Ik lees bij Stefan Hertmans in zijn tweedelig Essays-boek[1] over de plotselinge dood van Rilke (op 29 december 1926, precies één jaar vóór mijn geboorte). ‘Hij stierf aan leukemie, maar de directe aanleiding in de escalatie van het proces was het zich prikken aan de doornen van een roos die hij in zijn grafschrift centraal stelde.’
Dankzij dit laatste gegeven kan ik zijn, volgens Anton Van Wilderode[2] sibillijns grafschrift ontcijferen tot zijn poëtische eenvoud.
We lezen de woorden zoals ze er staan op de grafsteen:
Rose, oh reiner Widerspruch, Lust, Niemandes Schlaf zu sein unter soviel Lidern.
De twee versregels die Rilke heeft neergeschreven voor de steenkapper konden niet ten volle op twee lijnen gebeiteld worden. Voor het laatste wood, 'Lidern' moet ik gissen, maar ik denk dat het ook bij de tweede regel hoort[3].
De tekst wordt aldus ineens duidelijk:
Rose, oh reiner Widerspruch, Lust, Niemandes Schlaf zu sein unter soviel Lidern.
Als hij het heeft over de ‘Widerspruch’, de tegenspraak die de roos is. Dan maakt hij duidelijk dat de roos die oh, zo aangenaam ruikt en mooi is om zien, ook, en hier komt het, verraderlijk gevaarlijk is gezien hij er zich aan gekwetst heeft met, voor hem, de dood tot gevolg.
De tweede regel begint eigenlijk met het laatste woord ‘Lust’ uit de eerste regel. Ik zou het vertalen als ‘voldaanheid' nooit de slaaf geweest te zijn van zovelen.
’Lust’ zie ik ook als een soort rustpunt, een kwestie van ritme want zonder ‘Lust’ leest de tekst - Rilke onwaardig - absoluut niet vlot. Daarom ‘Lust’ dat begint met de ‘L’ van ‘Lidern’.
Hiermede is het raadsel, waar ik vijftig jaar heb naar opgekeken, voor mij klaar en duidelijk opgelost. Ik kan nu de boeken sluiten en met een gerust gemoed gaan slapen.
[1] Hertmans Stefan: ‘De Essays’, de Bezige Bij, 2023, pagina 60.
[2] Van Vossole Maurits: ‘Tussen stroom en gesteente’, Uitgeverij Danthe NV, 1980.
[3] Volgens Maurits Van Vossole las de opdracht van Rilke als volgt:
‘Ik vind de geometrische kunsten van de hedendaagse steenkappers afschuwelijk, het zal wellicht mogelijk zijn een oude steen te verwerven (bij voorbeeld uit de Empire). Effent men de vroegere inschriften eruit dan kan er dit opstaan: het wapenschild, de naam en op enige afstand de versregels’.
|