Pierre Boulez over zijn interpretatie van het ‘Concerto voor Orkest’ van Béla Bartók, uiterst boeiend om volgen evenals de uitvoering ervan onder zijn leiding.
Een gelukkig moment in mijn dag, een moment dat me de ganse dag is bijgebleven, regelmatig terug is opgedoken en in feite me heeft vergezeld wat ik ook moge gedaan of gezegd hebben.
Ik hou van Boulez, van zijn manier van dirigeren en nu hoorde ik hem in het Duits spreken hoe hij zijn dirigeren zag in verhouding tot het componeren. Hijzelf kon het uithouden gedurende een lange tijd niet te dirigeren, maar een componist hield het geen dag uit, niets gecomponeerd te hebben of gewerkt aan een sonate of een symfonie.
En over het werk van Bartók was hij vol lof, zoals ik er vol lof over ben. Zijn ‘Concerto voor Orkest’ is een prachtig hoogstaand werk, het werk van een groot componist. En dan denk ik ook aan zijn Vioolconcerto en aan zijn ‘Sonate voor twee Piano’s en Slagwerk’. Zoek dit laatste maar eens op in je vrije momenten, bijvoorbeeld na dit gelezen te hebben.
Maar wat hij zegt over het componeren, is ook geldig voor het schrijven. Ik ook kan geen dag laten voorbij gaan zonder het te doen.
Zelfs nu als ik mijn handicap verbijten moet ontsnap ik er niet aan. Weliswaar op mijn manier. En gematigder dan vroeger.
Het uur om het te doen heeft geen belang of toch, hoe dichter bij het slapen gaan des te beter ik inslaap, het is mijn drug.
|