De zomer verteert me. De
tijd slorpt me op. Heel veel ben ik niet meer,. Het is alsof er iets of iemand
aan het knagen is aan mij, mijn woorden aan het opeten is.
Ik denk dat ik eens te meer
in een diepe put ben verzeild, dat mijn bioritme dalende is. Ik zoek het op en
inderdaad alles, zo fysiek als intellectueel, als emotioneel is dalende, naar
een absoluut min punt op 4 augustus. Het gebeurt
zelden dat de drie factoren samen vallen, maar ditmaal is het zo en moet ik me
dus verwachten aan een periode die weinig creatief zal zijn.
Kan ik me er tegen
verzetten? Enigszins, ja. Om te beginnen
ik kan er geen geloof aan hechten, ik kan zeggen dat wat er verteld wordt over
het bioritme van de mens larie is, en als
ik het moeilijk heb, me inspireren moet op wat er uit mij is gevloeid, vijf jaar
terug. Feitelijk doe ik niet
anders, keer ik elke dag terug naar de mens die ik was; naar de dagen, de
herinneringen die er geweest zijn en zoek ik een punt van waaruit ik as if newly born, kan opstaan.
Het is deze morgen niet
anders, alleen is het moeilijker geweest het gordijn dat er voor hangt open te
schuiven, alsof het in mij nog altijd nacht is, de slaap is blijven hangen
onder mijn oogleden. Er zijn van die ogenblikken, ik ken ze. Ze duiken
regelmatig op en geven de indruk dat alles geblokkeerd schijnt en dat er
gewacht moet worden tot er klaarheid gekomen is.
Ik gebruikte dit beeld nog
niet, maar thans is het me duidelijk, er is een gordijn tussen mij en wat klaar
ligt om geschreven te worden, en misschien is het beter deze nog even gesloten
te houden, zelfs al duurt het de ganse dag. De muze is niet gewoon me in de
steek te laten, wellicht is ze begaan met iemand die ook zijn gordijn niet openschuiven
kan. Het is allemaal zo vreemd voor iemand die begrijpen wil hoe de machinerie
van onze geest functioneert.
Daar zo-even bij mijn
bezoek van Google voor het berekenen van mijn bioritme heb ik me even laten
gaan, heb ik negen kaarten getrokken om te weten hoe mijn toekomst er uit zag, maar toen ik vernam dat het me vier euro
ging kosten heb ik afgehaakt. Op dat terrein ben ik eigenlijk niet
nieuwsgierig, ik wens het niet te weten want er staat me niet meer zo heel veel
te beleven, mijn lichaam, het beweeglijk element ervan vertoont een zekere
stugheid, het wil niet meer mee zoals ik het wensen zou, trouwens als het
aankomt op belangrijke zaken, er rest me nog altijd iets waar ik overheen moet en het liefst zou ik willen dat het zo ver mogelijk verschoven wordt naar de
tijden die op mij afkomen. Vergankelijkheid is een woord dat ik nog altijd opgeborgen
wens te houden.
Dit is dan wat ik vandaag
te vertellen heb. Ik had het voornamelijk over een gordijn dat over mijn
gedachten is blijven hangen, dat ik niet
volledig heb kunnen openschuiven. Lang
zal dit niet meer duren. Ik vertrouw erop dat met de komst van de uren, en die
zijn er altijd enorm vlug, het toneel verlicht zal worden en het doek zal
worden open geschoven.
We
zijn wachtende op dat sacraal - want dit is het voor iemand die schrijft -
ogenblik.
|