Ik hoor nog altijd
het geruis van de tsunami die het land overspoelde en ben nog steeds niet
bekomen van het verrassingseffect ervan opdat ik, zoals ik het dacht, ongehinderd,
terug in mijn schelp zou kunnen kruipen. Hoe geraken jullie er uit en hoe de
media die nu geconfronteerd wordt met de vele kluiven die hen van uit diverse
hoeken worden aangereikt?
Zo, wie of wat helpt me
opdat ik niet meegesleurd worde, mijn boeken? Ik denk dat dit de enige oplossing
is, schuil te gaan onder het afdak van bv Umberto Eco en gaan lezen wat hij
wist over het schrijven van een Scriptie[1]; eens ik
begin of herbegin aan mijn scriptie over de Poëzie, of over de mens in de
kosmos, of nog een ander onderwerp kan dit een hulp zijn.. Maar ik hoef jullie
hier niet te vergasten op wat ik eventueel ga doen. Je hebt er geen boodschap
aan, echter wat ik vanmorgen voel is totaal anders dan wat ik op andere morgens
voelde, ik ben, letterlijk en figuurlijk, onder de indruk van wat zich zondag
in dit land heeft afgespeeld, omdat ik niet zie hoe de politiek er uit zal
geraken na al wat er gezegd werd en wordt.
Maar over boeken
verder gesproken, ik las van Annelies Verbeke (1976) in de Standaard van 24 mei,
over de dominantie van het Engels, en vertelt ze:
Sinds
2005 had ik een lijst bijgehouden van wat ik allemaal las. Ik heb mezelf in dat
jaar onderworpen aan een leessysteem van eigen makelij, waaraan ik me sindsdien
elk jaar hield. In grote lijnen houdt het in dat ik mezelf een minimum van 52
boeken per jaar opleg. Ik lees daarbij
grotendeels fictie, nu en dan non-fictie
Elk jaar moet ik literatuur
uit minstens drie verschillende eeuwen én uit alle continenten hebben aangedaan.
Wel, chapeau, dit noem ik nu eens een
opdracht waar ik met bewondering naar op kijk, een opdracht die nazindert. Ze
schrijft daarenboven heel wat, publiceert regelmatig - boeken van haar kwamen
ook terecht bij De Slegte - dus ze moet een heel druk literair leven kennen en
daarenboven gestructureerd. Ik denk dat ze tewerk gaat zoals Amélie Nothomb
(1967) - elk jaar een roman - die elke morgen opstaat om vier uur om te
schrijven, zo zegt Nothomb toch, het gevolg van la maladie de lécriture waaraan ze lijdt.
Ik denk dat er heel
wat zijn die lijden aan deze ziekte, die hun ziel uit hun lijf schrijven, maar,
er niet in slagen iets gepubliceerd te krijgen en desondanks volharden tot hun
laatste ademstoot. Dit is dan een zelfde ziekte, even ongeneeslijk, maar dan
een die leidt naar een stille dood.
Gemeten aan Amélie heb
ik slechts de eerste symptomen van haar ziekte. Een enkele aanmoediging echter zou
voldoende zijn opdat de schrijverskoorts zou gaan stijgen tot hoogten die ik
tot nu toe nog niet gekend heb.
Het zou iets zijn dat
van heel ver komen moet, van achter de horizon, waar het misschien aan het
wachten is om ooit eens te rijzen, samen met de zon.
[1] Umberto
Eco: Hoe schrijf ik een Scriptie, uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam 1994.
|