Vroeg deze morgen, het sterrenbeeld van Orion voor het raam, het meest schitterende, het meest besprokene sterrenbeeld, de gordel ervan wijzend naar de schittering van Sirius, de Hondsster - of de Egyptische Sothis-ster waar de Egyptische chronologie op gebaseerd is - en dan ook het toevluchtsoord, dacht ik, van de farao’s voor hun laatste reis, maar ik schreef dit al. Nu weer opgedoken aan het stukje raam dat ik heb op de sterrenhemel in het zuiden, op een onverwacht uur, op een onverwachte plaats, een verrassing eens te meer, want Orion is ook het droombeeld van mijn jeugd als van mijn oude dagen, scherp getekend in de winternacht en schijnbaar ongewijzigd gebleven hoewel ik las dat er zich binnen de vier sterren van Orion een nieuwe constellatie aan het vormen is.
Echter vandaag wordt de rust die uitgaat van de sterrenhemel sterk overschaduwd door de dramatiek van de laatste dagen en nog meer door de vooruitzichten van wat er nog te gebeuren staat, deze rust is verleden tijd. We gaan niet meer zo vlug, in volle overgave en als poëet opkijken naar het sterrenbeeld van Orion, iets is gebroken. Het beeld is doorboord als met een lans door de toekomst die op ons afkomt, onafwendbaar. En zelfs als dit nog maar vermoedens zijn de schaduw is er, we kijken er naar met andere ogen, met een andere ingesteldheid die ons de vreugde van het zicht wegneemt. En dit is zo met tal van zaken die nu vervreemd zijn. Ik zegde het reeds, al wat ik schrijf, gedragen door wat van vroeger was, heeft een abnormale kleur gekregen die ik tracht te verbergen, maar diep in mij weet ik dat alles anders is en dat ik me niet meer uitleven kan in mijn geschriften.
Al wat er omheen mij gebeurt, draagt er toe bij en dan zeker de tientallen e-mails die binnen lopen en alle wijzen op het gevaar dat dreigend is geworden. Als ik die krijg dan krijgt gans Europa die en als ik die verwerk zoals ik voel dat ik het moet doen, dan worden die ook door de anderen verwerkt op een zelfde wijze. En ook de leiders in dit land moeten die krijgen. Je gaat me toch niet zeggen dat ze die naast hen neerleggen en de ogen sluiten voor wat erin verteld wordt.
De ene mail is al erger dan de vorige, er is een climax opgetreden naar steeds maar erger. Waar ik vroeger mails binnen kreeg die eerder humoristisch getint waren zijn deze van dat soort nu stil gevallen en vervangen door mails die wijzen op het gevaar van de islam dat ons overweldigt.
Elke morgen tracht ik me er tegen te verzetten, maar het wordt sterker dan mezelf. Nu de toestand aansleept, verlies ik me stilaan. Waar zwerf ik uit?
|