Ik draag meer en meer het gewicht van mijn jaren. Ik wil er niet aan denken maar de confrontatie is me maar al te duidelijk, de pijn in mijn lichaam verdwijnt niet meer als ik schrijf, ze is als een stugheid, als een muur die opgetrokken wordt. Hopelijk dringt dit niet door in mijn woorden, in mijn verhalen.
Maar mijn blog achtervolgt me. Hij zuigt uit mij wat er aan woord te rapen is - ook deze zoals hierboven, die ik niet had moeten vermelden - en laat me leeg achter. Elke dag is het zo en elke dag moet ik nieuwe krachten opdoen om te herbeginnen. En mijn dagen verlopen in een hels tempo. Dit is het gevoel dat ik eraan overhoud als ik zie hoe vlug de cijfers stijgen, zodat wat ik schrijf getuigt van een zekere roekeloosheid. En waarom? Vroeger in mijn dagboek bleef alles gesloten, toegedekt, verborgen, nu is alles open en bloot, vergt het een concentratie die er niet altijd is. En er is dat, het ogenblik van het schrijven het ogenblik van de geest.
Immer tasten we af én wat van vroeger was én de betekenis ervan in het licht van waar we aangekomen zijn. Hierbij kunnen we ons enkel herhalen, met eventueel wat schakering in de kleur en de voorstelling, soms er nog iets aan toevoegen of iets verzwijgen. Dit was altijd zo en zal zo blijven..
En dit is de reden waarom ik, ondanks alles, een goed gevoel heb als ik neer ga zitten om te schrijven; weet ik soms welke vreugde het is je gedachten van het ogenblik op te tekenen, want eens zullen deze geschriften, hoe ook en waar ook, met je naam erop gekleefd, de tijdloosheid binnengaan en levend zijn in deze tijdloosheid; zullen bewegend zijn de ideeën die erin opgenomen werden, bewegend de gevoelens die erin ruimte zoeken, bewegend de poëzie die erin betracht werd en zullen de woorden a stillness bezitten:
the stillness, as a Chinese jar still moves perpetually in its stillness.
Omdat een Chinese vaas de hand is, én de spirit, van de maker ervan, dat het een beweging is naar binnen zoals T. S. Eliot het wist.
En mijn woorden zijn meer naar binnen gericht dan naar buiten en zo heb ik het gewild. Maar naar binnen of naar buiten het was steeds in de richting van het licht, de enige richting die gevolgd wordt door boom of plant, met omwegen mogelijks, maar immer naar het licht toe. Lijk een pijl uit een boog.
|