Mijn blogs zijn zoals de Goldberg-nachtprogramma’s van Klara, waar Bach gevolgd wordt door Ravel, en Ravel door Shostakovich. Zo heeft wat ik gisteren scheef niet noodzakelijk een binding met wat ik vandaag schrijven zal, al komt het uit eenzelfde bron, het is een ander soort water, indien dit zou kunnen, dat geleverd wordt. Maar dat het verschillend is, dat weet je al lang.
Dit is aldus een nieuw begin dat nooit een begin is maar de blijvende voortzetting van een verhaal dat in het voorbije begonnen is en door zal gaan tot in het komende, onaangekondigd, maar toch verwacht, zo door mij als door jullie, mijn lezers, en eens aangekomen terzijde wordt geschoven, de enige reden van bestaan zijnde het verschijnen, zoals het licht elke dag opkomt en verdwijnt in de nacht.
Ik noem het soms mijn morgengebed maar het is eerder een samenspraak met mezelf, een aftasten van wat zich tonen wil van het vele dat er nog aanwezig is, en eens het zich toont het te grijpen en niet meer los te laten. Zie het echter niet als een Spielerei, het is meer dan dat, het is ernst, het is, zoals ik het gisteren bemerkte, van het vergelen van de bladeren van de populieren, de herfst die zich aankondigt zoals hij gewoon is het te doen; het is de ernst van onze aarde, die voor de zoveelste maal, op haar baan omheen de zon, nader komt tot haar equinoxpunt met al de gevolgen voor ons en voor de natuur om ons heen. En groter ernst is er niet. Althans vandaag nog niet, al ignoreer ik waarmee de dag me verrassen zal – if ever? - ik moet er dwars door heen.
Mijn dag is dus meer dan het gade slaan van het verschuiven van de wijzers van de klok, het is een peiling van de dieptes van het leven, een peiling die weinig oplevert maar toch volgehouden wordt, en, of we, wat we bereikten, vastleggen in tekens of, in gedachten de wereld insturen, we weten pas wat er te weten is, als het weten geen nieuws meer zal zijn, geen nut meer zal hebben het te weten.
Waar het op aan komt, zoals ik het voel, is te beseffen dat ik er ben, dat ik er ben om er te zijn en niet om er doelloos rond te lopen, niet om te kijken en niets te zien, te leven zonder echo, zonder kruimels van mijn leven na te laten, hier of waar ook.
Waar het op aan komt is om de dag met beide handen, stevig vast te nemen, geen uren, geen minuten ijl voorbij te laten gaan, maar voluit te oordelen dat ze er zijn opdat je ze ‘beleven’ zou. De tijd niet te zien als iets dat voorbij schuift, maar als iets dat van het echte volle leven is, waarbij de tijd als begrip vergeten wordt, achtergelaten wordt. Geen notie nemen van het licht als het dag is, geen notie van het donker als het nacht is, maar te weten dat je levend bent in dit licht als in die donkerte.
Dit is waarmee ik jullie bekoren wou vandaag. Veel is het niet, maar persoonlijk, is het wel.
|