‘Blijf verwonderd’ is de groet die ‘Klara’ me elke morgen toewenst.
‘Blijf verwonderd’, of een stap verder en dieper gravend dan het ‘be mindful’ dat ik een (glorieuze) morgen las in het wapenschild van het Macbeth-castle in Cawdor, Schotland.
En ik, in mijn stilte, in mij geslotenheid, afgezonderd, vereenzaamd, ik blijf, om terug te gaan tot de essentie, verwonderd over de orchidee naast mij waar ik schrijf; de orchidee – ze is méér dan zo maar een plant - waarover ik een blog schreef, wat ze weet, ik heb het haar verteld; die in dank is open gebloeid, niet in één bloem, maar vandaag reeds met vier die, bewegend in hun roerloosheid, me aanstaren en, als ik even ophoud en opkijk, me doorboren met hun blik.
Ik herinner me dat ik, korte tijd terug, haar met wat water en wat toewijding uit haar verschrompeling heb gehaald, haar toesprekend, haar aanmoedigend, haar duldend op de beste plaats naast mij, en verwonder me er nu over, mijn geest zich mengend met het stipje geest in haar, identiek qua aard, aan die in mij, levend, opspringend zich loswringend.
Mij is het gegeven er over te mijmeren, open te bloeien in strakke woorden, terwijl zij me haar verwondering toont door open te bloeien nu al in vier bloemen, die, ik kan het niet verloochenen, me aanstaren, niet zo zeer met verwondering, ze kent me al, maar - waag ik het te schrijven? - met meer dan tederheid, met liefde, terwijl ze nog een twintigtal botten klaar houdt om me verder te verwonderen als ze zullen open barsten op een morgen, een middag of een valavond als ik zal leeg geschreven zijn, aldus zij, in potentie een mini regenwoud verbergend.
Zo, ‘kleiner Mann’ met je orchidee, blijf verwonderd om de verwondering, verga niet in de dorheid als je bloed aan het verarmen is met de jaren die zich stapelen in je leden, in de trilling van je handen als je schrijft, maar blijf in woorden open bloeien zoals de orchidee naast je. Zelfs als je weet dat erna, als haar tijd gekomen is en ze leeg gebloeid, wegzinken zal in haar slaap, blijf verwonderd, want in haar slaap is ze zich, lijk een ingesponnen vlinder, aan het voorbereiden op een volgende bloei zoals jij, als je de nacht ingaat in je slaap nieuwe gedachten zich klaren zullen die je de volgende dag, zoals de orchidee vandaag, verwonderen zullen.
‘Being mindful’ is niet voldoende dus, is een begin, een opening, een noodzaak, pas erna kan de verwondering komen, het binnen komen, het zich vermengen met wat is om zelf verwondering te zijn, verwonderd over het wonder van wat leeft en is: Klimt en Van Gogh en Turner, T.S.Eliot en Gilliams en Pasternak, Satie en Mozart en meer nog, veel meer nog, Johan Sebastian Bach.
Verwonderd over het wonder dat verwondering is.
|