Wie beslist er in feite over onze gang van zaken, over de daden die we stellen of niet stellen. Zijn wij het wel uit vrije wil, of zijn het niet eerder de levensomstandigheden, waarin we verkeren op een bepaald ogenblik die bepalend zijn?
In feite is, om te beginnen, ons leven in grote mate geconditioneerd geweest door de ouders die ons op de wereld hebben gebracht, geconditioneerd door het ogenblik van de conceptie/geboorte, de bevruchting onbetwistbaar een ‘kosmisch’ gebeuren zijnde, waarbij, zo vermoed ik toch, de stand van sterren en planeten een rol hebben gespeeld. Ik zelf kan bijvoorbeeld stellen dat, indien mijn ouders drie dagen later de liefde hadden bedreven, ik in 1928 ware geboren geweest wat voor vele zaken een groot verschil zou hebben uitgemaakt. Ikzelf heb hierin geen enkele beslissing kunnen nemen, wel de omstandigheden.
Hetzelfde geldt voor mijn ouders en grootouders en ga maar verder in de tijd, om terecht te komen bij een of ander grotbewoner. Fritjof Capra schrijft, dat alles een interconnected network of events is, wat betekenen moet dat ook de mens in dit netwerk verweven ligt en door dit netwerk beïnvloed wordt van uit de vier windstreken en vanuit zenit en nadir, al hebben we hierover niet het minste besef. We kunnen zelfs even goed terug keren tot het mirakel ogenblik van de Big Bang en besluiten dat ons ontstaan geregeld werd niet door ons zelf maar door het samengevoegd impact van alle gebeurtenissen die ons van ver of van dichtbij hebben geraakt, wat evenzeer geldt voor de anderen waarmede we vroeg of laat in contact gekomen zijn.
Het leven is het verhaal van een tocht waarvan men de eindbestemming kent maar niet de weg ernaar. En, van bij de geboorte ligt er een bepaalde weg open voor ons, een weg die de wijze zal aangeven waarop je je einddoel zult bereiken. Het komt er op aan geboren te worden, en de eerste stap te zetten die het ritme zal aangeven, de kleur, de geest waarin het leven zich zal afspelen.
Achteraf zie ik in waar de zaken zijn verkeerd gegaan, wat ik gedaan heb en beter niet had gedaan, maar op het ogenblik zelf heb ik er niet over nagedacht, heb ik genomen wat er zich heeft aangeboden. Ik weet, zoals wellicht zovelen onder jullie waar we een andere weg, dan deze die zich aanbood hadden moeten kiezen. Maar de dingen zijn wat ze zijn, ik had geen ander leven kunnen kennen dan het leven dat ik voorgeschoteld kreeg. Was er vrije wil mee gemoeid?
De bejaarde dame, ik ben nu zeker, zo niet ouder dan toch even oud als zij toen was, van wie ik destijds in die grote maand augustus de chalet in Grimentz had gehuurd, had hem ooit gezegd dat het leven dat we kennen een leven is dat ons wordt opgedrongen. Ze las geen romans meer wat haar leven was al roman genoeg geweest met hoogten en laagten - ze had een groot deel ervan doorgebracht in Argentinië omdat ze, in haar jeugd, een man had ontmoet die ginds een hacienda had - opdat ze er nog het leven van een ander zou bij nemen.
Mijn werelds verhaal is zonder betekenis geweest, een aaneenschakeling van daden die ik stelde en achteraf gezien niet had moeten stellen. Mijn geestelijk verhaal, een aaneenschakeling van boeken, waarin ik voedsel vond om geestelijk te bestaan. En het is vooral dit geestelijk bestaan dat de bovenhand - eerder onterecht - heeft genomen en me gebracht heeft tot waar ik me nu bevind als schrijver van een blog.
|