Ik erger me al lang aan zij die de ‘Vlaamse cultuur’ uitdragen met wapperende vaandels op de sportmanifestaties waar ook ter wereld – behoudens in Wallonië – en ons minachten als we niet openlijk uitkomen voor een autonoom Vlaanderen, want wie zegt er ons dat er achteraf in dat ‘autonoom Vlaanderen’ het al koek en ei zal zijn tussen de politieke partijen, al was het maar om een gouverneur van de ‘Nationale Bank’ als er nog een NB zou zijn, aan te stellen.
In feite kan me dit ‘autonome’ geen zier schelen. Ik ben Vlaming en voel me Vlaming, en ik wens en verlang iets toe te voegen aan de Vlaamse Literatuur, iets van mij, tenminste als ik ertoe in staat zou zijn.
Maar schrijvend in het Nederlands belet het me niet te veronderstellen dat de Vlaming die me leest ook citaten in het Engels, het Frans, het Duits, begrijpen zal. Ik bedoel eenvoudig dat het niet is omdat ik deze citaten onvertaald gebruik, ik minder Vlaming zou zijn, integendeel, de veeltaligheid is een eigenschap van de Vlaming.
Zo, om een reden die velen onder jullie wel zullen begrijpen voel ik een zekere agressiviteit in mij, is er iets aan het opborrelen dat ik liever verzwijg.
Dit was van vanmorgen bij het opstaan, daarna is mijn ergernis stil gevallen is het licht gekomen, de wind en de regen en ben ik stil gevallen, zo stil en zo effen als het maar kon en heb ik gedacht aan een gedicht dat ik lang geleden begonnen ben, een compensatie voor de donkere gedachten van deze morgen:
Schrijf nog wat gedichten oude man opdat je niet te vlug zou sterven als je dood zult zijn.
Laat hier of daar een woord van jou, een kaft met poëzie waar men zich in wikkelen kan, een korte wijl, voor het wordt opgeslorpt in de schemer van de tijd.
Zoals het van zovelen is die hier verzonken in de aarde na jaren al vergeten zijn.
Zo schrijf nog wat gedichten opdat je niet te vlug verdwijnen zou eens je boeken dichtgeslagen, je pennen uitgedroogd je bladen met woorden bestrooid.
Als woord, kom ik dan, op avonden, binnen gewandeld om er naast jou neer te zitten vóór de vlammen in de haard,
even maar, naast jou.
|