xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Vanuit
Dubrovnik, vanuit een plaats waar zoet ruikende
violieren bij de branding groeien, kreeg ik, klein, gedoken onder de
bomen, van uit de open, hoge luchten, de groet van een vriend die ik in mijn
hart draag, al ontmoette ik hem enkel via het woord er zijn er nog zo.
Een
groet uit Dubrovnik is misschien weinig merkwaardigs, ware het niet.
Ware het
niet dat het meer dan opvallend is, niet dat iemand denkt aan mij in Dubrovnik,
maar wel dat die iemand de behoefte voelt het me te zeggen via zijn PC omdat,
en hierover gaat het, violieren hem doen denken aan de gentianen van D. H.
Lawrence en aan de gentianen van mijn blog die hij las of was het omgekeerd? En
het precies onder meer deze elementen zijn die tussen ons een diepere band
smeedden dan samen een avond doorgebracht in een bar.
En de spelregels
van de geest zijn ondoorgrondelijk, want hiermede zou alles gezegd zijn ware
het niet dat ik, bijna op het precieze ogenblik dat hij me mailde, hem heb
binnengebracht op een waardige plaats, in mijn blog van 13 maart ik schrijf
zoveel mogelijk mijn blogs de dag ervoor en dit ingaande op een plotse
ingeving, zijnde zijn mail onderweg of was het omgekeerd?
Is het
simultaan gebeuren van zijn mail en mijn inbreng, een ongewoon iets, voor
velen wellicht een toevalligheid, neen, helemaal niet.
Gedachten
worden overgebracht op een meer subtiele wijze dan e-mails. Ruikende violieren
via gentianen die niemand heeft in zijn tuin, kunnen niet anders dan te
verwijzen naar een gedicht waarin gentianen wel te vinden zijn op de Lona-alp
als het sneeuwt in augustus, een gedicht dat als blog bij hem terecht kwam waar
het, gelukkig, hangen bleef in de poriën van zijn geest.
Wat ik
ontving is meer dan een groet, meer dan een woord, het is een wereld. Iemand
die denkt aan jou in het verre Dubrovnik. Iemand die groot levend is in het
geruis van vele zeeën en de geuren van bloeiende violieren en blauwende gentianen. Iemand die zoals ik,
maar in een andere optiek, de ziekte van het schrijven kent, - zich zeker niet
verveeld zoals Couperus tussen de rozen, was het in Nice?
Iemand dus die een warme hand uitstak naar mij
die ik onbewust gegrepen heb, if not
at the same moment, for sure, almost at the same vibrating moment.
Dankbaar
ben ik ook omdat zijn bezoek mij een Blog heeft opgebracht en dan nog geen
alledaagse. In feite zijn vele van mijn blogs a kind of anonymousletters,
written in code.