Als Vergilius de andere zijde van de brug bereikt, komen de duivels, zoals een meute honden die zich storten op de arme die onverwacht ergens aanklopt, luid schreeuwend van onder de brug op Vergilius af, terwijl ze hem met hun gaffels bedreigen. En Vergilius:
raak me niet aan, dat er een van jullie naar voor komt voor je me aan uw gaffels rijgt, om naar mij te luisteren.
Allen roepen ze dat Malacoda moet komen luisteren en de duivel Malacoda biedt zich aan, zich afvragend waartoe dit wel kan dienen. Zoals altijd zegt Vergilius aan Malacoda dat hij zeker hier niet zou gekomen zijn ware het niet dat de hemel wil dat hij iemand anders op deze verwilderde weg vergezelt. Waarop Malacoda zo verbaasd is dat hij zijn gaffel vallen laat en de anderen verwittigt dat ze hen geen kwaad mogen doen. En Vergilius wenkt Dante, die met de schrik in het hart zich vertoont en dicht bij Vergilius komt staan.
Dit is maar een van de gebeurtenissen die zich daar op de weg naar de zesde gracht afspelen, de andere zijn niet minder afschuwwekkend als ik, aan de hand van Dantes verzen, in mijn verbeelden de plaats tracht op te roepen. Maar voor de twee schijnt verder gaan onmogelijk.
want de weg is volledig ingestort en dit gebeurde gisteren vijf uur later dan het uur van nu, twaalfhonderd zesenzestig jaar geleden[1]
Je moet hier deze weg volgen, zegt Malacoda en dan bereikt je een rij andere boogbruggen waar je overheen kunt. Ik was juist zinnens enkele helpers naar ginder te sturen om te zien of er niemand is die het waagt zijn hoofd op te richten om lucht te happen. Volg hen ze zullen je geen kwaad doen.
Dante is er absoluut niet gerust in en wil liefst alleen verder met Vergilius die hier al eens was en de weg moet kennen. Maar Vergilius gaat er niet op in. Heb geen vrees zegt hij tegen Dante en ze volgen de duivels,
nadat allen eerst tussen de tanden hun tong hadden uitgestoken als teken naar hun leider en deze met zijn gat trompetje had gespeeld.[2]
Zeg niet dat Dante geen zin voor humor had. Ook Joyce had dit laatste vers in zijn geheugen opgeslagen :
Orchestral Satan, weeping many a rood[3] Tears such as angels weep. Ed egli avea del cul fatto trombetta.[4]
[1] Ier, più oltre cinquore che questotta / mille dugento con sessanta sei/ anni compié che la via fu rotta.(canto XXI: 112-114). (het bezoek van Christus aan de Hel op Goede Vrijdag, 1266 + 33 jaar geleden. Dante zou dus deze woorden in 1299 geschreven hebben). [2] Ma prima avea ciascun la lingua stretta / coi denti verso lor duca per cenno;/ed egli avea del cul fatto trombetta. (canto XXI: 137-139) [3] A rood: a unit of area equal to one quarter of an acre (0,10117 hectares). Een roede grond! [4] Ulysses, pag 184
|