Dit ook is de mens, ofwel hij (Monod) die zich meent beperkt te weten, toevallig, tot zijn verblijf hier op aarde, ofwel hij die in de kracht van zijn geest zijn verbondenheid met de geest in de kosmos ontwaart en weet deel te nemen, sedert het begin der tijden, aan het grote avontuur dat is van die kosmische geest, en we vermelden hier nogmaals, zijnde deze van (onze vriend) Spinoza. Trouwens hoe kan het dat de wetenschap die nog steeds niet is doorgedrongen tot het mysterie van het elektron - Prigogine noemt hun zoeken ‘het droombeeld van de wetenschap te kunnen doordringen tot het type van kennis die God, indien Hij zou bestaan, hebben zou van de wereld’[1] - bij machte zou zijn met kennis van zaken, te beweren dat de mens en dus ook hetgeen men kent onder kwantummechanica, het product zou zijn van een toevalligheid.
We nemen het absoluut niet, een nummer te zijn uitgeloot in Monte Carlo[2], zoals Monod beweert. Ons inzicht in de meer dan bevreemdende wereld van atoom en elektron en hun kosmisch energieveld, dat ook dit is van ons, geven ons de intuïtieve zekerheid deel te zijn van de oceaan van leven die de Kosmos is. We hebben maar de gsm te nemen om duidelijk te weten hoe de schijnbare leegte in de luchten omheen en boven ons, een veld is van golven die in een kring om de aarde, doorheen muren en wanden, bomen en lichamen en weg van de aarde, doorheen alle interstellaire ruimtes, hun weg vinden. En als voorbeeld hebben we wat Fritjof Capra schrijft in de inleiding tot zijn ‘Tao of Physics’, dat hij, ‘geïnspireerd door zijn theoretische experimenten, uitstarend over de oceaan, zich ineens bewust werd van een immense cascade van energie die neerkwam uit de ruimte, waar in ritmische pulsaties, particules ontstonden en verdwenen. Ik ‘zag’ hoe de atomen van de elementen omheen mij en deze van mijn lichaam deelnamen aan deze kosmische dans van energie. Ik voelde het ritme ervan binnen in mij en beluisterde de klank ervan en op dat ogenblik wist ik dat dit de dans van Shiva was aanbeden door de Hindoes.
Dit is dan de realiteit die deze is van het onzichtbare. Een realiteit die ons beneveld en we ontdekken plots het bevreemdende van onze situatie, op het energetische vlak meegezogen te zijn door deze dans van kosmische elementen, waaraan we, hoe onwaarschijnlijk ook, effectief deelnemen.
We trachten ons in te beelden wat deze holistische beschrijving van Capra betekent verplaatst naar de kamer waar we schrijven en we weten thans duidelijk hoe we de leuze ‘Be mindful’ die we op een bepaalde dag ontdekt hebben in het blazoen van een kasteel ( dit van Macbeth) in het noorden van Schotland, in Cawdor, moet gelezen worden: wees bewust dat je deel bent van het ganse universum en wees bewust van het creatieve in dit universum, waarin alles met alles verbonden is.
Welke is aldus de echte realiteit, de zichtbare of deze die enkel zichtbaar is met het oog van de geest. Het is deze (laatste) realiteit die deel is van onze zoektocht die we blijven volgen, meegesleurd als we zijn door de kosmische dans van Shiva.
[1] Prigogine en Stengers: ‘Entre le Temps et l’Eternité’, p.32 ‘Le fantasme de la science de pouvoir accéder au type de savoir que Dieu, s’il existait, aurait du monde. [2] Jacques Monod: ‘Le Hasard et la Nécessité’, p.185
|