Begrijpe me goed - vooral nu ik in euforie ben
ontwaakt - ik weet niet meer wat ik reeds geschreven heb over de boeken die ik
las, de plaatsen die ik bezocht, de theorieën die ik verkondigde. Alles is een kleine
bibliotheek in mijn hoofd, opgeslagen in de vier à vijf duizend paginas die ik
al geschreven heb. Ik vul aan of wijzig wat er al staat en tussendoor
verschijnt er iets totaal nieuw. Maar meestal heb ik het gevoel me te bevinden
in een draaikolk van teksten. Ik doorblader mijn oudste blogs, deze van 2010, 2011, 2012, maar
als ik ze overloop, als ik ze herlees, is het alsof ik sinds die jaren niets
nieuws meer geschreven heb.
Is het omdat ik telkens op hetzelfde terugkom, op
dezelfde boeken, meestal deze van een vorige generatie, en zijn in feite, mijn
hoofd een grote verwarring zijnde, mijn blogs van nu, herkauwingen?
Hoe moet ik dan verder, blindelings om me heen
tastend, hopende op een goede landing. Echter je denkt of schrijft niet blindelings.
Zo, ik zeg je maar dat ik het soms moeilijk heb, gisteren vooral als ik dacht
Beethoven te zijn, zittend voor de piano en herinneringen oproepend die me zo
overvielen en die ik nam zonder er over na te denken, en zeker zonder het
gebruik van welke parameters ook, deze om te zetten, niet op een notenbalk,
zoals Beethoven, maar opgetekend in paragrafen en fragmenten, hopende.
En het werd een mengeling van beelden die zich
aanbieden in jou als je schrijft en soms verspringen van de hak op de tak, om
uit te komen op een ogenblik in een bepaalde plaats, op een bepaald tijdstip,
in wel bepaalde omstandigheden.
En zo gebeurt het ook, dat mijn blogs zelden in de
verlenging liggen van de voorgaande, maar misschien wel in de verlengging van
een fragment van zes maand ervoor.
Trouwens, en het verontrust me enigszins, niet
alleen mijn lichaam maar ook mijn geest schijnt stilaan een hogere leeftijd te
bereiken, ik riskeer, zoals een wortel zonder water, uitgedroogd te raken, wat even erg is en
weinig belovend.
Is het de verkoudheid die aansleept, is het de hitte
van de namiddag, de schemer in de kamer met de gordijnen dicht geschoven?
Het
is het vele samen, opgesloten in het huis, denkend aan een vriend in Bretagne,
de wind, de golven, de luchten; denkend aan de bergen, en de koelte van de
toppen, alle herinneringen die doorheen je gedachten vloeien, even ophouden, om
dan over te gaan in andere gedachten terwijl je schrijft.
Of
is het beeld dat ik hier oproep, de foto van mezelf die ik je toestuur, het
tegenbeeld van de euforie die opwelde na de voetbalmatch België- Brazilië; een
gebeuren dat zich voltrekt, once in a
lifetime. En dan denk ik onvermijdelijk aan de vraag van Pilar aan Roberto,
na zijn wandeling over de heide met Maria, in For
whom the bell tolls, Did the earth
move?