Il fut un temps een heel lange periode is er overheen vandaag - dat ik met een vriend architect, Pierre H., Bougogne en Auvergne heb bezocht, een pelgrimstocht naar al wat Romaans was, en nu ik in het boek van Paul Claes over Rimbaud, dat ik uit zijn rek had genomen, een postkaart vond van la Vierge Noire van Marsat, komen de herinneringen aangestormd en zijn ze niet meer te houden. Drie uitzonderlijke plaatsen niet dat elke andere plaats niet uitzonderlijk was - een eerste was de abdij van La Chaise-Dieu, met een prachtig ellenlang Vlaams wandtapijt dat het ganse koor afsloot; een tweede, de kerk van Orcival, met een schitterend beeldje van Notre Dame met kindje Jezus; en een derde, het Romaans kerkje van Marsat met een nog mooiere Madonna met kind, afgebeeld op de wijze van het Orcival-beeldje, maar hier gekleurd in goud met robijnrode schaduwen in de plooien, en met de bijzonderheid dat elk deel van het lichaam dat zichtbaar was: het aangezicht van beiden als de handen van Notre Dame en de voetjes van Jezus, hel zwart waren.
Ik had, vóór ons bezoek, inLEnigme des Vierges Noires[1] van Jacques Huynen gelezen over dit beeldje van Marsat, en het was hij, met zijn beschrijving ervan, die ons had aangezet Marsat, dichtbij Clermont-Ferrand te bezoeken. Huynen schreef over dit beeld, dat het de mooiste zwarte maagd was die ons is overgebleven, en ik herinner me dat we ontroerd waren toen we het ontdekten in de Romaanse schemer van de kerk:
La forme parfaite, lélégance des proportions, la finesse aristocratique des traits de cette véritable reine noire, contrastent avec lhumilité de léglise qui labrite.
Huyen die een opsomming maakt van alle gekende zwarte maagden ook deze van Halle - waagt het ook te verklaren dat het beeld geïnspireerd was op de Egyptische godin Isis, en in de streek lEgyptienne werd genoemd. Het is in elk geval, een van de mooiste afbeeldingen van Notre Dame die ik ken, en vergeleken bij de eenvoud van het intérieur van de kerk, is de tegenstelling inderdaad enorm. Eigenlijk zijn de beeldjes van Notre Dame van Orcival en zeker dit van Marsat even schitterend en waardevol als de Mona Lisa in het Louvre. Te meer daar ze gemaakt werden eeuwen ervoor en wellicht door simpele houtsnijders die ze na hun uren kunnen gemaakt hebben. En wat nog de Mona Lisa betreft gaat mijn voorliefde naar de Sybilla Sambetha van Memlinc. Wat ik hierover destijds in mijn dagboek, terwijl Pierre aan het tekenen was, geschreven heb moet ik ooit eens terug gaan halen. Want we ontdekten toen andere parels van kunst en architectuur in Fontenay, in Tournus, in de mysterieuze kerk van Vézelay toegewijd aan Maria Magdalena (de vrouw van Christus, is het zo, Dan Brown?).
En nu de gelegenheid zich voor doet moet er me nog iets van het hart. Nog niet zo lang geleden, tijdens een bezoek aan het Begijnhof ter Hoye in Gent, heb ik in de kapel een zwarte gekruisigde Christus gezien die heel verrassend overkwam. De gids vertelde dat het beeld zwart geblakerd was door de kaarsvlammen dit wordt ook gezegd van de Zwarte Maagden in Auvergne - maar ik kan dit moeilijk geloven. Ik denk eerder dat de donkere kleur gewild werd aangebracht door de beeldhouwer ervan. In welke richting dit wijzen zou kan ik moeilijk gissen, maar de gekruisigde Christus die er hangt is uiterst uitzonderlijk van een donker, bijna zwart type.
[1] Jacques Huynen: Lénigme des Vierges noires, Rober Laffont, 1972
|