Kon ik maar, dacht ik deze morgen – het licht als staal opgeblonken - kon ik maar mijn geschriften opbouwen zoals Johan Sebastian zijn suites? Het zouden hoogdagen zijn. Ik hoop dit voor elke dag als ik er aan begin, maar het hoeft ook niet, want wat indien het zo was, hoe zou ik me ooit nog overtreffen kunnen en het is precies op het zich overtreffen dat het aankomt.
Vanmorgen ook dacht ik aan Lao Tseu. Ik zag hem als de poëet die onder de bloeiende kerselaars, op zijn boek in slaap was gevallen en toen hij wakker werd, bedekt met bloesems, hij herlas wat hij geschreven had:
‘There was something undifferentiated and yet complete, which existed before Heaven and Earth. / Soundless and formless, it depends upon nothing external, operating in circular motion ceaselessly. / It may be considered the root (Mother) of all beings under heaven. / I don’t know its name, / And call it Tao.’[1]
En ik toen dacht dat Tao het begin van alles was, zoals het geschreven staat bij Johannes: ‘In den beginne was het Woord[2]’, een zin die alles overtreft wat er ooit geschreven werd en al wat nog geschreven zal worden.
En de Evangelist gaat verder in 2: ‘The same was in the beginning with God’, wat me over komt alsof er naast God, het Woord was (als tweede persoon van de Heilige Drievuldigheid).
Maar, ik houd me bij wat hij verder zegt in 3: ‘And the Word was God’, dat overeenstemt met wat Lao Tseu ons leert over Tao, al zegt deze zeker niet dat het God was. Maar Tao of het Woord of God het doet er niet toe, allen waren ze het Begin en er kan maar één Begin geweest zijn.
En wat de Drievuldigheid betreft, zie ik enkel het Universum, bestaande uit het zichtbare, het lichaam ervan, en uit het onzichtbare, de Geest ervan. En wij, de mens, als zoon/dochter van het zichtbare als van het onzichtbare.
Er was in den beginne ook geen Chaos. De ‘tohu wa bohu, van Genesis, leert ons Fabre d’Olivet in zijn ‘La Langue Hébraïque restituée’, was een ‘potentieel zijn’ en het woord, het eerste woord van de Bijbel ‘Bereshit’, vertaalt hij niet door ‘in den beginne (schiep God), maar door een ‘aanwezig zijn in potentie’.
Het begin van alles is aldus niet - nog altijd hoe de Hebreeuwse tekst gelezen moet volgens Fabre d’Olivet - het zichtbare dat geleidelijk ontstaat, maar, het onzichtbare van het nadenken of het plannen en dit gedurende zes dagen. Om pas de zevende dag uit te voeren wat gepland was. Een metafysische subtiliteit die ik graag vermeld, ook omdat het van Fabre komt.
Ik was, zo zie ik het nu na wat ik de laatste dagen schreef, verkeerd, in GENESIS I, het Woord te vervangen door het Zijnde. Heel wijs was dit niet. Ik zal er dan ook, later, wanneer weet ik nog niet, op terug komen.
[1] ‘The Book of Lao Tzi’, Foreign Language Press, Beijing, 1993, Chapter 25
[2] Johannes schreef: 1. In the beginning was the Word, and the Word was with God, and the Word was God. 2. The same was in the beginning with God. 3. All things were made by him; and without him was not any thing made that was made.
|