Achter te laten een vlak van vloeiend amber met de tijd erover die geen tijd meer is.
Ga hier dus niet weg alvorens je gedicht een rimpeling van licht donker op het water neergezet hoog levend hier gehouden.
De zee die je gaat verlaten haar talenten uitgestrooid: golven die komen en die keren. Je kunt hier wel geen tenten bouwen als het je zou troosten kunnen want dit zijn oorden die vergaan in woorden, het enige dat er van overblijven zal.
Met de laatste meeuw die kwam, weggewaaid je laatste adem hier.
Je gaat weg, niets zal je nemen van wat hier aanwezig is. Je schaduw en je woorden, niets zal er gebleven al wou je wachten blijven, op je laatste dag, geen woorden meer gaan halen op plaatsen waar ze nog te zoeken zouden zijn, nu je alles hebt gezegd wat gezegd nog kon, na zoveel verzwegen.
Al wou je hier je standbeeld laten met de voeten omzwachteld als met water.
Zo, laat me, hier aan zee gezeten, golven die me levend houden tot het laatste uur me toegestaan is ingegaan.
Immer schrijvend nog.
|