Zich de vraag stellen en er bibliotheken mee vullen hoe het Universum is tot stand gekomen is zich verliezen in een afleidingsmaneuver om de ‘echte’ vraag te ontlopen. Want zoals ik schreef het Universum heeft niet de minste betekenis ware de mens er niet. Want dat we hier gewild zijn is duidelijk, een gans Universum zoals het waait en draait is aldus aan ons gewijd, was er nodig opdat wij hier zouden staan.
Waarom wat wordt er van ons gevraagd? We hebben met deze vraag het domein van het wetenschappelijke verlaten en zijn de metafysische wereld binnen gegaan.
Zijn wij er gekomen opdat uitgeklaard zou worden hoe het Universum is ontstaan of, zijn we er gekomen om een andere wel bepaalde reden of, is alles louter toeval?
Het laatste sluit ik zeker uit, toeval op dit niveau is waanzin, het Universum is hiervoor te fijn besnaard, er blijft voor mij alleen over dat we hier zijn met een bepaalde opzet. Dit zoeken ernaar is de opdracht die, in al wat er te lezen en te weten is, ons wacht.
De vraag of de vragen die moeten gesteld worden centreren zich op de mens, in feite op de ‘geest’ in de mens: wie of wat wilde ons hier en waarom, of welke rol hebben we hier te vervullen?
Ik loop hier rond als simpel mens, ik doe allerlei dingen, gewoonweg omdat ze van het dagelijkse leven zijn; ik heb me alleen vragen te stellen over wat ik doen zal en hoe ik het doen zal, gewone simpele vragen, en ineens duikt daar op van uit de duisternis de zekerheid dat ik hier gewild ben, dat er een Universum werd opgebouwd opdat ik hier zijn zou als homo sapiens en op weg en, goed op weg om ‘homo sapiens, sapiens’ te worden; als ik denk vanwaar ik als mens kom als grotbewoner dan wordt het me duidelijk dat de impact van de evolutie ingebakken in het Universum er de oorzaak van is.
En nu, mijn geest weggeschoten als een raket sta ik daar met de enige vraag die gesteld moet worden, wie of wat wilde me hier en om wat te doen?
Ik beken dat ik er geen verdedigbaar antwoord op heb, heb ik een vermoeden dan is het maar over de eerste vraag maar niet over de tweede.
En het gaat hem hier om de tweede, het antwoord verstrikt in het esoterische.
|