In dit Blogboek worden ideeën ingebracht, hernomen, aangevuld en gewijzigd, het is een blijvende verwerking, want alles is verandering, alles is aanpassing aan nieuwe vormen en nieuwe gegevens. Het is een deel van mijn persoonlijkheid die telkens weer aan de oppervlakte komt en zich mengen gaat met het steeds wisselende landschap van de geest. Altijd overheerst de hoop iets nieuws te brengen, zoals in de weinige tekeningen die ik nog maak, iets nieuws te doen openbloeien uit enkele lijnen en vormen, zoals het schieten van de zaadkorrel.
Dit is het, bezig zijn, gestadig bezig zijn, denken en schrijven en denken, en voedsel opdoen in de boeken, in het leven van de natuur. Het geluid van de wereld is dan lijk het ruisen van de wind in de bomen, lijk de branding in de golven, het beperkt zich tot een geluid op de achtergrond. Maar ook niet altijd, soms spring ik op in een of andere Blog als ik hoor wat er gebeurt in dit land en binnen de Eurozone. Al weet ik dat mijn reactie totaal, maar dan ook totaal nutteloos is, ik dring niet doorheen de muren van het anonieme.
Het is binnen een dergelijk bezig zijn dat mijn dagen zich afspelen. Dat ik aftast wat er leeft in mijn herinneren en vooral als ik me waag in de richting van het Absolute dat ik telkens weer ontmoet achter de dingen. Dit Absolute is het domein van allen die zoeken, van zij die er binnendrongen vóór mij, en van allen die na mij zullen komen. Op dit domein ben ik nergens en overal, niet tijd gebonden, niet persoons gebonden
Ik viel vandaag op een zin van Heinrich Böll: ‘Since I was 15 I‘ve had nothing that you could call rest. Sometimes I’d just like to sleep away my intellectual unrest…’
Dit ook is de ziekte waaraan ik lijd. Mijn intellectuele onrust is een karaktertrek, dit altijd begaan zijn om te zoeken wat niet te vinden is, dichter te komen tot het Onnoembare, bezeten om kennis te verwerven, niet omwille van de kennis, maar om verder door te dringen tot de kern van dit Onnoembare.
Om af te tasten wat anderen erover denken, erover schrijven of niet schrijven. Zo is het boek geworden dat ik, van in mijn jeugd, aan het schrijven ben. Totaal vreemd aan de wereld van vandaag.
Ik herhaal me. Ik voel me ellendig. De griep heeft toegeslagen en houdt me stevig in haar greep. Ik tracht iets te schrijven opdat er geen onderbreking zou zijn. Weet niet hoe het morgen zal zijn, weet helemaal niets over hoe de tijd verloopt en hoe ik hier zit, koortsig, verdwaasd als je mij het vraagt..
|