Wat ik gisteren geschreven heb over ‘Le Sacre’ kon beter, maar als ik terugblik op wat ik ooit vijf of tien jaar geleden geschreven heb en vaststel hoe stuntelig het er soms werd achtergelaten, kan alles altijd beter. Nochtans ben ik zeker dat ik het toen perfect vond, maar de tijd – en je weet hoe Yourcenar hem noemt, ce grand sculpteur – doet zijn werk en wijzigt je inzichten en zelfs misschien, al merk je het niet op, je wijze van schrijven.
Dit is zeker toepasselijk op het boek dat ik schreef, het had beter gekund, veel beter maar ik heb niet de moed en zie er trouwens niet het nut van in, om het te herwerken en het in een vorm te gieten die een vereenvoudiging zou kunnen in houden.
Beter is echter het te laten zoals het is en opnieuw te beginnen in een andere omgeving en een andere wijze van het ‘erzijn’, als ik dit nog zou kunnen.
Proberen zou al voldoende zijn, het zou me bezig houden en me sterken in mijn ‘ouder worden’ waar ik soms met vrees naar opkijk. Zo was deze nacht, ik schrijf het om me het later te herinneren, mijn rechterhand volledig verstijfd en gevoelloos. Stel je voor dat ik zelfs niet meer zou heersen over het klavier voor mij, het zou meer dan een ramp zijn het zou mijn geestelijke dood betekenen en wat rest er me dan nog.
Zo God behoede me er voor want wie zou ik anders kunnen aanspreken, Hij is en blijft, of Hij er is of niet, onze enige toevlucht. We hebben het zo geleerd en het zit in het bloed dat door onze aderen vloeit, heen en weer naar het hart toe. Het is geen gebed, het is eerder een vertrouwen dat alles goed zal blijven gaan dan toch wat mijn rechter- en ook mijn linkerhand betreft.
Vertrouwen is alles, ook wat een nieuw boek betreft is vertrouwen noodzakelijk, zonder vertrouwen, zou ik of zal ik, de moed niet opbrengen om er constant aan te werken – ik ‘sidder’ nu al als ik er aan denk - en ik hoop in mij voldoende de ‘wil’ en de krachten die nodig zijn om door te gaan tot de laatste zin ervan.
Igor Strawinski, toen hij zijn ‘Sacre’ aan het componeren was moet hier ook aan gedacht hebben, gevochten hebben met zichzelf om verder te gaan, altijd maar verder tot de laatst noot er stond. Hij moet een voorbeeld zijn om te slagen, hem niet vergeten in moeilijke momenten is de boodschap; deze idee alleen, en niet God, kan me redden. Al weet ik het toch niet met absolute zekerheid er blijft nog altijd een greintje hoop over dat Hij ook er iets mee te maken heeft, echter een ‘greintje’ is bijna niets.
Zeg ik dat mijn blog, eens geschreven, een kwestie van ‘willen’ is geweest meer dan van ‘kunnen’. Zo gaat het nu eenmaal.
|