xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Boeken en de nachten lang, en wegdromen terwijl je
woorden leest en je dromend het boek verlaat: een lichaam naast jou, warm en
slank, dat je omknellen kunt als je wandelt met haar omheen de vijver met de
eenden die erop neerstreken, in de herfst of in de lente. Of een dag dat je
waart met haar op het verlaten strand met de meeuwen en de schelpen en het water
rollend tot aan hun voeten, en de strakke wind, onbewust van wat komen kon en kwam.
Hij kan er evenmin van los als hij s namiddags
neerligt op het bed, het venster open, de meesjes en de merels en de mussen, en
het in gedachten zomer is en ze beiden diep in het korenveld zijn
binnengedrongen en zijn hand geschoven onder haar half open bloes, een kleine
godin die ze toen was. En omdat ze niet wachten konden, omdat het leven zo
overrompelend was, zo tintelend, zo bruisend, het gouden stuifmeel dwarrelend
over hen en zich mengend als om hen te bevruchten.
Terwijl de leeuwerik opsteeg die ze volgen konden
en de leeuwerik hen zien kon : het golvend korenveld een vlek midden de
akkers en de weiden en zij beiden, klein en beweegloos, tussen het rood van de
papavers en het blauw van de korenbloemen, ademend met het koren, ademend met
de aarde.
Zovele kleine, herinneringen die hem
bestormen terwijl hij ze neerschrijft en andere die staan te dringen om
opgenomen te worden. Hij het medium zijnde langs waar de essentie ervan, de
sappen ervan, de zaadcellen ervan, zich opnieuw openbaren kunnen.
Hij denkt, als ik dit alles neerschrijf dan blijft
dit behouden voor de eeuwigheid en kan er niets in min aan gewijzigd worden
maar wel veel in meer als het ooit herlezen wordt.
Dan die andere dag. Hij denkt, het gaat goed met
mij. Ik voel dat ik leef, heb me nimmer in mijn ganse leven zo goed gevoeld. Ik
voel dat de geest leeft in mij, dat de wereld zich buigt over mij, dat het
Absolute zwelt omheen mij en dat ik me erin wegschrijven kan, dat ik opgezogen
word samen met al wat geweest is en al wat nog komen zal. Het gaat heel goed,
er is een opening in de cirkel licht over mij, hier in deze kamer waar ik
schrijf.
Maar dit moet ik al eens gezegd hebben, ooit.
Ugo
|