Verloren gelezen – overdonderd - in het essay van Stefan Hertmans over ‘Medea’ en haar moordpraktijken, verloor ik gisteren het allerbelangrijkste uit het oog, de winterzonnewende, een van de belangrijkste gebeurtenissen van het jaar de terugkeer van het licht: de zon die door de stand van de aarde terugkeert van het zuidoosten naar het zuivere oosten, het punt dat ze op de lente-equinox bereiken zal
In feite verloor ik het niet uit het oog want het gebeurt alsof ik, enkele uren voor dit schrijven hier , het gezien zou hebben en niet moet afgaan op wat de ‘Sterrengids 2023’ erover zegt,
Het werd berekend met een grote preciesheid die alle preciesheden overtreft. Maar dat dit mogelijk is verrast ons niet meer, al zou het ons moeten verrassen, verbazen, verwonderen, een log iets zoals de aarde die tollend, omheen de zon geslingerd wordt tot op een fractie van een seconde na, en al zouden we moeten besluiten dat alles geregeld werd door een Genie die van uit het niets of het iets, een Universum heeft voortgebracht rekening houdend met de tijd die hij voor alle delen ervan nodig had.
Een berekening die hij maakte miljarden jaren geleden toen hij er met een Big Bang mee begonnen is en er is uitgekomen zoals hij het wilde met een preciesheid die niet des mensen is.
Hoe dit mogelijk was is een nog groter raadsel vandaag. Het kwam erop neer een beslissing te nemen, zo dat de indruk gewekt wordt dat de aarde op haar weg omheen de zon zich plots omkeren zou om in tegengestelde zin omheen de zon te ‘vlieden’, een beslissing die tienmiljard jaar – meer of minder - zal uitgevoerd worden.
De vraag is, of het zo voorzien was bij de aanvang, in een blauwdruk die van nu af verder wordt uitgevoerd en waarvan we de uitkomst onmogelijk kennen kunnen. En dit behelst niet alleen de baan van de aarde, dit behelst vooral de rol die wij, als mens, hier te vervullen hebben. Want als de baan van de aarde voorzien was, dan was de rol van de mens ook van vóór de aanvang - de Big Bang – voorzien.
De winterzonnewende is dus geen simpel feit waar we zonder nadenken overheen kunnen/mogen gaan.
Maar doen we het of laat het ons in dit opzicht, koud?
|