Ik sta volledig buiten de realiteit. In mijn blogs heb ik weinig of geen contact met wat zich afspeelt in dit land; zwijg ik over het werk van de regering die wankelt, over de wijzigingen die worden doorgevoerd met mondjesmaat. Wat me opvalt, is dat niemand in dit land nog gelukkig schijnt. En dan sluit ik de ogen op de vele ‘you tubes’ die ik ontvang, over de houding van de moslim, al was het maar over de Sharia die gewenst wordt door een groot deel van de moslim bevolking van Molenbeek. Is dit zwijgen verantwoord, ben ik hiervoor te prijzen, of mag het ook anders, is het niet wenselijk buiten te komen uit mijn ivoren toren?
Ik antwoord, neen, ik heb er geen juist beeld van, ik heb me losgerukt uit de mediawereld. Ik weet enkel dat de toekomst er heel somber uitziet, dat ik me zorgen maak voor de kinderen die nu geboren worden; dat er genoeg zijn die zoals ik de dreiging zien die uitgaat van de moslimgemeenschap in dit land en in Europa wellicht. Als ik dan het supplement ‘Boeken’ van De Morgen[1] van 12 oktober er bij neem en lees van Fikry El Azzouzi dat hij de toekomst donker inziet en dat het gedaan is met de Islam, dan kijk ik op, is het een stem en een oordeel dat ik niet verwacht. Is het soms iets om ons zand in de ogen te strooien?
El Azzouzi (38) is een productief schrijver, met een oordeel ( zijn laatste roman - 'Alleen zij', Vrijdag, 206 pag. - handelt hierover) dat ik hoegenaamd niet deel als hij het heeft over de ‘Soumission’ van Michel Houellebecq:
‘Als je de Franse intellectuelen daarover hoort praten dan doen ze alsof Houellebecq een visionair is, de man die het allemaal heeft voorspeld. Ikzelf vrees veel meer voor het andere scenario, niet een Europa waar de islam dominant wordt, maar net andersom. Ik denk dat extreemrechts de islam zal verbieden, de moslim zal verdrijven en mensen zal dwingen zich te bekeren. Vroeg of laat zitten we met een inquisitie light (sic) opgezadeld, bedoeld tegen moslims en migranten.’
Je voelt duidelijk van uit welke hoek dit geschreven wordt. El Azzouzi brengt de vrees die wij kennen, ons te moeten bekeren tot de islam (Houellebecq), over naar de moslim die verplicht zou worden zich zou te bekeren. Ja, bekeren tot wat? Dat de islam het fanatisme banne en niemand zal hen ooit verplichten het land te verlaten, een mogelijkheid die trouwens utopisch lijkt om het ooit te realiseren. Zelfs al zouden we het wensen.
Wat ik verder haal uit het interview lijkt me heel belangrijk wat de toekomst betreft:
‘In Brussel en Antwerpen en in andere grote steden komt de helft van de jeugd intussen uit de diversiteit, de politiek ‘moet’ die mensen dus de hand wel reiken.’
De hand reiken aan wie, aan de volgelingen - eerder fanatiek dan gematigd – uit die diversiteit?
Men begrijpe dus waarom ik het liefst van al vertoef in mijn ivoren/ ingebeelde toren, de plaats waar ik mezelf nog ontmoeten kan.
[1] De Morgen van 12 oktober 2016: ‘Fikry El Azzouzi over zijn nieuwe roman Malcolm X en de laatste stuiptrekkingen van het populisme’, interview met Lode Delputte.
|