopen, een om onaangeroerd te laten en een om te lezen - met een scherp mes, met schroom los gemaakt. Ik hoefde het nog juist te lezen om het volledig te bezitten. Maar als boek was het een klein kunstwerk.

    Heb er in het begin lange tijd mee gewacht, het lag naast mij als ik las of schreef, Ben het eindelijk dan toch gaan gelezen en heb met zacht potlood de zinnen onderlijnd die ik nu terug ga opzoeken. Het bevat amper 44 pagina’s, 33 ervan zijn beschreven, de onbeschreven overige maken het precies tot wat het is, een juweel van een boek, klein in volume maar groot van inhoud.

    Het is het verhaal van een tocht naar de top van de Ventoux in de vorm van een brief, op 26 april[2] gericht van uit Malaucène, een dorpje gelegen aan de voet van de Ventoux, gericht aan zijn professeur de theologie, Dionigi da Borgo San Sepolero:

    ‘Aujourd’hui mû par le seul désir de voir un lieu réputé par son hauteur, j’ai fait l’ascension d’un mont le plus élevé de la région, nommé non sans raison Ventoux.’

    Petrarca verbleef sinds zijn jeugd in le Palais des Papes in Avignon en elke dag, werd hij geconfronteerd - comme tu le sais par ce destin qui règle la vie des hommes -  met het zicht van de Mont Ventoux. De confrontatie met de berg werd zo intens dat hij op een dag besloot de berg te beklimmen met zijn jongere broer, Gherardo, de enige die hem paste als gezel, samen met twee dienaars. De beschrijving van de tocht leert ons niet zoveel over de omstandigheden, alleen dat hij, in tegenstelling tot zijn broer, het lange, maar lichter stijgend pad heeft gekozen, terwijl zijn broer de directe weg naar de top heeft gevolgd.

    Maar het is boven op de top, waar ze samen zijn gaan neerzitten, dat Petrarca een klein boekje, un volume minuscule, les Confessions d’Augustin, dat hij altijd op zich droeg willekeurig opent, om luidop te lezen voor zijn broer:

    Et les hommes vont admirer les cimes des monts, les vagues de la mer, le vaste cours des fleuves, le Circuit de l’Océan et le mouvement des astres et ils s’oublient eux-mêmes. 

    Waarbij hij plots beseft wat hij al lang had moeten weten, zelfs de heidense filosofen wisten het: qu’il n’est rien d’admirable en dehors de l’âme, qu’il n’est rien de grand en dehors de sa grandeur. De tocht van Petrarca wordt een les naar de wijsheid, want: ‘Alors, satisfait jusqu’ à l’ivresse de la vue de cette montagne, je tournais les yeux de l’âme vers moi-même.’

    En kwaad op zichzelf voor de bewondering die hij droeg voor de aardse zaken, weigerde hij verder te lezen en verzonk hij in diepe gedachten. De woorden die hij gelezen had waren voor hem geschreven, alleen voor hem. Des te meer omdat hij, precies op het ogenblik dat hij het boekje opende, hij zich de woorden herinnerde die Augustinus had gedacht toen hij het Boek van de Apostel, had geopend en toen had gelezen: 

    Ne vivez pas dans les festins, dans les débauches, ni dans  les voluptés impudiques, ni dans la lutte, ni dans l’envie ; mais revêtez-vous de Notre Seigneur Jésus-Christ, et ne faites pas de vos concupiscences une providence charnelle. 

    En dat  Antonius ook zoals hij, een identiek gebeuren had meegemaakt toen hij, bij het lezen van de Apostel, gevallen was op de woorden: Si tu veux être parfait, va, vends ce que tu possèdes et donne aux pauvres, viens, suis-moi et tu auras un trésor dans le ciel. En ook Antonius las deze woorden alsof ze voor hem geschreven waren en hij won het Rijk der Hemelen, schreef zijn biograaf Athanase. 

    De tocht naar de top van de Ventoux was dus de tocht naar de openbaring voor Petrarca, maar hij zou dit pas zeventien jaar later, in 1353, neerschrijven als zijn tocht naar de verlichting en de verheffing naar God. 

    Is voor de vele moedigen die met de fiets de top van de Mont Ventoux bereiken, hun inspanning ook een passage naar de verlichting en de overwinning op ‘les passions qui jaillissent des instincts de la terre’? 



    [1] Pétrarque: ‘L’Ascension du mont Ventoux’, traduit du Latin par Denis Montebello, Préface de Pierre Dubrunquez. Séquences, 1990

    [2] De tocht zou plaatsgevonden hebben in 1336 en de definitieve vorm van de brief pas 17 jaar erna in 1353 geschreven zijn, leert ons het voorwoord van Pierre Dubrunquez. Petrarca was 32 jaar toen hij de beklimming deed.

     

    17-07-2017, 06:45 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs