Als ik, wakker geworden vroeg in de morgen, even opsta en de gordijnen open schuif, word ik verrast door de constellatie van Orion, glashelder, hoog in het zuiden. Het is het sterrenbeeld waarmee de winter ons verrast hier zo zuiver getekend, met in de verlenging van de gordel, Sirius de Hondsster, ook de Egyptische Sothis ster waar te recht of ten onrechte, de Egyptische chronologie aan opgehangen werd; de meningen hierover zijn sterk verdeeld. Er wordt ook beweerd dat de drie sterren van de gordel afgebeeld zouden staan in de drie Pyramides, deze van Mycerines, Chefren en Cheops in Gizeh, maar ook hierover zijn de gissingen uiteenlopend. En daarenboven wie heeft nog enige belangstelling voor wat de Egyptische chronologie of geschiedenis betreft? Als er onder mijn lezers nog zouden zijn, dan verwijs ik hen graag naar de webside van Robert De Telder, die aan de geschiedenis van de volkeren van het Oosten een uiterst belangrijke studie heeft gewijd.
Maar er is meer. In de Orionnevel is zich, volgens een artikel van de jaren negentig in de National Geographic Magazine, een nieuw sterrenstelsel aan het vormen. Wat dus vermeld staat in Genesis, als zou de Schepper de zevende dag gaan rusten zijn, is dus niet waar: zijn ‘zevende dag’ loopt nog steeds door, Hij werkt verder en ik zie niet in hoe deze bijzondere dag ooit tot een einde zou kunnen komen.
Dit is wat het geschiedkundig aspect van Orion betekent. Voor mij is er ook het poëtisch aspect. Het sterrenbeeld Orion is een van de mooiste sterrenbeelden, het is er een om verliefd op te zijn. Ik herinner me heel vaag een gedicht van Alice Nahon (+ 1933), waar ze iets dergelijks zegt over Orion – ik zocht het op en liet het opzoeken maar tevergeefs - en het is een beeld dat inspireert. Het is onder meer de plaats waar de overleden farao’s naar toe reisden, ‘lijk een jonge eend die opsteeg uit de lotusbloemen’ en dit alleen is al voldoende om Orion te bekijken met andere ogen en met een totaal ander ingesteld zijn.
Orion heeft dus voor mij een grotere betekenis dan om het even welk ander sterrenbeeld, meer dan Cassiopeia, meer dan Cepheus, Grote Beer of Pegasus. Het is een verbondenheid die ik niet verklaren kan maar die er altijd geweest is, van de nacht af dat vader - het was op een heldere vriesnacht dat we, in de oorlog, op weg waren naar het bos om een boom om te hakken en naar huis te dragen – me de constellatie van vier sterren met in hun midden de gordel van drie sterren op een lijn en dicht op elkaar, aanwees. Er is dus ook sentiment mee gemoeid, schoonheid en herinnering en dit alles is gebleven. Dit alles heeft zich vereeuwigd in mij, heeft een vaste bodem gekregen waaruit al deze gevoelens in eens zijn opgestegen, toen ik terug neerlag onder de lakens en ik in mijn slaap de blog heb geschreven die ik in de morgen maar op te nemen had, om die naar jullie toe te sturen.
|