De eerste gedachte vanmorgen was een abstracte blog te schilderen in woorden en in zinnen die geen nood hadden met elkaar iets te maken te hebben - het gevoel dat hij had toen hij gisteren luisterde naar het begin, ‘krqftig, entschieden’, van de Derde van Mahler, een lappendeken van klanken zo vond hij.
Woorden in zinnen naast elkaar, zoals de kleuren op een abstract schilderij: vlakjes niets zeggende verf, waarvan de kleuren nog te ontdekken zijn, naast en soms op elkaar, willekeurig met penseel aangebracht of met de punt van het paletmes of met de volle hand, als er maar iets staat, iets dat er voorheen nog niet was, een totaal nieuw gebeuren van kleuren, plots opgestegen uit het zand van het zijnde, plots, onnoemelijk plots, een knal en het was er, zoals bij Mahler: hoorngeschal en tromgeroffel en de wind en het licht van vele zonnen als van de sterren erin en erover en, soms de regen.
We weten weinig van al het abstracte dat er is en hoe het er is; ons ogen tasten af en onze geest dringt door, maar hierover weten we niets te zeggen, niet hoe de verhouding is tussen wat we zien en wat we denken, alsof het ene niets te maken zou hebben met het andere, zoals de tortel niets te maken heeft met de nok waarop ze zit, staat eigenlijk, het is haar plaats, ze kan er blijven en plots wegvliegen, en de nok er is zonder tortel.
Dit alles, Mahler en abstract en tortel in elkaar verweven. Er waren anders geen merkwaardige gebeurtenissen, vroeg in de morgen; later wel misschien, maar later is de maand september, later is de herfst, het rijpe fruit en de vallende bladeren. We hebben het al zo dikwijls geweten hoe alles overgaat van het ene in het andere. Wij, als toeschouwer hoe het allemaal verloopt.
Verrast soms dat het zo vlug gebeurt, dat er ons geen tijd gelaten wordt om even, even maar op adem te komen. We moeten altijd verder de tijd in. En wat indien de tijd niet zou bestaan?
Ik ben met slaap in de ogen, in de geest, aan dit geschrevene begonnen. Nu het er staat voel ik me beter.
|