Noch de kracht van het licht, noch het bizarre van de luchten in het oosten, waren een verrassing voor Ugo deze morgen, wel als hij zijn e-mail opende, een foto, hem toegestuurd in herinnering, schreef Dominique, aan haar vader en vooral omdat ze, in wat Stonehenge was, de gevoelens van haar vader voor hem, weerspiegeld zag.
Het was een foto die totaal onbekend was voor Ugo, genomen een kwart eeuw geleden: vooraan rechts, hoofd en schouders van de man die hij al lang vergeten was, met links ernaast, op de achtergrond, de verbrokkelde lijn van dolmen en menhirs, Stonehenge.
De foto was genomen door haar vader, Jef Vaes. Ugo had samen met hem en zijn zoon Francis, een tocht gemaakt door het zuiden van Engeland, en die dag hadden ze de kathedraal van Salisbury bezocht en natuurlijk ook het dichtbije Stonehenge, en zoals hij de foto nu las was het hem duidelijk dat Jef, als veelzijdig kunstenaar, door een sobere conceptie, de sfeer had willen capteren waarin hun reis verlopen was.
Vreemd, uiterst vreemd is het, de dag te beginnen met het beeld van de man die hij was. Het overheerst zijn gedachten, hij komt er niet los van. Als hij terugblikt op de persoon van toen, ziet hij zich vol vuur, een dromer, een intense genieter van het ogenblik daar te zijn. Hij meende toen al tot grote dingen in staat te zijn. Hij hield een dagboek bij en was beginnen tekenen, dit in het spoor van zijn vriend die een groot etser, aquarellist en beeldhouwer was. En hij hoopte dat het schrijven en het tekenen vroeg of laat al het gekende over hem zou overstijgen.
Vandaag echter, de enige merkbare tekenen die overblijven van wie hij vroeger was zijn enkele, eigenaardig opgebouwde tekeningen, naast de dagboeken, die eigenlijk waardeloos zijn want het herlezen ervan, zelfs voor hem, is omwille van de aard van het geschrift, eerder storend dan verrijkend. Dus, alles samen genomen, blijft er heel weinig om fier over te zijn en ver van toereikend om de wereld te verbazen.
Nu de dag amper begonnen is, klampt hij zich vast aan de man op die foto die hij ooit was. Dominique vertelde hem ook dat het haar vader was die de foto zelf ontwikkeld had in zijn ‘obscure’ kamer en er de grijze toon had aan gegeven die hij wenste er aan te geven, zodat, had hij haar gezegd hij een mystieke foto wou van de mystieker die hij zag in die Ugo. Hij las dit en hij herlas het. En hij kon niet nalaten haar te mailen:
Lieve Dominique, je hebt mijn dag gekleurd. Het waren inderdaad grote momenten die ik heb doorgebracht met je vader en je broer Francis. Er was tussen ons een broederband, die niet onder woorden te brengen is. Je vader had me geleerd hoe van een koperen plaat een ets te maken en de eerste die ik tot een goed einde heb gebracht heb ik afgedrukt op de pers van je vader. Hij stond naast mij toen, een moment in het leven dat ik bewaarde, zoals ik ook de foto van Stonehenge niet meer vergeten kan, genomen in de volle dagen van de reizen die we samen hebben gemaakt, in Engeland en vooral in de Highlands. De dagen dat we neerzaten aan de oevers van de Dee, vissend op forel zonder veel succes; Francis uitgezonderd. Hij ving een prachtige zalm die hij de avond van de vangst zou neerleggen, op een steen naast de deur, bij het binnenkomen in het hotel, zoals het daar gebruikelijk was. ik koester de foto omdat hij me herinnert aan zovele goede momenten met je vader en je broer. Je hebt mijn dag niet alleen gekleurd, maar inhoud gegeven aan de gedachten die van uit het verleden blijven binnenstromen. Hoe verwerk ik deze nu ik aangekomen ben waar ik sta?’
|