Wat hij nu, omdat plots een naam opduikt, toevoegen wil aan wat hij gisteren schreef, is dat hij heeft bemind en dat de voren die dit beminnen in hem getrokken heeft nog diep open liggen, en dat het bevreemdend is, dit de dag van vandaag, in de wereld van nu, met de pest die dreigt en de Apocalyps die op vele plaatsen is losgebroken, te schrijven. Bevreemdend is, dat hij het waagt te blijven bij wat hij schrijft en niet af re wijken van wat hij denkt dat zijn leven is. Enkel het verhevene op te zoeken in deze wereld waar de miserie van afdruipt, een door elkaar schuiven van gewapende conflicten, van uiteengereten lichamen, van vrouwenverkrachting, van droogte en hongersnood. En dichter bij hem, het gebazel van de politiekers die zonder het minste schaamrood, in dit land waar hij geboren was en opgegroeid, inspiratieloos, een openbare schuld hebben laten oplopen tot een niveau dat een last genereert die een rem betekent voor tal van noodzakelijke overheidsinvesteringen en tezelfdertijd een belastingsdruk oplegt die boven het normale uitstijgt.
In feite, hoeft dit niet aangeklaagd, het is niets meer dan de schors omheen de kanalen waarlangs de levenssappen en de levensgeest vrij en ongedeerd opstijgen kunnen.Want het is onder de schors van de feiten dat de ware mens huist, het is onder de schors van het alledaagse dat hij de weg zoekt naar zijn eeuwigheid, of beter nog zoekt naar wat hij las bij Marie-Madeleine Davy[1]:
Il est impossible denvisager lhomme coupé de sa profondeur dorigine divine..
En denkt hij, het is onmogelijk voor mij een boek te lezen waarin geen spoor zou te vinden zijn van de binding van de mens met zijn goddelijke essentie. En om het nog duidelijker te maken herinnerde hij zich wat Saint-John Perse, een vroegere Nobelprijs winnaar Literatuur had verklaard toen hem de prijs werd overhandigd[2] en waarmede hij de zin van Davy kruiste:
la grâce poétique, létincelle du divin, vit à jamais dans le silex humain.
Dit waren woorden die hij koesterde. En er waren er nog die hij vond in hetzelfde boek van Davy, overgeschreven uit een werk van Christian Jacq, een gedachte van Hermes Trimegistos:
Pense être partout en même temps, dans la mer, la terre et le ciel; pense que tu nes jamais né, que tu es encore embryon, jeune et vierge, mort et au-delà de la mort. Comprend tout à la fois, les temps, les lieux, les choses, les qualités et les quantités.
Een zin die hij herlas en herlas en hij dacht de wind nog heviger dan voorheen, hoog in de bomen, jagend over het huis dat dit de essentie is van de goddelijke vonk in de menselijke silex: denken, al is het slechts een fractie van een fractie, dat je een deeltje van die God bent, dat je overal aanwezig bent, dat je alles begrepen hebt.
[1] Marie-Madeleine Davy :Le Désert intérieur, Albin Michel : Spiritualités vivantes, edition de poche, 1985, ISBN 0.755.1835, pag. 14 [2] Saint-John Perse : Le Monde van december 1960. Toespraak gehouden door Saint-John Perse bij de in ontvangstneming van de Nobelprijs voor literatuur op 10 december 1960.
|