Niet elk ogenblik van de dag is een moment
waarop hij zijn gedachten neerschrijven kan.
Er zijn zovele dode passages in ons leven, in ons handelen; lege woorden
waar het dagelijkse van afdruipt, tot het moment daar is dat we ontwaken en we
neer gaan zitten om te schrijven.
Dit is typerend wellicht voor alle levens: het opgeslorpt
worden door de leegte van de woestijn en de plotse terugkeer in de bruisende
rijkdom van het leven die we uitdragen willen. Verklaren dat er in de dag, in
hem rust en beweging was, zijn geest in vrede met het zijnde, met de dingen
omheen hem en zijn gedachten een fresco van hoop op wat nog komen kon.
Zelfs al wist hij dat het niet zo veel kon zijn,
maar hij hoopte op een eerste zin waaruit een gedicht kon ontstaan of waaruit hij
een blog kon opbouwen, of een idee die hem treffen zou, hem opwekken zou tot
een voller ogenblik.Zo kon het komende waar hij op wachtte enkel
positief zijn, voedsel voor zijn geest waar hij het meest nood aan had.
Dit had hij dan toch kunnen schrijven voor de
vrienden die hem lezen en die hij danken wil voor hun trouw.
|