Deze op elkaar volgende blogs - en ik herhaal me wellicht - zijn zovele momenten in een leven die lijk een foto, in woorden worden omgezet. Ze nemen slechts een smalle geul in van het bestaan. Ze zijn een momentum van gedachten en gevoelens, een ebbe en vloed beweging van wie men is, van wie men denkt te zijn en de betekenis hiervan in de maatschappij, in de Kosmos. Dit laatste uitzonderlijk zijnde want weinig zijn zij die zich hier vragen over stellen, wat maar normaal is want dit overstijgt het dagelijkse van ons bestaan.
Ze staan dus getekend door al wat er is aan voorafgegaan; ze zijn van de vele ogenblikken die je kende, van de vele plaatsen die je bezocht en waar je je ooit bewust bevond; ze zijn van al die tijden. Wat betekent dat alles over en van jou, in en over elkaar ligt, het heden gegroeid uit het voorbije en het komende groeiend uit het heden, en in méér, realiteit en droom vermengd, zodat het geschrevene, zo wens ik het toch, de kleur en de smaak heeft van melk in koffie of koffie in melk, crèmekleurig, aldus de realiteit niet duidelijk afgelijnd, maar gevoileerd gedroomd: realiteit en droom innig vermengd. Hieruit voortvloeiend: een blog begint niet met de eerste regel, een blog begint met al wat er is aan voorafgegaan, geschreven of niet geschreven, verspreid of opgeborgen gebleven.
Er is geen twijfel hierover, zoals er geen twijfel was voor James Abbott McNeill Whistler, toen men hem vroeg - leert ons Jorge Luis Borges[1] - hoeveel tijd het hem gevergd heeft om één van zijn ‘Nocturnos’ te schilderen. Het antwoord van Whistler was: ‘toda mi vida’.
Zo zijn mijn blogs niet begonnen op een dag in mei van het jaar 2010, ze hebben hun wortels, én bij mijn ouders, grootouders en de vele geslachten ervoor, onvermijdelijk doorweven met de stand van planeten en sterren, al is er over dit laatste niets bewezen of kan er niets bewezen worden, toch aanvaarden we dat we bij de geboorte, of bij de conceptie hun invloed hebben ondergaan.
Deze blog is dus duidelijk geïnspireerd door Borges, had ik hem niet gelezen, wanneer of waar ook, ik zou hem niet hebben opgezocht op de plaats waar ik hem vinden kon, want de door hem aangehaalde zin van Whistler draag ik mee in mijn dagen. Vandaag werd hij me te machtig en heb ik hem uit zijn schuiloord gehaald.
Wie me ertoe heeft aangezet, hoe ik er ooit ben bij terecht gekomen? Weet ik niet. Wat ik wel weet is dat ik Borges las - ik had een woordenboekje Spaans bij me - gezeten op een rots dichtbij de aanstormende golven, het water tot op de bladen van Borges’ ‘Discusión’, spattend.
De zee, de luchten, de op de rotsen slaande golven en Borges, grote onvergetelijke momenten in het leven.
[1] In zijn essay over ‘ la Poesia gauchesca’, uit zijn bundel ‘Discusión’, Biblioteca Borges, Alianza Editorial, 1997. Borges voegt eraan toe: ‘Con igual rigor pudo haber dicho que había requerido todos los siglos que precedieron al momento en que lo pinto.
|